Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Ceder, Van der Staaij, Peters, De Roon, Klink, Eppink en Omtzigt over de bescherming van mensen die met de dood bedreigd worden door wetten tegen geloofsafvalligheid en godslastering
Vragen van de leden Ceder (ChristenUnie), Van der Staaij (SGP), Peters (CDA), De Roon (PVV), Klink (VVD), Eppink (JA21) en Omtzigt (Omtzigt) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de bescherming van mensen die met de dood bedreigd worden door wetten tegen geloofsafvalligheid en godslastering (ingezonden 24 mei 2023).
Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 11 juli 2023). Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2889.
Vraag 1
Bent u bekend met de twee resoluties van de Derde Commissie van de Algemene Vergadering
van de Verenigde Naties van 10 november 2022 (46ste sessie, onderdeel 3, general debate)
waarin bescherming wordt voorzien voor mensen die met de dood bedreigd worden door
wetten tegen geloofsafvalligheid en godslastering? Wat heeft Nederland sinds de eerste
Kamermotie van 16 april 2012 (32 735, nr. 66), de motie van 1 juli 2019 (32 735, nr. 256) en later de initiatiefnota Christenvervolging – Schapen tussen de Wolven uit 2021
(35 719, nr. 2), met de oproep om zich in te zetten tegen de doodstraf op godslastering en afvalligheid,
specifiek gedaan om dit te bevorderen?
Antwoord 1
Ja. Nederland is tegen de doodstraf in alle gevallen en onder alle omstandigheden
en geeft daarom uitgebreid aandacht aan deze resoluties en Kamermoties. In bilaterale
gesprekken met landen waar mensen met de dood worden bedreigd door wetten tegen geloofsafvalligheid
en blasfemie, brengt Nederland dit onderwerp op met referentie naar de relevante mensenrechtenverdragen
en -verplichtingen en het Nederlandse standpunt in deze.
Vraag 2
Op welke manier wil Nederland zich verder inzetten voor de campagne om de doodstraf
afgeschaft te krijgen voor godslastering en geloofsafvalligheid van de International
Religious Freedom of Belief Alliance (IRFBA), binnen de IRFBA en daarbuiten? Hoe zet
Nederland zich nog concreet in voor de wereldwijde campagne van Australië voor afschaffing
van de doodstraf voor geloofsafvalligheid?
Antwoord 2
Nederland stelt regelmatig de doodstraf op zowel blasfemie en/of apostasie aan de
orde. Samen met gelijkgezinde landen, vraagt Nederland openlijk en achter de schermen,
aandacht voor het belang van mensenrechten wanneer de gelegenheid dit toelaat. Daarnaast
wordt er ook speciale aandacht gevraagd voor kwetsbare groepen zoals (religieuze)
minderheden.
De Nederlandse Speciaal Gezant voor Religie en Levensovertuiging (SGRL) werkt verder
veel samen met collega’s binnen en buiten Europa om schendingen op het gebied van
vrijheid van religie en levensovertuiging aan de kaak te stellen. Indien mogelijk,
worden acties richting derde landen onderling zorgvuldig afgestemd, om de effectiviteit
van onze gezamenlijke inzet te verbeteren. Verder onderhoudt de SGRL goed contact
met de Speciaal Rapporteur van de VN. Binnen de International Religious Freedom and
Belief Alliance (IRFBA) en de International Contact Group on Forb, zet de SGRL zich
in voor een betere informatie-uitwisseling.
Vraag 3 en 4
Wat kunt u doen binnen de EU en in andere gremia, zowel multi- als bilateraal, om
de desbetreffende landen aan te spreken op het nog hebben van de doodstraf in hun
wetgeving op godslastering en geloofsafvalligheid, als ook om de internationale campagne
hiertegen te ondersteunen en naleving van de tekst van de genoemde twee resoluties
te bevorderen? In hoeverre heeft u uitvoering gegeven aan de door de Kamer aangenomen
moties om landen aan te spreken op het nog hebben van de doodstraf op afvalligheid
en godslastering en bij welke gelegenheden heeft u dat gedaan bij welke landen en
wanneer?
Bent u bereid om in de Internationale Contactgroep over godsdienstvrijheid (FoRB),
binnen de EU en tijdens de Universal Periodic Reviews (UPR) van de Mensenrechtenraad
van de Verenigde Naties, tijdens reviews van landen die behoren tot de 13 landen die
de doodstraf hebben op geloofsafvalligheid en godslastering, kritische vragen te stellen
en deze landen aan te zetten tot het afschaffen van de doodstraf en hen te wijzen
op de twee genoemde resoluties met het doel hen aan te zetten hun wetgeving te wijzigen
en hen daartoe aanbevelingen te doen?
