Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Nijboer over voortdurend nalatig onderhoud van Woonbron
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over het voortdurend nalatig onderhoud van Woonbron (ingezonden 3 maart 2023).
Antwoord van Minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) (ontvangen
27 juni 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1999.
Vraag 1
Heeft u na uw Kamerbrief vorig jaar nog acties ondernomen om te achterhalen of de
woonomstandigheden van de huurders van Woonbron aan Oostblok zijn verbeterd?1
Antwoord 1
In mijn brief van 28 februari 2022, heb ik aangegeven geen aanleiding te zien voor
nadere beleidsmatige stappen of voor een specifiek onderzoek naar woningcorporatie
Woonbron.
Vraag 2
Bent u ervan op de hoogte dat de problemen met betrekking tot de blokverwarming en
schimmel in deze appartementen nog steeds niet zijn opgelost?
Antwoord 2
Ik heb begrepen dat er inmiddels afspraken zijn gemaakt om de problemen in dit complex
spoedig op te lossen. De Autoriteit Woningcorporaties (Aw) heeft in het kader van
een regulier toezichtgesprek bij Woonbron in mei 2023 navraag gedaan over de situatie
bij Woongebouw Oostblok. In dit gesprek gaf Woonbron aan dat Woongebouw Oostblok een
VvE-complex betreft met zowel eigenaar-bewoners als huurders van Woonbron. Woonbron
wilde de problematiek aanpakken door het vernieuwen van een deel van de installaties,
maar kreeg in eerste instantie geen goedkeuring/medewerking van de eigenaar-bewoners
binnen de VvE. Daardoor werd de aanpak van de problematiek opgehouden. Woonbron gaf
in het gesprek in mei 2023 aan dat er recent toch overeenstemming is bereikt binnen
de VvE (dus ook met de eigenaar-bewoners). Dat betekent dat de problematiek zal worden
aangepakt. Woonbron gaf aan dat zij verwachten dat voor de start van het stookseizoen
de verwarmingsproblemen zullen zijn opgelost.
Vraag 3
Weet u dat er ook kinderen worden geboren die in een ijskoud huis opgroeien, is dat
niet gevaarlijk? Beseft u dat ouderen veel minder durven douchen vanwege enorme plakkaten
schimmel?
Antwoord 3
Iedere huurder van een (sociale) huurwoning heeft recht op een technisch goede en
veilige woning zonder gebreken. Een verhuurder, dus ook een woningcorporatie, dient
zich als goed verhuurder te gedragen en deze woning te verschaffen. Het is erg vervelend
dat bewoners klachten ervaren over hun woning en niet meer zouden durven douchen als
gevolg van schimmel in de badkamer. Evenzo is het niet goed voor de gezondheid van
kinderen als zij opgroeien in een onverwarmd huis.
Vraag 4 en 5
Bent u het eens met de stelling dat het geven van een huurkorting, bewoners geven
aan dat Woonbron een beperkte huurverlaging heeft toegepast nadat ze hebben gedreigd
om naar de huurcommissie (zoals u ook in uw brief suggereert) te stappen, een stok
achter de deur is om zo spoedig mogelijk problemen op te lossen?
Deelt u de indruk dat huurders worden afgescheept met een korting van 10 tot 48 euro
zonder dat er enig perspectief is op een oplossing? Bent u van mening dat een huurkorting
moet dienen als stok achter de deur en niet als goedkope afkoopsom?
Antwoord 4 en 5
Ik kan hierover geen uitspraak doen. Een huurder kan zich bij ernstige gebreken tot
de Huurcommissie wenden om een huurverlaging af te dwingen van 20%, 30% of 40% van
de huurprijs. De omvang van de huurverlaging is afhankelijk van de ernst van de gebreken.
Als de Huurcommissie in haar uitspraak de huur verlaagt, dan blijft deze verlaging
gelden totdat het gebrek wordt verholpen. Het is daarom in het belang van verhuurder
om het gebrek zo snel mogelijk op te lossen, omdat de gederfde huuropbrengsten blijven
stijgen.
