Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Pouw-Verweij over het artikel 'Lelylijn-discussie trekt zich na Europese erkenning vacuüm, bevindt zich in een stukje niemandsland tussen voorvechters en tegenstanders - zonder te weten waar het heengaat'
Vragen van het lid Pouw-Verweij (JA21) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het artikel «Lelylijn-discussie trekt zich na Europese erkenning vacuüm, bevindt zich in een stukje niemandsland tussen voorvechters en tegenstanders – zonder te weten waar het heengaat» (ingezonden 8 december 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 23 december
2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Lelylijn-discussie trekt zich na Europese erkenning
vacuüm, bevindt zich in een stukje niemandsland tussen voorvechters en tegenstanders
– zonder te weten waar het heengaat»1?
Antwoord 1
Ja, hier heb ik kennis van kunnen nemen.
Vraag 2
Middels welke inspanningen gaat u ervoor zorgen dat de Lelylijn opgenomen gaat worden
binnen het kernnetwerk, gezien het feit dat serieuze financiële steun vanuit Europa
alleen zal plaatsvinden als de Lelylijn daarin wordt opgenomen?
Antwoord 2
Ik ben blij dat in het akkoord van de Transportraad van 5 december jl. de Lelylijn
nu is opgenomen in het uitgebreide netwerk van het trans-Europees vervoersnetwerk
(TEN-T). Gedurende de onderhandelingen die in 2023 nog volgen tussen Raad en Europees
Parlement over het TEN-T voorstel zal ik mij inspannen om de Lelylijn op te laten
nemen in het uitgebreid kernnetwerk. Nader overleg met onder meer Duitsland is daarvoor
een vereiste. Begin 2023 vindt een eerste overleg tussen Duitsland en Nederland over
deze kwestie plaats op ambtelijk niveau. Dit overleg dient als voorbereiding voor
het gesprek dat ik met mijn Duitse ambtgenoot zal hebben over de Lelylijn.
Vraag 3
Wat zijn de gevolgen voor de financiële haalbaarheid van de Lelylijn wanneer deze
niet wordt opgenomen in het kernnetwerk?
Antwoord 3
In het MIRT-onderzoek wordt toegewerkt naar uitgewerkte varianten voor de Lelylijn
met bijbehorende, onderbouwde kostenraming en zal daarnaast bekeken worden welke bronnen
wel of niet en in welke mate beschikbaar zijn voor het bekostigen van de Lelylijn.
Al deze informatie is op dit moment nog niet beschikbaar. Daarmee is op dit moment
niet duidelijk wat het wel of niet opnemen in het uitgebreide kernnetwerk betekent
voor de financiële haalbaarheid. In het vervolgtraject zal de beschikbaarheid van
middelen betrokken worden bij het maken van concrete afspraken met de regio.
Vraag 4
Heeft u sinds het nieuws over de opname van de Lelylijn in het TEN-T-netwerk reeds
contact gehad met uw Duitse evenknie Michael Theurer?
Antwoord 4
Op dit moment wordt tussen Nederland en Duitsland op ambtelijk niveau een gesprek
met mijn Duitse collega voorbereid over de opname van de Lelylijn in het uitgebreid
kernnetwerk. Uiteraard ga ik met dhr. Theurer in gesprek als uit de ambtelijke contacten
blijkt dat dit wenselijk is, zoals ik in een eerdere fase al heb gedaan.
Vraag 5
Hoe denkt u de huidige Duitse Staatssecretaris Michael Theurer te kunnen overtuigen
van de meerwaarde van de Lelylijn als schakel in een nieuwe snelle verbinding tussen
Nederland en Duitsland, daar vorig jaar de voormalige Staatssecretaris Enak Ferlemann
aangaf dat een snelle treinverbinding tussen Groningen en Bremen «niet interessant»
is vanwege een gebrek aan potentiële reizigers?
Antwoord 5
In het MIRT-onderzoek naar de Lelylijn zal conform het coalitieakkoord gekeken worden
naar wat de Lelylijn kan betekenen voor de verbindingen met Noord-Duitsland en verder.
Op basis daarvan kan ik met de Duitse collega’s het gesprek aangaan of we met elkaar
de genoemde meerwaarde zien. Ik zal daarbij waar mogelijk de Duitse collega’s betrekken
bij het genoemde onderzoek.
Vraag 6
Wilt u de Kamer in een brief inlichten over de uitkomsten en de voortgang van gesprekken
met de Duitse Staatssecretaris?
Antwoord 6
Ja, ik houd de Kamer vanzelfsprekend goed op de hoogte.
Vraag 7
Wat zijn de gevolgen voor de Lelylijn, nu 160 km/uur voor de Lelylijn niet overal
haalbaar zal zijn vanwege de zachte ondergrond op sommige plaatsen in Fryslân en Groningen,
terwijl TEN-T hoge eisen stelt aan de nieuwe spoorlijnen op het gebied van snelheid?
Antwoord 7
Op dit moment is het onderzoek naar het mogelijke tracé van de Lelylijn nog in een
vroege fase en is het daarom nog niet duidelijk welke technische specificaties mogelijk
zijn. Wanneer in het vervolg van het onderzoek duidelijk blijkt dat voor een gewenste
loop van de Lelylijn extra maatregelen nodig zijn, zal ik uw Kamer daarover informeren.
Overigens geldt in het TEN-T voorstel de eis van 160 km/uur niet voor het uitgebreide
netwerk.
Vraag 8
Wat zijn de gevolgen voor de Lelylijn, nu deze deel gaat uitmaken van het TEN-T-netwerk,
voor de formatie van de projectgroep? En welke stappen rond de planvorming om tot
het definitieve tracé van de Lelylijn te komen zijn de komende tijd te verwachten?
Antwoord 8
De opname van de Lelylijn in het TEN-T netwerk heeft niet direct gevolgen voor de
formatie van het projectteam. De Lelylijn volgt de normale MIRT-systematiek. Dat betekent
dat nu de eerste stappen gezet worden voor een MIRT-onderzoek, hierbij zal ook brede
participatie in de regio plaatsvinden.
Vraag 9
Wilt u de Kamer in een brief inlichten over de aangepaste planvorming om tot het definitieve
tracé van de Lelylijn te komen?
Antwoord 9
Er is op dit moment geen sprake van een aangepaste planvorming.
Vraag 10
Verwacht u, nu de Lelylijn deel gaat uitmaken van het TEN-T-netwerk, nog steeds een
financiële bijdrage van de noordelijke provincies?
Antwoord 10
Ja, er zijn naast de middelen vanuit de EU en de 3 miljard die door het Rijk is gereserveerd
naar mijn verwachting nog steeds middelen vanuit de Regio nodig om de financiering
van de Lelylijn rond te krijgen. Ik ben hierover met de Regio in gesprek.
Vraag 11
Wat verwacht u met de gesprekken die u volgende week gaat voeren met de noordelijke
bestuurders te bereiken?
Antwoord 11
Ik heb tijdens het Bestuurlijk Overleg Deltaplan goede gesprekken gevoerd met de noordelijke
bestuurders. Dit was een bijeenkomst met positieve energie waarbij we gezamenlijk
hebben uitgesproken nu samen met elkaar door te willen pakken om de Lelylijn tot een
succes te maken.
Vraag 12
Kunt u elke vraag afzonderlijk en binnen de gebruikelijke termijn van drie weken beantwoorden?
Antwoord 12
Ja, daarmee heb ik bij deze voorzien.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.