Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hijink over het bericht dat de vergoeding voor stroomkosten van zuurstofapparaten niet toereikend is
Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat de vergoeding voor stroomkosten van zuurstofapparaten niet toereikend is (ingezonden 17 maart 2022).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 mei
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2381.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat de vergoeding voor stroomkosten van zuurstofapparaten
niet toereikend is?1
Antwoord 1
Uw vraag verwijst naar de aanspraak op basis waarvan patiënten die thuis mechanische
ademhalingsondersteuning nodig hebben een tegemoetkoming krijgen voor de elektriciteitskosten
vanuit het basispakket van de zorgverzekering. Zij ontvangen deze tegemoetkoming omdat
de elektriciteitskosten bij dezelfde behandeling in het ziekenhuis indirect ook worden
vergoed vanuit het basispakket. Hiermee wordt voorkomen dat patiënten die deze zorg
thuis ontvangen, volledig worden aangeslagen voor de extra elektriciteitskosten. In
2022 ontvangen patiënten gemiddeld € 0,06 per uur. Deze tegemoetkoming is bedoeld
voor patiënten met langdurige ademhalingsondersteuning.
Alle Nederlanders worden geconfronteerd met de stijgende prijzen voor elektriciteit,
gas en brandstof. Eerder heeft dit kabinet een pakket aan koopkrachtmaatregelen aangekondigd
om ervoor te zorgen dat er een tegemoetkoming is voor de mensen die het meest in de
knel komen.2 Evenwel is het niet mogelijk om, onder de huidige omstandigheden, voor iedereen de
effecten van de stijgende energierekening volledig te compenseren.
Vooralsnog is de tegemoetkoming voor patiënten die thuis worden beademd niet aangepast.
De compensatie die zij ontvangen is gebaseerd op de elektriciteitskosten van vorig
jaar.
Vraag 2
Bent u het ermee eens dat de stroomkosten die mensen om medische redenen moeten maken
voor het gebruik van zuurstofapparaten volledig zouden moeten worden vergoed?
Antwoord 2
Dit vraagstuk heeft, gezien de recente prijsontwikkelingen, mijn aandacht. Ik wil
er wel op wijzen dat het hier formeel gaat om een tegemoetkoming. De hoogte daarvan
is specifiek bij elektriciteitskosten lastig te bepalen, omdat deze kosten per patiënt
zullen verschillen. Deze zijn bijvoorbeeld afhankelijk van het energiecontract, het
type apparaat en de mate waarin het beademingsapparaat wordt ingezet.
Vraag 3 en 4
Hoe wordt artikel 2.9, tweede lid, van de Regeling zorgverzekering, waarin is bepaald
dat stroomkosten van zuurstofapparaten ook moeten worden vergoed, precies uitgevoerd?
Welke eisen worden er gesteld aan de vergoeding van deze stroomkosten?
Antwoord 3 en 4
Chronische thuisbeademing door middel van ademhalingsondersteuning valt onder verantwoordelijkheid
van de medisch-specialist. Daarom vindt vergoeding niet plaats vanuit de hulpmiddelenzorg,
maar vanuit de geneeskundige zorg (artikel 2.4 Besluit zorgverzekering).
In de regelgeving is de hoogte van de compensatie voor elektriciteitskosten niet vastgelegd
en zijn hieraan geen specifieke eisen gesteld. Samen met het Zorginstituut is bepaald
dat het aan de zorgverzekeraars is om richtlijnen op te stellen over de hoogte van
de compensatie. Deze moet «redelijk» en «billijk» zijn, en voldoen aan de algemene
eisen die de zorgverzekeringswet stelt aan een vergoeding. Binnen dat kader hebben
zorgverzekeraars in 2022 de tegemoetkoming vastgesteld op een bedrag variërend van
1 euro tot 1,44 euro per dag als een patiënt 24 uur van de thuisbeademing gebruikmaakt.
De hoogte van deze compensatie is gebaseerd op de schatting van de centra voor thuisbeademing,
die destijds de jaarlijkse elektriciteitskosten schatten op 90 euro tot 140 euro per
patiënt. Gegeven de huidige elektriciteitskosten, heb ik Zorgverzekeraars Nederland
gevraagd of zij kunnen bezien of de huidige tegemoetkoming nog steeds redelijk en
billijk is.
Vraag 5
Is de hoogte van de vergoeding gekoppeld aan de prijs van elektriciteit? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 5
Nee, deze koppeling is niet gemaakt omdat de kosten die patiënten maken niet eenduidig
zijn. Welke kosten patiënten precies maken aan elektriciteitskosten bij hun mechanische
thuisbeademing is lastig te bepalen: de kosten voor de patiënt zijn afhankelijk van
het energiecontract, het type apparaat en de mate waarin het beademingsapparaat wordt
ingezet.
Vraag 6
Wordt er in het vergoedingssysteem van stroomkosten rekening gehouden met grote plotselinge
prijsstijgingen, zoals we die nu meemaken?
Antwoord 6
De vergoedingssystematiek ziet daar in beginsel niet op toe, maar sluit een tussentijdse
aanpassing ook niet uit. Zoals eerder uiteengezet, dient de tegemoetkoming in de elektriciteitskosten
redelijk en billijk te zijn. Wat «redelijk» en «billijk» is, wordt vastgesteld door
zorgverzekeraars. Een bijstelling van de tegemoetkoming kan op elk gewenst moment
plaatsvinden als de omstandigheden daartoe naar redelijkheid en billijkheid aanleiding
geven.
Vraag 7
Bent u bereid om u ervoor in te zetten om zorgverzekeraars de stroomkosten van mensen
die om medische redenen gebruik maken van zuurstofapparaten volledig te laten vergoeden?
Antwoord 7
Ik zet mij daarvoor in en ben met Zorgverzekeraars Nederland in gesprek over de mogelijkheden
om de hoogte van de tegemoetkoming gedurende dit jaar nog aan te sluiten bij het signaal
over de stijgende energiekosten. Ik zal zorgverzekeraars wijzen op de systematiek
die wordt gehanteerd bij de vergoedingslimieten van hulpmiddelen, waarbij CBS-indexcijfers
worden gebruikt om vergoedingslimieten te indexeren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.