Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Kröger en Piri over de dood van een drie maanden oude baby in het aanmeldcentrum Ter Apel
Vragen van de leden Kröger (GroenLinks) en Piri (PvdA) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de dood van een drie maanden oude baby in het aanmeldcentrum Ter Apel (ingezonden 14 juni 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 13 juli
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3129.
Vraag 1
Kent u het bericht1 dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd constateert dat, hoewel geen link te leggen
is tussen het overlijden en de omstandigheden, de dood van de drie maanden oude baby
in het aanmeldcentrum Ter Apel plaatsvond in verblijfsomstandigheden die ongezond
waren voor een moeder met jonge kinderen?
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met het rapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en Inspectie
Justitie en Veiligheid (de «Inspecties») over het onderzoek naar het overlijden van
3 maanden oude baby bij het aanmeldcentrum in Ter Apel gepubliceerd.
Vraag 2
Wat vindt u ervan dat de Inspecties hebben geconstateerd dat in de provisorisch ingerichte
verblijfsruimten voor kwetsbare asielzoekers sprake was van onhygiënische omstandigheden
met een risico op besmettingsziekten, dat er werd gerookt en dat het ontbrak aan wiegjes
en slaapzakken? Bent u het met de stelling eens dat, zelfs onder de moeilijke omstandigheden
waaronder asielopvang moest worden geregeld, het hier gaat om de meest essentiële
voorwaarden die geregeld hadden moeten zijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
De omstandigheden in Ter Apel waren gedurende de onderzoekperiode van de inspecties
onwenselijk. Niet alleen voor (kwetsbare) bewoners, ook voor medewerkers van de keten.
De inspecties constateerden tevens dat betrokken medewerkers er alles aan hebben gedaan
om opvang en begeleiding te bieden in deze moeilijke omstandigheden. De sporthal,
aannemende dat u hiernaar verwijst met «provisorisch ingerichte verblijfsruimten»
is nooit ingezet als volwaardige opvangplaats en was het alternatief voor buiten op
het veld moeten slapen.
Ik wil daarom nogmaals de noodzaak onderstrepen om met elkaar te komen tot voldoende
aantal reguliere opvangplekken in Nederland.
Vraag 3
Waarom was het noodzakelijk voor de moeder, die al een verblijfsvergunning had en
sinds 2019 in Nederland woonde, om voor een aanvraag voor een zelfstandige asielvergunning
naar Ter Apel af te reizen?
Antwoord 3
Het uitgangspunt is dat een asielaanvraag door de vreemdeling in persoon of door diens
wettelijk vertegenwoordiger wordt ingediend in Ter Apel. Dit is ook als zodanig neergelegd
in het Vreemdelingenbesluit en de Vreemdelingencirculaire. Dit geldt voor alle asielaanvragen,
dus ook voor vreemdelingen die reeds in het bezit zijn van een – in dit geval – afgeleide
asielvergunning en die graag een zelfstandige asielvergunning willen hebben. Het moment
van indiening van deze asielaanvraag kan de vreemdeling in dat laatste geval wel zelf
kiezen. Een vreemdeling met een afgeleide vergunning heeft immers reeds verblijfsrecht
in Nederland. Er is overigens ook altijd overleg mogelijk met de IND in bijzondere
gevallen om maatwerk te bieden indien nodig.
In het commissiedebat vreemdelingen- en asielbeleid van 28 juni jl. heb ik toegezegd
dat ik nog schriftelijk terugkom op de vraag van het lid Podt over het verplicht melden
in Ter Apel door kinderen onder de 15 jaar. Dit ga ik betrekken bij de inhoudelijke
beleidsreactie op het rapport van de inspecties. Uw Kamer zal deze in het najaar ontvangen.
Vraag 4
Waarom moest de moeder zelfs in Ter Apel verblijven? Waarom moest zij haar kinderen
meenemen? Bood de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) de moeder geen mogelijkheid
aan om zich elders, wellicht digitaal, aan te melden voor een aanvraag voor een zelfstandige
asielvergunning?
