Schriftelijke vragen : De wenselijkheid van politieke peilingen vlak voor verkiezingen
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de wenselijkheid van politieke peilingen vlak voor verkiezingen (ingezonden 4 december 2023).
Vraag 1
Hoe reflecteert u op de invloed die de verschillende politieke peilingen in de aanloop
naar de verkiezingen van 22 november 2023 op de betreffende verkiezingen hebben gehad?
Kunt u een tijdlijn en een impactanalyse geven met betrekking tot de invloed van de
peilingen op de afgelopen verkiezingen, de maatschappelijk en politieke dynamiek in
de samenleving en de daarbij behorende uiteenzetting van de gevolgtrekkingen die daaruit
kunnen voortvloeien?
Vraag 2
Welke invloed denkt u dat de plotselinge stijging van zetels voor de PVV in de peilingen
heeft gehad op de publieke beeldvorming en het stemgedrag van de kiezers in Nederland
in de laatste dagen voor de verkiezingen? Erkent u dat politieke peilingen en plotselinge
verschuivingen in de peildata kiezers ertoe kunnen bewegen om hun stemkeuze aan te
passen en/of «strategisch» te stemmen op de partij waarvan de peilingen aangeven dat
die de grootste zal worden?
Vraag 3
Deelt u de mening dat politieke peilingen grote invloed uitoefenen op de maatschappelijke
beeldvorming en daarmee samenhangend met het stemgedrag van kiezers, het zogenaamde
«bandwagon-effect», omdat zij zich laten leiden door het beeld dat in de politieke
peilingen wordt geschetst, maar dat dat beeld niet noodzakelijkerwijs representatief
is voor het echte politieke speelveld in de maatschappij en bovendien vaak ook niet
onafhankelijk en op ondoorzichtige wijze tot stand komt?
Vraag 4
Zo ja, is het dan wat u betreft wenselijk dat er vlak voor verkiezingen nog politieke
peilingen worden gehouden, aangezien dit de onafhankelijkheid van het stemgedrag en
daarmee de vrije keuze van de kiezer in gevaar brengt? En is het überhaupt wenselijk
dat er in tijden van verkiezingen politieke peilingen worden gehouden, die onvermijdelijk
leiden tot beïnvloeding van de bevolking?
Vraag 5
Worden de peilmethodes en de uitslagen van de politieke peilingen op enigerlei wijze
aan een bepaalde vorm van toetsing en controle onderworpen, om te bepalen hoe accuraat
de methodieken en de uitslag van deze peilingen zijn en indien dat niet het geval
is, hoe kunnen kiezers dan beoordelen of zij zich terecht of onterecht hebben laten
beïnvloeden en/of adviseren?
Vraag 6
Bent u zich ervan bewust dat het in verschillende Europese landen, waaronder Luxemburg,
Frankrijk, Italië en Cyprus verboden is om vlak voor verkiezingen nog peilingen te
doen, teneinde ervoor te zorgen dat kiezers een echt onafhankelijke keuze kunnen maken?
Waarom is dit in Nederland niet het geval en zou een dergelijke maatregel in ons land
niet ook moeten worden ingevoerd? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Is er data en/of zijn er analyses beschikbaar over de invloed van politieke peilingen
op verkiezingsuitslagen, van de afgelopen tien jaar? Zo ja, welke trends zijn er zichtbaar
en welke conclusies kunnen daaruit worden getrokken?
Vraag 8
Op welke manier zijn de politieke peilingen de afgelopen tien jaar veranderd en wat
is daarvan de invloed geweest op verkiezingen en de uitslagen daarvan?
Vraag 9
Is bekend welke politieke peiling het meeste invloed heeft gehad op de Tweede Kamerverkiezingen
van 22 november 2023 en wat hiervan de oorzaak was? Zo nee, gaat u dit in kaart brengen?
Vraag 10
Is van alle peilbureaus bekend of en welke connecties er zijn met politieke partijen
en/of organisaties gelieerd aan en/of betrokken bij de politiek en op welke manier
die invloed uitoefenen op de peilingen van specifieke verkiezingen?
Vraag 11
Hoe reflecteert u op de impact van politieke peilingen vlak voor verkiezingen op het
gelijke speelveld voor grote en kleine politieke partijen? Erkent u dat kleine en/of
nieuwe partijen makkelijk benadeeld raken door peilingen vlak voor de verkiezingen,
omdat deze veel kiezers richting grotere/bekende partijen met een hoog voorspeld aantal
zetels zullen doen bewegen?
Vraag 12
Erkent u dan ook dat politieke peilingen vlak voor de verkiezingen kunnen worden ingezet
om kleinere partijen uit de race te prijzen en hoe wordt erop toegezien dat politieke
peilingen hiervoor niet worden gebruikt door belangengroepen?
Vraag 13
Kunt u in kaart brengen op welke manier de politieke peilingen voor de Tweede Kamerverkiezingen
van 22 november 2023 de media hebben beïnvloed, die vervolgens in hun uitingen een
bias ontwikkelden voor partijen die hoog stonden in de peilingen, of juist partijen
die in de peilingen op een gering aantal zetels stonden negatief hebben belicht en
daarmee het stemgedrag van de kiezers hebben beïnvloed? Kunt u ook een analyse geven
van de manier waarop politieke peilingen de afgelopen tien jaar de media hebben beïnvloed,
de banden van de media met peilbureaus en wat de impact daarvan was op verkiezingsuitslagen?
Indien een dergelijke analyse er niet is, bent u dan bereid dit te gaan onderzoeken?
Vraag 14
Bent u voornemens om, nu de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023 de invloed
van politieke peilingen op de verkiezingsuitslag onomstotelijk duidelijk hebben gemaakt,
na te gaan denken over politieke maatregelen om politieke peilingen in verkiezingstijd
te reguleren, aan banden te leggen, of wellicht zelfs helemaal te verbieden?
Indieners
-
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Indiener
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.