Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Ephraim over terugfluiten ECB-president in aanpak inflatie
Vragen van het lid Ephraim (Groep Van Haga) aan de Minister van Financiën over terugfluiten ECB-president in aanpak inflatie (ingezonden 15 augustus 2022).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 5 september 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Kaag en co moeten de ECB nu terugfluiten» van De Telegraaf
van 13 augustus jl.?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2 en 3
Bent u van mening dat de Europese Centrale Bank (ECB) zich voldoende kwijt van de
enige taak waarvoor zij in 1999 is opgericht – prijsstabiliteit – gegeven de enorme
inflatie in de eurozone? Graag een uitgebreide toelichting op uw antwoord.
Denkt u dat de inflatie beteugeld gaat worden met de renteverhoging van – 0,5 procent
naar 0 procent – de eerste rentestijging in elf jaar tijd – die de ECB afgelopen maand
heeft doorgevoerd? Graag een uitgebreide toelichting op uw antwoord.
Antwoord 2 en 3
Laat ik vooropstellen dat de ECB onafhankelijk is in het bepalen van het monetaire
beleid in de eurozone. Het past regeringen dan ook terughoudend te zijn in hun beoordeling
van het ECB-beleid, omdat dit in te sterke bewoordingen opgevat kan worden als het
indirect beïnvloeden van dit beleid.
In lijn met het prijsstabiliteitsmandaat constateert het kabinet dat de ECB een pad
heeft ingezet om de netto-aankopen van obligaties te beëindigen en de beleidsrente
heeft verhoogd. Bij de bekendmaking van de renteverhoging in juli jl. heeft de ECB
aangegeven dat bij volgende vergaderingen de beleidsrente op passende wijze verder
zal worden genormaliseerd gegeven het inflatiebeeld.2 De renteverhoging in juli is dus één stap binnen een traject van beleidsnormalisatie
door de ECB. In lijn hiermee hebben meerdere leden van de Governing Council van de ECB aangegeven de rente de komende tijd verder te willen verhogen. Zo heeft
Klaas Knot, president DNB, onlangs in de media bekendgemaakt de rente iedere zes weken
te willen verhogen tot het moment dat het inflatiebeeld stabiliseert rond de 2%. Daarnaast
heeft Isabel Schnabel (ECB-directielid) in haar speech tijdens het Jackson Hole symposium van eind augustus betoogd dat centrale banken krachtig moeten ingrijpen
zodat de geloofwaardigheid van het beleid niet in het geding komt, ondanks dat dit
ingrijpen ten koste kan gaan van de groeivooruitzichten. De markt prijst deze graduele
stijging van de rente ook al in, waardoor financieringscondities al oplopen.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de aanpak van de inflatie dermate passief is, dat het vertrouwen
in de persoon van de ECB-president en de ECB als instituut op het spel staan? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 4
De ECB is onafhankelijk in het bepalen van het monetaire beleid in de eurozone. Het
past mij dan ook niet om uitspraken te doen over het vertrouwen in de persoon van
de ECB-president.
Zoals hierboven beschreven, constateert het kabinet dat de ECB, in lijn met het prijsstabiliteitsmandaat,
een pad heeft ingezet om de netto-aankopen van obligaties te beëindigen en de beleidsrente
verder te verhogen.
Vraag 5
Deelt u de mening dat als de kern van de enorme prijsstijgingen – inflatie – niet
kordaat aangepakt wordt, de koopkrachtcompensatie op termijn onbetaalbaar wordt en
de inflatie permanent? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Als de hoge inflatie niet stevig wordt aangepakt dan neemt inderdaad het risico toe
dat de hoge inflatie zich via hogere looneisen en inflatieverwachtingen breder in
de economie nestelt en structureel van aard wordt. Dit zal de koopkracht van huishoudens
schaden. Om te voorkomen dat de hoge inflatie persistent wordt, heeft de ECB een pad
van monetaire verkrapping ingezet, waarbij de netto-aankopen van obligaties zijn beëindigd,
de beleidsrente is verhoogd en meerdere renteverhogingen naar verwachting zullen volgen.
