Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Mutluer over de investeringen tegen ondermijning
Vragen van het lid Mutluer (PvdA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de investeringen tegen ondermijning (ingezonden 23 september 2022).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 4 november
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2022, nr. 317.
Vraag 1
Kent u de berichten «Miljoenen voor de schijn van daadkracht» en «Honderden miljoenen
tegen ondermijning leveren nauwelijks resultaat»?1
,
2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Is het waar dat er tussen 2017 en 2022 ruim 900 miljoen voor de bestrijding van ondermijnende
criminaliteit is vrijgemaakt? Zo nee, wat is het bedrag dan wel en voor welke concrete
instrumenten of inzet is dit gebruikt?
Antwoord 2
Ja, dat klopt. Van 2017 tot 2022 is in totaal 926 miljoen euro vrijgemaakt voor de
bestrijding van ondermijnende criminaliteit, waarvan het overgrote deel in 2022 (zie
tabel 1). In onderstaande tabel worden deze beschikbare middelen weergegeven, ingedeeld
in incidentele middelen (bijvoorbeeld «Incidentele bijdrage Ondermijning») en structurele
middelen (bijvoorbeeld «Versterking ondermijning»).
Een specificatie van de besteding naar opgaven is opgenomen in de financiële bijlage
van de Najaarsbrief georganiseerde, ondermijnende criminaliteit.3
De aanpak heeft zich tussen 2017 en 2022 ontwikkeld van een regionale versterkingsbeweging
naar een breed offensief. Zoals ik in mijn brief van dit voorjaar uiteen heb gezet,
zijn voorkomen, verstoren van het verdienmodel & doorbreken van criminele netwerken,
bestraffen en beschermen nu de hoofdlijnen van de aanpak van georganiseerde, ondermijnende
criminaliteit.
In de eerste jaren was er vooral incidenteel geld beschikbaar (het Ondermijningsfonds),
wat alleen uitgegeven kon worden aan projecten en initiatieven voor een aantal jaren.
Dit is gemonitord door via een procesevaluatie en actieonderzoek4 te kijken naar wat we konden leren van de (ervaringen binnen de) projecten voor verbeteringen
tijdens de looptijd en voor eventuele toekomstige inzet. Een inventarisatie van de
projecten gefinancierd uit de gelden in het Ondermijningsfonds is te vinden in de
midterm review die is uitgevoerd voor de regionale versterkingen.5
Met de komst van structurele financiering (BOTOC Voorjaarsnota 2020 en de middelen
die met de ontwerpbegroting 2022 beschikbaar zijn gesteld) en daarmee ook de mogelijkheid
om organisaties structureel te versterken met extra capaciteit, is de aandacht verschoven
van de tijdelijke aard en impact van de (op projecten gerichte) versterkingsbeweging,
naar de brede impact van de over de hele linie structureel versterkte aanpak. Daarbij
wordt enerzijds de basis bij de partners in de keten versterkt. Daarnaast wordt ingezet
op de continuering van aanpakken, zoals preventie met gezag en de regionale versterking,
waarin bewezen effectieve interventies worden geborgd en verbreed. Ten slotte zetten
we in op nieuwe, innovatieve maatregelen, waarvan we door het nabij volgen en de inzet
van evaluatie in de toekomst goed moeten kunnen bepalen of deze effectief zijn, en
waar nodig moet worden bijgestuurd.
Bij een brede, structureel versterkte aanpak past dus ook een duurzame wijze van sturing
en verantwoording, die in samenhang inzichtelijk maakt wat de resultaten en effectiviteit
van de brede aanpak is. We richten daarvoor een samenhangend geheel aan instrumenten
in dat bijdraagt aan een solide kennissysteem en een gezamenlijke lerende aanpak.
Met het doel om inzicht in de effectiviteit van specifieke interventies te vergroten,
wordt onderzoek en evaluatie naar lopende aanpakken uitgevoerd. En om op de langere
termijn goed zicht te kunnen houden op trends en ontwikkelingen, wordt de kwantitatieve
monitoring verbeterd. Dat doen we door in overleg met betrokken partners de kwaliteit
van brondata voor relevante indicatoren te vergroten en bestaande monitoringsinstrumenten
door te ontwikkelen. Voor de zomer van 2023 geef ik in mijn volgende halfjaarlijkse
brief een geactualiseerd beeld, kwalitatief en kwantitatief, van het probleem en de
aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit.
