Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Vestering over stalbranden
Vragen van het lid Vestering (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de recente stalbrand in Assen en de kabinetsaanpak om stalbranden te voorkomen (ingezonden 5 oktober 2022).
Antwoord van Minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 8 november
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 446.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «28.500 kippen dood bij uitslaande brand in schuur vlakbij
TT Circuit in Assen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat ging er door u heen toen u vernam dat bij deze stalbrand 28.500 kippen levend
zijn verbrand of zijn gestikt in de rook?
Antwoord 2
Iedere stalbrand is er één te veel en is verschrikkelijk, in de eerste plaats voor
de dieren en ook voor alle betrokkenen. Elke stalbrand onderstreept weer de noodzaak
tot het nemen van maatregelen om stalbranden en dierlijke slachtoffers te verminderen.
Vraag 3
Wat is er gebeurd met de 15.000 kippen die zijn «gered» door de brandweer en de stalbrand
hebben overleefd?
Antwoord 3
De 15.000 kippen die door de brandweer zijn gered, bevonden zich in een andere stal
dan daar waar de brand uitbrak. Deze kippen leven nog.
Vraag 4
Welke brandpreventieve maatregelen zijn er tot nu toe genomen in stallen waarin dieren
worden gehouden? Waren voor deze specifieke stal ook maatregelen genomen?
Antwoord 4
Voor alle stallen geldt dat voldaan moet worden aan de eisen gesteld in het Bouwbesluit
2012. De keuze in brandpreventieve maatregelen varieert per stal en is onder andere
afhankelijk van het jaartal, waarin de vergunning voor de stal is aangevraagd. In
het Bouwbesluit 2012 is per 1 april 2014 opgenomen dat bij de nieuw- en verbouw van
stallen materialen, zoals isolatiemateriaal, minimaal moeten voldoen aan brandklasse
B, en dat bij nieuwbouw technische ruimten gecompartimenteerd moeten zijn met (60
minuten) brandwerend materiaal. Voor 1 april 2014 golden er algemene brandveiligheidseisen
aan alle gebouwen, waaronder stallen. Daarnaast hangt de keuze voor brandpreventieve
maatregelen af van aanvullende verzekeringseisen voor brandveiligheid die verzekeraars
stellen bij nieuwbouw en verbouw van stallen. Voor de betreffende veehouderijlocatie
is toestemming verleend om een brandcompartiment van bijna 3.200 vierkante meter te
bouwen met een dierenverblijf van 2.500 vierkante meter.
Vraag 5
Bestond de stal uit meerdere brandcompartimenten, zoals wordt geadviseerd door de
Onderzoeksraad voor Veiligheid? Hoeveel dieren bevonden zich per brandcompartiment?2
Antwoord 5
Nee. De twee stallen vormden gezamenlijk één brandcompartiment. In de afgebrande stal
bevonden zich 28.500 kippen. Deze hebben het helaas niet overleefd. In de stal die
is behouden bevonden zich 15.000 kippen. Deze kippen leven nog.
Vraag 6
Hoeveel dieren worden gemiddeld per brandcompartiment in Nederland gehouden?
Antwoord 6
Dit is afhankelijk van de grootte van het brandcompartiment. Een stal kan uit één
groot compartiment bestaan of bestaan uit meerdere compartimenten. Op basis van het
Bouwbesluit 2012 wordt bepaald hoe groot het brandcompartiment mag zijn. Daarnaast
gelden oppervlaktenormen voor de verschillende diersoorten op basis van EU-regelgeving
en/of de Wet dieren. Dit tezamen bepaalt het aantal dieren per brandcompartiment.
Vraag 7
Welke technische installaties met risico’s voor de brandveiligheid bevonden zich in
en rondom de stal?
Antwoord 7
Voor zover bekend zijn er in en rondom deze stal geen technische installaties aangebracht
met extra risico’s voor de brandveiligheid.
Vraag 8
Hoe heeft u de aanpak van stalbranden concreet verbeterd sinds de publicatie van het
rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid in maart 2021, waarin wordt geconcludeerd
dat het kabinet onvoldoende heeft gedaan om stalbranden tegen te gaan?
Antwoord 8
In de brief aan de Kamer van 8 oktober 20213 is de aangescherpte aanpak van stalbranden gebaseerd op het rapport van de OvV beschreven.
Voor de voortgang van deze aanpak verwijs ik u naar de Kamerbrief die mijn voorganger
heeft gestuurd op 6 juli 20224.
Vraag 9
Wanneer gaat u de aangekondigde regelgeving op het gebied van de brandcompartimentering
van de technische ruimte(s) voor bestaande stallen, verplichte jaarlijkse keuring
en verplichte drie- of vijfjaarlijkse elektra- en zonnestroominstallatiekeuring naar
de Kamer sturen?
Antwoord 9
Momenteel wordt deze regelgeving opgesteld. Ik ben voornemens om de ontwerp algemene
maatregel van bestuur eind dit jaar in procedure te brengen. Dit betekent dat het
ontwerp naar verwachting in het tweede kwartaal van 2023 aan uw Kamer kan worden voorgelegd
middels de voorhangprocedure.
Vraag 10
Heeft u de wijziging van de Wet dieren, waar het amendement van het lid Vestering
over een grondslag voor het stellen van brandveiligheidsregels in is opgenomen, inmiddels
ondertekend?5
Antwoord 10
Nee, nog niet. Voor nadere toelichting verwijs ik naar de verzamelbrief Dierenwelzijn
van 9 november jl. (kenmerk 2022D46243) en de brief over dierwaardige veehouderij van 4 november jl. (Kamerstuk 28 286, nr. 1265).
Vraag 11
Wilt u deze vragen één voor één beantwoorden binnen drie weken?
Antwoord 11
Ik heb mijn best gedaan de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.