Vraag 6
Deelt u de zorg dat we met aanhoudende inflatie in een loon-prijsspiraal terechtkomen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Dit is inderdaad een risico wanneer de hoge inflatie niet stevig wordt aangepakt.
Op dit moment zien we echter nog geen tekenen van een zelfversterkende loon-prijsdynamiek.
Daarnaast heeft de ECB een pad van monetaire verkrapping ingezet om te voorkomen dat
hoge inflatie persistent wordt en een loon-prijsspiraal zich voordoet. Tegelijkertijd
kan een incidenteel sterkere loonontwikkeling, bij de bedrijven waar de productiviteitsontwikkeling
en de bedrijfswinsten daartoe ruimte bieden, de pijn verzachten en ervoor zorgen dat
het collectieve welvaartsverlies proportioneel wordt verdeeld tussen huishoudens en
bedrijven.
Vraag 7
Deelt u de mening dat de huidige situatie voldoende aanleiding biedt om het taboe
op politieke bemoeienis met de ECB te doorbreken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Nee, deze mening deel ik niet. Conform artikel 130 van het Verdrag betreffende de
werking van de Europese Unie (VWEU) bepaalt de ECB in onafhankelijkheid het monetaire
beleid in de eurozone. Die onafhankelijkheid houdt in dat regeringen de leden van
de besluitvormende organen van de ECB en de nationale centrale banken niet beïnvloeden
bij de uitvoering van hun taken.
Vraag 8
Deelt u de mening dat de ECB zelf, willens en wetens, de grens is overgegaan sinds
toenmalig ECB-president Draghi zijn «whatever it takes»-rede uitsprak om met name
zijn eigen land Italië, dat met enorme onhoudbare schulden kampt, te redden? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 8
Nee, ik ben niet van mening dat de ECB met de woorden van Draghi in 2012 de grens
is overgegaan. Allereerst is het goed om te belichten in welke context Draghi deze
woorden heeft uitgesproken. In de nasleep van de mondiale financiële crisis van 2008
en daarna tijdens de eurocrisis waren renteverschillen tussen lidstaten fors toegenomen.
Oplopende renteverschillen belemmeren volgens de ECB de transmissie van monetair beleid
waardoor de doelstelling van prijsstabiliteit niet naar behoren kan worden nagestreefd.
Kort na de «whatever it takes»-uitspraak van Draghi introduceerde de ECB het op individuele
lidstaten gerichte maar nog nooit gebruikte aankoopprogramma Outright Monetary Transactions (OMT). In de Gauweiler en Weiss arresten oordeelde het Hof van Justitie van de Europese Unie dat het OMT vanwege
de vormgeving van het programma verenigbaar is met het ECB-mandaat en het verbod op
monetaire financiering.
Vraag 9
Bent u het met ons eens dat als de ECB zich met politiek bemoeit, de politiek moet
ingrijpen wanneer het monetaire beleid van de afgesproken doelstellingen afwijkt?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Het kabinet hecht grote waarde aan de onafhankelijkheid van de ECB. Die onafhankelijkheid
houdt in dat regeringen de leden van de besluitvormende organen van de ECB en de nationale
centrale banken niet beïnvloeden bij de uitvoering van hun taken.
Het kabinet onderschrijft het belang van het ECB-mandaat van handhaving van de prijsstabiliteit
en het verbod op monetaire financiering. Het is de exclusieve rol van het Hof om besluiten
van de ECB aan haar verdragsrechtelijke mandaat te toetsen.
Vraag 10
Bent u bereid om met zoveel mogelijk van uw Europese ambtsgenoten aan de ECB-president
duidelijk te maken dat de strijd tegen de inflatie fors opgevoerd moet worden? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 10
Gezien de in artikel 130 van VWEU vastgelegde onafhankelijkheid van de ECB is het
niet toegestaan dat nationale regeringen het ECB-beleid proberen te beïnvloeden. Overleg
of afspraken maken over het te voeren ECB beleid tussen regeringen en de ECB zijn
dus ook niet toegestaan. Tijdens de Eurogroep van 11 juli jl. heeft Nederland wel
gewezen op het belang van het mandaat van de ECB en het verbod op monetaire financiering
en dat zal het kabinet blijven doen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.