Schriftelijke vragen : De uitspraak van de minister dat de terugkeer van de lynx een ‘dilemma’ is
Vragen van het lid Vestering (PvdD) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over de uitspraak van de Minister dat de terugkeer van de lynx een «dilemma» is (ingezonden 9 februari 2023).
Vraag 1
Kent u het bericht «Minister van der Wal vindt mogelijke terugkeer lynx een dilemma»?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat de terugkeer van inheemse wilde dieren als de wolf, de goudjakhals,
de wilde kat en mogelijk de lynx niet zozeer een dilemma vormen als wel een gegeven
en mogelijk juist een kans is voor het meer natuurlijk functioneren van ecosystemen?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Deelt u de mening dat de mogelijke terugkeer van de «lynx» wellicht invloed heeft
op het gedrag van de wolf, gezien dat wolven en lynxen elkaar zullen vermijden? Zo
ja, wat bedoelde u met het woord «dilemma»? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Bedoelde u mogelijk met het woord «dilemma» dat de jacht op prooidieren, zoals wilde
zwijnen, door de terugkeer van wilde dieren zou moeten worden heroverwogen? Zo ja,
op welke wijze wilt u vormgeven aan het beëindigen of beperken van de jacht op in
het wild levende prooidieren?
Vraag 5
Bedoelde u mogelijk met het woord «dilemma» dat het nemen van beschermende maatregelen
voor veehouders tegen aanvallen door beschermde wilde dieren niet langer mag worden
uitgesteld? Zo ja, op welke wijze wilt u vormgeven aan toezicht en handhaving op wettelijk
verplichte preventieve maatregelen ter bescherming van dieren die worden gebruikt
als vee?
Vraag 6
Kent u het bericht «Milieuministers willen beschermde status wolf handhaven»?2
Vraag 7
Heeft u overwogen om de oproep van de 12 milieuministers om bescherming van de wolf
te handhaven te ondersteunen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid zich alsnog
aan te sluiten?
Vraag 8
Kent u het bericht «Boer legt dode schapen langs de weg als protest tegen wolf: «Er
moet wat gebeuren»»?3
Vraag 9
Hoe beoordeelt u het feit dat veehouders wettelijk zijn verplicht om hun dieren bescherming
te bieden tegen roofdieren, maar dat daarop door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
(NVWA) (nog steeds) niet wordt gehandhaafd?
Vraag 10
Per wanneer bent u van plan de NVWA te verzoeken om deze wettelijke voorschriften
te handhaven?
Vraag 11
Bent u het eens dat hier sprake is van nalatigheid gezien de schapen al vier keer
zijn aangevallen als gevolg van de afwezigheid van wettelijk verplichte beschermingsmaatregelen?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat bent u van plan te doen om ervoor te zorgen dat de
veehouder de schapen hun wettelijk verplichte bescherming biedt?
Vraag 12
Deelt u de mening dat het onbillijk is dat veehouders verwachten schade door de wolf
gecompenseerd te krijgen wanneer de wettelijk verplichte beschermingsmaatregelen niet
zijn getroffen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid de provincies te vragen
uitbetaling van schade afhankelijk te maken van de getroffen preventieve maatregelen?
Vraag 13
Is het waar dat wolfwerende maatregelen die niet aan de daarvoor bedoelde standaarden
van BIJ12 voldoen en ook niet aan de wettelijke verplichting om gehouden dieren te
beschermen tegen roofdieren toch als toereikend worden bevonden voor de uitkering
van schade in voorkomende gevallen?
Vraag 14
Deelt u de mening dat van het uitkeren van schadevergoedingen aan wetsovertreders
een verkeerde receptwerking kan uitgaan?
Vraag 15
Deelt u de mening dat het belonen van slecht gedrag als uitlokking tot wetsovertreding
kan worden gezien? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid uitkerende instanties
te verplichten te voldoen aan de wettelijke beschermingsplicht alvorens tot schadevergoeding
kan worden overgegaan?
Vraag 16
Is het waar dat schade-uitkering na «schade» door roofdieren hoger kan zijn dan de
marktprijs die de getroffen dieren voor de eigenaar hadden kunnen opbrengen bij verkoop?
Zo ja, acht u dat wenselijk en deelt u de mening dat daar een verkeerde receptwerking
van zou kunnen uitgaan?
Vraag 17
Bent u bereid om een algemene maatregel te nemen om schadevergoedingen afhankelijk
te maken van het voldoen aan de wettelijke preventieplicht en nooit hoger te laten
zijn dan de economische schade? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Vraag 18
Wat vindt u van het idee om veehouders te verplichten om een eigen schadefonds in
te richten, zodat dit niet langer ten laste komt van publieke middelen? Zo nee, waarom
niet en hoe ziet u zo’n privaat schadefonds in relatie tot bijvoorbeeld het fonds
dat de pluimveesector inrichtte? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Vraag 19
Deelt u de mening dat veehouders, die stelselmatig weigeren hun dieren de wettelijk
voorgeschreven bescherming tegen roofdieren te bieden, een houdverbod zouden moeten
krijgen wanneer duidelijk is dat gevaarzetting wordt genegeerd? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, op welke termijn en wijze?
Indieners
-
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Indiener
L. Vestering, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.