Antwoord schriftelijke vragen : Antwoorden op vragen van het lid Boswijk over de situatie in de zuidelijke Kaukasus
Vragen van het lid Boswijk (CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de situatie in de Zuidelijke Kaukasus (ingezonden 2 oktober 2023).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 13 november 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met de recente berichtgeving omtrent Nagorno-Karabach, in het bijzonder
de commentaren «Netjes gezuiverd»1 en «Goede bedoelingen van de EU zijn weinig waard als de harde machtsverhoudingen
verschuiven»2?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
In hoeverre kan er worden gesproken van een etnische zuivering in Nagorno-Karabach?
Deelt u de opvatting dat Nagorno-Karabach weliswaar niet met geweld etnisch wordt
gezuiverd, maar dat de oorspronkelijke bewoners van het gebied vanwege de serieuze
geweldsdreigingen, de uithongeringstactieken en de bedreigende taal van de Azerbeidzjaanse
president Alijev geen andere keuze hebben dan te vertrekken en dat er in die zin weldegelijk
sprake is van een etnische zuivering? En wat betekent deze constatering voor het handelingskader
van de Europese Unie (EU) jegens Azerbeidzjan?
Antwoord 2
Het leidt geen twijfel dat de etnisch Armeense bewoners van Nagorno-Karabach het gebied
zijn ontvlucht omdat zij zich niet veilig voelden, o.a. vanwege de maandenlange blokkade
van de Lachin-corridor. Of er gesproken kan worden van een etnische zuivering is een
juridisch ingewikkelde kwestie. Het kabinet zal in een separate brief op deze vraag
ingaan, mede in het kader van de aangenomen motie van het Lid Ceder over op basis
van feiten beoordelen of de vlucht van de Armeense bevolking uit Nagorno-Karabach
na de blokkade van en aanval op de enclave neerkomt op etnische zuivering (12-10-2023).3
Vraag 3
Klopt het dat u recent met de Hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse
zaken en veiligheidsbeleid heeft gesproken over de situatie in Nagorno-Karabach? Zo
ja, kunt u schetsen wat de komende periode de Europese inzet wordt richting Azerbeidzjan?
Worden er sancties ingesteld tegen degenen die de gedwongen exodus hebben vormgegeven?
Antwoord 3
Het klopt dat ik hierover, op 27 september jl., met de Hoge Vertegenwoordiger heb
gesproken. Daarnaast is tijdens de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 23 oktober jl.
ook kort gesproken over deze situatie.
HV Borrell stelde tijdens de RBZ ten aanzien van steun voor Armenië voor dat EDEO
de mogelijkheden voor non-lethale steun onder de Europese Vredesfaciliteit (EPF) zorgvuldig
zal verkennen. Hetzelfde geldt voor de mogelijkheden om de Europese Unie Missie in
Armenië (EUMA) te versterken met meer mensen en meer patrouilles. EDEO zal voorts,
met een missie naar Armenië, de mogelijkheden voor economische steun in kaart brengen.
Nederland heeft conform de motie van het lid Ceder4 in de Raad steun uitgesproken voor bovenstaande ideeën en andere EU-lidstaten opgeroepen
dit ook te doen. Tevens heeft Nederland conform de motie van leden Bikker en Omtzigt
aangegeven dat in geval van nieuw geweld binnen de EU gesproken moet worden over gepaste
maatregelen.5 De HV gaf aan dat de Armeense Minister van Buitenlandse Zaken uitgenodigd zal worden
voor de RBZ van november.
Vraag 4 en 5
Deelt u de zorg dat Azerbeidzjan mogelijk op korte termijn militair een doorgang zal
proberen te forceren naar de Azerbeidjaanse exclave Nachitsjevan, hetgeen een grove schending van het internationaal recht zou betekenen?
Hoe wordt door de Europese Unie geanticipeerd op deze mogelijke geweldsescalatie?
Welke maatregelen worden voorbereid indien Azerbeidzjan besluit Armenië binnen te
vallen?
Antwoord 4 en 5
In het trilaterale akkoord van 2020 is expliciet vermeld dat alle economische en transportverbindingen
van en naar Nachitsjevan gedeblokkeerd worden, welke onbelemmerd verkeer van personen,
voertuigen en vracht in beide richtingen zou bewerkstelligen.
Het kabinet heeft momenteel geen aanwijzingen dat Azerbeidzjan plannen heeft om een
doorgang te forceren naar de exclave Nachitsjevan. Azerbeidzjan heeft publiekelijk bevestigd dat het de route naar Nachitsjevan met en
via Iran verder wil ontwikkelen. Nederland en de EU blijven inzetten op het zo snel
mogelijk hervatten van de vredesonderhandelingen tussen Armenië en Azerbeidzjan, ook
om wederzijdse erkenning van de Armeense en Azerbeidzjaanse territoriale integriteit
expliciet vast te leggen. Wat betreft maatregelen in geval van nieuw geweld zij verwezen
naar mijn interventie tijdens de RBZ van 23 oktober jl., zie ook het antwoord op vraag
3.
Vraag 6
Kunt u uiteenzetten in welke mate de Europese Unie afhankelijk is van Azerbeidjaans
gas en hoe deze afhankelijkheid er de komende jaren uit gaat zien indien er geen koerswijziging
plaatsvindt?
