Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Rudmer Heerema over het artikel ‘Het Woud gymt alleen nog buiten, óók als het regent’
Vragen van het lid Rudmer Heerema (VVD) aan de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs over het artikel «Het Woud gymt alleen nog buiten, óók als het regent» (ingezonden 19 mei 2022).
Antwoord van Minister Wiersma (Primair en Voortgezet Onderwijs) (ontvangen 7 juli
2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Het Woud gymt alleen nog buiten, óók als het regent»1?
Antwoord 1
Ja, dat ben ik.
Vraag 2 en 3
Deelt u de mening dat incidenteel buiten sporten een goede toevoeging kan zijn op
de gymles, maar geen vervanging is voor gymles in een daarvoor ingericht gymlokaal?
Kan een school voldoen aan de kerndoelen als er alleen maar buiten bewegingsonderwijs
wordt gegeven?
Antwoord 2 en 3
Het is wettelijk gezien toegestaan om buiten bewegingsonderwijs te geven, wanneer
de kerndoelen van bewegingsonderwijs aangeboden kunnen worden.2, 3 In de wet staat op dit moment niet vastgelegd dat bewegingsonderwijs binnen moet
worden gegeven, die keuze ligt bij scholen zelf. De kerndoelen bewegingsonderwijs
zijn algemeen en er is ruimte voor eigen invulling.
Vraag 4
Bent u bekend met het feit dat er scholen zijn die niet beschikken over toereikende
voorzieningen om te voldoen aan de twee lesuren bewegingsonderwijs? Heeft u zicht
op hoeveel scholen in Nederland hiermee te maken hebben? Heeft u contact met gemeenten
waar de faciliteiten (nog) niet op orde zijn?
Antwoord 4
Het is bekend dat niet alle basisscholen in het schooljaar 2020–2021 zijn toegekomen
aan voldoende bewegingsonderwijs. Dit vind ik niet goed: voldoende bewegingsonderwijs
is namelijk belangrijk voor kinderen. In het schooljaar 2020–2021 werd gemiddeld 91
minuten (groep 3–8) en 119 minuten (groep 1–2) bewegingsonderwijs gegeven op basisscholen.4 53 procent van de basisscholen gaf in het schooljaar 2020–2021 minder dan tweemaal
45 minuten bewegingsonderwijs per week.5 Het is mogelijk dat de periode van (gedeeltelijke) schoolsluiting en maatregelen
vanwege COVID-19 hieraan hebben bijdragen. Bij 58 procent van de scholen waarbij het
niet lukte om tweemaal 45 minuten bewegingsonderwijs te geven, zien schoolleiders
te weinig gymaccommodaties als belemmering.6 De Vereniging Sport en Gemeenten (VSG) heeft contact met gemeenten over sportfaciliteiten.
Gemeenten zijn immers de verantwoordelijke partij voor voldoende sportaccommodaties.
Op dit moment inventariseert de VSG de tekorten aan gymaccommodaties. Het rapport
deel ik voor de zomer met uw Kamer.
Vraag 5
Hoe verklaart u dat, ondanks de financiële ondersteuning die gemeenten ontvangen om
ervoor te zorgen dat scholen aan de twee lesuren bewegingsonderwijs kunnen voldoen,
er toch scholen zijn met ontoereikende faciliteiten?
Antwoord 5
De behoefte van scholen voor extra gymaccommodatie is niet altijd duidelijk bij gemeenten.
De meeste gemeenten bouwen volgens de VSG gymaccommodaties op basis van behoefte,
om daarmee leegstand te voorkomen. Volgens de VSG vragen scholen echter niet in alle
gevallen om extra gymaccommodaties. Bijvoorbeeld wanneer zij geen tweemaal 45 minuten
bewegingsonderwijs geven vanwege een tekort aan bevoegde leerkrachten of een te vol
lesrooster.
Scholen die knelpunten als een tekort aan bevoegde leerkrachten of een te vol lesrooster
ervaren kunnen een aanvraag indienen voor de subsidieregeling Impuls en Innovatie Bewegingsonderwijs. Scholen kunnen met deze subsidie een procesbegeleider aanstellen om hen te helpen
bij het oplossen van deze knelpunten.
Vraag 6
Kunt u een lijst van gemeenten die nog onvoldoende gymzalen beschikbaar kunnen stellen
voor het kunnen voldoen aan de twee uur bewegingsonderwijs aan de Kamer toesturen?
Antwoord 6
Een lijst hiervan delen is niet mogelijk, omdat OCW niet zelf het onderzoek heeft
uitgevoerd, maar een onderzoeksbureau. Het betreffende onderzoeksbureau heeft aan
deelnemers van het onderzoek toegezegd deze gegevens anoniem te verwerken. Evenwel
begrijp ik de behoefte aan zicht op de situatie op lokaal niveau, en ik wil mij er
dan ook voor inspannen dat hier meer informatie over beschikbaar komt, onder meer
als onderdeel van het IBO onderwijshuisvesting. Daarnaast jaag ik, samen met onder
meer de PO-Raad, de VSG en de KVLO, het gesprek aan tussen scholen en gemeenten om
tot praktische oplossingen te komen voor acute tekorten aan geschikte gymlocaties.
Vraag 7
Is de verwachting dat alle scholen, wanneer de verplichting tot twee lesuren bewegingsonderwijs
in 2023 in werking treedt, beschikken over toereikende faciliteiten hiervoor? Zo nee,
wat hebben de gemeenten die hier drie jaar de tijd voor hebben gekregen dan verzuimd
en waarom hebben ze onvoldoende actie ondernomen?
Antwoord 7
Het is nog niet duidelijk of alle scholen bij het in werking treden van de wettelijke
verplichting beschikken over toereikende faciliteiten. De VNG verwacht dat gemeenten
die, wanneer de verplichting tot twee lesuren bewegingsonderwijs in 2023 in werking
treedt, niet beschikken over toereikende faciliteiten in gesprek gaan of zijn met
het lokale onderwijs voor een passende oplossing. Zie ook het antwoord op vraag 5.
Vraag 8
Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat alle scholen in staat zijn om te voldoen aan
de twee lesuren bewegingsonderwijs?
Antwoord 8
Met de subsidieregeling Impuls en Innovatie Bewegingsonderwijs komt het kabinet scholen tegemoet die nog niet voldoen aan twee lesuren bewegingsonderwijs.
Met deze subsidie worden scholen met een procesbegeleider geholpen om knelpunten in
kaart te brengen en een plak van aanpak uit te voeren. Daarnaast inventariseert de
VSG op dit moment de tekorten van gymaccommodaties. Ik verwacht hiermee meer inzicht
te krijgen in de tekorten die er (nog) zijn en welke oplossingen er mogelijk zijn.
Ik ben hierover met alle betrokken partijen in gesprek.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.D. Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.