Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kuik over het bericht dat één op de vijf Rotterdamse jongeren een wapen heeft of wel eens draagt
Vragen van het lid Kuik (CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat één op de vijf Rotterdamse jongeren een wapen heeft of wel eens draagt (ingezonden 30 september 2022).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
voor Rechtsbescherming (ontvangen 21 oktober 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat één op de vijf Rotterdamse jongeren een
wapen heeft of wel eens draagt?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u het eens met de stelling dat het on-Nederlands is dat het bezit van wapens
en het praten over wapenbezit steeds meer normaliseert onder jongeren? Hoe kan volgens
u deze trend van normalisatie worden doorbroken?
Antwoord 2
Wapenbezit en -gebruik zijn inderdaad niet normaal, dat zijn wij volledig met u eens.
Juist daarom zijn we in 2020 gestart met het actieplan Wapens en Jongeren, waarin
preventieve, proactieve en repressieve maatregelen opgenomen zijn om de trend te doorbereken.
Dat voeren wij uit samen met de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs en in
samenwerking met gemeenten, politie en andere mensen en (lokale) organisaties die
om jongeren staan.
Er wordt vol ingezet op het beperken van wapenbezit. Zo verkopen veel winkels uit
de retailbranche na gesprekken met het Ministerie van Justitie en Veiligheid en gemeenten
al vrijwillig geen messen meer aan minderjarigen en wordt gewerkt aan een verbod op
de verkoop hiervan aan minderjarigen en het dragen van messen in het openbaar. Vorig
jaar is een landelijke wapeninleveractie gehouden, waarbij 3300 wapens zijn ingeleverd.
Hiermee laten we duidelijk zien dat het niet normaal is om een mes te hebben of te
dragen.
Daarnaast zetten we in op bewustwording onder jongeren van de risico’s van wapenbezit.
Lokaal zijn al diverse campagnes gestart, vaak financieel ondersteund door mijn ministerie,
die zich richten op jongeren. Verder kunt u denken aan een les van Halt of het Openbaar
Ministerie voor de klas. Ook worden jongeren betrokken in de ontwikkeling van campagnes
en is er contact met partijen als de Moeder is de sleutel die aandacht vragen voor
de impact van de directe omgeving op de jongeren. Er zijn diverse producten ontwikkeld
die organisaties helpen in hun aanpak. Deze zijn verzameld in een online toolbox van
het Centrum voor Criminaliteitsbestrijding en Veiligheid. De bedoeling van deze producten
is om de jongeren en hun omgeving te bereiken en de normalisering tegen te gaan.
Vraag 3
Heeft u zicht op de vraag of deze hoge cijfers van jongeren met een wapen op meerdere
plekken in Nederland een trend zijn? Zo ja, hoe zien deze cijfers eruit?
Antwoord 3
De politie heeft een methodiek ontwikkeld om in Basisvoorziening Handhaving (BVH)
te zoeken naar registraties gerelateerd aan steekwapenbezit en -gebruik door jongeren.
Daarbij zal altijd wel rekening gehouden moeten worden met een foutmarge: bepaalde
registraties zullen worden geselecteerd, terwijl het niet om steekwapenbezit of -gebruik
gaat. Met dit voorbehoud kan het volgende worden gemeld.
Cijfers over het eerste half jaar 2022 laten zien dat het aantal minderjarigen of
jongvolwassenen dat wordt aangehouden als verdachte van een steekincident binnen de
categorie zwaar/fataal geweld, lijkt te stabiliseren. In de eerste zes maanden van
dit jaar gaat het om 320 verdachten. Dat is nagenoeg gelijk aan dezelfde periode in
voorgaande jaren.
In de leeftijdscategorie 12 tot en met 17 jaar is een zeer lichte daling te zien als
het gaat om aangehouden verdachten van steekincidenten binnen de categorie zwaar/fataal
geweld. In de eerste helft van dit jaar gaat het om 150 verdachten, tegenover 160
in dezelfde periode in 2021 en 170 in de eerste zes maanden van 2020.
In de categorie 18 tot en met 22 jaar bleef het aantal verdachten binnen de categorie
zwaar/fataal geweld gelijk ten opzichte van een jaar eerder: 170. In de eerste helft
van 2020 waren er nog 165 verdachten.
Vraag 4
Wat vindt u van de uitkomst van het onderzoek van de Erasmus Universiteit, waaruit
blijkt dat jongeren zich bewapenen omdat ze zich onveilig voelen of omdat ze worden
bedreigd?