Hoe het in deze jaren beschikbare bedrag is verdeeld en waar het voor is ingezet kunt
u vinden in de volgende kamerbrieven over de beschikbaarheid en verdeling van het
geld:
– Tweede Kamer, vergaderjaar 2018–2019, 29 911, nr. 212: Versterking aanpak ondermijning: actuele stand van zaken. Bevat uitwerking van het
Ondermijningsfonds (€ 100 mln.) en de toelichting over hoe de gelden zijn verdeeld
over de regio’s t.b.v. de regionale versterking.
– Tweede Kamer, vergaderjaar 2019–2020, 29 911, nr. 254: Contouren breed offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit. In deze brief wordt geschetst hoe het incidentele geld van de Najaarsnota 2019 zal
worden besteed.
– Tweede Kamer, vergaderjaar 2019–2020, 29 911, nr. 281: Uitwerking breed offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit. In deze brief is uitgewerkt hoe het geld dat bij Voorjaarsnota 2020 beschikbaar kwam
werd verdeeld.
– Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, 29 911, nr. 329: Extra investeringen in het breed offensief tegen ondermijnende criminaliteit. Deze brief bevat de verdeling van de middelen die met de ontwerpbegroting 2022 beschikbaar
zijn gesteld.
Vraag 3
Is het waar dat er in 2019 vanuit het ondermijningsfonds 126 gefinancierde initiatieven
voor de bestrijding van ondermijnende criminaliteit waren en dat er daarna nog 37
«nieuw beloofde anti-ondermijningsprojecten» zijn bij gekomen? Zo ja, hoe beoordeelt
u dit aantal? Zo nee, wat is er dan niet waar?
Antwoord 3
Het Ondermijningsfonds was een fonds van € 100 miljoen, wat verdeeld over drie jaar
is uitgegeven (zie figuur 1). € 15 miljoen is naar de landelijke partners gegaan,
€ 85 miljoen is gebruikt om regionale versterkingsplannen te financieren. Bij de toekenning
van deze middelen is aan regio’s de ruimte gegeven om aan te geven wat er in hun regio
nodig was. In de uitvraag van de regionale versterkingsplannen is op basis van advies
van het Strategisch Beraad Ondermijning een kader met randvoorwaarden meegegeven.
Om de benodigde focus te creëren en versnippering te voorkomen, is de integrale aanpak
van de illegale drugsindustrie als centraal uitgangspunt benoemd. In de versterkingsplannen
van de regio’s is vervolgens opgenomen op welke focuspunten en hoofdlijnen de aanpak
zich richt, maar worden de projecten die in de uitvoering tot stand zijn gekomen niet
allemaal separaat zichtbaar. De tussenrapportage6 van de evaluatie van het Ondermijningsfonds, constateerde dat aan het begin van het
onderzoek (medio 2019) er 126 initiatieven werden gefinancierd vanuit het Ondermijningsfonds.
Ik ga ervan uit dat dat cijfer voor dat moment klopte. De onderzoekers concluderen
zelf dat daarna met de versterkingsgelden nog een onbekend aantal andere projecten
is ondersteund. Een deel van deze projecten wordt nu voortgezet met financiering uit
de Prinsjesdagmiddelen voor regionale versterkingen. Andere worden niet voortgezet
of zijn inmiddels afgerond.
De aanpak van ondermijnende criminaliteit is sinds het Ondermijningsfonds meerdere
keren uitgebreid (zie ook de beantwoording van vraag 2), maar ik kan daar geen aantal
zoals «37» aan hangen.
Vraag 4
Is het waar dat er, zoals uw woordvoerder stelt, dat er «mede zoveel projecten en
initiatieven [zijn], omdat ze in de praktijk samenhangen en in elkaar overgaan»? Zo
ja, werd en wordt de samenhang tussen die projecten bewaakt en door wie? Zo nee, wat
is er dan niet waar?