Antwoord 4
Momenteel moet een vreemdeling zich in persoon melden. Zoals toegezegd ga ik deze
werkwijze voor kinderen nader bestuderen. Het in persoon aanmelden heeft onder andere
als doel om de identiteit vast te stellen. Dit gebeurt aan de hand van biometrie,
die enkel in persoon kan worden afgenomen. Daarnaast dienen er handelingen te worden
verricht, zoals het registreren in systemen – aan de hand van de biometrie – die noodzakelijk
zijn voor het in behandeling nemen van een asielaanvraag. Dat is ook de reden dat
een enkele digitale melding – ook indien het een vreemdeling betreft die al verblijfsrecht
heeft – onvoldoende is. Ook bij kinderen die asiel aan willen vragen is het van belang
de identiteit vast te stellen. Om die reden is het belangrijk dat zij meekomen bij
het indienen van een asielaanvraag.
In de regel neemt de betreffende procedure niet onnodig veel tijd in beslag. Afgelopen
zomer was echter tijdelijk sprake van een unieke en uitzonderlijke situatie in Ter
Apel. Vreemdelingen die op dat moment asiel aan wilden vragen, hebben onder moeilijke
omstandigheden soms meerdere dagen moeten wachten voordat zij daadwerkelijk konden
worden geregistreerd en een aanvraag konden indienen. Dat is helaas ook deze moeder
overkomen. Dit is een uitermate onwenselijke situatie geweest en ik betreur dit ten
zeerste.
Vraag 5
Vindt u het niet omslachtig, onnodig en risicovol om statushouders in soortgelijke
gevallen in Ter Apel te laten verblijven?
Antwoord 5
Het belang van het in persoon verschijnen ten behoeve van de registratie van de persoonsgegevens,
het afnemen van biometrische gegevens en het indienen van een asielaanvraag – ook
in geval vreemdelingen al verblijfsrecht hebben – onderstreep ik. Voor kinderen ga
ik deze werkwijze nader bestuderen (zie beantwoording vraag 3 en 4). De omstandigheden
waaronder dit afgelopen zomer heeft plaatsgevonden, betreur ik echter wel.
Om de druk op Ter Apel te ontlasten is daarom sinds 28 juni jl. een voorportaallocatie
geopend in Assen, alwaar asielzoekers kunnen verblijven totdat zij aan de beurt zijn
voor de procedure en niet onnodig lang in Ter Apel hoeven te verblijven.
Vraag 6
Welke concrete maatregelen zijn inmiddels genomen om herhaling van dit afschuwelijke
incident te helpen voorkomen?
Antwoord op vraag 6
Laat ik vooropstellen dat herhaling van dit incident voorkomen moet worden. Op basis
van de nu bekende informatie, aldus de inspecties, is geen relatie vast te stellen
tussen de verblijfsomstandigheden in de sporthal en het overlijden van de baby. Ik
deel de aanbeveling van de inspectie om de sporthal niet meer in te zetten voor kwetsbare
bewoners. Daarvoor is nodig dat we in Nederland met elkaar voldoende aantal reguliere
opvangplekken organiseren. Die oproep blijf ik continue dan ook doen.
Op korte termijn zet ik mij in om het mogelijk te maken dat het aantal bewoners op
locatie Ter Apel binnen het gestelde maximum van 2.000 blijft, bijvoorbeeld zoals
eerder genoemd via het organiseren van overloop- en voorportaallocaties. Ook heb ik
de politie opdracht gegeven om de verwerkingscapaciteit voor de identificatie procedure
verder op te schalen, zodat eenieder vlot door de procedure kan.
Op langere termijn werk ik aan trajecten zoals bespoediging afdoening asiel (BAA)
van de IND, de spreidingswet en een heroriëntatie op het asielsysteem in Nederland.
Dit nog los van de trajecten die internationaal spelen, zoals de recent gemaakte afspraken
in Europa en de afspraken met Tunesië.
Vraag 7
Bent u bereid om deze vragen voorafgaand aan het commissiedebat over vreemdelingen-
en asielbeleid van 28 juni 2023 te beantwoorden?
Antwoord op vraag 7
Helaas is het mij niet gelukt om binnen de gebruikelijke termijn uw vragen te beantwoorden,
aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.