Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Werner over Kwart musea dreigt in financiële problemen te komen
Vragen van het lid Werner (CDA) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Kwart musea dreigt in financiële problemen te komen» (ingezonden 7 april 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Uslu (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 25 mei
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2664.
Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van het bericht «Kwart musea dreigt in financiële problemen te
komen»1 en het bericht «Bezoekers weten regionale musea niet goed meer te vinden»?2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat een kwart van de Nederlandse musea als gevolg van achterblijvende bezoekersaantallen
in financiële problemen dreigt te komen?
Antwoord 2
Ik krijg signalen dat de bezoekersaantallen bij bepaalde groepen in de culturele sector
achterblijven ten opzichte van 2019. Dit geldt niet alleen voor musea, maar ook voor
andere delen van de culturele sector. Dit lijkt te komen door onder andere het wegblijven
van toeristen, concurrentie op de vrijetijdsmarkt en omdat kwetsbaar publiek nog voorzichtig
is. Echter, in bepaalde sectoren is inmiddels ook een voorzichtige stijging van het
aantal bezoekers te zien.
De Museumvereniging heeft een enquête gehouden onder haar ruim 450 leden, waarvan
bijna de helft aan de enquête heeft deelgenomen. Daarvan geeft 18,4% aan te verwachten
in de financiële problemen te komen en 25% in te teren op zijn vermogen. De enquête
is uitgevoerd rond het opheffen van alle beperkende maatregelen en de hoop is dat
het museumbezoek in de aankomende periode zal aantrekken. Ik heb daarover goed contact
met de Taskforce Culturele en Creatieve Sector, waar de Museumvereniging onderdeel
van uitmaakt.
De aanpak van corona voor de lange termijn is daarbij een belangrijk onderwerp van
gesprek, want corona blijft effect hebben op onze samenleving. Ook denk ik samen met
de Taskforce na over de aanpak rondom het herstel van de culturele sector. Ik werk
op dit moment aan de uitwerking van het coalitieakkoord, herstel van de culturele
en creatieve sector na corona vormt daarbij het zwaartepunt. Ook de terugkeer van
het publiek naar de zalen en musea heeft mijn aandacht. Ik heb u hierover recent geïnformeerd
in mijn Hoofdlijnenbrief van 23 mei.
Vraag 3
Klopt het dat dit vooral de middelgrote, kleinere en/of regionale musea betreft, die
de gemeente als hoofdgeldschieter hebben, en particulier gefinancierde musea, die
geen subsidie ontvangen?
Antwoord 3
Zoals geantwoord bij vraag 2 heeft de Museumvereniging een enquête onder haar ruim
450 leden uitgezet. Het merendeel van deze leden zijn musea waar de gemeente primaire
subsidiegever is of het betreft particulier gefinancierde musea. Wel zijn er ondertussen
via het Mondriaan Fonds diverse musea door verschillende regelingen financieel ondersteund.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het ondersteunen van door hen gefinancierde instellingen.
Hiervoor heeft het kabinet in de verschillende coronasteunpakketten verschillende
keren extra middelen vrijgemaakt.
Vraag 4
Welke maatregelen neemt u om musea te steunen die als gevolg van de nasleep van de
coronacrisis in financiële problemen dreigen te komen?
Antwoord 4
Met het einde van de beperkende maatregelen is ook de generieke en specifieke steun
voor de culturele en creatieve sector, gestopt. Ik werk op dit moment aan de uitwerking
van het coalitieakkoord, herstel van de culturele en creatieve sector na corona vormt
daarbij het zwaartepunt. Ook de terugkeer van het publiek naar de zalen en musea heeft
mijn aandacht. Ik heb u hierover geïnformeerd in mijn Hoofdlijnenbrief van 23 mei.
Vraag 5
Hebt u kennisgenomen van het bericht «Tekort aan vrijwilligers in musea»?3
Antwoord 5
Ja.
Vraag 6
Klopt het dat musea te maken hebben met een tekort aan vrijwilligers, omdat die de
drukte willen vermijden vanwege angst voor corona of zorgen voor iemand die corona
heeft gehad?
Antwoord 6
Ik heb begrepen dat musea die sterk afhankelijk zijn van vrijwilligers, problemen
ondervinden sinds het opheffen van de beperkende maatregelen. In de Hoofdlijnenbrief
heb ik hier ook aandacht aan besteed.
Vraag 7
Welke maatregelen neemt u om musea te steunen in de werving van vrijwilligers?
Antwoord 7
Zie antwoord op vraag 6.
Vraag 8
Bent u bereid in gesprek te gaan met de Museumvereniging en de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten om oplossingen te zoeken om de financiële en personele problemen van musea
en de bezoekersaantallen te verminderen?
Antwoord 8
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2 spreek ik regulier met de Taskforce Culturele
en Creatieve sector, waar de Museumvereniging onderdeel van is. In het bestuurlijk
overleg van 9 mei jl. heb ik gesproken met VNG en IPO over de besteding van steunpakketmiddelen
en benadrukt dat het van belang is dat de uitgekeerde middelen ten goede komen aan
de culturele sector en haar makers. VNG en IPO geven aan dat zij beide dit belang
onderschrijven. Door de provincies is, naast de ontvangen steunpakketmiddelen, daarom
extra geïnvesteerd vanuit provinciale middelen om de culturele sector te steunen en
zijn gemeenten gestimuleerd om de middelen aan cultuur te besteden. Uit informatie
van de VNG blijkt dat gemeenten volop bezig zijn om steunpakketmiddelen zo goed mogelijk
lokaal te laten landen, maar dat dit tijd vraagt. VNG ondersteunt de oproep aan gemeenten
om de resterende middelen te besteden aan cultuur voor herstel dan wel transitie en
maakt dit concreet door ondersteuning van gemeenten via bijvoorbeeld de Gids Corona,
cultuur en gemeenten en webinars.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.