Antwoord 4
Het is zorgelijk dat jongeren zich onveilig of bedreigd voelen of bedreigd worden
(zie ook het antwoord op vraag2. Ook is het zorgelijk dat zij dat gevoel willen wegnemen door het dragen van een
wapen. Daar wordt de situatie immers alleen maar onveiliger van. Anders dan menig
jongere denkt, leidt het dragen van een wapen juist tot een grotere kans dat er wapen
gerelateerd geweld plaatsvindt. De drager van een wapen voelt zich zelfverzekerder
en is met een wapen op zak minder geneigd een conflict te sussen of uit de weg te
gaan.
Vraag 5
Wat is er naar uw mening nodig om ervoor te zorgen dat het gevoel van onveiligheid
in wijken afneemt? Aan welke concrete maatregelen moeten we denken?
Antwoord 5
Er zijn verschillende factoren die van invloed zijn op onveiligheidsgevoelens van
wijkbewoners. Te denken valt aan persoonlijke factoren, maar ook de criminele, sociale
en fysieke omgeving en ten slotte de aanwezigheid van organisaties en professionals
die verantwoordelijkheid hebben voor veiligheid in de wijk, spelen hierbij een belangrijke
rol.
Op wijkniveau investeren wij in een brede preventieve aanpak van (georganiseerde en
ondermijnende) jeugdcriminaliteit. Hierover is uw Kamer op 1 juli jl. geïnformeerd.3 Eerder dit jaar is aan 15 gemeenten gevraagd om in hun meest kwetsbare gebieden een
domeinoverstijgende en gebiedsgerichte aanpak neer te zetten. Die bestaat uit het
bieden van kansen aan jongeren die kwetsbaar zijn om in de criminaliteit te geraken,
maatregelen in de sociale, fysieke en online leefomgeving van de jongeren en het versterken
van de gemeente en justitiële partners in de wijk. De aanpak moet voorkomen dat kinderen,
jongeren en jongvolwassenen in aanraking komen met criminaliteit of daarin verder
doorgroeien. Vanuit de beschikbare middelen vanuit het Coalitieakkoord wordt het aantal
gemeenten in de komende jaren nog verder uitgebreid. Uw Kamer zal jaarlijks worden
geïnformeerd over de voortgang van deze brede preventieaanpak met een voortgangsbrief
voor de zomer.
Vraag 6
Herinnert u zich het Actieplan Wapens en Jongeren dat uw voorganger heeft gelanceerd
(Kamerstuk 28 684, nr. 637)? Kunt u een update geven over de voortgang van dit actieplan? Welke acties kunt
u extra ondernemen om de effectiviteit van dit actieplan te vergroten?
Antwoord 6
Het actieplan Wapens en Jongeren is ons bekend. De looptijd van het actieplan is nog
niet voorbij en we zien aan de incidenten dat het onderwerp helaas nog steeds actueel
is. Zie voor de voortgang en tot nog toe uitgevoerde acties het antwoord op vraag
2. De aanpak van deze problematiek is er een van een lange adem. Begin 2023 wordt
er een besluit genomen over de voortzetting van de aanpak. Dan is de looptijd van
het huidige actieplan voorbij. Op dit moment wordt een evaluatie uitgevoerd van het
actieplan Wapens en Jongeren, waarvan we begin 2023 het rapport verwachten. Dan heeft
ook de politie de jaarcijfers over 2022 beschikbaar. Al deze informatie moet ons helpen
bij het nemen van het besluit over de borging en het vervolg van de aanpak. Uw Kamer
zal na dit besluit worden geïnformeerd over de uitvoering van het actieplan en het
vervolg van de aanpak.
Vraag 7
Wat kunt u doen om ervoor te zorgen dat, ondanks met de vernieuwde wetgeving waarin
de verkoop van messen aan minderjarigen is verboden, ouders geen messen aan hun kinderen
cadeau kunnen doen?
Antwoord 7
Het wetsvoorstel waarmee verkoop van messen aan minderjarigen verboden wordt, draagt
ook bij aan een normstelling. Het is immers niet normaal dat jongeren in het bezit
zijn van een mes en dat wordt met dat voorstel onderstreept.
De komende tijd blijven wij ons samen met de partners inzetten om dit probleem – dat
zich breder voordoet dan in Rotterdam – tegen te gaan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.