Antwoord 3 en 4
Tijdens Mensenrechtenraad 51 (september/oktober 2022) heeft Nederland een verklaring
uitgesproken tegen de doodstraf op godslastering en afvalligheid, en de landen waarin
dit nog praktijk is opgeroepen dit af te schaffen.
Binnen de VN-Mensenrechtenraad (MRR) en in de Derde Commissie van de Algemene Vergadering
van de Verenigde Naties (AVVN) zet Nederland verder steevast in op het bevorderen
van het recht op vrijheid van religie en levensovertuiging, conform motie Ceder (32 735-351). Dit doet Nederland onder andere middels het steunen van de jaarlijkse EU-resolutie
op het terrein van Religie en levensovertuiging in de Mensenrechtenraad.
Verder heeft de Mensenrechtenambassadeur een aantal bezoeken gebracht aan landen die
behoren tot de dertien in de wereld waar de doodstraf volgens de wet kan worden opgelegd
voor blasfemie en/of apostasie. Zo heeft zij Saoedi-Arabië in 2021 bezocht en het
Nederlandse standpunt rondom vrijheid van religie en geloofsovertuiging en onze positie
ten aanzien van de doodstraf gedeeld. In 2022 bezocht zij ook o.a. Qatar en de Verenigde
Arabische Emiraten (VAE), waar ook is gesproken over het waarborgen van de vrijheid
van (religieuze) minderheden in deze landen. Ook werd er verwezen naar de opkomende
UPR en de aanbevelingen die Nederland wil doen. De SGRL bezocht Saoedi-Arabië in 2022
en heeft tijdens haar bezoek onze positie ten aanzien van vrijheid van religie en
levensovertuiging en de doodstraf voor blasfemie en afvalligheid aan de orde gesteld.
Tijdens het recente bezoek van de Saoedische Mensenrechtencommissie aan Nederland
is dit onderwerp wederom uitgebreid besproken.
Vraag 5
Bent u bereid om tijdens UPR’s van deze landen nauw samen te werken met huidige en
gelijkgestemde leden van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties en de dan aangewezen
troika om zo de betreffende 13 landen aan te sporen de doodstraf af te schaffen voor
geloofsafvalligheid en godslastering?
Antwoord 5
Ja. Tijdens de UPR is het alleen mogelijk om op nationale titel te spreken. Tijdens
UPR cyclus 3 (2017–2021) heeft Nederland 13 keer een aanbeveling gedaan op het gebied
van het Recht op Vrijheid van Religie en Levensovertuiging.
Vraag 6
Kunt u zich in samenhang met de campagne voor de volledige afschaffing van de doodstraf
voor geloofsafvalligheid en godslastering, eveneens inzetten voor ten minste een moratorium
op de doodstraf en aanpassing van de wetgeving om de kans op misbruik te verminderen
en ter bevordering van waarborging van procedurele rechten?
Antwoord 6
Hiervoor heeft Nederland zich de afgelopen jaren steeds ingezet maar gezien het ontbreken
van EU-eenheid is het helaas niet mogelijk geweest hierop met een eenduidig standpunt
in de AVVN en de VN-Mensenrechtenraad te komen. Ondanks het ontbreken van een verenigd
standpunt binnen de EU, zet Nederland in op de volledige afschaffing van de doodstraf
d.m.v. aanbevelingen, bilaterale consultaties en maatschappelijke ondersteuning. Ook
zet Nederland zich in voor een moratorium op de doodstraf conform de kabinetslijn
en aanvullende Kamermoties.
Vraag 7
Bent u bereid samen met de Minister van Veiligheid en Justitie zich in te spannen
om mensen binnen de Nederlandse grenzen te beschermen die bedreigd worden, omdat ze
geloofsafvallig zijn of godslastering (zouden) hebben gepleegd? En, zo ja, wat kunnen
u en uw collega hieraan concreet doen?
Antwoord 7
Bedreiging wegens geloofsafvalligheid is onacceptabel. Elke ingezetene van Nederland
moet zich door de wet beschermd weten tegen bedreiging (artikel 284 van het Wetboek
van Strafrecht). Het is daarom van groot belang dat mensen die hiervan slachtoffer
zijn hiervan melding maken of zo nodig aangifte doen.
Daarnaast heeft het kabinet in 2021 het Humanistisch Verbond gevraagd om geloofsverlaters
te ondersteunen. In diverse regio’s en steden zijn gespreksgroepen en cursussen georganiseerd
en is een platform geboden aan geloofsverlaters. In 2022 is het project geëindigd.
In vervolg daarop heeft het Humanistisch Verbond deze vorm van ondersteuning opgenomen
in hun reguliere aanbod.1
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.