Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Haga over de Russische olieboycot door Brussel
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister-President over de Russische olieboycot door Brussel (ingezonden 6 mei 2022).
Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 16 juni 2022). Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2851.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Kogel is door de kerk: Brussel wil olieboycot»1?
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Heeft u precies inzichtelijk welke economische gevolgen dit olieboycot voor Nederland
zal hebben? Graag een gedetailleerd antwoord.
Antwoord 2
De economische gevolgen van een embargo op Russische olie als onderdeel van het 6de EU-sanctiepakket in reactie op de militaire Russische agressie in Oekraïne, zijn
mede op basis van veel gesprekken met Nederlandse bedrijven in grote lijnen in kaart
gebracht voor Nederland. Het is echter niet mogelijk om de economische gevolgen vooraf
in detail duidelijk te krijgen, omdat de precieze impact afhangt van de mate waarin
bedrijven erin slagen om tijdig vervangend aanbod aan te kunnen trekken. Dat hangt
weer af van de situatie op de wereldwijde oliemarkt. Om Europese bedrijven de tijd
te geven om zo goed mogelijk in te spelen op het embargo op Russische olie, bevat
het 6de EU-sanctiepakket verschillende overgangstermijnen voordat het embargo van kracht
wordt.
Vraag 3
Kunt u garanderen dat de Nederlandse bevolking dit olieboycot niet extra gaat voelen
in de portemonnee? Zo neen, wat zijn de exacte gevolgen voor Nederlanders voor bijvoorbeeld
de al enorm hoge energierekeningen en de al hoge benzineprijzen? Graag een gedetailleerd
antwoord hoe deze strafmaatregel richting Rusland de eigen bevolking raakt.
Antwoord 3
Een EU-boycot op Russische olie zal de Nederlandse economie onvermijdelijk raken.
Zoals eerder aangegeven aan uw Kamer is het kabinet zich er van bewust dat het beschermen
van de internationale rechtsorde en onze vrijheid een prijs heeft. Dit betekent dat
sancties en eventuele tegenmaatregelen ook een effect hebben op de Nederlandse economie
en op die van de buurlanden. Nederland vervult immers een belangrijke doorvoerfunctie
op het vlak van aardolie. Een embargo op Russische olie treft tot een derde van de
toevoer van olie naar Nederland. Niet alleen de Nederlandse toevoer van Russische
olie wordt hierdoor geraakt. Bij het tot stand komen van het zesde sanctiepakket is
expliciet gekeken naar de gevolgen voor het gelijk speelveld op de interne markt.
Het embargo op de toevoer van Russische olie via de scheepvaart plus de vrijwillige
stop op toevoer van Russische pijplijnolie door o.m. Polen en Duitsland omvatten gezamenlijk
90% van de toevoer aan Russische olie aan de EU. Bedrijven zullen zelf op zoek moeten
naar alternatieve leveranciers. Dit kan tekorten doen ontstaan in bijvoorbeeld het
dieselaanbod. Tekorten hebben een prijs opstuwend effect en kunnen onder meer de transportsector
raken. Daarom is het kabinet voortdurend in gesprek met het bedrijfsleven en specifiek
de olie- en petrochemische industrie. Het kabinet is zich er van bewust dat de oorlog
in Oekraïne ook de Nederlandse bevolking en het bedrijfsleven raakt. Het kabinet kiest
er voor om Oekraïne blijvend te steunen. Want juist de internationale rechtsorde vormt
het fundament van onze veiligheid en stabiliteit: basisvoorwaarden voor de vrede en
welvaart waarin wij leven.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de wereld, en in dit geval met name de Oekraïense bevolking,
gebaat is bij vrede? Zo ja, waarom wordt er dan niet ingezet op de-escalatie? Graag
een gedetailleerd antwoord.
Antwoord 4
Ja. Na een maandenlange troepenopbouw is Rusland in de nacht van 23 op 24 februari
jl. een aanvalsoorlog begonnen tegen Oekraïne, ondanks internationale oproepen te
de-escaleren en te kiezen voor diplomatie. Oekraïne heeft het recht om zich tegen
deze Russische gewapende aanval te verdedigen, op basis van artikel 51 van het VN-Handvest.
Het Russische gebruik van geweld is een zeer ernstige schending van een dwingende
regel van internationaal recht. In de optiek van het kabinet is Rusland, en Rusland
alleen, verantwoordelijk voor deze oorlog, met alle humanitaire, economische, politieke
en maatschappelijke tol die dit van de Oekraïense bevolking en de rest van de wereld
eist. Van meet af aan heeft Oekraïne de deur voor onderhandelingen over een staakt-het-vuren
open gehouden. Ook het kabinet heeft Rusland talloze keren opgeroepen alle militaire
activiteiten tegen Oekraïne te staken en terug te keren naar de onderhandelingstafel.
Vooralsnog lijkt Rusland echter te kiezen voor voortzetting van de oorlog in plaats
van het bloedvergieten te stoppen.
Vraag 5
Heeft u de bereidheid om EU-kopstuk Von der Leyen ertoe te bewegen een sterke delegatie
op vredesmissie te sturen richting Moskou? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 5
Als onderdeel van de internationale gemeenschap steunt het kabinet waar mogelijk Oekraïne
bij onderhandelingen over een staakt-het-vuren. Ook blijft het kabinet, samen met
internationale partners, de druk op Rusland opvoeren om deze zinloze oorlog tegen
de Oekraïne en zijn bevolking te stoppen. Indien hierbij een rol is weggelegd voor
Commissievoorzitter Von der Leyen of andere hoogwaardigheidsbekleders zal het kabinet
daar vanzelfsprekend serieus naar kijken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.