Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Wijngaarden over het artikel: “IGJ heeft niks meer aan mislukt ICT-systeem” van Skipr
Vragen van het lid Van Wijngaarden (VVD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het artikel: «IGJ heeft niks meer aan mislukt ICT-systeem» van Skipr, 18 januari 2022 (ingezonden 25 februari 2022).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 14 maart
            2022).
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met het artikel «IGJ heeft niks meer aan mislukt ICT-systeem»?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Wat vindt u van het feit dat het ontwikkelen en implementeren van het systeem SPEC
               ruim 35 miljoen euro heeft gekost en dat het systeem nu onbruikbaar blijkt te zijn?
               Welke gevolgen heeft dit voor de begroting van het Ministerie van VWS? Kan de Inspectie
               Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) dit opvangen uit eigen middelen?
            
Antwoord 2
            
In de periode 2013–2020 is door veel medewerkers van de IGJ met grote inzet en betrokkenheid
               gewerkt aan de ontwikkeling en implementatie van SPEC. Desondanks moeten we vaststellen
               dat het binnen dit traject op verschillende cruciale punten is misgegaan. Om lessen
               te trekken uit de ontstane situatie zijn de ontwikkeling en implementatie van SPEC
               in 2021 grondig geëvalueerd. Ik en mijn voorganger hebben uw Kamer op verschillende
               momenten geïnformeerd over de uitkomsten van de verschillende onderzoeken die in dit
               kader zijn uitgevoerd.2
De uitgaven voor de ontwikkeling en implementatie van SPEC zijn in de jaren 2016 t/m
               2021 gerealiseerd. Er zijn geen verdere financiële verplichtingen meer vanaf 2022
               voor het systeem SPEC. In de begroting VWS en de IGJ vanaf 2022 staan hiervoor dan
               ook geen bedragen gereserveerd.
            
Vraag 3
            
Kunt u een feitenrelaas geven vanaf het moment dat de eerste signalen bij uw voorganger
               binnenkwamen over de problemen met SPEC tot en met december 2020, toen is besloten
               te stoppen met SPEC? Kunt u daarbij ingaan op de handelingen van de IGJ en op die
               van uw voorganger?
            
Antwoord 3
            
In het voorjaar van 2021 heeft ABDTOPConsult de ontwikkeling en implementatie van
               SPEC geëvalueerd. Het eindrapport heeft mijn voorganger op 2 juli jl. met uw Kamer
               gedeeld en bevat een feitenrelaas van de start van het project tot en met het besluit
               om een pas op plaats te maken in december 2020. In het rapport zelf wordt daarnaast
               ingegaan op de handelingen van de IGJ en de betrokkenheid van het Ministerie van VWS.
            
Vraag 4
            
Waarom is pas tijdens implementatie gebleken dat SPEC niet aansluit bij de uitvoeringstaken
               van de IGJ? Kunt u toelichten waarom dit pas zo laat boven tafel kwam? Wat is er misgegaan
               bij het opstellen van de doelen bij de start het van het project?
            
Antwoord 4
            
De onderzoekers van ABDTOPConsult concluderen hierover het volgende:
– De IGJ kwam in de periode 2012–2017 onder politieke druk tot een grote veranderambitie
                     voor haar organisatie, waaronder een betere informatievoorziening (IV). De stapeling
                     van ambities is bij de start niet goed afgewogen tegen het vermogen van de IGJ om
                     het veranderings- en IV-ontwikkelingsproces te leiden en te sturen.
                  
– De belangrijke keuzes voor een zaaksysteem als oplossing voor de gehele ICT-ondersteuning
                     van alle toezichtprocessen en voor Dienst ICT Uitvoering (DICTU) als leverancier waren
                     vooral gebaseerd op een commitment aan Rijksbrede ambities en zijn overhaast en vanuit
                     een gebrekkig overzicht gemaakt.
                  
– De cruciale succesfactor van eigenaarschap in de lijnorganisatie van de IGJ was voor
                     SPEC gedurende grote delen van het project niet vervuld. Daardoor waren de gebruikers
                     van SPEC gedurende delen van het ontwikkeltraject onvoldoende betrokken.
                  
Zie ook de Kamerbrief van de toenmalig Minister voor MSZ van 2 juli 2021 over de evaluatie
               van ABDTOPConsult.3
Vraag 5
            
Wat vindt u van de conclusie van Atos dat het gebruik van SPEC het uiterste geeft
               gevergd van medewerkers en bij de IGJ tot een vertrouwenscrisis heeft geleid? Hoe
               heeft dit volgens u kunnen gebeuren? Wat wordt er gedaan om deze vertrouwenscrisis
               op te lossen?
            
Antwoord 5
            
De implementatie van SPEC heeft van veel IGJ-medewerkers het uiterste gevergd en het
               mislukken daarvan heeft zijn weerslag gehad op het vertrouwen in het systeem. Dit
               beeld wordt ook bevestigd in de evaluatie van ABDTOPConsult. SPEC was onvoldoende
               geworteld in een breed binnen de organisatie gedragen visie op de gewenste ontwikkeling
               van het toezicht. Daarnaast waren de gebruikers van SPEC gedurende delen van het ontwikkeltraject
               onvoldoende betrokken.
            
