Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Graaf over het gebruik van station Heerenveen IJsstadion bij evenementen
Vragen van het lid Van der Graaf (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het gebruik van station Heerenveen Ijsstadion bij evenementen (ingezonden 10 maart 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 3 april
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met de oproep van de Friese Statenfracties van de ChristenUnie en de
PvdA voor opening van station Thialf wanneer er wedstrijden of andere activiteiten
plaatsvinden in het ijsstadion? Hoe luidt uw reactie hierop?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend. Ik juich oproepen als deze van harte toe, omdat ik van
mening ben dat we voortdurend moeten kijken of het mogelijk is om nóg meer reizigers
op een aantrekkelijke wijze met de trein te kunnen bedienen. Desondanks is de reactie
op (bedienings)wensen richting de NS in sommige gevallen negatief, bijvoorbeeld als
uit de analyse van NS en/of ProRail blijkt deze niet (goed) inpasbaar is. We hebben
in Nederland te maken met een druk bereden netwerk, en de beschikbare ruimte in de
dienstregelingen (bijvoorbeeld voor een extra stop) is beperkt.
Vraag 2
Kunt u aangeven of er inmiddels ruimte in de dienstregeling is gevonden of in toekomstige
dienstregelingen ruimte is te maken om de extra stops bij halte Heereveen IJsstadion
mogelijk te maken?2
Antwoord 2
Sinds 2015 is het niet meer mogelijk om een stop op Heerenveen IJsstadion bij evenementen
in te passen in de dienstregeling zonder dat dit ten koste gaat van andere (reguliere)
stops op dit traject, en/of afgestemde aansluitingen op andere treinen in Zwolle en/of
Leeuwarden. Het loslaten van deze uitgangspunten zou een grotere groep (reguliere)
reizigers duperen dan het aantal (potentiële) treinreizigers naar Thialf. In het kader
van de besprekingen aan de landsdelige OV- en Spoortafel is deze kwestie afgelopen
jaren meermaals besproken en onderzocht, helaas zonder verandering in bovenstaande
conclusie.
Richting de toekomst liggen er wellicht wel mogelijkheden. Vervoerder Arriva heeft
bij de ACM gemeld dat zij per dienstregeling 2025 twee stoptreinen Leeuwarden – Zwolle
en Groningen – Zwolle in open toegang wil rijden. Arriva heeft onder andere de ambitie
om Heerenveen IJsstadion structureel te bedienen. Door het bedieningsmodel dat Arriva
hanteert, kan zij reistijd winnen en op meer stations stoppen. Ik ben aan het beoordelen
of dit initiatief meerwaarde oplevert voor de reiziger. Uiteindelijk zal ik bij vaststelling
van de nieuwe concessie op het Hoofdrailnet een keuze moeten maken welke treindiensten
ik opneem in de concessie op de betreffende baanvakken. Dit bepaalt de capaciteit
die overblijft voor opentoegangvervoer, zo ook voor dit initiatief. Vraag is daarnaast
of er investeringen door ProRail nodig zijn om het station geschikt te maken voor
een reguliere stop.
Mocht NS de stoptreindienst blijven exploiteren op dit baanvak, dan bieden de beschikbaar
gestelde middelen voor extra perron- en spoorcapaciteit bij Meppel en voor de vervanging
van de HRMK-spoorbrug3 wellicht ruimte voor een stop op Heerenveen IJsstadion bij evenementen. Dit dient
dan afgewogen te worden met ook andere wensen die spelen op dit baanvak als een nieuw
station Leeuwarden Werpsterhoeke en een nieuw station Staphorst4. Al deze wensen zijn onderdeel van het door ProRail te starten onderzoek naar station
Meppel en omgeving in het kader van het eerstgenoemde amendement.
Vraag 3
Kunt u aangeven of nog immer geldt dat er meer mensen op achteruit zullen gaan bij
een stop op Heereveen IJsstadion, doordat zij de aansluiting op de regionale lijnen
verliezen? Kunt u aangeven welke schattingen hiervoor gebruikt zijn: hoeveel mensen
reizen er tijdens evenementen per trein reizen naar Thialf (waarbij deze aantallen
bij een kortere reistijd waarschijnlijk toenemen) en hoe groot hun reistijd winst
is, vergeleken met het aantal mensen dat een aansluiting mist en reistijd verliest?
Antwoord 3
NS en Arriva hebben in 2019 gezamenlijk gekeken naar de impact van een stop op Heerenveen
IJsstadion in de dienstregeling. Zoals ook aangegeven in mijn antwoord op vraag 2
hebben er sindsdien geen veranderingen plaatsgevonden in de verschillende randvoorwaarden
en omstandigheden die aanleiding geven tot het herzien van de conclusie, ook niet
in de reizigersaantallen.
Op het baanvak Zwolle – Leeuwarden zijn circa 10.000 reizigers per dag. Een extra
stop op Heerenveen IJsstadion kost circa 2–3 minuten. Hierdoor verliezen reizigers
hun mogelijke overstap op bijvoorbeeld station Leeuwarden en Zwolle. Het is niet bekend
hoeveel van deze reizigers gebruik maken van een overstap op trein of bus, hetgeen
een vergelijking van gevolgen voor de reistijden lastig maakt.
