Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Maatoug en Van der Lee over de uitzending van Tegenlicht van donderdag 26 januari en het initiatief Collectief Kapitaal
Vragen van de leden Maatoug en Van der Lee (beiden GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Financiën en de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen over de uitzending van Tegenlicht van donderdag 26 januari en het initiatief Collectief Kapitaal (ingezonden 15 februari 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rij (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst),
mede namens de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen (ontvangen
21 maart 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1756.
Vraag 1
Bent u bekend met het initiatief Collectief Kapitaal?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u bekend met de uitzending van Tegenlicht van donderdag 26 januari 2023?1
Antwoord 2
Ja.
In het navolgende beantwoordt de Staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst
de vragen 3, 4 en 5. De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen beantwoordt
de vragen 6 en 7.
Vraag 3
Kunt u aangeven hoe de Belastingdienst bepaalt of iets een schenking is of een beloning?
Speelt de status van de schenkende instelling daarbij een rol?
Antwoord 3
Of een instelling de status van algemeen nut beogende instelling (ANBI) heeft, is
niet van invloed op de vraag of sprake is van een schenking. Voor de vraag of schenkbelasting
verschuldigd kan zijn, is de ANBI-status wel relevant. Voor schenkingen aan een ANBI
geldt een vrijstelling van schenkbelasting, behalve voor zover aan de verkrijging
een opdracht is verbonden die ertoe strekt dat de schenking niet bestemd is voor het
algemeen belang. Voor uitkeringen die door een ANBI worden gedaan in het kader van
het algemeen nut, geldt eveneens een vrijstelling van schenkbelasting. Voor de vraag
of er door de ontvanger inkomstenbelasting is verschuldigd ter zake van hetgeen hij
heeft verkregen, is van belang of er sprake is van een (belastbare) bron van inkomen
(beloning). De Belastingdienst bepaalt aan de hand van de Successiewet 1956 of de
betaling een belastbare schenking is en aan de hand van de Wet op de inkomstenbelasting
2001 of de betaling (ook) kan worden aangemerkt als belastbaar inkomen.
In de schenkbelasting geldt overigens ook een vrijstelling indien de ontvanger over
hetgeen door schenking is verkregen, inkomstenbelasting is verschuldigd.
Vraag 4
Klopt het dat aan de stichting Collectief Kapitaal de Algemeen Nut Beogende Instelling
(ANBI-)status is verleend als «kennisinstelling»? Klopt het dat de betalingen die
deze stichting doet in het kader van onderzoek daarom als «beloning» worden geclassificeerd?
Zouden deze betalingen wel als «schenking» worden geclassificeerd als de ANBI-status
was verleend in het kader van sociaal welzijn?
Antwoord 4
In het ANBI-register op de website van de Belastingdienst2 is opgenomen dat Stichting Collectief Kapitaal met ingang van 10 juli 2020 de ANBI-status
heeft. Omdat de Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikel
67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) kan geen nadere informatie worden
verstrekt over individuele instellingen.
Wel kan in algemene zin worden opgemerkt dat in artikel 5b, derde lid, van de AWR
de verschillende algemeen nut categorieën worden opgesomd, waaronder bijvoorbeeld
de categorie welzijn, de categorie cultuur en de categorie onderwijs, wetenschap en
onderzoek. Als een ANBI een bedrag schenkt en daarmee handelt binnen haar algemeen
nuttige doelstelling, geldt voor de ontvanger een vrijstelling van schenkbelasting.
Voor de ontvanger van de uitkering kan hetgeen van de ANBI is verkregen een bron van
inkomen zijn. De Belastingdienst beoordeelt per potentiële inkomensbron of sprake
is van belastbaar inkomen voor de inkomstenbelasting. De eisen daarvoor verschillen
per inkomensbron. Zo is het voor resultaat uit overige werkzaamheden (row) relevant
of de ontvanger enige tegenprestatie verricht, terwijl dat voor een belastbare periodieke
uitkering niet per definitie een vereiste is. Het is afhankelijk van de feiten en
omstandigheden van een situatie of sprake is van een belastbare bron van inkomen.
Vraag 5
Kunt u aangeven welke wijzigingen in de werkwijze zouden leiden tot een andere uitkomst
met betrekking tot de toekenning van de ANBI-status en de classificatie van de betalingen
als «beloning»?
Antwoord 5
Nee, de Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikel 67 van
de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) en kan geen informatie verstrekken t.a.v.
de werkwijze van een individuele instelling.
Vraag 6
Vindt u ook dat initiatieven zoals Collectief Kapitaal ondersteuning verdienen? Bent
u bereid met dit initiatief in gesprek te gaan en te kijken wat er nodig is om Collectief
Kapitaal een vervolg te geven?
Antwoord 6
Als Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen zie ik de waarde van deze
vorm van privé initiatieven. Zij kunnen juist buiten de bestuursrechtelijke kaders
om kleinschalig hulp bieden, aanvullend aan de initiatieven vanuit de overheid zelf.
Ik wil deze initiatieven dan ook graag volgen en met hen in contact blijven, omdat
hun ervaringen waardevolle input kunnen vormen voor de verdere beleidsvorming.
Vraag 7
Bent u bekend met andere initiatieven die zich bezig houden met het versterken van
bestaanszekerheid middels schenkingen aan deelnemers? Hoe worden deze initiatieven
gefaciliteerd? Worden de opbrengsten van deze initiatieven met u gedeeld en hoe worden
deze meegenomen in het maken van beleid?
Antwoord 7
Er zijn mij meerdere vergelijkbare kleinschalige initiatieven bekend. Die volg ik
met interesse. Vooralsnog zijn slechts van een beperkt aantal initiatieven de opbrengsten
inzichtelijk. Deze worden betrokken bij verdere beleidsvorming. Zoals eerder aangegeven,
gaat het steeds om kleinschalige initiatieven die zich niet lenen voor een Rijksbrede
facilitering. Daar waar nodig, wordt wel samen met betrokken gemeenten gekeken naar
hoe binnen de bestaande wettelijke kaders ruimte voor het initiatief kan worden gecreëerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën -
Mede namens
C.J. Schouten, minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.