Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over het bericht dat er opnieuw minder sociaal advocaten actief zijn in het stelstel
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht dat er opnieuw minder sociaal advocaten actief zijn in het stelstel (ingezonden 3 april 2023).
Antwoord van Minister Weerwind (Rechtsbescherming) (ontvangen 25 april 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het recente bericht en het Jaarverslag van de Raad voor Rechtsbijstand
dat er steeds minder sociaal advocaten actief zijn in het stelsel?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u hierop reageren in het licht van het aantal toevoegingen dat juist wél is gestegen
afgelopen jaar naar 371.740, een stijging van bijna 25.000 toevoegingen vergeleken
met het jaar hiervoor?
Antwoord 2
De afname van het aantal sociaal advocaten heeft met een aantal factoren te maken.
Zo vergrijst de beroepsgroep en weerhoudt het lange opleidingstraject gecombineerd
met relatief lage inkomsten jonge juristen ervan om voor de sociale advocatuur te
kiezen.2 Het aantal toevoegingen is in de afgelopen jaren ook gedaald. Dat het aantal toevoegingen
in 2022 is gestegen, terwijl het aantal sociaal advocaten afneemt, vind ik zorgelijk.
Tekorten kunnen in de toekomst ontstaan. Dit blijkt ook uit de conclusie van het arbeidsmarktonderzoek
van Panteia.3 Daarom heb ik mijn plan van aanpak voor de sociale advocatuur vormgegeven. Deze is
op 20 april 2023 aan uw Kamer verstuurd.4 De komende tijd ga ik intensief aan de slag met de versterking van de sociale advocatuur
zodat mogelijke tekorten worden voorkomen.
Vraag 3
Kunt u in detail ingaan op de volgende conclusie van de Raad voor Rechtsbijstand:
«De Raad heeft in samenwerking met de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) onderzoek
laten doen naar de arbeidsmarkt voor sociale advocatuur. De conclusie van de onderzoekers
vindt de Raad verontrustend. De tekorten aan advocaten die zich op niet al te lange
termijn in de sociale advocatuur zullen voordoen zijn bijzonder problematisch en de
inzet van conventionele arbeidsmarktmaatregelen kunnen, zeker op korte termijn, maar
zeer beperkt een oplossing bieden. De onderzoekers geven aan dat het belangrijk is
dat alle reeds ingezette acties doorgang vinden en waar mogelijk geïntensiveerd worden.
Dat gaat de Raad (binnen de mogelijkheden van het huidige budget) doen. Uit de conclusies
blijkt echter duidelijk dat dit niet voldoende is om het enorme probleem dat dreigt
te ontstaan het hoofd te bieden.»?5
Antwoord 3
De zorgen van de Raad voor Rechtsbijstand (hierna: de Raad) deel ik. Daarom ben ik
op 20 april 2023 met mijn plan van aanpak voor de sociale advocatuur gekomen. Daarin
staat welke maatregelen ik nu al neem, op welke maatregelen ik op de korte termijn
ga inzetten en welke ideeën ik voor de langere termijn wil onderzoeken.
Vraag 4
Kunt u ingaan op de analyse van advocaat Pejman Bahreman in het Jaarverslag van de
Raad voor de Rechtsbijstand dat, om de sociale advocatuur op de lange termijn te verbeteren,
er moet worden gedacht aan hogere vergoedingen en betere voorlichting aan studenten?
Antwoord 4
In mijn plan van aanpak zet ik uitdrukkelijk in op het vergroten van de aandacht voor
de sociale advocatuur in het onderwijs. Ik denk bijvoorbeeld aan een studierichting
sociaal recht. Ook is de Raad bezig met het instellen van een leerstoel toegang tot
het recht in een lerend stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand. Daarnaast geven
zowel de Nederlandse Orde van Advocaten (hierna: NOvA), de Raad, Vereniging Sociale
Advocatuur Nederland en ambtenaren van mijn ministerie gastcolleges over de sociale
advocatuur op universiteiten en hogescholen.
Per 1 januari 2022 zijn de vergoedingen voor advocaten, mediators en bijzonder curatoren
structureel verbeterd. Ook ontwikkel ik met alle betrokken partijen een systematiek
voor periodieke herijking. Over deze twee onderwerpen informeer ik uw Kamer nader
in de volgende voortgangsrapportage rechtsbijstand voor de zomer.
