Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Curaçaos roulette’
Vragen van de leden Ceder en Bikker (beiden ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Ministers voor Rechtsbescherming en van Justitie en Veiligheid over het bericht «Curaçaos roulette» (ingezonden 1 juni 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Curaçaos roulette»?1
Vraag 2
Wat vindt het kabinet van de uitzending? Onderschrijft het kabinet de constatering
dat er op Curaçao vrijwel geen sprake is van effectieve controle en toezicht op de
online goksector? In hoeverre zijn Nederlandse bedrijven dan wel belangen van Nederlanders
hierbij betrokken?
Vraag 3
Welke risico’s kleven volgens het kabinet aan de huidige werkwijze en het (gebrek
aan effectief) toezicht en wat kunnen volgens het kabinet hiervan de gevolgen zijn?
Heeft het kabinet indicaties dat crimineel geld uit Nederland vermengt is met (delen
van) de online goksector? Zo ja, op welke wijze?
Vraag 4
Was het kabinet op de hoogte van de huidige situatie? Zo ja, welke standpunt heeft
het kabinet tot op heden ingenomen?
Vraag 5
In hoeverre ziet het kabinet hier aanleiding om te spreken over een aangelegenheid
van het Koninkrijk op basis van bijvoorbeeld artikel 43 van het Statuut van het Koninkrijk?
Welke rol ziet Nederland voor zichzelf op grond van dit artikel en welke rol ziet
de regering voor het Curaçaose Parlement?
Vraag 6
Is het kabinet bereid om, indien gewenst, ondersteuning te bieden op het gebied van
regulering (denk bijv. aan het opzetten van een effectief functionerende Kansspelautoriteit)?
Vraag 7
Hoe groot is de invloed van personen uit Rusland en Belarus op de online goksector?
Ziet het kabinet, gezien de internationale inzet voor sancties tegen Rusland en Belarus,
mogelijkheden en argumenten om vanwege het gegeven dat buitenlands beleid een koninkrijksaangelegenheid
is, ook naar deze sector te kijken?
Vraag 8
Kan het kabinet kenschetsen hoe het met het toezicht in de andere (ei)landen in het
Koninkrijk staat, of er zorgen zijn en zo ja, welk handelingsperspectief het Nederlandse
kabinet voor zichzelf ziet?
Indieners
-
Gericht aan
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Gericht aan
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Gericht aan
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming -
Indiener
Don Ceder, Kamerlid -
Medeindiener
Mirjam Bikker, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.