Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de conclusie onderzoek naar het gebruik van afkomstgerelateerde gegevens in de processen en applicaties van het ministerie van BZK (Kamerstuk 26643-938)
2022D52888 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties over de Conclusie onderzoek naar het gebruik van afkomstgerelateerde
gegevens in de processen en applicaties van het Ministerie van BZK (Kamerstuk 26 643, nr. 938).
De voorzitter van de commissie,
Hagen
Adjunct-griffier van de commissie,
Muller
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
II Antwoord/reactie van de Minister
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van
de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) d.d. 10 november 2022
over de conclusies van het onderzoek naar het gebruik van afkomstgerelateerde gegevens
in de processen en applicaties van het Ministerie van BZK. Graag willen deze leden
daarover een paar vragen stellen.
De onderhavige rijksbrede aanpak begint met het inventariseren van gegevensverwerkingen
waarin afkomstgerelateerde indicatoren worden verwerkt. In hoeverre is het ministerie
met de genoemde afkomstgerelateerde indicatoren aangesloten bij de indicatoren die
rijksbreed zijn gebruikt? In hoeverre is daar op een andere manier mee omgegaan? Gaarne
krijgen zij een reactie.
Aan het slot van haar brief kan de Minister niet uitsluiten dat bijvoorbeeld beleidsregels,
registraties in oude systemen of zeldzame uitzonderingssituaties buiten het zicht
van de inventarisatie zijn gebleven. Hoe groot is de kans dat bepaalde registraties,
processen en risicomodellen buiten beeld zijn gebleven? De leden van de VVD-fractie
gaan ervan uit dat mochten er alsnog registraties, processen of risicomodellen bekend
worden, dat de Kamer daarover wordt geïnformeerd. Hoe wordt in de toekomst het rechtmatig
en eigenlijk gebruik van afkomstgerelateerde gegevens geborgd op het Ministerie van
BZK? Graag krijgen deze leden een reactie van de Minister.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Algemeen
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de onderzoeksconclusies
en willen de Minister nog enkele vragen voorleggen.
Onderzoeksopzet
Deze leden zijn de Minister erkentelijk voor de toetsing van de afkomstgerelateerde
gegevensverwerking op grondslag, doelbinding, proportionaliteit, subsidiariteit en
op onrechtmatig onderscheid (de discriminatietoets). Zij vragen zich wel af waarom
het gegeven «postcode» niet als afkomstgerelateerd gegeven is onderzocht?
Onderzoeksconclusies
De leden van de D66-fractie ondersteunen het voorgestelde (concept) Besluit wijziging
BRP, d.d. 3 oktober 2022, om het gegeven «geboorteland en/of -plaats» te schrappen
in het proces Beheervoorziening burgerservicenummer (BSN) en het Foutenmeldpunt BSN.
Kan de Minister aangeven wanneer dit besluit definitief wordt? Kan de Minister inzichtelijk
maken op welke termijn de gegevens verwijderd worden?
Deze leden verwelkomen dat het gegeven «geboorteland» niet langer opgenomen wordt
in het Register Paspoortsignalering (RPS). Kan de Minister aangeven op welke termijn
de gegevens verwijderd worden?
Zij lezen de intentie om bij het proces inhuur (van externe personen) nader te bekijken
of er minder afkomstgerelateerde persoonsgegevens kunnen worden verwerkt. Wanneer
zal dit onderzoek zijn afgerond? Is de Minister bereid de Kamer over de uitkomsten
te informeren?
De leden van de D66-fractie vernemen dat de verwerking van de combinatie «datum inschrijving»
en «geboortedatum» is gestopt per 1 februari 2022. Zijn de gegevens inmiddels verwijderd?
Erkent de Minister dat, hoewel de combinatie niet valt onder de gehanteerde definitie
van «afkomstgerelateerd», de combinatie wel informatie verstrekt over de afkomst van
de betrokkene, zijnde niet-Nederland?
Deze leden maken zich zorgen over het gebruik van afkomstgerelateerde gegevens bij
de toepassing van de Rotterdamwet. De toepassing richt zich specifiek op bepaalde
wijken en wordt vaak gelinkt aan de afkomst van de mensen die er wonen. In het verleden
werd afkomst ook bij de toepassing meegenomen, is dit gebruik geschrapt en zijn de
gegevens verwijderd? Is er voldoende gewaarborgd dat discriminatie niet meer voorkomt?
Afsluitend
Zij vragen afsluitend wanneer de Staatssecretaris terug zal komen met de derde voortgangsrapportage
over de uitvoering van de motie Marijnissen c.s.?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben de conclusie van het onderzoek naar het gebruik
van afkomstgerelateerde gegevens in de processen en applicaties van het Ministerie
van BZK gelezen en hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen. Deze leden lezen
dat er ook gegevens worden verwerkt in het kader van Wob/Woo-verzoeken. Daarover wordt
geschreven: «In beginsel zijn dergelijke gegevens niet nodig voor de afhandeling van
Woo-verzoeken en wordt hier ook niet om gevraagd door de directie Constitutionele
Zaken en Wetgeving (CZW). In voorkomende gevallen worden deze persoonsgegevens door
indieners met een reden aangeleverd en is verwerking hiervan nodig voor de afhandeling
van het Woo-verzoek.» Zij vragen in welke gevallen verwerking dan wel noodzakelijk
is. Welke redenen kunnen dit zijn? Ook lezen de leden van de SP-fractie dat hier,
en bij meerdere instanties, de gegevens door mensen zelf zijn aangeleverd en daarom
verwerkt worden. Is hierbij ook gekeken of er een invulveld is waarbij naar deze gegevens
wordt gevraagd, ook al is het niet verplicht om deze gegevens aan te leveren?
Deze leden lezen dat alle risicoprofielen van de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit
(LAA), zowel de risicoprofielen van het Ministerie van BZK als die van derden, op
dit moment onafhankelijk getoetst worden, onder andere aan de «Handreiking non-discriminatie
by design» en met behulp van een «Data protection impact assessment» (DPIA). Daarbij
is het voornemen om de profielbeschrijvingen van het Ministerie van BZK ook te publiceren
in een algoritmeregister. Zijn er op dit moment algoritmes in werking die nog niet
getoetst zijn? Welke zijn dit? Worden hierbij op bijzondere persoonsgegevens getoetst?
Zo ja, waarom wordt er niet gewacht met het inzetten van dit soort algoritmes totdat
de toets klaar is en voldoende is bevonden?
II Antwoord/reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.B. Hagen, voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
S.R. Muller, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.