Antwoord 6
In juli 2022 heeft de voorzitter van de Europese Commissie Ursula Von der Leyen een
memorandum van overeenstemming getekend met Azerbeidzjan om de gasexport naar de EU
te verdubbelen. Dit is in lijn met de EU-inzet t.a.v. diversificatie om de afhankelijkheid
van Russisch gas te verminderen, in het kader van de REPowerEU-strategie. De EU importeerde in 2022 ongeveer 4% van het totale EU-verbruik aan gas
vanuit Azerbeidzjan. Nederland importeert geen Azerbeidzjaans gas.6
Vraag 7
Wordt er naar aanleiding van de recente gebeurtenissen in Azerbeidzjan al actief gezocht
naar vervanging van Azerbeidjaans gas? Zo nee, waarom niet, en kunt u dit als voorstel
op tafel leggen tijdens de eerstvolgende Raad Buitenlandse Zaken?
Antwoord 7
De EU beraadt zich momenteel allereerst op de wijze waarop Armenië gesteund kan worden.
Hierover is kort gesproken tijdens de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 23 oktober
jl. Zoals vermeld in het verslag van de RBZ stelde de Hoge Vertegenwoordiger Borrell
in dit kader voor dat EDEO de mogelijkheden voor non-lethale EPF zorgvuldig zal verkennen.
Hetzelfde geldt voor de mogelijkheden om de Europese Unie Missie in Armenië (EUMA)
te versterken met meer mensen en meer patrouilles. EDEO zal voorts, met een missie
naar Armenië, de mogelijkheden voor economische steun in kaart brengen. Nederland
heeft conform de motie van het lid Ceder7 in de Raad steun uitgesproken voor bovenstaande ideeën en andere EU-lidstaten opgeroepen
dit ook te doen. Tevens heeft Nederland conform de motie van leden Bikker en Omtzigt
aangegeven dat in geval van nieuw geweld binnen de EU gesproken moet worden over gepaste
maatregelen8.
Vraag 8
Welke maatregelen heeft de Europese Unie inmiddels getroffen tegen doorvoerland Azerbeidzjan
naar aanleiding van het 11e sanctiepakket?
Antwoord 8
Azerbeidzjan heeft de aandacht van de EU en Nederland als het gaat om omzeiling. Op
dit moment is er geen concrete aanleiding voor specifieke maatregelen ten aanzien
van Azerbeidzjan. In algemene zin geldt dat met het 11e sanctiepakket een belangrijk signaal is gegeven dat de EU de omzeiling van sancties
stevig aanpakt. Er zijn exportbeperkingen opgelegd tegen bedrijven uit VAE, Oezbekistan
en Hongkong wegens betrokkenheid bij omzeiling.
Ook is er een stappenplan opgenomen voor de aanpak van omzeiling, bestaande uit (1) het
intensiveren van samenwerking met derde landen door diplomatieke outreach, (2) passende individuele maatregelen tegen marktdeelnemers uit derde landen betrokken
bij het faciliteren van omzeiling en (3) in het uiterste geval de mogelijkheid tot
opleggen exportrestricties voor een land als geheel. Besluitvorming hierover geschiedt
met unanimiteit, voorafgegaan door grondige analyse, inclusief reeds ondernomen acties
en voorwaarde dat het land in kwestie is geïnformeerd en geconsulteerd. Nederland
steunt EU-sanctiegezant O’Sullivan in zijn diplomatieke inspanningen gericht op derde
landen waar omzeiling plaatsvindt en met analyses die bijdragen aan het bovengenoemde
stappenplan.
Vraag 9
Welke noodhulp verlenen Nederland en de Europese Unie aan Armenië maar aanleiding
van de recente gebeurtenissen en welke mogelijkheden ziet u om dit verder op te schalen?
Antwoord 9
In de brief op verzoek van uw Kamer d.d. 11 oktober 2023 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2737) gaat het kabinet nader in op de internationale hulpverlening en de Nederlandse bijdrage
daaraan in Nagorno-Karabach en in Armenië. Het kabinet heeft zich in internationaal
verband ingezet voor onbelemmerde humanitaire toegang tot Nagorno-Karabach. Ook stelt
het kabinet meerjarige, ongeoormerkte en flexibele financiering beschikbaar aan diverse
VN-organisaties en -fondsen, evenals het internationale Rode Kruis / de Rode Halve
Maan. Deze financiering stelt hulporganisaties in staat om snel te reageren op rampen
en crises, zoals in Nagorno-Karabach en Armenië. Onder meer de VN-vluchtelingenorganisatie
UNHCR, UNICEF, het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC) en de Internationale
Federatie van het Rode Kruis en de Rode Halve Maan (IFRC) zijn, mede dankzij deze
Nederlandse financiering, actief. Het VN Central Emergency Response Fund, waarvan Nederland dit jaar de grootste donor is, heeft 4 miljoen euro beschikbaar
gesteld voor de respons. Ook draagt de Europese Commissie bij aan de hulpverlening,
o.a. door middel van een financiële bijdrage van 10 miljoen euro en een EU-humanitaire
luchtbrug.
Vraag 10
Kunt u in de beantwoording van deze vragen ook ingaan op de voortgang die wordt geleverd
naar aanleiding van de motie van de leden Bikker en Omtzigt (Kamerstuk 36 410, nr. 74)?
Antwoord 10
Het kabinet heeft, conform motie Bikker/Omtzigt (Kamerstuk 36 410, nr. 74), in EU-kader erop aangedrongen maatregelen tegen Azerbeidzjan te bespreken. Tijdens
de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 23 oktober jl. heeft Nederland aangegeven dat
in geval van nieuw geweld binnen de EU gesproken moet worden over gepaste maatregelen9.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.