Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Erkens over het bericht “Gerenoveerd zorgcentrum Kerkrade kan niet open vanwege overvol stroomnet: ‘Dit kan nog wel vijf jaar duren’ ”
Vragen van het lid Erkens (VVD) aan de Minister voor Klimaat en Energie over het bericht «Gerenoveerd zorgcentrum Kerkrade kan niet open vanwege overvol stroomnet: «Dit kan nog wel vijf jaar duren»» (ingezonden 20 februari 2024).
Antwoord van Minister Jetten (Klimaat en Energie) (ontvangen 13 maart 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Gerenoveerd zorgcentrum Kerkrade kan niet open vanwege
overvol stroomnet: «Dit kan nog wel vijf jaar duren»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat het nieuwe zorgcentrum bij Vie in Kerkrade momenteel niet operationeel
kan worden vanwege onvoldoende elektriciteitscapaciteit in het Limburgse stroomnet?
Deelt u de mening dat een wachttijd van vijf jaar voor een zorginstelling té lang
is?
Antwoord 2
Het nieuwe zorgcentrum wordt ontwikkeld in een voormalig ziekenhuis en heeft het gecontracteerde
vermogen van dit pand overgenomen. Dat vermogen is daarmee wel voor het nieuwe zorgcentrum
beschikbaar. Eind 2023 heeft het zorgcentrum een verzwaring van deze aansluiting aangevraagd,
die als gevolg van netcongestie niet kan worden gehonoreerd. Voor deze extra vraag
naar transportcapaciteit staat het zorgcentrum in de wachtrij. Het zorgcentrum kan,
in overleg met de netbeheerder, bezien wat wel mogelijk is binnen het vermogen van
de huidige aansluiting, met alternatieve oplossingen zoals batterijen. Verder kan
worden verkend of een flexibel transportcontract met de netbeheerder uitkomst biedt.
Tenzij flexibel vermogen op dit deel van het stroomnet eerder wordt ontsloten, kan
de aanvraag voor het verzwaren van de bestaande aansluiting van het zorgcentrum niet
eerder dan per 2030 worden gehonoreerd. Dit hangt samen met benodigde uitbreidingsinvestering
op het nabijgelegen hoogspanningsstation (Terwinselen). Naar verwachting is de uitbreiding
van 8 MW in 2028 gereed. Op dit moment geldt echter een wachtrij van 41 MW. De uitbreiding
in 2028 is dus niet toereikend om de wachtrij weg te werken. In 2030 komt 61 MW extra
beschikbaar. Voor mogelijke prioritering bij aansluiting verwijs ik naar het antwoord
op vraag 5.
Vraag 3
Wat voor maatregelen neemt u om netcapaciteit in Limburg te vergroten en ervoor te
zorgen dat essentiële voorzieningen zoals zorgcentra tijdig operationeel kunnen zijn?
Bent u in gesprek met de regionale netbeheerder hierover?
Antwoord 3
De regionale netbeheerders investeren de komende jaren flink in de uitbreiding van
netcapaciteit. In geval van Limburg investeert Enexis in het middenspanningsnet en
TenneT in het hoogspanningsnet. In totaal investeert Enexis de komende drie jaar ruim
3 miljard euro in uitbreiding van de elektriciteitsnetten. Daarnaast wordt in de komende
tien jaar nog bijna 2 miljard euro extra geïnvesteerd in uitbreiding van de hoog-
en middenspanningsstations (HS/MS-stations). In Limburg worden stations uitgebreid
en 6 nieuw gebouwd tot en met 20352.
Dit kost tijd en de vraag naar transportcapaciteit groeit door. Daarom is het van
belang dat netgebruikers flexibel vermogen aanbieden. Enexis is de afgelopen maanden
meerdere flexibele contracten overeengekomen met netgebruikers, onder meer in Limburg.
Het vermogen dat met flexibel gebruik wordt vrijgemaakt ontlast niet alleen de piekmomenten,
maar kan ook zorgen voor het beschikbaar komen van capaciteit waarmee partijen in
de wachtrij kunnen worden aangesloten. Hierbij dient wel te worden opgemerkt dat wachtrijen
locatie-specifiek zijn. Flexibel vermogen moet ontsloten worden op de geografische
plek in het net waar een partij in de wachtrij staat.
Onder de noemer Sneller Bouwen, onderdeel van het Landelijk Actieprogramma Netcongestie
(LAN), werk ik nauw samen met de netbeheerders om uitbreiding en verzwaring van het
net te versnellen. Verder werk ik in het LAN samen met onder meer de netbeheerders
en de ACM aan het mogelijk maken en ontsluiten van zo veel mogelijk flexibel vermogen,
bijvoorbeeld door flexibele contracten en verbeterd congestiemanagement. De netbeheerders
zijn actief in gesprek met netgebruikers in de verschillende regio’s over de mogelijkheden
van flexibiliteit.
