Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hagen over het bericht 'Ruim veertig procent van de flesjes met statiegeld komt niet bij een inzamelpunt terecht'
Vragen van het lid Hagen (D66) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Ruim veertig procent van de flesjes met statiegeld komt niet bij een inzamelpunt terecht» (ingezonden 28 augustus 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 26 september
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat ruim veertig procent van de flesjes met statiegeld
niet bij een inzamelpunt terechtkomt?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Welke handhavende actie gaat de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) ondernemen
nu het percentage ingezamelde kleine flesjes ver onder het wettelijk minimum blijkt
te liggen?
Antwoord 2
De ILT heeft een waarschuwing gestuurd aan het Afvalfonds Verpakkingen vanwege het
niet halen van het inzameldoel voor plastic flessen. De ILT verwacht een analyse en
verbeterplan waarmee de inzameldoelen wel worden gehaald. Tevens vordert de ILT gegevens
bij het Afvalfonds Verpakkingen en Statiegeld Nederland2. Dit gaat onder andere om cijfers over flessen die worden ingeleverd bij automaten
of ergens anders, inzamelcijfers per merk, het aantal flessen dat vrijwillig onder
het statiegeldsysteem valt en de hoeveelheid inzamelautomaten en andere inzamelpunten.
De ILT zal de gevorderde gegevens van het Afvalfonds Verpakkingen analyseren en gebruiken
bij het beoordelen van het verbeterplan. Op basis daarvan kijkt de ILT of dit aanleiding
geeft tot vervolgstappen.
Vraag 3
Hoe ziet dit percentage eruit voor blikjes en hoe verhoudt dit zich tot de daarvoor
gestelde doelen?
Antwoord 3
Het Afvalfonds Verpakkingen rapporteert over het voorgaande kalenderjaar. De rapportage
die ik in 2023 heb ontvangen, gaat dus over 2022. Dit is het eerste jaar waarover
de inzameldoelstelling van 90% voor plastic flessen gold. De statiegeldverplichting
voor blikjes is pas van kracht sinds 31 december 2022. Hier kan dan ook nog niet over
gerapporteerd worden. De inzameldoelstelling van 90% geldt vanaf 2024, waarover dan
in 2025 wordt gerapporteerd.
Vraag 4
Klopt het dat het betaalde statiegeld over niet ingeleverde flesjes en blikjes inmiddels
oploopt tot jaarlijks meer dan 80 miljoen euro?
Antwoord 4
Ik ben bekend met berichten van milieuorganisaties die op basis van de beschikbare
gegevens een schatting hebben gemaakt van het bedrag dat samenhangt met niet ingeleverde
flesjes en blikjes. Ik kan dit bedrag niet bevestigen omdat dit geen onderdeel uitmaakt
van de jaarrapportage van het Afvalfonds Verpakkingen.
Vraag 5
Klopt het dat de Stichting Afvalfonds Verpakkingen het geld beheert dat achterblijft
als statiegeldverpakkingen niet worden ingeleverd? Is dit wetmatig, gegeven dat het
statiegeld diegene toekomt die het betaald heeft? Kunt u inzichtelijk maken wat er
jaarlijks gebeurt met dit geld?
Antwoord 5
Ja, het geld dat resteert wanneer plastic flessen of blikjes niet worden ingeleverd,
blijft bij het Afvalfonds Verpakkingen. Als uitvoeringsorganisatie van het verpakkend
bedrijfsleven draagt het Afvalfonds de verantwoordelijkheid voor het inrichten en
uitvoeren van het statiegeldsysteem, inclusief de bekostiging daarvan3. Dit betreft het gehele systeem en alles wat daarbij hoort, zoals de machines, software,
transport en sortering, maar ook publiekscommunicatie over het statiegeld en het beheer
van het ingezamelde geld. Het geld dat overblijft wanneer consumenten er niet voor
kiezen hun statiegeld terug te krijgen of te doneren, kan het Afvalfonds – als verantwoordelijke
en eigenaar van het systeem – gebruiken voor de financiering of verbetering ervan.
Het is geen verplicht element van de jaarlijkse rapportage dat wordt gerapporteerd
over hoe dit geld wordt besteed. Echter, de ILT kan als handhaver vragen om hier meer
duidelijkheid over te verschaffen waar dit relevant is voor de beoordeling van het
onder vraag 2 genoemde verbeterplan. Verder is duidelijk dat een fikse aanvullende
investering nodig zal zijn om de wettelijke doelstelling wel te gaan halen.
