Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bushoff over de abrupte afbreking van een chemotherapie
Vragen van het lid Bushoff (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de abrupte afbreking van een chemotherapie (ingezonden 15 maart 2023).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 6 april
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Chemotherapie zonder overleg afgebroken, wat is hier
de hand?»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Is er naar uw oordeel in deze casus sprake van strijdigheid met artikel 13.5 van de
Zorgverzekeringswet, dat bepaalt dat een patiënt recht houdt op vergoeding van zorg,
als deze zorg toen de behandeling startte nog gecontracteerd was door de betreffende
zorgverzekeraar? Zo ja, deelt u de opvatting dat dit artikel ervoor moet zorgen dat
patiënten zekerheid hebben over hun toegang tot zorg en dat dit juist verkeerd lijkt
te gaan in deze casus? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
In deze casus was er geen sprake van een wijziging in het contract tussen de zorgverzekeraar
en de betreffende zorgaanbieder. Er was wel sprake van een misverstand over de behandeling.
Omdat er verschillen zijn tussen het Nederlandse en Duitse zorgsysteem, zijn er tussen
de zorgaanbieder en zorgverzekeraar afspraken dat voor een beperkt aantal specifieke
behandelingen vooraf toestemming dient te worden aangevraagd. Dit om te toetsen of
deze behandelingen voor vergoeding vanuit de Nederlandse Zorgverzekeringswet in aanmerking
komen.
Bij de aanvang van de behandeling in 2022 is deze toestemming niet gevraagd, maar
pas in januari 2023. Bij de zorgverzekeraar was in januari 2023 niet bekend dat deze
patiënt al in behandeling was bij deze zorgaanbieder; daarom is deze aanvraag behandeld
als een aanvraag voor een nieuwe behandeling in plaats van voor een vervolgbehandeling.
Na de opheldering van dit misverstand is de behandelaanvraag door de zorgverzekeraar
alsnog goedgekeurd en wordt deze vergoed. Tevens heeft overleg plaatsgevonden met
de Duitse partijen om ervoor te zorgen dat in het vervolg de toestemming tijdig aangevraagd
wordt zodat voorkomen wordt dat patiënten hierdoor gedupeerd worden.
Vraag 3
Welke mogelijkheden heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) om een patiënt in zijn
recht te stellen als een zorgverzekeraar een doorlopende behandeling niet langer wil
vergoeden nadat er in het nieuwe jaar een ander contract is afgesloten?
Antwoord 3
De NZa houdt toezicht op zorgverzekeraars en controleert of zij zich aan de regels
houden. Als zorgverzekeraars dat niet doen kan de NZa handhavend optreden. Dat kan
de NZa ook als zorgverzekeraars zich niet houden aan de verplichting uit art. 13 lid 5
van de Zorgverzekeringswet. In deze verplichting is bepaald dat als een overeenkomst
tussen een zorgverzekeraar en een aanbieder wordt beëindigd, een verzekerde die op
dat moment al zorg ontvangt van deze aanbieder, recht houdt op zorgverlening door
die aanbieder voor rekening van de betreffende zorgverzekeraar.
Vraag 4
Vindt u het wenselijk dat iemand zich tijdens een zware chemobehandeling zorgen moet
maken over de continuïteit van de hoognodige zorg? Zo ja, waarom? Zo nee, ziet u kansen
om het systeem zo te veranderen dat dit in de toekomst voorkomen kan worden?
Antwoord 4
Ik vind het niet wenselijk dat iemand tijdens een lopend zorgtraject zich zorgen moet
maken over de continuïteit daarvan. Daarom is bovengenoemde verplichting ook opgenomen
in art. 13 lid 5 van de zorgverzekeringswet.
Vraag 5
Vindt u het eerlijk dat Nederlanders nu hun zorgverzekering afsluiten zonder duidelijkheid
te hebben over welke zorg daadwerkelijk gecontracteerd is en daarmee vergoed wordt?
Zo ja, waarom? Zo nee, wat wilt u doen om dit in de toekomst te veranderen?
Vraag 5
Vindt u het eerlijk dat Nederlanders nu hun zorgverzekering afsluiten zonder duidelijkheid
te hebben over welke zorg daadwerkelijk gecontracteerd is en daarmee vergoed wordt?
Zo ja, waarom? Zo nee, wat wilt u doen om dit in de toekomst te veranderen?
Antwoord 6
Ik vind het geen goed idee om een wettelijke verplichting in te voeren voor zorgverzekeraars
om de contractering afgerond te hebben voor een bepaalde datum. Daarmee zou deze verplichting
om de contractering af te ronden eenzijdig op de zorgverzekeraars liggen en de onderhandelingspositie
voor zorgverzekeraars om – in het belang van de verzekerde – te onderhandelen over
de kwaliteit en de prijs van de zorg voor de verzekerden onevenredig benadeeld worden.
Vraag 7
Hoe kijkt u naar het idee om patiënten overstaprecht te geven als zorgverzekeraars
er niet in slagen het contracteringsproces voor 13 november af te ronden?
Antwoord 7
Het is van belang dat zorgverzekeraars (potentiële) verzekerden goed informeren. Zorgverzekeraars
zijn verplicht informatie beschikbaar te stellen over onder meer het gecontracteerde
zorgaanbod en de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorgaanbieders. Verzekerden
kunnen tot 1 januari hun lopende zorgverzekering voor het volgende jaar opzeggen en
hebben vervolgens tot 1 februari de tijd om een nieuwe zorgverzekering af te sluiten.
Dit is het zogenoemde overstapseizoen.
Een verzekerde waarvoor het op basis van de beschikbare informatie nog onvoldoende
duidelijk is welke zorgaanbieders het komende jaar door zijn zorgverzekeraar zijn
gecontracteerd, kan dus overstappen naar een zorgverzekeraar waar hem wel voldoende
en voldoende tijdig duidelijkheid wordt geboden. Een aanvullende overstapmogelijkheid
is volgens mij geen oplossing voor onduidelijkheid over het gecontracteerde zorgaanbod.
Ik verwacht meer van de afspraken die in het IZA zijn gemaakt om de informatie aan
verzekerden te verbeteren. Daarbij is bijvoorbeeld afgesproken dat de IZA-partijen
samen een voorlichtingsprogramma organiseren dat er op gericht is verzekerden voor
te lichten over de financiële risico’s als zij kiezen voor niet-gecontracteerde zorg
en de afspraken van IZA-partijen om gezamenlijk het contracteerproces te verbeteren.
Vraag 8
Deelt u de opvatting dat het grote aantal polissen leidt tot onduidelijkheid voor
de patiënt? Zo ja, ziet u kansen om dit versimpelen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Ik vind het belangrijk dat verzekerden een weloverwogen keuze kunnen maken voor hun
zorgverzekering. Hiervoor is het belangrijk dat het polisaanbod overzichtelijk en
onderscheidend is. De NZa is voornemens om de informatieverplichtingen voor zorgverzekeraars
die gelden ten aanzien van «tweelingpolissen» aan te scherpen. Dat betekent dat het
voor verzekerden beter inzichtelijk wordt wanneer er een vergelijkbare polis is.
Uw Kamer is hier op 14 oktober 2022 over geïnformeerd (Kamerstuk 35 872, nr. 10). Ik steun de aanpassing van de regeling van de NZa van harte, omdat het zo voor
verzekerden beter inzichtelijk wordt dat er een vergelijkbaar, en wellicht goedkoper,
alternatief is.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.