Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Inge van Dijk over de uitzending van Kassa over kermissen die onder druk staan van 20 april 2024
Vragen van het lid Inge van Dijk (CDA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de uitzending van Kassa over kermissen die onder druk staan van 20 april 2024 (ingezonden 23 april 2024).
Antwoord van Minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 16 mei
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met de uitzending van Kassa van 20 april waarin onder andere ingegaan
wordt op de situatie van de kermis in Wijchen en oplossingen om de kermis betaalbaar
te houden?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met de uitzending van Kassa waarin de situatie van de kermis in
Wijchen en mogelijke oplossingen om de kermis betaalbaar te houden aan bod kwamen.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de kermis bijdraagt aan gemeenschapszin en zeker in kleine kernen
belangrijk is voor de leefbaarheid?
Antwoord 2
Ik deel zeker de mening dat kermissen kunnen bijdragen aan gemeenschapszin, ook in
kleine kernen. Voor bewoners en ondernemers heeft de kermis ook een maatschappelijke
waarde; dat uit zich in economische zin (bestedingen in horeca en winkels), sociale
zin (plezier, ontmoeting leefbaarheid) en culturele zin. De erkenning van de kermiscultuur
is in 2022 versterkt door opname van de kermis in de Inventaris Immaterieel Erfgoed
Nederland in 2022. Dit benadrukt nog eens extra de culturele waarde en het belang
van het behoud van deze traditie.
Vraag 3
Herkent u het landelijke beeld dat kermissen in kleine dorpskernen onder druk staan?
Antwoord 3
Ja, ik herken het beeld dat kermissen in kleine dorpskernen onder druk staan.
Vraag 4
Herkent u het beeld dat grote attracties in kleine kernen financieel niet meer uitkunnen,
waardoor deze steeds vaker afhaken waardoor de totale aantrekkelijkheid van de kermissen
onder druk komt te staan?
Antwoord 4
Het klopt dat grote attracties in kleine kernen financieel steeds moeilijker haalbaar
zijn, wat de totale aantrekkelijkheid van kermissen kan, maar niet hoeft te verminderen.
Vraag 5
Hoeveel procent van de kosten die exploitanten moeten maken zijn het gevolg van lokaal
of landelijke beleid?
Antwoord 5
Het is lastig om een specifiek percentage te geven van de kosten die exploitanten
moeten maken als gevolg van lokaal of landelijk beleid, aangezien dit afhankelijk
is van verschillende factoren en per situatie kan verschillen.
Vraag 6
Kunt u hier een inschatting van maken voor zowel een grote als kleine kermis uitgesplitst
naar lokaal en landelijk beleid?
Antwoord 6
Een inschatting maken van de kosten uitgesplitst naar lokaal en landelijk beleid vergt
nader onderzoek en overleg met betrokken partijen. Of dit wenselijk en haalbaar is
zou een agendapunt kunnen zijn in een overleg met stakeholders zoals u dat voorstelt
onder vraag 8.
Vraag 7
Welk stimulerend beleid is nodig om kermissen ook in kleine kernen overeind te houden
en hoe zou dit eruit kunnen zien?
Antwoord 7
Stimulerend beleid om kermissen ook in kleine kernen te behouden kan verschillende
vormen aannemen. Omdat in Nederland kermisbeleid over het algemeen geregeld wordt
door lokale overheden zoals gemeenten, heeft EZK een rol gespeeld in de totstandkoming
van een wegwijzer voor gemeenten specifiek voor kermisbeleid, te weten de «wegwijzer
gemeentelijk kermisbeleid» (2023). Deze wegwijzer2, opgesteld met financiering van EZK en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, ondersteunt
gemeenteambtenaren die verantwoordelijk zijn voor kermiszaken. Zij hebben een centrale
rol in het verlenen van vergunningen, het handhaven van regels en voorschriften, en
het behandelen van klachten. Deze wegwijzer is een belangrijk instrument omdat de
manier waarop de kermis door gemeenten wordt georganiseerd een knelpunt is gebleken
in het behoud van de kermistraditie en -cultuur in Nederland. Deze wegwijzer is tot
stand gekomen als gevolg van overleg met de sector en deelt bijvoorbeeld «best practices».
Verder zie ik ook dat voor de sector duurzaamheid en samenwerking met lokale gemeenschappen
steeds belangrijker worden. Milieubewustzijn wordt steeds belangrijker in onze maatschappij,
en lokale samenwerkingen bieden een kans om de banden te versterken en de betrokkenheid
van de bewoners te vergroten, en daarmee draagvlak voor de kermissen, ook in kleine
kernen te behouden. Door samen te werken met lokale bedrijven, verenigingen en vrijwilligers
kunnen kermissen een gevoel van trots en gemeenschapszin bevorderen. Ook organisatoren
kunnen streven naar duurzamere praktijken, zoals het gebruik van biologisch afbreekbare
materialen, afvalvermindering en recycling. De eerder genoemde wegwijzer benoemt hier
«best practices» op. Daarnaast kan ik mij voorstellen, dat net zoals voor andere evenementen,
ook voor kermisondernemers digitalisering een kans biedt in het moderniseren van kermissen.
Het biedt ondernemers kansen voor groei door middel van online promotie, ticketverkoop
en het integreren van digitale technologieën op de kermis zelf, zoals cashless betalingssystemen
en mobiele apps.
Vraag 8
Bent u bereid een overleg te initiëren met MKB-brancheorganisaties, VNG en een afvaardiging
van de kermisbranche om met elkaar te verkennen welk stimulerend beleid nodig is om
kermissen de komende jaren overeind te houden?
Antwoord 8
Samenwerking tussen verschillende belanghebbenden is essentieel om tot passende oplossingen
te komen. Ik zal vanuit EZK contact laten leggen met De Nederlandse Kermisbond (NKB),
de Nationale Bond van Kermisbedrijfhouders (BOVAK) en de VNG om te inventariseren
of er vanuit die partijen behoefte is aan een overleg op korte termijn. Voor lokale
problematiek is het uitgangspunt dat de brancheorganisaties en/of individuele ondernemers
zich rechtstreeks tot betreffende gemeenten en eventueel de VNG wenden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.