Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Sittardse gevangenis zet tbs’er per ongeluk op straat‘.
Vragen van het lid Knops (CDA) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Sittardse gevangenis zet tbs’er per ongeluk op straat« (ingezonden 4 mei 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Sittardse gevangenis zet tbs’er per ongeluk op straat»?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het ongeoorloofd vrijlaten van een tbs’er door onvoldoende uitwisseling
van informatie door ketenpartners een voor de maatschappij zeer gevaarlijke situatie
kan opleveren?
Vraag 3
Wat is precies de aanleiding geweest van de kennelijke onbekendheid bij de gevangenis
met het feit dat de gedetineerde na zijn detentie weer terug naar de Rooyse Wissel
moest als gevolg waarvan hij op straat werd gezet?
Vraag 4
Welke maatregelen heeft de Dienst Justitiële Inrichtingen(DJI) intern, samen met de
kliniek de Rooyse Wissel en het Openbaar Ministerie (OM) getroffen om herhaling van
een soortgelijke gevaarlijke situatie te voorkomen?
Vraag 5
Deelt u de mening dat naar aanleiding van het incident op 28 februari jl., in bredere
zin maatregelen dienen te worden getroffen in de keten van de forensische zorg in
samenwerking met het gevangeniswezen om soortgelijke potentieel gevaarlijke situaties
in het vervolg te voorkomen? Zo ja, welke maatregelen bent u voornemens te gaan nemen?
Vraag 6
In het recentelijk verschenen rapport van de Algemene Rekenkamer (AR) «In de zorg,
uit het zicht» wordt geconcludeerd dat u niet over de informatie beschikt om te weten
of de doelstellingen van de Wet forensische zorg bereikt worden, is de in het artikel
beschreven fout een gevolg van deze onbekendheid met het behalen van de doelen van
de wet?2
Vraag 7
Naar aanleiding van voornoemd rapport van de AR heeft u aangekondigd een kwaliteitskader
forensische zorg en trajectindicaties te ontwikkelen, in hoeverre zijn deze reeds
gerealiseerd en in hoeverre zullen deze ontwikkelingen soortgelijke fouten als beschreven
in het artikel kunnen voorkomen?
Vraag 8
Naar aanleiding van uw reactie op voornoemd rapport heeft de AR erop gewezen dat het
kwaliteitskader forensische zorg dat u ontwikkelt zich te veel richt op randvoorwaardelijke
zaken, en te weinig op de vier subdoelen zoals vastgelegd in de Wet forensische zorg,
op welke wijze gaat u ervoor zorgdragen dat deze vier subdoelen uit de Wet alsnog
behaald gaan worden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.