Vraag 6
Bent u bereid om de Stichting Afvalfonds Verpakkingen een verplichting op te leggen
om inzichtelijk te maken hoeveel statiegeld er jaarlijks bij hen achterblijft en,
mits op wettelijke basis, hiervoor doelstellingen op te leggen wat er met dit geld
gebeurt?
Antwoord 6
De wet legt een heldere doelstelling op aan de producenten, te weten de inzameling
van 90% van de flessen. Het verpakkend bedrijfsleven moet hiervoor de middelen organiseren.
Gezien de behaalde resultaten lijkt het me voor de hand te liggen dat het geld dat
overblijft, wordt ingezet om maatregelen te bekostigen om de doelstelling zo snel
mogelijk wel te halen. De ILT kijkt in het kader van de handhaving uiteraard ook breder
naar de invulling van de wettelijke verantwoordelijkheid van het statiegeldsysteem
en kan in dat licht ook de inzet van de financiële middelen meenemen. De allereerste
prioriteit moet nu zijn dat de wettelijke doelstelling wel wordt gehaald. Wanneer
dat het geval is, blijft er immers ook veel minder niet geretourneerd statiegeld over.
Vraag 7
Deelt u de mening dat dit geld op zijn minst naar uitbreiding van inzamelingspunten,
verbetering van inzamelpunten en het tegengaan van zwerfafval zou moeten gaan?
Antwoord 7
Zoals aangegeven in de antwoorden op de vragen 5 en 6 wordt het statiegeldsysteem
ingericht, betaald en uitgevoerd door het bedrijfsleven, in de praktijk het Afvalfonds
Verpakkingen. Het statiegeld dat niet wordt teruggevraagd door consumenten blijft
bij het Afvalfonds. Dit kunnen zij gebruiken voor het bekostigen van het systeem en
gezien de resultaten over 2022 lijkt het verstandig dit ook in te zetten om het systeem
te verbeteren. Ik vind natuurlijk dat mensen die netjes statiegeldverpakkingen willen
inleveren dit op een makkelijke manier moeten kunnen doen, en dat zoveel mogelijk
mensen worden verleid dit ook echt te doen. Dit vraagt een uitgebreid en laagdrempelig
netwerk van innamepunten die bovendien goed functioneren. In het licht van de resultaten
lijkt het uitbreiden en verbeteren van die innamepunten dus een logisch startpunt
voor de extra inzet die nodig is om de wettelijke doelstelling wel te gaan halen.
Dit is immers ook in het belang van het verpakkend bedrijfsleven.
Vraag 8
Klopt het dat consumenten slechts op 5.000 innamepunten statiegeld retour kunnen krijgen,
en dat de overige 23.000 innamepunten dus geen statiegeld retour geven en de voorlichting
van Stichting Afvalfonds Verpakkingen dus misleidend is?
Antwoord 8
Er is inderdaad een aanzienlijk aantal innamepunten waar statiegeld niet direct retour
wordt gegeven aan de consument. Dit betekent echter niet dat het statiegeld van deze
flesjes bij het Afvalfonds blijft. Dit zijn doneerpunten waar het statiegeld in bepaalde
gevallen wordt uitgekeerd aan de beheerders van de innamepunten, zoals in het geval
van sportclubs, of anders naar een goed doel gaat. De rapportage maakt geen onderscheid
tussen innamepunten die wel of geen statiegeld direct aan de consument retour geven.
Vraag 9
Bent u het eens dat consumenten bij alle innamepunten hun statiegeld terug zouden
moeten kunnen krijgen? Gaat u hierover het gesprek aan met het Stichting Afvalfonds
Verpakkingen?
Antwoord 9
Zoals in mijn voorgaande antwoorden aangegeven, wordt het verpakkend bedrijfsleven
afgerekend op de behaalde resultaten, maar is de inrichting van het systeem aan hen.
Echter, gezien de resultaten is het duidelijk dat het Afvalfonds een flinke inspanning
zal moeten leveren om tot de vereiste 90% inzameling te komen. Daarbij zullen zij
ongetwijfeld ook kijken naar manieren om de consument te verleiden de flesjes terug
te brengen. Meer innamepunten waar consumenten hun statiegeld retour kunnen krijgen,
zou daar een element in kunnen zijn.