Vraag 6
Deelt u de mening dat het nergens op lijkt dat een verhuurder zo omgaat met haar huurders?
Deze situatie past toch niet in een welvarend land?
Antwoord 6
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 3, heeft iedere huurder van een (sociale)
huurwoning recht op een technisch goede en veilige woning zonder gebreken, zodat het
er prettig wonen is. Een verhuurder heeft die verantwoordelijkheid jegens een huurder.
Vraag 7 en 8
Bent u bereid persoonlijk te gaan kijken naar de situatie en de betrokken woningcorporatie
en gemeente aan te spreken?
Welke mogelijkheden ziet u verder om Woonbron aan te sporen tot het definitief oplossen
van deze problemen?
Antwoord 7 en 8
Ik neem klachten van huurders serieus, maar het is uiteindelijk aan de verhuurder
om iets te doen. Ik kan me onmogelijk bezighouden met de individuele kwaliteit van
corporatiewoningen. We hebben in Nederland een stelsel ingericht waarbij de bevoegdheden
en verantwoordelijkheden bij verschillende instanties zijn belegd.
De regelgeving voorziet al in diverse mogelijkheden om af te dwingen dat gebreken
worden verholpen. Zo kan de gemeente met een last onder dwangsom afdwingen dat een
woning voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit 2012. In het uiterste geval kan een
gemeente ertoe overgaan om zelf gebreken te herstellen en de kosten te verhalen op
de eigenaar (last onder bestuursdwang).
Daarnaast kan voor overtreding van de Woningwet in samenhang met het Bouwbesluit 2012
een bestuurlijke boete worden opgelegd. Ook kan de huurder zich tot de rechter wenden
met de vordering dat de verhuurder de gebreken verhelpt. Een andere manier voor de
huurder is om zich tot de rechter te wenden met het verzoek om de gebreken zelf te
verhelpen en de kosten te verhalen op de verhuurder, bijvoorbeeld door deze kosten
in mindering te brengen op de huur.
Vraag 9
Bent u het eens met de stelling dat de bewoners voor de volgende winter recht hebben
om weer een fatsoenlijk werkende verwarming te hebben?
Antwoord 9
Een niet werkende verwarming moet zo snel mogelijk verholpen worden door de verhuurder.
Vraag 10
Wat gaat u doen om huurders die met vergelijkbare problemen te maken hebben te helpen?
Antwoord 10
Op verschillende manieren is het beleid gericht op het verbeteren van de kwaliteit
van de (huur)woningvoorraad. Er zijn meer dan 2 miljoen sociale huurwoningen in Nederland,
waarvan het overgrote deel van goede kwaliteit. Bij een deel van de woningvoorraad
is renovatie en verbetering nodig. Daar zetten we ook op in.
Voor vocht- en schimmelproblematiek heb ik een brede aanpak met alle betrokken partijen
ingezet. Deze aanpak lijkt effect te hebben, getuige dat uit het WoON 2021 blijkt
dat het aandeel corporatiehuurders dat last heeft van vocht en/of schimmel is afgenomen
van 28% in 2018 tot 24%. Dat aantal blijft desalniettemin te hoog, vandaar dat ik
in de Nationale prestatieafspraken die in juni zijn ondertekend met Aedes, Woonbond
en de VNG ook aandacht heb voor onderhoud en woningkwaliteit. In de Nationale prestatieafspraken
is afgesproken dat corporaties ervoor zorgen dat er vanaf 2026 geen woningen meer
zijn met een slechte staat van onderhoud (categorie 5 of 6) en dat corporaties tot
en met 2030 jaarlijks € 200 miljoen extra investeren in woningverbetering, met een
focus op een versnelde aanpak van vocht en schimmel, loden leidingen, asbest en brandveiligheid.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.