Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Haga over milieu- en klimaatvervuiling door mondneusmaskers tijdens de coronacrisis
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Economische Zaken en Klimaat over milieu en klimaatvervuiling door mondneusmaskers tijdens de coronacrisis (ingezonden 6 juli 2023).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 september
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3293.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het onderzoek van RIVM, waaruit blijkt dat de milieubelasting
door mondneusmaskers tijdens de coronacrisis heel groot was?1
Antwoord 1
Ja. Dit onderzoek is uitgevoerd door het RIVM in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport.
Vraag 2
Hoe reflecteert u op de aanzienlijke schade aan het milieu die de gigantische hoeveelheid
mondkapjes die tijdens de coronacrisis in Nederland zijn gebruikt heeft veroorzaakt?
Antwoord 2
Elke schade aan het milieu is te betreuren. De overheid roept burgers er altijd toe
op om afval niet op straat te gooien. Dit geldt ook voor mondkapjes.
Vanwege de samenhang in de vraagstelling van de vragen 3, 6, 7, 8 en 9 wordt de beantwoording
van deze vragen samengenomen.
Vraag 3, 6, 7, 8 en 9
Erkent u dat de schade aan het milieu die de mondkapjes hebben aangericht negatieve
effecten (zullen gaan) hebben op de volksgezondheid?
Kunt u uitleggen waarom er tijdens de coronacrisis is gekozen voor het inzetten van
(wegwerp)mondneusmaskers op deze schaal en middels een plicht, terwijl verschillende
experts in binnen- en buitenland al heel snel waarschuwden voor de vervuilende effecten
van deze medische hulpmiddelen voor het milieu en er hierover ook verscheidene wetenschappelijke
publicaties zijn verschenen?
Vindt u dat de inzet van (wegwerp)mondneusmaskers op deze schaal strookt met de klimaatplannen-
en doelstellingen van dit kabinet?
Is er in het begin van de coronacrisis een impactanalyse gemaakt voor het inzetten
van (wegwerp)mondneusmaskers zoals dat gedaan is? Zo ja, welke conclusies kwamen daar
uit en was toen niet ook al duidelijk dat mondkapjes een grote negatieve impact op
het milieu zouden hebben? Zo nee, waarom is een dergelijke analyse niet gemaakt? Heeft
het kabinet hierover wel informatie ingewonnen bij experts?
Bent u en/of is het kabinet op enig moment tijdens de coronacrisis door officiële
(internationale) adviserende en/of beslissingsbevoegde gremia gewaarschuwd voor de
gevolgen van de inzet van mondneusmaskers op deze manier? Zo ja, door welke gremia,
wanneer en wat is er met die informatie gedaan?
Antwoord 3, 6, 7, 8 en 9
Het inzetten van een maatregel vraagt altijd om een afweging tussen de voor- en nadelen
van die maatregel. Deze afweging heeft het kabinet ook gemaakt en geoordeeld dat de
positieve effecten van een mondkapjesplicht, ter bescherming van de volksgezondheid,
opwogen tegen de nadelen. Het kabinet heeft in het najaar van 2020 diverse debatten
met uw Kamer gevoerd over de inzet van mondkapjes. Zo is hier in het debat met uw
Kamer van eind september 2020 uitgebreid over gesproken. Dit heeft geleid tot de invoering
van het dringende advies (dd. 2 oktober 2020) om mondkapjes te dragen in publieke
binnenruimtes. In november 2020 is dit advies, met name met het oog op duidelijkheid,
een plicht geworden. Het Nederlandse mondkapjesbeleid was in lijn met de internationale
praktijk en met de adviezen van bijvoorbeeld de WHO.
Ten tijde van het nemen van het besluit is er niet voor gekozen om een milieu-impactanalyse
te maken en waren het kabinet geen waarschuwingen bekend over de gevolgen van de inzet
van mondneusmaskers voor het milieu. Er is voor gekozen om achteraf de effecten van
mondkapjes op het milieu te laten onderzoeken. Het onderzoek van het RIVM is hiervan
het resultaat.
Vraag 4
Zo ja, erkent u dan ook dat het inzetten van mondkapjes en een mondkapjesplicht tijdens
de coronacrisis niet alleen weinig tot niet effectief was voor de bestrijding van
het coronavirus, maar zelfs contraproductief heeft gewerkt, aangezien de mondkapjes
juist voor een verslechtering van de volksgezondheid, in plaats van voor bescherming
daarvan hebben gezorgd?
