Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Kwint en Van Kent over het bericht dat de overheidswebsite plat lag vanwege run op aanvraag duizend euro
Vragen van de leden Kwint en Van Kent (beiden SP) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht dat de overheidswebsite plat lag vanwege run op aanvraag duizend euro (ingezonden 10 maart 2022).
Antwoord van Minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en van Minister
Wiersma (Primair en Voortgezet Onderwijs) (ontvangen 8 april 2022).
Vraag 1, 2
Wat is uw reactie op het bericht «Overheidswebsite plat vanwege run op aanvraag duizend
euro: «Dan maar geen opleiding volgen»»?1
Als het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) wist dat het druk ging
worden, waarom is daar dan geen rekening mee gehouden?
Antwoord 1, 2
Het kabinet is bekend met de berichtgeving over het eerste aanvraagtijdvak van het
STimulering Arbeidsmarkt Positie (STAP)-budget.
Vanwege de toegankelijkheid van deze nieuwe regeling werd rekening gehouden met grote
belangstelling, maar was vooraf niet duidelijk in welke aantallen mensen zich zouden
melden. Door de enorme interesse voor het STAP-budget, met pieken van boven de 50.000
belangstellenden die gelijktijdig op het aanvraagportaal wilden inloggen, zijn er
bij aanvang helaas technische problemen door de overbelasting ontstaan. De verwerkingscapaciteit
moest worden verlaagd om te voorkomen dat het systeem zou vastlopen. Hierdoor ontstonden
er op de eerste dag lange digitale wachtrijen. Gedurende de nacht van 1 op 2 maart
zijn de wachtrijen weggewerkt en ontstond een stabiele stroom van aanvragen.
Aan het einde van de derde dag was het volledige budget voor het eerste aanvraagtijdvak
(32 miljoen euro) benut en waren ruim 35.000 aanvragen toegekend. Uit de grote belangstelling
blijkt wel dat het STAP-budget voldoet aan een scholingsvraag. Het is positief dat
zoveel burgers zich willen ontwikkelen. De snelle uitputting laat verder zien dat
de regeling toegankelijk is. Met het STAP -budget zijn ten opzichte van de fiscale
aftrek scholingskosten belangrijke drempels weggenomen doordat scholingskosten niet
langer hoeven worden voorgeschoten, er tot € 1.000 geen eigen bijdrage nodig is en
voor scholing boven de € 1.000 direct duidelijk is wat de eigen bijdrage is.
De eerste openstelling van het STAP-budget is helaas niet volledig volgens planning
verlopen. UWV – als uitvoerder van het aanvraagportaal – had zich voor de eerste openstelling
voorbereid op grote aantallen, maar zelfs die verwachtingen werden overtroffen. Inmiddels
is duidelijk geworden op welke onderdelen het aanvraagproces kan worden verbeterd.
UWV is reeds bezig met verbetermaatregelen zodat de capaciteit voor het volgende aanvraagtijdvak
kan worden uitgebreid. Uiteraard is het jammer dat mensen langer moesten wachten voordat
zij een aanvraag konden indienen. Tegelijkertijd laten de grote aantallen zien dat
de regeling voorziet in een grote behoefte voor scholing en ontwikkeling.
Vraag 3, 4
Hoeveel mensen hebben hierdoor geen aanvraag van het STimulering Arbeidsmarkt Positie
(STAP)-budget kunnen doen? Hoe gaat er in de toekomst voorkomen worden dat iedereen
die zich wil laten om- of bijscholen een aanvraag kan doen?
Bent u van mening dat het budget dat nu beschikbaar is gesteld voldoende is om in
alle aanvragen te voorzien? Kunt u dit toelichten?
Antwoord 3, 4
Het is lastig om in te schatten hoeveel mensen door de technische problemen en snelle
uitputting geen aanvraag hebben kunnen doen. UWV geeft aan dat er op de eerste dag
tussen de 50.000 en 70.000 apparaten op het STAP-portaal ingelogd waren. Uiteindelijk
zijn er ruim 35.000 aanvragen toegewezen, maar duidelijk is dat er veel meer mensen
een aanvraag hadden willen doen. Het is echter niet uit te sluiten dat sommigen op
meerdere apparaten waren aangesloten op het systeem ter oriëntatie of uit pure belangstelling
keken zonder intentie voor een daadwerkelijke aanvraag. In ieder geval is duidelijk
dat er grote interesse is voor het aanvragen van het STAP-budget.
