Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord vragen van het lid Westerveld (GroenLinks) over gesloten jeugdinstellingen
Vragen van het lid Westerveld (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over gesloten jeugdinstellingen (ingezonden 5 april 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Van Ooijen (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
17 mei 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2411.
Vraag 1
Heeft u het Nationaal Jeugddebat 2023 gezien, waarin jongeren uit gesloten jeugdzorginstellingen
in de Kamer vertelden wat er speelt in de gesloten jeugdzorg?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening van deze jongeren dat het belangrijk is om beslissingen die over
hen gaan, ook samen met jongeren te maken?
Antwoord 2
Ja. Want hun ervaringen en ideeën wil ik graag weten voordat ik beslissingen neem
die belangrijk zijn voor jongeren. Daarom is het ook goed als jongeren die in een
instelling wonen meedoen aan de cliëntenraad. Zij kunnen dan meedenken aan wat er
in die instelling gebeurt.
Vraag 3
Zo ja, kunt u vertellen op welke manier u de mening van jongeren die jeugdzorg krijgen
of in een instelling wonen, meeneemt in het maken van beleid?
Antwoord 3
Een belangrijke manier om dat te weten te komen is om met jongeren zelf te praten.
Daarom doe ik dat altijd als ik op bezoek kom bij een instelling. Hoe zij het vinden
bij deze instelling en hoe het beter kan, zijn vragen die ik bijna altijd stel.
Ook zorg ik ervoor dat mijn medewerkers jongeren naar hun mening vragen als voorbereiding
op een nieuwe wet of een brief aan de Tweede Kamer.
Vraag 4
Wat vindt u van het voorstel van de jongeren om tenminste eens in de drie maanden
in gesprek te gaan? Doet u dat al? Zo nee, bent u bereid om dit te doen en jongeren
ook op te zoeken in gesloten jeugdzorginstellingen?
Antwoord 4
Ik doe dit al en zal dit blijven doen.
Vraag 5
Wat vindt u ervan dat jongeren aangeven dat een werkbezoek van een Kamerlid of Staatssecretaris
eigenlijk niet aangekondigd zou moeten worden, zodat er bij een werkbezoek een echt
realistisch beeld wordt laten zien van hoe het leven eruit ziet in een (gesloten)
jeugdzorginstelling?
Antwoord 5
Ik weet niet of dat een goed idee is. Omdat ik altijd met jongeren praat bij een bezoek
aan een (gesloten) jeugdhulpinstelling, geloof ik een goed beeld te hebben. Zij vertellen
mij ook de dingen die niet goed gaan.
Vraag 6
Bent u bereid om met jeugdzorginstellingen in gesprek te gaan over het feit dat meubilair
en spullen in sommige jeugdzorginstellingen erg verouderd zijn, wat de jongeren in
het debat aangaven?
Antwoord 6
Ja. Er komt daarover een gesprek met instellingen en ook met gemeenten omdat zij verantwoordelijk
zijn voor de financiering.
Vraag 7
Wat doet u, aangezien de jongeren ook aangaven dat in grote groepen minder persoonlijke
aandacht is en jongeren zich minder thuis voelen, om te zorgen dat er meer hulpverleners
komen?
Antwoord 7
Het is belangrijk dat jongeren die in een instelling wonen persoonlijke aandacht krijgen.
Dat is lastig in een grote groep. Onderzoek heeft laten zien dat dat beter kan in
een kleinschalige groep. Daarom krijgen de instellingen die kleinschaliger worden
ondersteuning. Ik geloof dat het werken in de jeugdhulp dan ook leuker wordt waardoor
er meer hulpverleners komen.
Vraag 8
Wat vindt u van het voorstel van de jongeren om korte praktijkgerichte cursussen aan
te bieden, aangezien de jongeren in het debat aangaven dat het onderwijs in gesloten
jeugdzorginstellingen vaak niet aansluit bij de behoefte van leerlingen, ook omdat
zij soms tijdelijk in een instelling wonen?
Antwoord 8
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs en ik willen dat het onderwijs in
de instellingen zo goed mogelijk aansluit bij het onderwijs dat de jongeren al kregen.
Als korte praktijkgerichte cursussen daarbij helpen is dat goed en kan dat ook nu
al.
Vraag 9
Wat vindt u ervan dat jongeren zelf aangeven dat er vaak nog steeds geen onderwijs
op havo en vwo wordt aangeboden? Wat gaat u concreet doen om dit op te lossen?
Antwoord 9
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs en ik vinden dat jongeren die instellingen
wonen het onderwijs moeten krijgen wat bij ze past. Helaas is dat nu niet altijd zo,
zoals deze jongeren ook hebben gezegd. Dat willen we veranderen door de school waar
de jongeren op zaten voordat ze in de instelling gingen wonen wanneer dat kan verantwoordelijk
te maken voor het onderwijs in de instelling. Zo kunnen jongeren die op de havo of
vwo zaten dat ook makkelijker blijven volgen als ze in de instelling zitten.
Vraag 10
Wat kunt u doen om het probleem van stagediscriminatie bespreekbaar te maken met uw
collega in het kabinet en werkgevers, aangezien jongeren die in een (gesloten) jeugdzorginstelling
hebben gewoond ook aangeven dat ze hiermee te maken krijgen?
Antwoord 10
Er is het Stagepact MBO 2023–2027. Daarin staan afspraken om ervoor te zorgen dat
alle studenten een stage of leerbaan krijgen met de juiste begeleiding en goede randvoorwaarden.1 Daar horen ook maatregelen bij tegen stagediscriminatie. Die gaan we de komende periode
uitvoeren.
Vraag 11
Wilt u, aangezien veel jongeren ook te weinig worden voorbereid op hun achttiende
levensjaar en alle veranderingen die dan plaatsvinden, zoals het regelen van de zorgverzekering
en het op eigen benen staan, dit probleem bespreekbaar maken met de jeugdzorginstellingen
zodat iedere jongere zo goed mogelijk wordt voorbereid?
Antwoord 11
Dat doe ik en blijf ik doen. Want het is belangrijk dat jongeren na hun verblijf in
een instelling er goed op voorbereid zijn als ze weer op eigen benen staan.
Vraag 12
Deelt u de mening dat vaak ingewikkelde taal wordt gebruikt in debatten en brieven
aan de Kamer? Wilt u deze vragen in helder taalgebruik en zo concreet mogelijk beantwoorden?
Antwoord 12
Ik heb mijn best gedaan hierop te letten en heldere taal te gebruiken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.