Schriftelijke vragen : De ILO-uitspraak met betrekking tot de arbeidsvoorwaardelijke eisen voor KLM
Vragen van het lid Goudzwaard (JA21) aan de Minister van Financiën over de ILO-uitspraak met betrekking tot de arbeidsvoorwaardelijke eisen voor KLM (ingezonden 16 juni 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Schimmenspel rond loonoffer KLM»?1
Vraag 2
Hoe beoordeelt u het rapport van ILO-Committee on Freedom of Association (CFA) van
maart 2022 (Case nr. 3398), waarin wordt vastgesteld dat de Nederlandse overheid ten
onrechte de vakbonden niet heeft geraadpleegd en dat eventuele beperkingen alleen
mogelijk zijn onder voorwaarde dat aan het voornoemde is voldaan, in een noodsituatie
waarbij de maatregelen in duur strak beperkt moeten zijn en strikt niet langer dan
dat exceptionele omstandigheden zich voordoen? Welke consequenties verbindt het kabinet
aan deze vaststellingen?
Vraag 3
Klopt het dat het Ministerie van Financiën op verzoek van de KLM haar zienswijze op
het ILO-rapport over de handelwijze van de overheid bij het stellen van arbeidsvoorwaardelijke
eisen met KLM heeft gedeeld? Kunt u deze brief aan KLM nog voor het commissiedebat
staatsdeelnemingen van 22 juni a.s. ook met de beide Kamers delen?
Vraag 4
Kunt u bevestigen dat in deze brief van het ministerie aan KLM van 3 mei jl. staat:
«er zijn geen zelfstandige arbeidsvoorwaardelijke voorwaarden gesteld aan het steunpakket»?
Vraag 5
Kunt u dan ook publiekelijk afstand nemen van het standpunt dat er zelfstandige arbeidsvoorwaardelijke
voorwaarden zouden gelden waaraan KLM en/of KLM-medewerkers zouden moeten voldoen?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Hoe verhoudt de zienswijze van uw ministerie aan KLM in uw brief van 3 mei jl. zich
tot uw publiekelijke uitspraken tijdens het debat in de Eerste Kamer over de aandelenemissie
AF-KLM (d.d. 31 mei 2022) waarin u op vragen van de senaat aangeeft dat KLM niet voldoet
aan «de voorwaarden voor het doorvoeren van structurele kostenreducties, dus de structurele
kant, de arbeidsvoorwaardelijke bijdrage en het beëindigen van het faciliteren van
mogelijke belastingontwijking»? Hoe kunt u dergelijke uitspraken (blijven) doen terwijl
u richting KLM schriftelijk aangeeft dat er helemaal geen zelfstandige arbeidsvoorwaardelijke
voorwaarden zijn gesteld?
Vraag 7
Hoe verhoudt uw verweer op de vaststellingen van de ILO en de zienswijze aan KLM zich
tot publieke uitspraken en rapportages van de staatsagent bij KLM waarin op arbeidsvoorwaardelijke
voorwaarden wordt getoetst?
Vraag 8
Bent u het eens dat als u bevestigt aan KLM dat er geen zelfstandige arbeidsvoorwaardelijke
eisen zijn gesteld, daar dan ook niet door de staatsagent zelfstandig op getoetst
kan worden in zijn rapportages? Hoe verhouden eerdere rapportages met uw uitspraken
aan KLM? Vraagt dat geen algemene erkenning van uw ministerie dat eerdere rapportages,
voor zover afwijkend van de nieuwe in uw brief van 3 mei jl uitgedragen grondslagen,
een onjuist beeld schetsen?
Vraag 9
Hoe verhoudt deze «staffeleis» zich tot het verweer van het kabinet op de ILO-klacht
waarin u stelt dat deze «staffel» slechts een voorstel was en uw zienswijze aan KLM
dat er geen zelfstandige arbeidsvoorwaardelijke eisen zijn gesteld?2 Kunt u de reactie van de overheid aan de ILO (die dateert van januari 2022) nog voor
het commisssiedebat staatsdeelnemingen d.d. 22 juni a.s. ook met de beide Kamers delen?
Vraag 10
Kunt u bevestigen dat invulling van de personeelsbijdrage om aan steunvoorwaarden,
zoals de 15 procent beïnvloedbare kostenreductie, aan sociale partners is en dat een
personeelsbijdrage überhaupt niet nodig is als KLM op andere punten tot 15 procent
kostenreductie komt?
Vraag 11
Bent u van mening dat de loonkosten die worden bespaard als gevolg van de reorganisaties
die bij KLM hebben plaatsgevonden na het uitbreken van de coronacrisis, als kostenreductie
van KLM moet worden aangemerkt? Kunt u aangeven hoeveel loonkosten KLM met de reorganisaties
heeft bespaard? Indien u van mening bent dat de bespaarde loonkosten niet als kostenreductie
aangemerkt moeten worden, kunt u dan aangeven waarom?
Vraag 12
Hoe gaat u voorkomen dat de vakbonden nieuwe klachten tegen de Nederlandse overheid
gaan indienen wegens schending van ILO-normen door de Nederlandse overheid?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Goudzwaard, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.