Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van den Berg over het bericht ‘1e gegevensuitwisseling onder Wegiz verplicht: Versturen van recept door huisarts aan terhandsteller’
Vragen van het lid Van den Berg (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «1e gegevensuitwisseling onder Wegiz verplicht: Versturen van recept door huisarts aan terhandsteller» (ingezonden 17 november 2023).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 15 december
2023).
Vraag 1
Kent u het bericht «1e gegevensuitwisseling onder Wegiz verplicht: Versturen van recept
door huisarts aan terhandsteller» op gegevensuitwisselingindezorg.nl?
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met het bericht.
Vraag 2
Waarom stelt u de algemene maatregel van bestuur (AMvB) uit en krijgen de huisartsen
extra tijd om een persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) aansluiting te realiseren?
Huisartsen wisten toch ruim op tijd waaraan zij moesten voldoen?
Antwoord 2
In het belang van de patiënt vind ik het essentieel een goede invulling te geven aan
de PGO. In mijn brief «Voortgang persoonlijke gezondheidsomgevingen» van 11 mei 2023
heb ik u geïnformeerd over het beleid dat ik hiervoor ontwikkel en inzet.1 Het is mijn wens om de invulling van de PGO zo snel mogelijk te realiseren en daarbij
zorgvuldig te werk te gaan. In het kader van de AMvB die het elektronisch versturen
van het recept door huisarts aan terhandsteller aanwijst, is ook de verplichting van
het beschikbaar stellen van de medicatieafspraak aan de PGO van de patiënt voorzien.
Eerder heeft het succesvolle «Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling tussen
Professional en Patiënt (VIPP) Open» ertoe geleid dat op dit moment al 97% van de
huisartsenpraktijken de medicatieafspraken2 kan ontsluiten naar een PGO. Dit betekent dat 3% van de huisartsenpraktijken nog
een aansluiting op de PGO moet regelen. Uit het VIPP Open is gebleken dat de technische
aansluiting gemiddeld 6 maanden in beslag neemt.
Na reactie van de huisartsenkoepels op de internetconsultatie van het Besluit elektronische
gegevensuitwisseling in de zorg (Begiz) heb ik besloten dat de huisartsen, na inwerkingtreding
van de AMvB op 1 januari 2024, een half jaar de tijd krijgen om op PGO’s aan te sluiten.
Ik ben in overleg met de huisartsenkoepels voor een ondersteuningsprogramma voor de
groep huisartsen die nog niet is aangesloten. De AMvB «Versturen van recept door huisarts
aan de terhandsteller» zal daarom in twee fases in werking treden. Per 1 januari 2024
gaat de verplichting voor huisartsen gelden om het recept elektronisch aan de terhandsteller
te sturen. De tweede fase, waarin ontsluiting van de medicatieafspraak aan de PGO
wordt verplicht, treedt in werking op 1 juli 2024.
Vraag 3
Deelt u de mening dat verkeerd gedrag wordt beloond met dit uitstel? Wat betekent
dit voor andere AMvB’s?
Antwoord 3
Bij elke AMvB wordt bepaald of, hoe en wanneer aansluiting op de PGO haalbaar is.
Dit wordt mede bepaald door het percentage van de sector dat is aangesloten op de
PGO en hoeveel ondersteuning er nog noodzakelijk is. Het betreft hier bovendien de
eerste keer dat volgens de Wegiz-systematiek middels een AMvB een gegevensuitwisseling
wordt aangewezen. De daarbij horende verplichte PGO-aansluiting voor de huisarts werd
pas in de loop van 2023 bekend. Dat vraagt om een gedegen afweging van belangen om
van de Begiz-implementatie een succes te maken. Door nu te kiezen voor een aanvullende
implementatietermijn van een half jaar, hebben huisartsen de tijd gekregen om zich
goed op de wettelijke verplichting voor te bereiden. Bovendien doen we op deze wijze
kennis op over een passende implementatie van de Begiz en de PGO-aansluiting. Mogelijk
dat hierdoor toekomstige Wegiz-AMvB’s, met de PGO-aansluitingsverplichting, in zijn
geheel in werking kunnen treden.
Vraag 4
Kunt u aangeven wat de stand van zaken is (tijdspaden, ingangsdata, etc.) van alle
andere geplande AMvB’s inclusief de AMvB’s op basis van de amendementen 25 en 44 van
de Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz) die betrekking hebben
op het aanpakken van de marktmacht van ICT-leveranciers in de zorg3?, 4
Antwoord 4
In mijn brief «Voortgang Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg» van 2 oktober
2023 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van de AMvB’s voor de gegevensuitwisselingen
op de Meerjarenagenda Wegiz.5 De uitwerkingen van de amendementen nr. 25 en nr. 44 worden bij het opstellen van
de AMvB’s meegenomen en lopen mee in de planning.
Zoals benoemd in amendement nr. 25 worden ICT-leveranciers verplicht tenminste Open
API’s te gebruiken. Vanuit dit oogpunt is de AMvB voor de Basisgegevensset Zorg (BgZ)
opgesteld, waarin ICT-leveranciers (via de aangewezen NEN-norm) verplicht worden de
BgZ uit te wisselen volgens tenminste Open API's. Deze Open API's worden gedefinieerd
volgens de API-strategie van Nictiz. Het is tevens vereist dat deze API's worden gedocumenteerd
en opgenomen in de Nationale Bibliotheek van Zorg-ICT-standaarden.
Om de marktwerking in de zorg-ICT-markt te verbeteren is, op 4 april 2023, het Actieplan
Zorg-ICT-markt aan de Tweede Kamer verstuurd.6 Het hoofddoel van het Actieplan (2023–2025) is om de zorg-ICT-markt opener, toegankelijker
en eerlijker te maken om bij te dragen aan databeschikbaarheid en interoperabiliteit.
Aan de hand van het genoemde Actieplan Zorg-ICT-markt, onderzoek ik momenteel de mogelijkheden
om het gericht afdwingen van dataportabiliteit, zoals beschreven in amendement nr. 44,
te versnellen. Ook worden toekomstbestendige voorwaarden gecreëerd die bijdragen aan
elektronische gegevensuitwisseling in de zorg. In het Actieplan wordt beschreven hoe
VWS meer regie neemt op de zorg-ICT-markt, zonder de verantwoordelijkheid van andere
betrokken partijen over te nemen. Het is belangrijk dat er een gezamenlijke inzet
plaatsvindt van alle betrokken partijen om de interventies uit het Actieplan te laten
slagen. De Tweede Kamer zal jaarlijks worden geïnformeerd over de voortgang van het
Actieplan Zorg-ICT-markt. In het eerste kwartaal van 2024 kan uw Kamer een brief over
dit onderwerp tegemoet zien.
Vraag 5
Kunt u deze vragen voorafgaand aan de begrotingsbehandeling van het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport beantwoorden?
Antwoord 5
Ik zal mij ervoor inspannen deze vragen voorafgaand aan de begrotingsbehandeling van
het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport te beantwoorden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.