Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Akerboom over het vergassen van ganzen
Vragen van het lid Akerboom (PvdD) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over het vergassen van ganzen (ingezonden 2 augustus 2023).
Antwoord van Minister van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof) (ontvangen 5 september
2023).
Vraag 1
Kent u het bericht «Ruim duizend ganzen gevangen en vergast in Kinderdijk»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Is het u bekend hoeveel leed de ganzen ervaren tijdens het vergassen, aangezien ze
als watervogel lang hun adem in kunnen houden en wel 120 seconden lang een doodsstrijd
voeren, terwijl ze elkaar in blinde paniek in de gaskar vertrappen? Zo ja, wat vindt
u van deze manier van doden van ganzen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Wanneer wordt voldaan aan specifieke redenen, voorwaarden en vereisten uit de Wet
natuurbescherming (en Vogelrichtlijn) is het in sommige gevallen toegestaan om ganzen
te doden. Wanneer hiertoe wordt besloten zijn er verschillende dodingsmethoden mogelijk,
één hiervan is het vangen en doden van ganzen tijdens de rui (ruivangsten). Ganzen
zijn tijdens de rui relatief eenvoudig en met minimale verstoring van overige natuurwaarden
te vangen, waarna ze met CO2 kunnen worden gedood.
Het doden van ruiende ganzen is een methode waarbij met een eenmalige inspanning een
groot aantal ganzen uit de populatie kan worden weggenomen. In een zienswijze over
het doden van ganzen heeft de Raad voor Dieraangelegenheden (RDA) in 20122 in hun Richtsnoer Ganzendoden een voorkeur uitgesproken voor ruivangsten, vanwege
een lagere welzijnsaantasting dan bij afschot. Ook in een recente zienswijze3 van de RDA over het doden van dieren wordt dit standpunt herhaald. In het Richtsnoer
Ganzendoden staan concrete randvoorwaarden over wanneer en hoe het middel ingezet
kan worden. Wel is uit onderzoek4 gebleken dat het doden met oplopende CO2-concentraties meer stress veroorzaakt bij de individuele gans dan een goed geplaatst
schot, en daarmee – op het niveau van het individuele dier – minder diervriendelijk
is. Vanuit de opgaven ten aanzien van schadebeperking en vliegveiligheid is het echter
nodig om ganzenaantallen terug te dringen, wat via de methode afschot netto meer stress
oplevert.
Vraag 3
Is het u bekend hoeveel mensen een klacht hebben ingediend of op een andere wijze
hebben gecommuniceerd met de provincie over het vergassen van ganzen, omdat het zien
van deze actie als choquerend kan worden ervaren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Ja. De activiteiten bij Kinderdijk hebben niet geresulteerd in klachten bij de provincie,
de stichting Faunabeheereenheid Zuid-Holland of de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid.
Vraag 4
Bent u bereid om bij de provincies na te vragen hoeveel ganzen er per jaar op bovenstaande
wijze worden vergast? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer?
Antwoord 4
Ja. In 2022 zijn er in totaal 14.350 ganzen gevangen met ruivangsten. Het gaat om
13.283 grauwe ganzen, 870 Canadese ganzen, 24 brandganzen en 173 hybride/verwilderde
ganzen5.
De gedeputeerde staten van Noord-Holland, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland hebben
in hun beleid vastgesteld hoe ze de schade die in hun provincie wordt veroorzaakt
door ganzen willen beperken. Ook het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W)
heeft beleid opgesteld voor het verbeteren van de vliegveiligheid op en rondom Schiphol.
Het terugbrengen van de populatie ganzen door middel van ruivangsten wordt in alle
vier de provincies uitgevoerd, incl. de Schipholzone. Een samenwerkingscollectief
– bestaand uit de vier Faunabeheereenheden van elke provincie en het Ministerie van
I&W – coördineert de uitvoering van dit beleid. Dit collectief produceert jaarlijks
een Ruivangsten Rapportage, met onder andere de aantallen ganzen gedood met ruivangsten,
welke wordt gepubliceerd op de website van Faunabeheereenheid Noord-Holland.
Vraag 5
Bent u het ermee eens dat het vergassen van ganzen niet werkt, gezien onderzoek aantoont
dat er net zoveel ganzen worden grootgebracht als nodig om de jaarlijkse sterfte te
compenseren en dat dus afschot of vergassen zinloos is? Zo nee, waarom niet?6
Antwoord 5
Nee, daar ben ik het niet mee eens.
Gezien de populatieomvang van veel ganzensoorten is het internationale en provinciale
beleid deels gericht op het reduceren van specifieke ganzenpopulaties om schade aan
landbouw en natuur te voorkomen, en vliegveiligheid7 te bevorderen. Voor de Grauwe Gans en de Brandgans is dit beleid ingebed in een internationale
context, in de vorm van het Europees Ganzenplatform van het Afrikaans-Euraziatisch
Watervogelverdrag (AEWA).