Vraag 4
Welke mogelijkheden ziet u om een evenementendienstregeling in te richten, waarin
een stop op Heerenveen IJsstadion plaatsvindt, en de aansluiting op regionale lijnen
gegarandeerd is?
Antwoord 4
Op dit moment ziet de NS die mogelijkheden niet. Of die mogelijkheden er in de toekomst
wellicht wel zijn is onderdeel van breder onderzoek, zoals ook in mijn antwoord op
vraag 2 aangegeven.
Vraag 5
Kunt u aangeven op welke basis afgewogen wordt of extra stops bij stations mogelijk
zijn in geval van grote publieksevenementen in de directe nabijheid daarvan? Hoe kunnen
evenementenorganisatoren zich hiervoor bekend maken bij NS? Is hiervoor een geëigend
proces ingericht?
Antwoord 5
De afweging voor extra stops wordt door NS gemaakt door te kijken naar de impact van
de extra stop op alle andere reizigers, de maakbaarheid in de dienstregeling en de
te verwachte bezoekersaantallen. Verder moet het betreffende station geschikt zijn
om de reizigersstroom veilig te kunnen afwikkelen. Dit is dus maatwerk per evenement
en locatie waarbij tevens elke dag anders is gelet op de samenloop met werkzaamheden
en eventuele andere evenementen in eenzelfde gebied of regio.
Evenementenorganisaties weten NS goed te vinden en zij onderhouden deze contacten,
ook met gemeenten, om zo bij te dragen aan een duurzame mobiliteitsaanpak bij grote
publieksevenementen. Belangrijk is dat NS hier vroegtijdig bij wordt betrokken om
zo gezamenlijk een maakbaar mobiliteitsplan uit te werken. Bij NS is een speciaal
team aangesteld die de dienstregeling bij evenementen en alles wat daarbij komt kijken
tot met eventueel het crowd management voorbereid.
Vraag 6
Kunt u aangeven waarom het op het drukbereden spoor rond Amsterdam wel mogelijk is
extra stops te maken bij evenementen in de RAI, zoals de Huishoudbeurs, maar dat bij
halte Heereveen IJsstadion niet mogelijk is?5
Antwoord 6
Het inpassen van een extra stop op het station bij de RAI is geen vanzelfsprekendheid
of makkelijke oplossing. Ook hier geldt in beginsel dezelfde complexiteit als tussen
Leeuwarden en Zwolle. Een extra stop op het station bij de RAI past niet in de reguliere
dienstregeling. Per keer wordt dan ook gekeken en afgewogen of een extra stop wel
of niet maakbaar is. Tijdens de afgelopen huishoudbeurs hebben de Intercity’s in het
weekend wel gestopt op RAI, maar op de werkdagen bijvoorbeeld niet. Het grote verschil
tussen RAI en Heerenveen IJsstadion is dat bij RAI meer treinen rijden (meer keuzevrijheid)
en erop die trajecten iets meer ruimte in de dienstregeling zit. Door zaken slim te
combineren is er soms ruimte te creëren in de dienstregeling voor een extra stop op
RAI. Tussen Leeuwarden en Zwolle is deze vrijheid er helaas op dit moment niet.
Vraag 7
Klopt de bewering (nog) dat het halteren bij Heerenveen IJsstadion tienduizend euro
per dag kost? Kunt u uitleggen waar deze kosten uit bestaan? Klopt het dat dit geen
doorgang kon vinden omdat Arriva en KNSB niet wilden bijdragen?6
Antwoord 7
Ik ben niet bekend met (de herkomst van) dit bedrag. Ik verwacht dat maakbaarheid
en inpasbaarheid leidend zijn in de afweging om ergens wel of niet te stoppen. Mochten
er aan een stop kosten verbonden zijn voor een vervoerder, dan zullen organisator,
vervoerder en eventueel decentrale overheden hierover met elkaar in overleg moeten
treden.
Vraag 8
Wilt u zich inspannen om extra stops in geval van evenementen op halte Heerveen IJsstadion,
maar ook bij andere stations, mogelijk te maken?
Antwoord 8
Op het moment dat een extra stop tijdens evenementen inpasbaar is in de dienstregeling
en de veiligheid van reizigers kan worden geborgd, dan werkt NS daar aan mee. Dat
verwacht ik ook van NS.
De uiteindelijke afweging of een bedieningswens maakbaar is – en wenselijk vanuit
algemeen reizigersbelang – moet gemaakt worden door de vervoerder.
Zoals ook aangegeven in mijn antwoord op vraag 2 maakt de wens voor een stop op Heerenveen
IJsstadion, samen met andere wensen die er zijn ten aanzien van dit baanvak, moment
onderdeel uit van onderzoek. We zullen met elkaar de uitkomsten van de onderzoeken
moeten afwachten. Ik zal uw Kamer hierover op de hoogte houden via het reguliere MIRT-proces.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.