Om ervoor te zorgen dat gedurende het hele jaar scholing gevolgd kan worden en zoveel
mogelijk mensen er gebruik van maken, komt het budget over het jaar verdeeld beschikbaar
doordat iedere twee maanden opnieuw € 32 miljoen beschikbaar komt. Dit jaar kunnen
in totaal circa 200.000 burgers2 met STAP financiering voor het volgen van scholing aanvragen.
Het is op dit moment te vroeg om te concluderen dat het totaal aan middelen voor het
STAP-budget al dan niet voldoende is. Daarvoor zouden meer tijdvakken gevolgd moeten
worden.
Daarbij moet worden opgemerkt dat het STAP-budget een aanvulling is op private middelen
voor scholing en ontwikkeling. Het grootste deel van scholing voor werknemers wordt
betaald door werkgevers. Het gaat om zo’n € 3,6 miljard aan directe opleidingskosten
per jaar. Dit wordt gefaciliteerd door gerichte vrijstellingen voor scholingskosten
voor werkgevers binnen de werkkostenregeling van de Wet op de loonbelasting. Verder
geven O&O fondsen jaarlijks tussen de € 100 miljoen en € 200 miljoen uit aan opleidingskosten.
Uiteraard wordt het gebruik van het STAP-budget nauwlettend gemonitord. Hierbij wordt
ook gekeken naar de verdeling tussen de tijdvakken, alsmede wie er van het STAP-budget
gebruik hebben gemaakt en voor welke scholingsactiviteiten. Hiervan zal het kabinet
uw Kamer op de hoogte houden.
Vraag 5
Waarom is er geen overgangsregeling voor mensen die tussen 1 januari 2022 en 1 maart
2022 zijn begonnen aan een om- of bijscholingstraject? Hoe worden deze mensen tegemoet
gekomen?
Antwoord 5
Initieel was het de bedoeling om de STAP-regeling per 1 januari 2022 te laten starten.
Dit is verschoven naar 1 maart 2022 in verband met de complexiteit van de uitvoering.
In juli 2021 is uw Kamer hier over geïnformeerd3. Zoals toen aangekondigd is per 31 december jl. de fiscale aftrek scholingskosten
afgeschaft.
Gezien de korte periode dat mensen geen gebruik kunnen maken van het STAP-budget en
het feit dat een overgangsregeling complex is, heeft het kabinet al in juli 2021 geoordeeld
dat de uitgestelde openstelling van het STAP-budget een aanvaardbaar risico was en
dus niet gekozen is voor een tijdelijke overbruggingsregeling. Ook is destijds verwezen
naar een nieuw tijdvak van de regeling NL leert door met inzet van scholing, welk
nieuw aanbod van kosteloze scholing vanaf maart 2022 is opengesteld. Vanaf juli 2021
is bekendheid gegeven aan de invoering van het STAP-budget per 1 maart 2022 zodat
mensen hun scholingsplannen hierop konden inrichten. Wel is het kabinet zich ervan
bewust dat deze overbruggingsperiode gevolgen kan hebben voor individuele deelnemers
en opleiders. De komende periode worden door de ministeries FIN, OCW en SZW gesprekken
gehouden met belanghebbenden die in hun situatie worstelen met de overgang van fiscale
aftrek naar STAP.
Vraag 6
Kunt u een volledige lijst geven van opleidingen en instellingen die in het scholingsregister
staan?
Antwoord 6
Op 1 maart jl. was in het scholingsregister reeds een ruim scholingsaanbod beschikbaar
met bijna 20.000 ingevoerde opleidingen van een kleine 300 opleiders. Dit aanbod wordt
continu geactualiseerd en is raadpleegbaar via UWV_STAP – Scholingsregister (stapuwv.nl). In de bijlage4 treft u een uittreksel van het scholingsregister d.d. 1 maart jl. aan.
Bij dit overzicht moet worden opgemerkt dat het om een momentopname gaat. Niet alleen
is het aanbod ondertussen aangevuld met nieuwe opleiders en opleidingen, ook stonden
er nog niet-actieve opleidingen in. Per abuis is er een aantal opleidingen zichtbaar
dat niet voor het STAP-budget in aanmerking komt. Het gaat hierbij om niet-arbeidsmarktgericht
aanbod, opleidingen die niet aan de voorwaarden van STAP voldoen of dubbel in het
register zijn opgenomen. Door technische oorzaken konden deze opleidingen voor 1 maart
niet worden verwijderd. Omdat opleiders voor deze opleidingen geen bewijs van aanmelding
hebben afgegeven, kon hier ook geen STAP-budget voor worden aangevraagd. In het bijgevoegde
uittreksel is aangegeven welke opleidingen ten onrechte in het scholingsregister waren
opgenomen en waarvoor geen STAP-budget kon worden aangevraagd.