Ruivangsten zijn in vergelijking met andere methodieken een efficiënte manier van
populatiereductie door de relatief geringe inzet die nodig is tegenover de hoge aantallen
ganzen die per actie uit de populatie onttrokken kunnen worden5“
8
9
10. Hierdoor wordt de populatie snel teruggebracht en hoeven er over langere tijd netto
minder ganzen te worden gedood. Tijdens de rui zijn ganzen relatief eenvoudig en met
minimale verstoring van overige natuurwaarden te vangen. Bovendien worden vooral lokale
ganzenpopulaties op die manier gereguleerd en wordt vermeden dat trekvogels worden
gedood. Bij ruivangsten worden bovendien verhoudingsgewijs veel volwassen vogels aan
de populatie onttrokken, wat effectiever is dan ingrijpen in het broedsucces6,7,8.
Effectief populatiebeheer vraagt naast het beperken van aantallen evenwel ook om andere
maatregelen, zoals verstoring en het beperken van broedgelegenheid. Via combinaties
van maatregelen werken provincies aan duurzaam ganzenbeheer voor de lange termijn,
waarbij schade – binnen de mogelijkheden geboden vanuit (inter)nationale en provinciale
kaders – wordt teruggebracht naar een maatschappelijk aanvaardbaar niveau.
De door U aangehaalde bron uit het tijdschrift Limosa van 2010 doet overigens geen
uitspraken over effecten van het doden van ganzen. Het laat resultaten zien van slaapplaatstellingen
in de winter, die voornamelijk betrekking hebben op trekvogels (welke voornamelijk
worden verjaagd), en het bediscussieert deze onder andere in samenhang met gebiedsbeleid
voor Natura 2000-gebieden en het toenmalige beleid voor schadebeheersing met speciale
ganzenfoerageergebieden.
Vraag 6
Bent u het ermee eens dat er ingezet moet worden op innovatie en preventie, in plaats
van continu dieren te doden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u hier aan doen?
Antwoord 6
Ik ben het ermee eens dat er ingezet moet worden op preventie en innovatie. Dit gebeurt
ook al. Voorafgaand en parallel aan dodelijke maatregelen dienen altijd preventieve
maatregelen te worden ingezet.
De provincies zijn samen met de faunabeheereenheden verantwoordelijk voor de aanpak
van ganzenschade en vliegveiligheid. Er zijn verschillende methodes voorhanden waarmee
ganzen kunnen worden beheerd. Dodelijke maatregelen worden ingezet voor het verkleinen
van de populatie (van met name broedvogels) om schade te voorkomen, en niet-dodelijke
maatregelen – zoals verjaging – worden ingezet om schade (van met name winter- en
trekvogels) te verplaatsen of concentreren. Omdat niet-dodelijke alternatieven in
veel gevallen niet effectief genoeg zijn in het bewerkstelligen van vliegveiligheid
en het beperken van schade en tot een maatschappelijk aanvaardbaar niveau, worden
populaties ook via dodelijke maatregelen beheerd.
Vraag 7
Bent u het ermee eens dat er betere alternatieve methoden zijn om ganzen te verjagen,
zoals lasers? Zo nee, wat vindt u ervan om alternatieve methoden te onderzoeken? Zo
ja, wanneer gaat u deze methoden in laten zetten?
Antwoord 7
Het verjagen van ganzen is niet in alle situaties een geschikt alternatief voor het
doden van ganzen, zie daarvoor mijn antwoord op vraag 6.
Het effectief verjagen van ganzen vraagt om innovatie en ontwikkeling. BIJ12 en andere
partijen doen regelmatig onderzoek naar innovatieve verjagingsmethoden. Voorbeelden
hiervan zijn onderzoek naar de effectiviteit van lasers, Bird Alert en andere systemen,
11
12. Via de Faunaschade Preventie Kit Ganzen geeft BIJ12 de provincies inzicht in hoe
en welke preventieve middelen ingezet kunnen worden om ganzenschade te voorkomen.
De effectiviteit van alternatieve methoden zoals lasers en Bird Alert is beperkt (o.a.
door gewenning). Onderzoek wijst uit dat lasers erg krachtig moeten zijn om effectief
te zijn, zeker bij zonnig weer. Dit brengt risico’s met zich mee voor mensen (m.n.
oogletsel). Momenteel worden deze en andere nieuwe verjagingsmethoden al op kleine
schaal toegepast, waarbij de technologie steeds verder wordt ontwikkeld. Innovatieve
methoden kunnen samen met andere vormen van verjaging bijdragen aan het verminderen
van schade aan landbouwpercelen, wanneer er elders voldoende foerageeralternatieven
zijn.
Vraag 8
Vindt u het vergassen van dieren, zoals ganzen, nog van deze tijd, of bent u bereid
deze dodingsmethode te verbieden?
Antwoord 8
Het doden van ganzen is nodig om tot maatschappelijk aanvaardbare niveaus van schade
te komen. Zoals beschreven in mijn antwoord op vraag 2 heeft de RDA een voorkeur uitgesproken
voor ruivangsten, vanwege een lagere welzijnsaantasting dan bij afschot. Ik ben niet
bereid deze dodingsmethode te verbieden. Raad van State heeft namelijk in 2019 (Uitspraak
201803550/1/A3) reeds geoordeeld dat ruivangsten mogen worden uitgevoerd ten behoeve
van de in Wet natuurbescherming genoemde belangen, waaronder openbare veiligheid (luchtvaartveiligheid),
voorkoming van schade aan gewassen (landbouwschade) of schade aan flora en fauna.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.