Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Sjoerdsma over mogelijk verspreiden van desinformatie door Ongehoord Nederland
Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over mogelijk verspreiden van desinformatie door de omroep Ongehoord Nederland (ingezonden 17 maart 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Uslu (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 6 april
2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Experts: Ongehoord Nederland verspreidt schadelijk
nepnieuws»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Onderschrijft u, binnen de grenzen die onze persvrijheid van de politiek vraagt, de
conclusie in dat artikel, getrokken door media-experts, dat de omroep Ongehoord Nederland
zich schuldig maakt aan het verspreiden van desinformatie in het programma Ongehoord
Nieuws?
Antwoord 2
In het licht van mijn verantwoordelijkheid als bewindspersoon voor media is van belang
dat het media-aanbod van publieke omroepen voldoet aan hoge journalistieke en professionele
kwaliteitseisen, zoals voorgeschreven in artikel 2.1, lid 2 onder e van de Mediawet.
Het is echter niet aan mij om een oordeel te geven over de inhoud van afzonderlijke
programma’s of uitlatingen die daarin worden gedaan. Het Commissariaat voor de Media
is als toezichthouder belast met het toezicht op de naleving van de Mediawet.
Vraag 3
Bent u bekend met het feit dat de Ombudsman van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO)
meerdere klachten heeft ontvangen van burgers over het programma Ongehoord Nieuws
van omroep Ongehoord Nederland, en dat die klachten zich eveneens richten op het verspreiden
van onjuiste informatie en desinformatie?2
Antwoord 3
Ik ben door de NPO geïnformeerd over de ingediende klachten bij de NPO Ombudsman.
Ik heb geen inzicht in de aard van de klachten. De NPO Ombudsman heeft laten weten
onderzoek te doen naar deze klachten en het onderzoek binnen een termijn van drie
maanden, gerekend vanaf het moment van indiening van de eerste klacht, af te ronden
Vraag 4
Hoe beoordeelt u, binnen uw verantwoordelijkheid, het voorgaande in het licht van
de voorwaarde gesteld door de NPO, het Commissariaat voor de Media en de Raad van
Cultuur, dat Ongehoord Nederland zich bij toetreding aan de journalistieke code van
de NPO behoort te houden?
Antwoord 4
Ongehoord Nederland heeft bij toetreding tot het publieke bestel bevestigd dat zij
zich zal houden aan de journalistieke codes. De journalistieke code van de NPO is
de algemene code voor alle journalistieke redacties bij de publieke omroep. Indien
Ongehoord Nederland zich niet aan deze code houdt, kan het publiek daarover een klacht
indienen bij de NPO Ombudsman. Het is aan de NPO Ombudsman om de programmering van
Ongehoord Nederland te toetsen aan de code. In het algemeen verwacht ik van publieke
omroepverenigingen dat zij zich conform de Mediawet houden aan hoge journalistieke
en professionele kwaliteitseisen die binnen de sector gehanteerd worden. Daarnaast
kan het Commissariaat voor de Media beoordelen of de programmering van Ongehoord Nederland
voldoet aan de eisen uit de Mediawet.
Vraag 5
Bent u bereid om de Raad voor Cultuur en het Commissariaat voor de Media om een tussenoordeel
te vragen op basis van hun eerste ervaringen?
Antwoord 5
Ik vind het van belang dat elke organisatie binnen het mediabestel vanuit zijn eigen
rol en taak kan functioneren. Het Commissariaat houdt als onafhankelijk toezichthouder
toezicht op Ongehoord Nederland. Als het Commissariaat concludeert dat de omroep zich
niet houdt aan de Mediawet, dan is het Commissariaat bevoegd om sancties op te leggen.
Het vragen van een tussenoordeel heeft op dit moment geen toegevoegde waarde. De Raad
voor Cultuur heeft vanuit een wettelijke taak geadviseerd over de toetreding van Ongehoord
Nederland tot het publieke bestel. Daarbij is de Raad vooral ingegaan op de stroming
die Ongehoord Nederland vertegenwoordigd. De Raad voor Cultuur heeft geen taak op
het gebied van het beoordelen van de journalistieke kwaliteit of het verspreiden van
mogelijke desinformatie door omroepen. Een tussenoordeel van de Raad voor Cultuur
lijkt dan ook niet gepast.
Vraag 6
Onderschrijft u het belang van een onafhankelijke, pluriforme pers waarin feit van
fictie wordt gescheiden, en de noodzaak daarvan voor een goed functionerende democratische
rechtsstaat?
Antwoord 6
Ja.
Vraag 7
Onderkent u het gevaar van het verspreiden van desinformatie, in het bijzonder nu
zich een oorlog afspeelt op Europees grondgebied en het onderwerp van desinformatie
de oorzaak van die oorlog betreft?
Antwoord 7
Ja, het kabinet zet zich al langer in om de verspreiding van desinformatie tegen te
gaan. Met betrekking tot Oekraïne is in Europees verband tijdens de informele Telecomraad
van 8-9 maart in Parijs en Nevers een gezamenlijke verklaring over de verantwoordelijkheid
van de digitale sector opgesteld door EU ministers. Hierin wordt de sector opgeroepen
om meer te doen om de verspreiding van desinformatie tegen te gaan, betrouwbare informatie
te prioriteren en de fundamentele rechten en vrijheden te blijven beschermen.3
Vraag 8
Bent u op de hoogte van gesprekken die op dit moment plaatsvinden tussen de NPO en
Ongehoord Nederland over de verspreiding van desinformatie, en zo ja, heeft Ongehoord
Nederland zich bereid getoond om zich voortaan te houden aan de journalistieke code
van de NPO?
Antwoord 8
Ik ben door de NPO op de hoogte gesteld van het feit dat er gesprekken plaatsvinden
tussen de NPO en Ongehoord Nederland. Ik vind het van belang dat omroepen en de NPO
met elkaar in gesprek zijn en dat dit proces zorgvuldig wordt doorlopen.
Vraag 9, 10
Binnen welke termijn verwacht u de resultaten van het onafhankelijke onderzoek dat
door de Ombudsman van de NPO is ingesteld naar Ongehoord Nederland, en het antwoord
op de vraag of zij zich al dan niet aan de journalistieke code houden of hebben gehouden?
Zal de NPO overgaan tot het opleggen van sancties als uit het onderzoek van de Ombudsman
blijkt dat Ongehoord Nederland zich inderdaad niet aan de journalistieke code heeft
gehouden en zich schuldig heeft gemaakt aan het verspreiden van desinformatie?
Antwoord 9, 10
De NPO heeft mij laten weten het onderzoek van de NPO Ombudsman af te wachten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.