Antwoord 4
De mening van het lid Van Haga dat de mondkapjesplicht weinig tot niet effectief was
voor de bestrijding van het coronavirus en contraproductief heeft gewerkt op de volksgezondheid,
deel ik niet. Ik verwijs hiervoor naar mijn antwoorden op eerdere vragen van het lid
Van Haga over dit onderwerp (zie o.a. antwoorden op Kamervragen dd. 24 maart 2023,
kenmerk 2023Z02343).
Vraag 5
Gaat u naar aanleiding van dit onderzoek van het RIVM in kaart brengen hoe groot de
schade voor het milieu is, hoe die schade er precies uitziet en welke neveneffecten
– voor de volksgezondheid, de economie en het klimaat – daarvan waarschijnlijk het
gevolg zullen zijn? Zo ja, op welke manier gaat u dit doen en wanneer kan de Kamer
de resultaten van dit onderzoek verwachten?
Antwoord 5
Ik heb het RIVM al gevraagd om onderzoek te doen naar het effect van persoonlijke
beschermingsmiddelen op het milieu. Het rapport van het RIVM, naar aanleiding waarvan
het lid Van Haga deze set Kamervragen heeft gesteld, is hiervan het resultaat.
Ik betreur het uiteraard dat er mondkapjes als zwerfvuil in het milieu terechtgekomen
zijn. Zwerfvuil is echter een breder probleem en ik zie geen aanleiding tot het doen
van onderzoek specifiek naar de effecten van mondkapjes in het zwerfafval, temeer
omdat er inmiddels al geruime tijd geen mondkapjesplicht meer van kracht is. Het Ministerie
van Infrastructuur en Waterstaat zet in op het tegengaan van zwerfafval in het algemeen
en specifiek op bepaalde onderwerpen (ter illustratie van dit laatste: de vervuiling
door sigarettenfilters in het zwerfafval vormt jaarlijks een groter probleem dan het
zwerfafval van mondkapjes die volgens het rapport van het RIVM in de periode tussen
maart 2020 en maart 2022 in het milieu terechtgekomen is).
Vraag 10 en 11
Hoeveel vertraging bij het behalen van de klimaatdoelstellingen voor 2030 loopt Nederland
op als gevolg van de milieubelasting door het mondneusmaskerbeleid tijdens de coronacrisis
en welke (financiële) gevolgen heeft dat?
Op welke manier gaat het kabinet deze vertraging inhalen, dan wel compenseren?
Antwoord 10 en 11
De coronacrisis heeft weliswaar geresulteerd in extra productie van mondkapjes maar
vooral ook in een afname van economische activiteiten, waardoor de totale uitstoot
is afgenomen. Er is geen effect van mondkapjes in zwerfafval te verwachten op de voortgang
van het beleid gericht op de langere termijn voor de uitstoot in 2030.
Vraag 12
Welke stappen gaat u ondernemen om de naar schatting 60.000 kilo zwerfafval die als
gevolg van het mondkapjesbeleid in het milieu terechtkwam op te ruimen en de milieuschade
die daardoor nu al is opgetreden te compenseren?
Antwoord 12
In Nederland gaan we uit van een brede aanpak van zwerfafval, waarbij verschillende
partijen een rol spelen in het voorkomen van vervuiling, schoonmaken en schoonhouden
van de openbare ruimte. Via communicatie van o.a. Milieu Centraal en de Rijksoverheid
zijn burgers (tot op 10 januari 2022 het advies van het OMT kwam om medische mondneusmaskers
type II of IIR te gebruiken) aangespoord om herbruikbare mondkapjes te gebruiken en
eenmalige mondkapjes in het restafval te gooien. Daarnaast ondersteunt de Rijksoverheid
gebiedsbeheerders, zoals gemeenten, die verantwoordelijk zijn voor het schoonhouden
van de gebieden die onder hun beheer vallen. Met deze instrumenten is een bijdrage
geleverd aan het tegengaan van mondkapjes in het zwerfafval.
Vraag 13
Op welke manier gaat het kabinet de gevolgen van de CO2-uitstoot door mondkapjesbeleid compenseren?