Vraag 4
Zijn er vergelijkbare gevallen bekend in andere delen van Nederland waar de netcapaciteit
ontoereikend is om aan de vraag te voldoen? Hoe groot is dit probleem, kunt u dit
kwantificeren?
Antwoord 4
Afnamecongestie, waarbij de vraag naar transportvermogen groter is dan het stroomnet
aankan, is een probleem dat zich in bijna heel Nederland voordoet, zoals ik heb toegelicht
in de Kamerbrief van 18 oktober 2023 (Kamerstuk 29 023, nr. 451). De netbeheerders investeren vanaf 2025 8 miljard euro per jaar in de uitbreiding
en verzwaring van het stroomnet. Deze investeringen zijn echter niet van de een op
de andere dag gereed. Aanvragen voor nieuwe en zwaardere aansluitingen worden daarom
in meerdere regio’s in de wachtrij geplaatst. Dit kan dus ook gelden voor verzoeken
elders in het land die vergelijkbaar zijn met de aanvraag van dit zorgcentrum.
Landelijk staan in totaal 9.400 aanvragen in een wachtrij voor afname-aansluitingen.
Dit betreft zowel nieuwe aansluitingen als aanvragen voor een zwaardere aansluiting.
Als kanttekening bij dit cijfer geldt dat het mogelijk is voor een partij om op meerdere
plaatsen een aanvraag te doen of dat een partij haar aanvraag uiteindelijk toch intrekt.
Enexis publiceert iedere maand actuele wachtlijstkaarten per station per provincie3. Ook de andere netbeheerders delen deze informatie op hun websites4. Vanwege (bedrijfs)vertrouwelijkheid heb ik geen zicht op welke partijen in de wachtrij
staan.
Vraag 5
Hoe sluit dit voorval aan op de discussie omtrent maatschappelijke prioritering bij
netcapaciteit?
Antwoord 5
De ACM werkt aan een maatschappelijk prioriteringskader. In april verwacht de ACM
het definitieve kader te publiceren middels een codebesluit. In dit kader worden aanvragen
binnen gedefinieerde categorieën aangemerkt met prioriteit op basis van het maatschappelijk
belang dat de aanvraag dient. In het conceptkader is onder «gezondsheidszorg» ruimte
om prioriteit te geven aan ziekenhuizen. Langdurige zorg zoals verpleeghuizen en de
(permanente) woningen die het zorgcentrum biedt, vallen hier niet onder. Wel vallen
deze in het conceptbesluit onder «woningbehoefte». Pas als de ACM het kader definitief
heeft vastgesteld is hier zekerheid over. Overigens geldt dat als dit zorgcentrum
prioriteit krijgt bij het toekennen van de gevraagde zwaardere aansluiting, er nog
steeds wel capaciteit beschikbaar moet zijn. Zonder het ontsluiten van flexibel vermogen
in de regio of het realiseren van de geplande uitbreiding is dit niet het geval.
Vraag 6 en 7
Welke stappen onderneemt u met regionale netbeheerders wanneer dit soort instellingen
geen aansluitingsmogelijkheid krijgen?
Wat is de rol en de ruimte voor lokale overheden en andere belanghebbenden bij het
vinden van een oplossing?
Antwoord 6 en 7
Zoals aangegeven in de voorgaande antwoorden is eerst het ontsluiten van flexibel
vermogen of het realiseren van geplande uitbreiding noodzakelijk om aanvragen op de
wachtrij te kunnen inwilligen.
Provincies en gemeenten zijn belangrijke samenwerkingspartners bij het realiseren
van de noodzakelijke grootschalige verzwaringen en uitbreidingen. Zo wordt in de provinciale
Energy Boards gesproken over mogelijkheden om deze te versnellen, bijvoorbeeld door
snellere vergunningverlening. Voor de voortgang is verder van belang dat lokale overheden
gemaakte keuzes juridisch borgen in omgevingsvisies en warmteprogramma's. Ook werk
ik samen met lokale overheden aan het proactief aanwijzen van grond voor het plaatsen
van bijvoorbeeld transformatorhuisjes, batterijen en elektrolysers, om deze sneller
te kunnen realiseren. Tot slot kunnen de lokale overheden helpen door bedrijven te
(blijven) enthousiasmeren om hun processen te flexibiliseren en op een andere manier
met energie om te gaan. Door slim om te gaan met de huidige capaciteit is er meer
mogelijk voor nieuwe aanvragers of partijen die willen uitbreiden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.