Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Nispen en Temmink over het bericht dat de gemeente Den Haag, in navolging van de gemeente Deventer, cameradrones toepast bij het inspecteren van dakkapellen en uitbouwen
Vragen van de leden Van Nispen en Temmink (beiden SP) aan de Ministers voor Rechtsbescherming, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over het bericht dat gemeentes cameradrones inzetten bij bouwtechnische inspecties van woningen (ingezonden 11 juli 2023).
Antwoord van Minister De Jonge (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
2 oktober 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3311.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat de gemeente Den Haag, in navolging van de
gemeente Deventer, cameradrones toepast bij het inspecteren van dakkapellen en uitbouwen?1,
2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u het er mee eens dat drones die met camera’s uitgerust zijn, en nauwelijks hoorbaar
en zichtbaar zijn, tot een grote inbreuk op de persoonlijke levenssfeer kunnen leiden,
zeker als zij worden ingezet in omgevingen waar mensen wonen?
Antwoord 2
Ja. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft om die reden kaders op haar website3 geplaatst over het gebruik van drones met camera’s.
Vraag 3
Hebben de gemeentes Deventer en Den Haag een zogenaamde Data Protection Impact Assessment
(DPIA) uitgevoerd op deze nieuwe verwerking van (persoons)gegevens?
Antwoord 3
Uit navraag blijkt dat de gemeente Deventer geen DPIA heeft uitgevoerd. De gemeente
Deventer heeft aangegeven zorgvuldigheid belangrijk te vinden en heeft besloten alsnog
een DPIA uit te voeren op het hele bouwtechnische toezichtproces, waaronder het maken
van foto’s met een drone.
De gemeente Den Haag heeft laten weten wel een DPIA te hebben uitgevoerd.
Vraag 4
Klopt het dat de luchtvaartregelgeving het verbiedt om onder andere boven gebieden
met aaneengesloten bebouwing of boven mensenmenigten te vliegen, en dat van dit verbod
slechts mag worden afgeweken met een specifieke ontheffing? Zo ja, hebben de bovengenoemde
gemeentes een dergelijke ontheffing voor het gebruik van de cameradrones bij de inspectie
op de kwaliteit van bouwwerken? Indien zij deze ontheffing hebben, wie heeft deze
ontheffing verstrekt en op basis van welke criteria?
Antwoord 4
Nederland heeft besloten (zie Staatcourant 13342 van 24 mei 2022) dat surveillance
en inspectie activiteiten die in het algemeen belang worden verricht door of uit naam
van een orgaan waaraan overheidsbevoegdheden zijn verleend, dienen te voldoen aan
de Europese wetgeving voor exploitatie van onbemande luchtvaartuigen. Deze wetgeving
bevat de volgende regels met betrekking tot vluchten boven mensen en bebouwing:
1. Voor vluchten boven bijeenkomsten van mensen (bijvoorbeeld een grote groep mensen
als toeschouwers bij een evenement) specifieke risico beperkende maatregelen nodig
zijn en daarom alleen zijn toegestaan met een vergunning.
2. Voor vluchten over kleine groepen mensen of individuen met voldoende bewegingsvrijheid
die niet betrokken zijn bij de vlucht zijn algemene risico beperkende maatregelen
bepaald. Er is voor deze vluchten geen vergunning nodig als de piloot zich aan deze
maatregelen houdt.
3. Voor vluchten over woonzones zijn ook algemene risicobeperkende maatregelen bepaald
en is geen vergunning nodig als de piloot zich aan deze maatregelen houdt.
De Inspectie Leefomgeving en Transport geeft in Nederland vergunningen af aan exploitanten
van onbemande luchtvaartuigen. Een vergunning is niet vereist, omdat zowel gemeente
Deventer als Den Haag heeft aangegeven te voldoen aan de hierboven vermelde maatregelen.
Gemeente Den Haag heeft aangegeven dat gebruik wordt gemaakt van een externe drone
operator die over de benodigde vergunningen en gekwalificeerd personeel beschikt om
de vluchten veilig uit te voeren, en die indien nodig specifieke vergunningen aanvraagt.
Uit navraag bij de Deventer blijkt dat niet boven aaneengesloten bebouwingen of mensenmenigten
wordt gevlogen en daarom een ontheffing niet nodig is.
Vraag 5
Worden door de bovengenoemde gemeentes voor elke vlucht risicoanalyses gemaakt, zoals
de wet voorschrijft? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke manier, en zijn die risicoanalyses
ook openbaar?