Door de Toetsingskamer STAP wordt nauwgezet gecontroleerd of de scholingsactiviteiten
arbeidsmarktgericht zijn. Hierover is contact met keurmerken en opleiders zodat alleen
kwalitatief goede en arbeidsmarktgerichte scholing in het scholingsregister terecht
komt (zie antwoord vraag 7).
Vraag 7
Hoe wordt bepaald of een opleiding, cursus of traject in het scholingsregister komt?
Antwoord 7
Door de toelating tot het scholingsregister van opleiders en scholingsactiviteiten
via keurmerken te laten lopen, wordt toegezien op kwaliteit en arbeidsmarktgerichtheid
van het aanbod. Om de kwaliteit van keurmerken, opleiders en scholingsactiviteiten
te kunnen borgen is er in de eerste fase van het STAP-budget gekozen voor een ingroeimodel.5 Om pragmatische redenen is er gekozen voor een gefaseerde instroom van generieke,
branche overstijgende keurmerken en erkenningen zodat de kwaliteit kan worden gegarandeerd
zonder dat de uitvoeringssystematiek van het STAP-budget in de eerste fase wordt overbelast.
In de volgende fase komen ook andere keurmerken in aanmerking. Hiervoor wordt op dit
moment een toetsingskader ontwikkeld en een beoordelingsproces ingericht om keurmerken
te kunnen beoordelen op basis van het toetsingskader.
Opleiders die zijn toegelaten op basis van hun keurmerk of erkenning mogen enkel arbeidsmarktgerichte
scholing opgeven in het scholingsregister. De Toetsingskamer STAP ziet toe dat uitsluitend
arbeidsmarktgerichte scholing in het scholingsregister vindbaar is.
Vraag 8
Waarom zijn veel opleidingen en cursussen die wel voldoen aan de eisen om in het scholingsregister
te komen nog niet toegevoegd aan het scholingsregister?
Antwoord 8
Er wordt hard gewerkt aan de vulling van het scholingsregister. Gaandeweg worden meer
opleidingen toegevoegd. Het kost de opleiders echter tijd om het scholingsregister
geheel te vullen en bij te houden. De ketenpartners van STAP ondersteunen hen hierbij
zoveel mogelijk, bijvoorbeeld via de website www.stapvooropleiders.nl.
Als uitgangspunt geldt dat opleiders zelf verantwoordelijk zijn om hun scholingsactiviteiten
te registreren in het scholingsregister. De opleider bepaalt dus zelf welke deel van
het eigen aanbod in aanmerking komt voor STAP. Hierdoor kan het voorkomen dat opleidingen
van reeds toegelaten keurmerken c.q. opleiders nog niet in het scholingsregister te
vinden zijn.
Vraag 9
In welke sectoren zijn de meeste aanvragen gedaan? Kunt u een uitputtende lijst geven
van alle sectoren met daarbij hoeveel aanvragen er zijn gedaan?
Antwoord 9
Uit de eerste voorlopige inzichten van STAP-aanvragen van het eerste tijdvak volgt
een gemêleerd beeld onder de aanvragers. Met 38 procent zijn de meeste aanvragers
actief in de sectoren Zorg en Zakelijke dienstverlening. De meest voorkomende beroepen
onder de aanvragers zijn administratief medewerker (1,8 procent), gastouder (1,2 procent)
en pedagogisch medewerker (1,1 procent). Hierbij moet wel benadrukt worden dat het
gaat om de eerste gegevens en dat een precieze rapportage nog zal worden opgeleverd
door het UWV. De verdere uitkomsten worden meegenomen in een separate brief aan Uw
Kamer, zoals gevraagd tijdens de procedurevergadering van de commissie SZW op 8 maart
jl. Uw Kamer zal daarnaast op regelmatige basis op de hoogte worden gehouden van de
uitkomsten van de monitors. De eerste monitor wordt in de tweede helft van 2022 opgeleverd.
Voor die tijd beschikt UWV over gebruikscijfers die na afloop van ieder tijdvak worden
opgeleverd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede ondertekenaar
A.D. Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.