Schriftelijke vragen : De Kamerbrief ‘Openstelling saneringsregeling visserij’.
Vragen van het lid Boswijk (CDA) de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de Kamerbrief «Openstelling saneringsregeling visserij» (ingezonden 28 juli 2022).
Vraag 1
Herinnert u zich de Kamerbrief over «Openstelling saneringsregeling visserij»?1
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat de vergoeding die vissers ontvangen voor het saneren van hun
schip en vangstrechten gekoppeld is aan het tonnage van het schip en dat de vergoeding
geen relatie heeft met de hoeveelheid vangstrechten op het schip?
Vraag 3
Kunt u aangeven hoe de hoogte van de vergoeding is berekend enerzijds gebaseerd op
de waarde van het schip, anderzijds op de waarde van de vangstrechten?
Vraag 4
Kunt u aangeven in hoeverre de saneringsregeling die nu wordt opengesteld is opgezet
volgens de lijnen van het advies van mevrouw Burger aan uw ambtsvoorganger en de brief
van uw ambtsvoorganger aan de Tweede Kamer van 19 juni 2020?2
Vraag 5
Op welke wijze wordt bij het openstellen van deze regeling invulling gegeven aan hetgeen
gesteld in eerdergenoemde brief van 2020: «Om de kans op snelle en succesvolle sanering te vergroten, sluit ik waar mogelijk
aan op de uitgangspunten van de meest recent uitgevoerde saneringsregelingen zeevisserij
(2008, 2006), waar nodig geactualiseerd naar de voorwaarden uit het huidige Europese
fonds, het EMFZV. Belangrijk uitgangspunt is dat de sanering geschiedt op basis van
vrijwilligheid en de regeling ertoe leidt dat de vangstcapaciteit daadwerkelijk naar
beneden gaat. Belangrijke voorwaarden zijn daarom onder meer dat de kotter wordt gesloopt
of omgebouwd voor andere activiteiten dan commerciële visserij. Alle visvergunningen
worden daarnaast ingetrokken en de betreffende visser mag gedurende vijf jaar geen
visserijactiviteiten ontplooien. Overigens hebben veel vissers die op gequoteerde
soorten vissen ook een garnalenvergunning voor de Noordzee (GV-vergunning). Ik ben
voornemens om bij de sanering deze in te nemen om te voorkomen dat de druk op de garnalenvisserij
verder toeneemt.»?
Vraag 6
Welke specifieke aanvullende fiscale maatregelen, anders dan de generieke maatregelen
die zijn verwoord in de brief van 22 juli, is bent u voornemens te nemen conform de
toezegging in de brief van 19 juni 2020: «Bij het beëindigen van zijn onderneming draagt de (gestopte) visser belasting af over
de zogenoemde stille reserves (het verschil tussen de hoogte van de stopperssubsidie
en de fiscale boekwaarde van de vermogensbestanddelen van de onderneming) en de fiscale
reserves (kostenegalisatiereserve, herinvesteringsreserve en oudedagreserve). Dit
is de zogenoemde stakingswinst en betreft een vorm van eindafrekening. Voor ondernemers
die belastingplichtig zijn in de inkomstenbelasting en winst uit onderneming genieten
zijn onder voorwaarden een aantal faciliteiten beschikbaar om aan de fiscale gevolgen
van bedrijfsbeëindiging tegemoet te komen. Naast de bestaande mogelijkheden onderzoek
ik opties voor het verruimen van een van de fiscale faciliteiten die vaak niet kan
worden toegepast in geval van staking van de onderneming: het toepassen van de herinvesteringsreserve.
Bij toepassing hiervan geldt dat niet direct belasting hoeft te worden betaald over
het verschil tussen het verkregen subsidiebedrag en de fiscale boekwaarde daarvan,
indien dit bedrag wordt geherinvesteerd in een ander bedrijfsmiddel. Voorwaarde hiervoor
is dat het vervangende bedrijfsmiddel eenzelfde economische functie heeft in de onderneming
als het vervreemde bedrijfsmiddel (de kotter). Als een ondernemer gebruikt maakt van
de saneringsregeling visserij mag hij juist geen visserij meer bedrijven, zodat alleen
met een verruiming van de regeling de herinvesteringsreserve kan worden ingezet voor
vervangende bedrijfsmiddelen met een andere economische functie.»?
Vraag 7
Waarin schiet het huidige Nederlandse systeem van toedeling van vangstrechten tekort,
dan wel heeft het systeem een belemmerende werking op het verduurzamen van de kottervisserij?
En in hoeverre schiet het huidige Nederlandse systeem tekort in het invullen van artikel
17 van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid?
Vraag 8
Kunt u gedetailleerd inzichtelijk maken op welke wijze u door wetenschappers en andere
deskundigen bent geadviseerd omtrent het voornemen tot wijziging van het systeem van
toedeling van vangstrechten?
Vraag 9
Kunt u aangeven welke activiteiten zijn ontplooid en welke adviezen zijn ingewonnen
om te komen tot bijstellingen van «het Biesheuvelsysteem» om met behoud van alle bij
vissers ondergebrachten rechten invulling te geven aan artikel 17 van het Gemeenschappelijk
Visserijbeleid?
Vraag 10
Heeft u overleg gevoerd met de sector over invulling van artikel 17 van het Gemeenschappelijk
Visserijbeleid? Zo ja, wanneer en wat waren de uitkomsten hiervan?
Vraag 11
Waarom is het noodzakelijk om de volledige vangstrechten van een ondernemer die zijn
schip laat saneren in te nemen in deze regeling en kan niet worden volstaan met het
innemen van de zogenaamde basiscontingenten die de facto zorgen voor de toegang tot
het Biesheuvelsysteem en de overige rechten in bezit van de ondernemer te laten, zoals
in voorgaande saneringsronden gebruikelijk is geweest?
Vraag 12
Hoe kan een ondernemer met meerdere schepen die slechts een van zijn schepen saneert
middels de saneringsregeling voldoende vangstrechten behouden voor de overige niet-gesaneerde
schepen?
Indieners
-
Gericht aan
H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
Derk Boswijk, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.