Antwoord 5
Het uitvoeren van een risicoanalyse voor iedere vlucht is niet vereist als de verkregen
vergunning geldig is voor de beoogde vlucht. Risico’s met betrekking tot bescherming
van privacy vallen daarbij buiten de risicoanalyse die uitgevoerd moet worden voor
het verkrijgen van een vergunning. Exploitanten moeten als onderdeel van de vergunningsaanvraag
wel verklaren dat de vluchten worden uitgevoerd in overeenstemming met de van toepassing
zijnde regels voor bescherming van de privacy.
Vraag 6
Bent u het er mee eens dat uit artikel 13, lid 2, en artikel 14, lid 2, Algemene verordening
gegevensbescherming (AVG) voortvloeit dat betrokkenen dienen te worden geïnformeerd
over het feit dat zij mogelijk gefilmd worden en dat dit haaks staat op de houding
van de gemeente Den Haag die aangeeft op haar website niet verplicht te zijn controles
aan te kondigen en ook op straat geen verantwoording schuldig zegt te zijn over de
controles?
Antwoord 6
Uit artikelen 13 en 14 AVG volgt een informatieplicht om mensen die (mogelijk) gefilmd
worden, te informeren over het gebruik van drones met een camera voordat zij worden
gefilmd. Op die informatieplicht zijn uitzonderingen mogelijk. Het gaat dan om situaties
waarin de betrokkenen al op de hoogte zijn van de camera’s, het gebruik van de camera’s
is voorgeschreven in een wet die ook in passende maatregelen voorziet, en als de verwerkte
persoonsgegevens vertrouwelijk moeten blijven. Ook geldt de informatieplicht niet
als het informeren van de betrokkenen onmogelijk blijkt of een onevenredige inspanning
kost. Deze zijn ook te lezen op de onder antwoord 2 vermelde internetpagina van de
AP. Of de gemeente Den Haag deze uitzonderingen terecht heeft ingeroepen, is niet
ter beoordeling van de regering. Dit is aan de gemeente zelf, als verwerkingsverantwoordelijke,
en uiteindelijk aan de AP als toezichthouder en eventueel de rechter.
De gemeente Den Haag heeft laten weten dat zij de vergunninghouder informeert dat
de inspectie mogelijk uitgevoerd kan worden met behulp van een drone. Daarnaast worden
inspecties ook uitgevoerd bij het vermoeden van illegale bouw. Dit is onderdeel van
haar handhavende taak in de zin van artikel 5.2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Tijdens de dronevlucht hebben de droneoperator en een inspecteur van de gemeente inzage
in het beeld. Deze beelden worden niet opgeslagen. De betrokkenen worden altijd geïnformeerd
voordat een controle met een drone wordt uitgevoerd door middel van:
– Flyers en informatieborden in de omgeving waar de dronevlucht wordt uitgevoerd.
– De privacyverklaring op de website van de gemeente Den Haag.
– Tijdens het aanschrijven meldt de gemeente Den Haag dat de nacontrole met behulp van
een drone kan plaatsvinden (handhaving illegale bouw).
– In de brieven aan de vergunning aanvragers wordt aangekondigd dat een controle met
drone mogelijk is.
In Deventer wordt geen gebruikgemaakt van videobeelden. Via een livestream bepalen
de toezichthouders wanneer er een foto wordt gemaakt. Hierdoor kunnen zij vanaf de
grond beoordelen of en zo ja welke persoonsgegevens in beeld zijn. Uit navraag blijkt
verder dat de gemeente Deventer de inwoners aan de voorkant informeert aan de hand
van de social media in Deventer en de krant. Daarnaast staan er borden rondom het
landingsplatform en zijn de toezichthouders duidelijk te herkennen. Voorafgaand aan
iedere controle zal de gemeente altijd contact opnemen met de eigenaar/betrokkene.
Gemeente Deventer geeft aan dat de grondslag voortvloeit uit hun publieke taak, het
uitvoeren van bouwtoezicht. De drones worden pertinent niet ingezet om te filmen (geen
video-opnames), maar gebruikt om vanaf hoogte een foto te maken van een bouwtechnisch
element.
Vraag 7
Hoe lang worden de gegevens die worden geregistreerd met behulp van deze drones bewaard?
Antwoord 7
Uit navraag blijkt dat in de gemeente Den Haag de foto’s van het te inspecteren object
die gemaakt worden tijdens de vlucht onderdeel worden van het dossier. Voor deze dossiers
gelden afhankelijk van de situatie verschillende bewaartermijnen – conform de Archiefwet.