Afgelopen najaar is de IGJ-leiding gestart met het opnieuw vormgeven van de IV-governance
               binnen haar organisatie. Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat de inbreng en wensen
               van gebruikers en centrale plek krijgen binnen toekomstige IV-projecten van de IGJ.
               Juist zodat deze projecten kunnen rekenen op breed draagvlak binnen de organisatie.
               De aanbevelingen van Atos en ABDTOPConsult bieden hiervoor bruikbare handvatten.
            
Vraag 6
            
Heeft het falen van dit project gevolgen gehad voor de samenstelling van het bestuur
               en het toezicht op de ontwikkeling van een volgend ICT-systeem van de IGJ? Kunt u
               dit toelichten?
            
Antwoord 6
            
De ervaringen met het SPEC-traject geven aanleiding om de IGJ-leiding op een zo kort
               mogelijke termijn te versterken met een programmadirecteur IV. Vooruitlopend daarop
               is de sturing op de IV en toekomstige IV-projecten beter belegd binnen de lijnorganisatie
               van de IGJ. Onder voorzitterschap van de inspecteur-generaal is een IV-sturingsoverleg
               ingericht, waarbij de inbreng van de toezichtafdelingen een nadrukkelijke plaats inneemt.
            
Vraag 7
            
Zijn er consequenties voor het ICT-bedrijf dat de ontwikkeling van SPEC heeft geleid?
               Is bekend of dit bedrijf betrokken is bij ICT-projecten van andere overheidsinstellingen?
            
Antwoord 7
            
De ontwikkeling van SPEC ging uit van Rijkszaak, de standaarddienst voor zaakgericht
               werken van DICTU. DICTU is geen ICT-bedrijf, maar een Shared Service Organisatie van
               de rijksoverheid. DICTU heeft mij laten weten dat er op dit moment veertien andere
               implementaties van RijksZaak in productie zijn genomen binnen de rijksoverheid.
            
Aangezien IGJ een van de eerste afnemers van RijksZaak was, heeft ook DICTU geleerd
               van het SPEC-traject. Zo worden bij de start van nieuwe RijksZaak-trajecten de onderlinge
               verantwoordelijkheden en wijze van samenwerken beter beschreven. Ook wordt vooraf
               meer aandacht besteed aan de mate van hergebruik en standaardisatie.
            
Vraag 8, 9
            
Bent u het eens dat er alles aan gedaan moet worden om deze fout in de toekomst te
               voorkomen? Hoe beoordeelt u in dat kader de lessen die zijn getrokken rondom SPEC
               en de actiepunten die zijn geformuleerd in het Werkplan IGJ 2022? Op welke manier
               is het Adviescollege ICT-toetsing betrokken?
            
Zijn er voornemens om de huidige systemen verder te optimaliseren, gelet op dat in
               het werkplan IGJ 2022 staat dat de robuustheid van de huidige systemen voldoende is
               om het toezicht van IGJ de komende jaren te ondersteunen? Hoe wordt voorkomen dat
               hier dezelfde fouten worden gemaakt? Kunt u hierbij specifiek ingaan op eigenaarschap,
               cultuur en leiderschap?
            
Antwoord 8, 9
            
Ik ben het met u eens dat er alles aan gedaan moet worden om gemaakte fouten in de
               toekomst te voorkomen. Het is dan ook goed dat er in het afgelopen jaar door meerdere
               partijen kritisch is gekeken naar de ontwikkeling en implementatie van SPEC. De aanbevelingen
               van ABDTOPConsult en de onderzoeken van Atos en VKA heeft de IGJ vertaalt naar haar
               werkplan voor 2022.
            
De bestaande IV-systemen binnen de IGJ zijn voldoende robuust om het toezicht in de
               komende jaren te blijven ondersteunen4. Daarbij is er aandacht voor zowel eigenaarschap als het management van systemen.
               Er zijn producteigenaren voor de belangrijkste systemen evenals informatiemanagers
               voor een goede afstemming met de gebruikers in de organisatie.
            
Vanuit deze basis zal de IGJ de komende jaren verder werken aan het verbeteren van
               de IV-voorzieningen binnen haar organisatie. De sturing op toekomstige IV-projecten
               is daarvoor beter belegd binnen de lijnorganisatie van de IGJ. Zie ook mijn antwoord
               op vraag 6. Een belangrijk uitgangspunt is dat nieuwe functionaliteiten (mogelijkheden
               van het systeem) niet meer met een groot allesomvattend traject worden opgepakt. Maar
               stapsgewijs worden ontwikkeld met nauwe betrokkenheid van de gebruikers in het toezicht.
               Het Adviescollege ICT-toetsing is op dit moment dan ook niet betrokken.
            
Vraag 10
            
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het Commissiedebat Governance in de zorgsector
               / Inspectie IGJ / patiënten en cliëntenrechten, dat gepland staat op 17 maart 2022?
            
Antwoord 10
            
Ja.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.