Vraag 5
Kunt u ingaan op uw ideeën zoals aangekondigd tijdens de werkconferentie voor een
«duurzame bijdrage van de commerciële kantoren»? Hoe ziet u dit voor zich en wat gaat
dit betekenen?6
Antwoord 5
In mijn plan van aanpak ga ik uitgebreid in op de maatschappelijke bijdrage van de
gehele advocatuur. Er bestaan al meerdere samenwerkingsverbanden tussen commerciële
en sociale advocatenkantoren. Bijvoorbeeld in de vorm van detacheringsprogramma’s
of het openstellen van bibliotheken en het aanbieden van cursussen. Daarnaast denk
ik aan het creëren van een fonds ten behoeve van de sociale advocatuur. Ik ga dit
idee de komende tijd verder verkennen.
Vraag 6
Deelt u de mening dat het enkel vragen om een duurzame bijdrage van commerciële kantoren
aan de sociaal advocatuur zeker niet de oplossing gaat zijn voor de problemen die
er momenteel spelen binnen de advocatuur en dat hier veel meer voor nodig zal zijn?
Antwoord 6
Het vragen van een maatschappelijke bijdrage van de gehele advocatuur is onderdeel
van een breed scala aan initiatieven en maatregelen die ik ga nemen. Zoals uit mijn
plan van aanpak blijkt, neem ik ook maatregelen in het onderwijs, de beroepsopleiding,
op het gebied van innovatie en met betrekking tot vergoedingen.
Vraag 7
Bent u bekend met de plannen ten aanzien van de verbeteringen in de sociaal advocatuur
van de Vereniging Advocatenbelangen die dit in een brief, verzonden op 30 maart 2023,
aan u kenbaar hebben gemaakt?
Antwoord 7
Ja.
Vraag 8
Kunt u ingaan op de analyse van de Vereniging Advocatenbelangen dat een van de oorzaken
voor een afname van sociaal advocaten ligt in het feit dat het opleiden van een advocaat-stagiaire
momenteel meer geld kost dan het oplevert?
Antwoord 8
Het is mij bekend dat het opleiden van een advocaat-stagiair binnen de sociale advocatuur
kostbaar is. Daarom heb ik de subsidieregeling beroepsopleiding advocatuur in het
leven geroepen. De subsidie dekt de totale kosten van de beroepsopleiding en er kan
voor 175 stagiairs gebruik van worden gemaakt. De regeling ga ik voor 2023 opnieuw
verlengen. Verder denk ik aan het oprichten van een fonds door en voor advocaten.
Mijn gedachte daarbij is dat daarmee (een deel van) de kosten van advocaat-stagiairs
zou kunnen worden betaald, maar ook andere opties diep ik de komende periode graag
verder uit zoals ook aangegeven in mijn plan van aanpak. Ik ben hierover voortdurend
met betrokken partijen in gesprek.
Vraag 9
Kunt u ingaan op de analyse van de Vereniging van Advocatenbelangen dat het puntensysteem
niet meer opgaat in de realiteit, namelijk dat één punt inmiddels al lang niet meer
gelijk staat aan één uur werk, wat veel zegt over de hoge werkdruk en de te lage vergoedingen?
Antwoord 9
In het kader van de stelselvernieuwing gesubsidieerde rechtsbijstand ontwikkel ik
met alle betrokken partijen een systematiek voor periodieke herijking. Ik informeer
de Kamer daarover in de volgende voortgangsrapportage rechtsbijstand die ik voor de
zomer zal versturen.
Vraag 10
Hoe kijkt u, met inachtneming van de recente berichtgeving, terug op de bezuinigingsronde
van 2012 in het puntensysteem en een nadelige indexering in 2019?
Antwoord 10
De sociale advocatuur speelt een essentiële rol in het stelsel van gesubsidieerde
rechtsbijstand en daarmee voor de toegang tot het recht. Ik focus mij op de toekomst.
Daarom kies ik ervoor om mij in te zetten voor de versterking van de sociale advocatuur.
Het versterken van de sociale advocatuur beschouw ik als belangrijk onderdeel van
mijn missie om de toegang tot het recht te verbeteren.
Vraag 11
Wat is uw reactie op de plannen en aanbevelingen van de Vereniging van Advocatenbelangen
en bent u bereid deze plannen serieus te bekijken en ten minste in gesprek te gaan
met de Vereniging Advocatenbelangen hierover?
Antwoord 11
De inhoud van de brief komt voor een groot deel overeen met de signalen die ik al
vaker uit de praktijk heb gehoord en waarmee ik aan de slag ga. Ik ben dan ook bereid
om de plannen serieus te bekijken en een gesprek met de Vereniging Advocatenbelangen
sluit ik niet uit.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.