Antwoord 4
Deze quote van de woordvoerder was het onderdeel van een toelichting op een lijst
die Investico had voorgelegd. Deze toelichting doelde op een lijst van (37) projecten,
initiatieven en documenten waarvan Investico aannam dat dit losstaande projecten waren.
Deze liepen echter (deels) in elkaar over of hingen met elkaar samen. Ter illustratie:
de Toekomstagenda Ondermijning vormde in 2017 als visiestuk de basis voor de aanpak
van ondermijning. De Actieagenda Aanpak Ondermijning was de concrete uitwerking daarvan.
Vervolgens kwam de financiële dekking voor deze aanpak weer uit het Ondermijningsfonds
bij het Regeerakkoord van 2017. Uit dit fonds zijn de versterkingsprogramma’s (de
«126 projecten») bekostigd. Zo vormen we een samenhangende aanpak, juist door te zorgen
dat het een volgt uit het ander en goed met elkaar samenhangt. Investico leek in de
betreffende lijst de conclusie te trekken dat bijvoorbeeld de agenda’s los van elkaar
staande projecten waren.
Vraag 5
Deelt u de mening van de voorzitter van de Nederlandse politiebond dat het onduidelijk
is waar alle gelden zijn gebleven, dat «het geld [...] volledig verdampt» is en dat
er geen sprake is van een «succesverhaal»? Zo ja, hoe kan dat? Zo nee, waarom niet
en kunt u dan duidelijk maken waarom er wel sprake is van een succesverhaal?
Antwoord 5
Nee, die mening deel ik niet. Het is duidelijk waaraan het geld wordt besteed en het
geld is niet «verdampt». De vraag of de aanpak van ondermijnende criminaliteit een
succesverhaal is, kan niet eenvoudig en zeker niet eenduidig worden beantwoord. Zolang
er wereldwijd illegale drugs gebruikt worden, zullen we georganiseerde criminaliteit
nooit helemaal kunnen uitroeien. In de afgelopen jaren hebben we wel belangrijke stappen
gezet om de aanpak te versterken. Hierdoor ben ik ervan overtuigd dat Nederland, in
samenwerking met partners in binnen- en buitenland, de georganiseerde drugscriminaliteit
fors zal reduceren. Bij het inrichten van de aanpak van deze vorm van criminaliteit,
zullen we steeds flexibel moeten blijven om in te kunnen spelen op de veranderende
werkwijzen van criminelen, vertrouwen op de expertise van de partners die dit belangrijke
werk doen, en blijven leren van onze successen die we boeken, maar ook van inzicht
in wat niet zo goed werkt als we gedacht hadden.
Vraag 6
Is het waar dat u geen definitieve lijst kan verstrekken van initiatieven en projecten
die met ondermijningsgelden zijn gefinancierd? Zo ja, hoe komt dat? Zo nee, kunt u
die lijst alsnog verstrekken?
Antwoord 6
Ja, ik kan geen definitieve lijst verstrekken van alle initiatieven en projecten die met ondermijningsgelden zijn gefinancierd. De monitoring
is gericht op het vormen van een lerende aanpak, in het geval van het Ondermijningsfonds
bijvoorbeeld in de vorm van een midterm review7 en een meerjarige evaluatie8 over de projecten die gefinancierd werden vanuit de versterkingsgelden.
Vraag 7
Kunt duidelijk aangeven hoe de genoemde 916 miljoen euro is besteed? Aan welke projecten
of initiatieven is dat budget besteed? Zo nee, waarom kunt u dit niet?
Antwoord 7
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 8
Kunt u duidelijk maken tot welke concrete resultaten in de zin van bestrijding van
ondermijning de projecten en initiatieven hebben geleid? Zo ja, kunt u de Kamer daar
dan voor de begrotingsbehandeling van Justitie en Veiligheid over berichten? Zo nee,
waarom niet en hoe kan de Kamer dan wel beoordelen of de uitgaven tegen ondermijning
effectief zijn en zijn geweest?
Antwoord 8
De afgelopen jaren heeft de Tweede Kamer elk jaar in het najaar een voortgangsbrief
ontvangen over de aanpak van ondermijnende criminaliteit, waarin de concrete resultaten
van de aanpak besproken worden.
U ontvangt dit najaar voor de begrotingsbehandeling ook weer een brief over de voortgang
van de aanpak.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.