Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eppink en Van der Staaij over de banden met Iran in Nederland
Vragen van het lid Eppink (BBB) en Van der Staaij (SGP) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de banden met Iran in Nederland (ingezonden 28 september 2023).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 25 oktober 2023).
Vraag 1
Waarom bent u in gesprek gegaan met de Iraanse Minister van Buitenlandse Zaken Amir-Abdollahian,
kunt u gespreksnotities sturen van wat er besproken is en waarom heeft u ervoor gekozen
om met de Iraanse buitenlandminister te poseren op een foto?1
Antwoord 1
Net als mijn voorgangers in de voorgaande jaren, heb ik het gesprek met mijn Iraanse
ambtsgenoot aangegrepen om de mensenrechtensituatie in Iran, het nucleaire programma
van Iran en militaire steun aan Rusland aan te kaarten.
Het kabinet maakt dergelijke gespreksnotities niet openbaar. Openbaarmaking van de
inhoud van vertrouwelijke gesprekken met andere landen is schadelijk voor de betrekkingen
van Nederland.
Vraag 2
Om welke reden heeft u bereidheid getoond om de bilaterale banden met Iran aan te
halen, gezien het feit dat er nog geen enkele verbeteringen zijn getroffen in de mensenrechtensituatie
in Iran?
Antwoord 2
Het Nederlandse beleid ten aanzien van Iran blijft ongewijzigd. Nederland heeft naast
kritiek op de mensenrechtensituatie in Iran ernstige zorgen over o.a. het nucleaire
programma van Iran, militaire steun aan Rusland, intimidatie van de Iraanse diaspora
in het Westen en de rol van Iran in de regio. Het aanhalen van betrekkingen ligt derhalve
niet in de rede.
Vraag 3
Kunt u uitspreken, gezien de grote tegenstand in Nederland tegen dit gesprek met de
Iraanse Minister van Buitenlandse Zaken, dat Nederland géén bilaterale banden met
Iran wil aanhalen en kunt u vanaf heden de Kamer informeren alvorens u een gesprek
aangaat met Iraanse bewindslieden?
Antwoord 3
Het beleid ten aanzien van Iran blijft ongewijzigd. Dit geldt ook voor het onderhouden
van diplomatieke contacten. Juist in deze contacten adresseert Nederland de bovengenoemde
zorgen.
Vraag 4
Heeft u kennisgenomen van de documentaire van Zembla over dat Iran-sancties tegen
de Revolutionaire Garde via Nederland worden ontdoken?2
Antwoord 4
Ja. Alhoewel het kabinet zich niet in het geschetste beeld herkent, wil het zich
onthouden van een inhoudelijk oordeel over de televisie-uitzendingen.
Vraag 5
Zijn er aanwijzingen dat Iraanse oliebedrijven die nauw verweven zijn met de Revolutionaire
Garde, via Nederlandse bedrijven sancties weten te ontduiken?
Antwoord 5
Het IRGC is sinds 26 juli 2010 door de EU gesanctioneerd vanwege betrokkenheid bij
het Iraanse nucleaire programma en het programma voor ballistische raketten. Het is
niet toegestaan om direct of indirect tegoeden of economische middelen ter beschikking
te stellen aan de IRGC. Indien er aanwijzingen zijn dat Nederlandse bedrijven helpen
om sancties te omzeilen, dan treedt de overheid handhavend op.
Vraag 6
Klopt het dat het Iraanse staatsoliebedrijf NIOC en het Iraans-Nederlandse handelscentrum
«01 International BV» banden met elkaar hebben? Zo ja, is dit voor u reden tot feitelijk
onderzoek naar het strafbare feit «zaken doen met een gesanctioneerde partij», waarop
een boete kan staan van 900.000 euro en een celstraf van zes jaar?
Antwoord 6
Sanctiehandhaving is een prioriteit voor het kabinet. Als er aanwijzingen zijn dat
sancties niet worden nageleefd, wordt er onderzoek gedaan, en waar nodig wordt er
handhavend opgetreden. Indien sprake is van een overtreding van de Wet op economische
delicten, kunnen individuen ook strafrechtelijk worden vervolgd. Over individuele
gevallen kan het kabinet echter geen uitspraken doen.
Vraag 7
Bent u het ermee eens dat NIOC op de Europese sanctielijst thuishoort, gezien het
feit dat NIOC honderden miljoenen dollars aan olie heeft doorgesluisd naar de Revolutionaire
Garde en ook gezien het feit dat NIOC en het Russische Gazprom warme banden met elkaar
hebben en dit jaar nog een investeringsakkoord hebben getekend van welgeteld 40 mlrd.
euro?3 Zo ja, bent u bereid bij de komende Raad Buitenlandse Zaken op 23 oktober 2023 hier
een punt van te maken?
Antwoord 7
Het kabinet gaat niet in op potentiële sanctionering, aangezien een dergelijke vooraankondiging
het verrassingseffect van de sancties schaadt.
Vraag 8
Was het u reeds bekend met de mogelijke contacten tussen het Iraanse regime en het
handelscentrum 01 International BV? Zo ja, vanaf wanneer was u zich hier van bewust,
en zo nee waarom niet?
Antwoord 8
Over individuele gevallen kan het kabinet geen uitspraken doen.
Vraag 9
Zijn er mogelijk andere (Iraans-)Nederlandse bedrijven waarvan vermoedens zijn dat
zij warme banden hebben met de Revolutionaire Garde? Zo ja, kunt u vertrouwelijk een
lijst daarvan voor enkel Kamerleden beschikbaar maken zodat de Kamer hierover geïnformeerd
kan worden?
Antwoord 9
Zoals gesteld in antwoord 5 acht het kabinet het buitengewoon onwenselijk als de sancties
tegen het IRGC via Nederland worden ontweken en zoals gesteld in antwoord 7 wordt
er onderzoek gedaan als er aanwijzingen zijn dat sancties niet worden nageleefd. Over
lopende onderzoeken naar derde partijen, waarbij (nog) geen strafbare feiten zijn
vastgesteld, kan ik geen uitspraken doen.
Wanneer onderzoek daartoe aanleiding geeft, zal de Douane onder de verantwoordelijkheid
van Onze Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking handhavend
optreden in samenwerking met het Openbaar Ministerie. Indien nodig kunnen bedrijven
of individuen strafrechtelijk worden vervolgd. Over strafrechtelijke vervolging van
derden kan ik eveneens geen uitspraken doen, noch de Kamer informeren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.