Dit heb ik ook aangegeven tijdens mijn gesprek met het Afvalfonds op 6 september jl.,
conform mijn toezegging aan uw Kamer. Ik heb daarbij het belang benadrukt van een
klantvriendelijke inzameling van statiegeldverpakkingen. Ik heb aangegeven dat er
echt veel meer moet worden ingezet op goed functionerende innamepunten die statiegeld
retour kunnen geven, ook met het oog op de volumes die nu verwerkt moeten worden doordat
er op blikjes ook statiegeld wordt geheven. Maar zoals gezegd, het is aan het bedrijfsleven
om te komen tot een pakket aan concrete maatregelen om de doelstelling te gaan halen.
Het Afvalfonds heeft bij dit gesprek toegezegd om nog voor het einde van 2023 met
een plan van aanpak te komen met daarin concrete voorstellen voor verbetering.
Vraag 10
Welke grondslag heeft het bedrag van 15 cent per klein flesje, en hoe bekijkt u de
oproep van milieuorganisaties om het bedrag te verhogen naar minstens 25 cent?4 Bent u bereid hierover het gesprek aan te gaan met het bedrijfsleven en hierover
te rapporteren aan de Kamer?
Antwoord 10
Het statiegeldbedrag van € 0,15 voor kleine flesjes is vastgelegd in de Regeling beheer
verpakkingen5 en is expliciet een minimumbedrag. Zoals aangegeven in de toelichting bij de betreffende
ministeriële regeling6 is er toen gekozen voor dit bedrag omdat de prikkel om de flessen terug te brengen
naar de innamepunten hoog genoeg moet zijn om invloed te hebben op het gedrag van
de consument. Tegelijkertijd moet het een proportioneel bedrag zijn ten opzichte van
de prijs van het product. Mede op basis van analyses van buitenlandse systemen is
daarom gekozen voor een minimale hoogte van het statiegeldbedrag voor kleine kunststof
flessen met een inhoud tot 1 liter van € 0,15. In de toelichting staat ook dat het
producenten en importeurs vrij staat om een hoger bedrag aan statiegeld te rekenen
indien zou blijken dat € 0,15 onvoldoende prikkel vormt om statiegeldflessen in te
leveren. Een wijziging van de regelgeving is daarvoor niet nodig. Wel zal de hoogte
van het statiegeldbedrag uiteraard ook meegenomen worden in de evaluatie van de regelgeving
die in 2024 gepland is.
Vraag 11
Onderschrijft u dat statiegeld an sich succesvol is en dat het aandeel flesjes en
blikjes in het zwerfafval (waar het om te doen was) drastisch afneemt?
Antwoord 11
Ja. In de laatste rapportage van de monitoring van drankverpakkingen in het zwerfafval,
die ik op 26 juni jl. naar uw Kamer heb verzonden, wordt een afname van 51% kleine
plastic flesjes over de tweede helft van 2022 ten opzichte van dezelfde periode in
2020 gerapporteerd7. Dit kan toegeschreven worden aan de statiegeldverplichting die voor deze flesjes
is ingevoerd. Voor blikjes gold in die periode nog geen statiegeldverplichting en
was ook nog geen afname te zien. Het statiegeldsysteem voor blikjes is operationeel
sinds april 2023, dus het effect daarvan zal in toekomstige metingen zichtbaar worden.
Vraag 12
Deelt u de conclusie dat statiegeld als systeem zijn kracht bewijst, maar dat het
bedrijfsleven onvoldoende inzet toont om het systeem goed uit te rollen?
Antwoord 12
Zoals blijkt uit het antwoord op vraag 11 is het statiegeldsysteem inderdaad effectief.
Maar het werkt nog niet optimaal zoals ook blijkt uit het achterblijven van het inzamelingspercentage.
Hier zal het verpakkend bedrijfsleven dus nog een fikse inspanning moeten leveren
om wel de wettelijke doelstelling van 90% te halen. Zo heb ik hen tijdens ons recente
overleg ook duidelijk laten weten.
Vraag 13
Hoe kijkt u naar de oproep van milieuorganisaties om statiegeld ook voor flessen voor
sappen en zuivel verplicht te stellen? En wanneer wordt dat ingevoerd? Zo niet, waarom
niet?8
Antwoord 13
In Nederland is destijds bij het opstellen van de regelgeving voor statiegeld op plastic
flessen om verschillende redenen door het kabinet besloten om deze regelgeving specifiek
te richten op frisdrank en water. In 2024 wordt de regelgeving geëvalueerd. Daarin
zal bekeken worden of de destijds gemaakte afweging rond sap en/of zuivel moet worden
herzien.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.