Antwoord 13
Het kabinet is niet voornemens specifiek de CO2-uitstoot veroorzaakt door productie van mondkapjes te compenseren. Zie ook het antwoord
op vraag 10.
Vraag 14
Bent u van mening dat het geoorloofd is om Nederlandse huishoudens klimaatregels-
en beperkingen op te leggen, zoals het installeren van een warmtepomp, het oproepen
tot verminderd drinkwatergebruik en andere ingrijpende maatregelen te nemen uit naam
van de klimaatverandering- en bescherming, zoals het sluiten van kolencentrales, het
opvoeren van de brandstofprijzen en het heffen van meer belasting bij een «te hoog»
energieverbruik, terwijl de overheid zelf actief en bewust beleid voert dat schadelijk
is voor milieu en het klimaat? Zo ja, kunt u dat beargumenteren?
Antwoord 14
De mening van het lid Van Haga dat de overheid Nederlandse huishoudens op deze manieren
beperkingen oplegt, deel ik niet. Een oproep om bewust om te gaan met drinkwater is
immers geen verplichting en de stimulansen die het kabinet burgers en bedrijven biedt
om klimaatvriendelijke maatregelen te treffen zijn dat evenmin. Dat neemt niet weg
dat ik het zeer toejuich dat burgers en bedrijven maatregelen nemen die gunstig zijn
voor milieu en klimaat en dat dat ook geldt voor de overheid.
Vraag 15
Weet u wat de gevolgen zijn van de milieubelasting door de mondkapjes voor de druk
op de zorg en de zorgkosten, aangezien naar verwachting meer mensen last zullen krijgen
van gezondheidsklachten door omgevingsfactoren veroorzaakt door mondkapjesvervuiling?
Indien u dit niet weet, gaat u hiervoor dan een impactanalyse maken?
Antwoord 15
In het onderzoek van het RIVM zie ik geen aanleiding om te veronderstellen dat een
impactanalyse nodig is. Ik verwijs verder naar mijn antwoord op vraag 12.
Vraag 16
Gaat u, net zoals voor Post Covid, onderzoek doen naar welke klachten en aandoeningen
mogelijk worden veroorzaakt door milieubelasting door mondkapjes en welke middelen
worden daar dan voor vrijgemaakt? Komt er voor mensen met hieraan gerelateerde klachten
ook een behandeltraject? En komt er een compensatiefonds voor mondkapjesslachtoffers,
waar kunnen deze patiënten dan aanspraak op maken en wat zijn hiervoor dan de criteria?
Zo nee, waarom komt een dergelijk fonds er niet, aangezien de gezondheidsschade door
omgevingsfactoren aanzienlijk kan zijn?
Antwoord 16
Zorg voor mensen met klachten die mogelijk veroorzaakt worden door zwerfafval, of
door andere zaken die spelen in de leefomgeving, is onderdeel van de algemene gezondheidszorg
in Nederland.
Vraag 17
Hoe gaat u bij een eventuele volgende pandemie zorgen dat de milieubelasting door
medische hulpmiddelen zoals mondneusmaskers niet meer zo groot is? Welke concrete
maatregelen ter bescherming van milieu en klimaat gaat u hiervoor nemen?
Antwoord 17
Het is belangrijk om de negatieve impact op het klimaat en de milieu-impact van (het
gebruik van) medische hulpmiddelen zo veel mogelijk te voorkomen. Het kabinet werkt
daarom samen met de sector aan het verduurzamen van (publieke) zorg en welzijn. Mocht
in een eventuele toekomstige pandemie de grootschalige inzet van mondneusmaskers overwogen
worden, zal bekeken worden of het mogelijk is om dit aspect extra mee te laten wegen.
Vraag 18
Hoeveel gaat de milieubelasting door het mondkapjesbeleid tijdens de coronacrisis
en de (lange termijn) gevolgen daarvan de Nederlandse belastingbetaler kosten? Kunt
u gespecificeerd inzichtelijk maken welke gelden daarvoor op welke manier en voor
welke doeleinden worden aangewend? En hoe worden de resultaten van deze uitgaven gemonitord,
gemeten en getoetst?
Antwoord 18
Het opruimen van mondkapjes in het zwerfafval is onderdeel van de algemene zwerfafvalaanpak.
Het is niet mogelijk om de kosten hiervan per afvalsoort uit te splitsen en inzichtelijk
te maken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.