In Deventer worden de dronefoto´s opgenomen in de toezichtsrapportage. De toezichtsrapportage
is de enige plek waar de foto’s zijn opgeslagen. Op andere plekken worden deze verwijderd.
De rapportage wordt geregistreerd in een zaaksysteem (e-suite) waarin de wettelijke
bewaartermijnen zijn geborgd. Toezichtrapportages worden standaard 5 jaar bewaard
na het afronden van de toezichtszaak.
Vraag 8
Is u bekend op welke manier de gemeente Den Haag mensen en nummerborden onherkenbaar
maakt? Is hier sprake van een geautomatiseerd proces (en dus gezichtsherkenning en
nummerbordherkenning) of gebeurt dit met de hand door een medewerker van de gemeente?
Antwoord 8
Uit navraag bij de gemeenten Den Haag en Deventer volgt het volgende.
De gemeente Den Haag gebruikt de drones om gebouwen en bouwwerken te controleren.
Er wordt voorkomen dat personen of andere identificerende kenmerken in beeld komen.
Daar waar dat wel aan de orde is, maakt de drone operator gebruik van de software
om personen en nummerborden onherkenbaar te maken. Uit de DPIA van de gemeente is
naar voren gekomen dat de gegevensverwerking geen hoog (rest)risico met zich meebrengt
voor de betrokkenen, mits de voorgestelde maatregelen uit de DPIA worden opgevolgd
en geïmplementeerd. De inzet van de drone is beperkt tot 10 keer per jaar. Het verwerken
van persoonsgegevens tijdens de drone vlucht wordt zo veel mogelijk beperkt, bijvoorbeeld
door zo hoog mogelijk te vliegen. De beelden worden niet opgeslagen. Tijdens de drone
vlucht kijkt een inspecteur live mee en geeft gericht aan waar een foto van gemaakt
moet worden. Het uitgangspunt is dat er geen personen of irrelevante objecten gefotografeerd
worden en als dit wel het geval is wordt er geblurred.
De gemeente Deventer geeft aan niet te filmen met de drone. Er worden slechts foto’s
gemaakt van bouwtechnische elementen of bijvoorbeeld erfinrichtingsplannen. Zij zorgt
er te allen tijde voor dat er geen persoonsgegevens in de foto wordt vastgelegd. De
dronepiloten/toezichthouders zijn hiervoor verantwoordelijk. Via de livestream kunnen
zij zoals hierboven benoemd beoordelen of er geen persoonsgegevens zichtbaar zijn.
Vraag 9
Bent u bereid met gemeentes in gesprek te gaan en hen duidelijk te maken dat inspecties
met cameradrones in woonwijken niet rechtmatig zijn en dat zij hier dan ook mee moeten
stoppen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor de naleving van privacywetgeving. De gemeentelijke
functionaris gegevensbescherming houdt hier toezicht op en deelt diens bevindingen
met de gemeenteraad. Of de inzet van drones rechtmatig is, staat in de eerste plaats
ter beoordeling van de gemeenten in kwestie. Zij moeten een grondige toets uitvoeren
of het filmen of maken van foto’s in overeenstemming is met de privacy- en sectorspecifieke
wetgeving. Bij deze toets is onder meer van belang dat er een grondslag is, of het
gebruik noodzakelijk en proportioneel is en of er geen minder ingrijpende maatregelen
kunnen worden toegepast. Indien daaruit blijkt dat de inzet zoals deze wordt uitgevoerd
niet mogelijk is, zal de gemeente deze niet kunnen voortzetten. Naast het eigen onderzoek
van de gemeente bestaat de mogelijkheid dat de AP een onderzoek zal beginnen. Het
is uiteindelijk aan de AP en eventueel de rechter om een oordeel te geven over de
aanvaardbaarheid van de inzet van drones onder de omstandigheden zoals in de gemeenten
Den Haag en Deventer.
Vraag 10
Bent u het met mij eens dat deze vorm van toezicht grote gevolgen kan hebben op de
privacy van mensen?
Antwoord 10
In theoretische zin is dat zo. Toetsing aan de beleid- en uitvoeringspraktijk blijft
noodzakelijk, om een specifiek antwoord te geven.
Vraag 11
Is dit soort toezicht volgens u wel of niet toegestaan? Bent u er mee bekend hoe de
Autoriteit Persoonsgegevens aankijkt tegen dit soort gebruik van drones met de gevolgen
voor privacy en de discussie over recht- en wetmatigheid? Zo niet, bent u bereid dit
na te gaan?
Antwoord 11
Zoals vermeld in de antwoorden op vragen 2 en 6 geeft de AP op haar website de kaders
voor de inzet van drones met camera’s.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.