Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Rudmer Heerema en Ellian over het document ‘Bestuursrecht en verklaring omtrent het gedrag’
Vragen van de leden Rudmer Heerema en Ellian (beiden VVD) aan de Ministers voor Langdurige Zorg en Sport en voor Rechtsbescherming over het document «Bestuursrecht en verklaring omtrent het gedrag» (ingezonden 11 mei 2023).
Antwoord van Minister Helder (Langdurige Zorg en Sport) (ontvangen 30 mei 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het document «Bestuursrecht en verklaring omtrent het gedrag»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat mensen met een historie van seksuele intimidatie en/of misbruik
geen kinderen mogen coachen of training mogen geven?
Antwoord 2
Seksueel grensoverschrijdend gedrag is onacceptabel. Via het Sportakkoord stimuleer
ik sportclubs en gemeenten te werken met vier basiseisen voor een sociaal veilige
sport, waaronder het gebruik maken van de Regeling Gratis Verklaring Omtrent Gedrag
(VOG). Via deze regeling kunnen vrijwilligers, die werken met kwetsbare personen zoals
minderjarigen, gratis een VOG aanvragen.
Organisaties kunnen bij het CIBG2 toelating vragen tot de Regeling Gratis VOG als hun veiligheids- en integriteitsbeleid
aan de voorwaarden voldoet. Vanaf toelating door het CIBG kunnen vrijwilligers die
bij deze vrijwilligersorganisaties werkzaam willen zijn, gratis een VOG aanvragen.
Op deze manier kunnen mensen die een justitieel verleden hebben dat aan de werkzaamheden
van de vrijwilliger in de weg staat, worden geweerd. Om te bevorderen dat zoveel mogelijk
geloofsgemeenschappen, verenigingen en sportclubs veiligheids- en integriteitsbeleid
maken en vervolgens toelating vragen tot de regeling, krijgen het Interkerkelijk Contact
on Overheidszaken (CIO), de Vereniging Nederlandse Organisaties Vrijwilligerswerk
(NOV) en NOC*NSF meerjarig subsidie voor voorlichtingsactiviteiten.
Vraag 3
Bent u bekend met het feit dat het landelijk register Seksuele Intimidatie en het
Justitieel documentatiesysteem niet aan elkaar gekoppeld zijn, en dat dit betekent
dat tuchtrechtelijke uitspraken niet worden meegenomen bij de beoordeling voor de
Verklaring Omtrent Gedrag (VOG)?3
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Deelt u de mening dat het niet wenselijk is dat tuchtrechtelijke uitspraken vanuit
het Instituut Sportrechtspraak (ISR) en Sportbonden op het vlak van seksuele intimidatie
en/of misbruik in de sport op geen enkele wijze kunnen worden meegenomen bij het beoordelen
van VOG-aanvragen vanuit de sport?
Antwoord 4
Het is reeds eerder verkend of tuchtrechtelijke uitspraken ook meegenomen zouden kunnen
worden bij de VOG screening. Daarbij zijn zowel praktische als inhoudelijke overwegingen
meegenomen. Uit die analyse is naar voren gekomen dat de tuchtrechtelijke bronnen
inhoudelijk en praktisch niet geschikt zijn voor het betrekken bij de VOG screening.
Het Ministerie van Justitie en Veiligheid, verantwoordelijk voor de VOG screening,
acht het niet wenselijk tuchtrechtelijke uitspraken te betrekken bij de VOG screening
omdat het tuchtrecht buiten het strafrecht valt. De systematiek van de VOG gaat uit
van strafrechtelijke gegevens, onder meer om de rechtsbescherming van betrokkenen
te waarborgen.
Vraag 5
Welke oplossingen zijn er mogelijk om, bij personen die wegens seksuele intimidatie
in de sport een tuchtrechtelijke uitspraak hebben opgelegd gekregen, het doel te realiseren
dat dit op enigerlei wijze wordt meegewogen bij een VOG-beoordeling in de sport? En
bent u bereid deze oplossingen uit te werken en daartoe indien nodig wet- en regelgeving
aan te passen?
Antwoord 5
Zoals in antwoord 4 aangegeven acht het Ministerie van Justitie en Veiligheid, verantwoordelijk
voor de VOG screening, het niet wenselijk tuchtrechtelijke uitspraken te betrekken
bij de VOG screening. Ik verwijs naar antwoord 7 voor het antwoord op de vraag of
het register op een andere manier kan worden geopend.
Vraag 6
Wat vindt u ervan dat het landelijk register Seksuele Intimidatie, waarin tuchtrechtelijke
uitspraken in de sport werden bijgehouden, per 1 januari 2023 is gesloten?
Antwoord 6
NOC*NSF heeft mij meegedeeld dat zij is gestopt met het register seksuele intimidatie
waar mensen op stonden die tuchtrechtelijk zijn veroordeeld voor seksuele intimidatie
vanwege het ontbreken van een rechtmatige grondslag voor het register. Ik begrijp
de keuze van NOC*NSF en ik ben met NOC*NSF in overleg hoe ontuchtplegers het beste
geweerd kunnen worden uit de sport.
Vraag 7
Bent u voornemens in overleg te treden met het Centrum Veilige Sport Nederland om
te bezien hoe het landelijk register Seksuele Intimidatie op een andere manier kan
worden vormgegeven zodat het register weer kan worden geopend?
Antwoord 7
In de brief over een veilige en integere sport van 28 maart 2023 heb ik aangegeven
toe te werken naar een onafhankelijk integriteitscentrum, waar de taken van het huidige
Centrum Veilige Sport Nederland (CVSN) worden ondergebracht.4 Voor het integriteitscentrum ben ik aan het uitzoeken hoe het werken met persoonsgegevens
het beste te verankeren is. Daar neem ik dit vraagstuk in mee.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.