Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Agema en Maeijer over de Europese coronareispas
Vragen van de leden Agema en Maeijer (beiden PVV) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de Europese coronareispas (ingezonden 10 december 2021).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 31 januari
2022).
Vraag 1
Bent u bekend met uw voornemen om akkoord te gaan met het vervallen van de Europese
coronareispas negen maanden na de tweede vaccinatie indien de gebruiker geen derde
coronavaccinatie neemt?1
Antwoord 1
Ja, Nederland heeft op 16 december 2021 ingestemd met de maximale geldigheid van het
digitale EU-covidcertificaat (DCC) van 9 maanden na volledige vaccinatie.
Vraag 2
Klopt het dat u eerst niet akkoord wilde gaan met dit voornemen van de Europese Unie?
Zo ja, waarom draaide u?2
Antwoord 2
Mijn voorganger heeft zich ingezet voor een uniforme aanpak in de Europese Unie en
een geldigheidsduur van de vaccinatiecertificaten die rekening houdt met de beschermende
werking van de vaccins. De bescherming van de primaire vaccinatie tegen ernstige ziekte
en ziekenhuisopnames, en tegen besmetting en verspreiding, nam bij deltavariant in
de loop van de tijd af, met name bij ouderen. De bescherming tegen de nu dominante
omikronvariant van de primaire vaccinatie is veel sterker teruggelopen. Hierdoor werd
het nodig om een geldigheidsduur af te spreken van de primaire vaccinatie. Daarbij
speelde ook een rol dat diverse lidstaten eenzijdig een geldigheidsduur van de vaccinatiecertificaten
wilden vaststellen.
Vraag 3
Bent u wel op tijd klaar om alle mensen die dat willen hun derde vaccinatie te geven
voordat hun Europese coronareispas vervalt?
Antwoord 3
Ja, alle mensen van 18 jaar en ouder die meer dan drie maanden geleden de primaire
vaccinatie hebben afgerond of een besmetting hebben doorgemaakt, hebben de gelegenheid
gekregen een afspraak te maken. In het hele land zijn er voldoende mogelijkheden om
een afspraak te maken en op steeds meer locaties is het maken van een afspraak niet
nodig. Op de site prikkenzonderafspraak.nl kan iedereen zien waar er zonder afspraak
geprikt wordt.
Vraag 4
Wat is het doel van het laten vervallen van de Europese coronareispas negen maanden
na de tweede coronavaccinatie indien de houder geen tweede coronavaccinatie neemt?
Antwoord 4
Het doel van het DCC is het vergemakkelijken van vrij en veilig verkeer binnen de
Europese Unie gedurende de COVID-19-pandemie. Aangezien de effectiviteit van coronavaccins
na verloop van tijd afneemt, bestaat hiermee het risico dat reizende personen het
virus sneller over zullen kunnen dragen. Om deze reden is het belangrijk dat er in
Europees verband een uniforme maximale geldigheidsduur is afgesproken.
Vraag 5
Wat is de wetenschappelijke onderbouwing van dit doel?
Antwoord 5
Het hanteren van een geldigheidsduur van negen maanden is mede gebaseerd op publicaties
van het ECDC. Uit wetenschappelijke onderzoeken, waaronder analyses van het RIVM,
weten we dat de bescherming van de vaccins na verloop van tijd afneemt, waardoor het
risico op infectie en op ernstige ziekte toeneemt. De opkomst van de omikronvariant
benadrukt deze urgentie nog eens.
Op basis van eerste gegevens over de effectiviteit van boostervaccinaties lijkt een
boostervaccinatie een duidelijke verbetering te geven van de vaccineffectiviteit ten
aanzien van besmetting met de omikronvariant en ziekenhuisopname als gevolg van de
omikronvariant. Het RIVM geeft aan dat de boostervaccinatie de herkenning van het
virus door het immuunsysteem verbetert. De geboden bescherming is weliswaar iets lager
dan tegen de deltavariant, maar wel significant beter dan na de basisserie.
Vraag 6
De Europese coronareispas zou toch na een jaar helemaal komen te vervallen?
Antwoord 6
De verordening die het kader voor het Digitaal Corona Certificaat (DCC) vaststelt,
kent een looptijd van 12 maanden en is op 1 juli 2021 van kracht geworden. In de verordening
is de procedure opgenomen om, indien gewenst, de looptijd te verlengen. De Europese
Commissie is verplicht om drie maanden voor het einde van deze toepassingsperiode
een verslag in te dienen bij de medewetgevers (Raad en Europees Parlement). Op dat
moment kan de Commissie ook voorstellen om de looptijd te verlengen wanneer de epidemiologische
situatie daar om vraagt. Deze verordening is tijdelijk maar zal, als de pandemie voortduurt,
naar verwachting worden verlengd. Wat het kabinet betreft, is het DCC een nuttig instrument
om reizen te faciliteren en kan het worden ingezet zo lang als dat nog nodig is gedurende
de pandemie.
Vraag 7
Zo ja, hoe legt u uit dat deze toch niet komt te vervallen aan alle mensen die zich
dachten eenmalig volledig te laten vaccineren om op vakantie te kunnen?
Antwoord 7
Zie het antwoord op vraag 6.
Vraag 8
Hoe kan het dat wanneer u mensen die tweemaal gevaccineerd zijn in Kamerstukken aanduidt
als «volledig gevaccineerd», deze mensen nu te horen krijgen dat tweemaal toch niet
genoeg is?
Antwoord 8
De vaccins van AstraZeneca, Moderna en Pfizer zijn goedgekeurd op basis van twee doses.
Voor het Janssen-vaccin volstond één prik. Met deze doseringen werd het meest optimale
niveau van bescherming bereikt. Hierbij hebben de geneesmiddelenautoriteiten zoals
het EMA en het CBG, en het RIVM en de Gezondheidsraad, steeds benadrukt dat nog onbekend
was hoe lang de vaccins bescherming zouden bieden tegen SARS-CoV-2. Om dit te bepalen
is onderzoek over een langere periode nodig. Inmiddels wordt hierover steeds meer
bekend. Hoe lang de bescherming aanhoudt, hangt af van verschillende factoren, waaronder
de opkomst van nieuwe varianten zoals de omikronvariant. Op basis van de eerste gegevens
over de effectiviteit van boostervaccinaties lijkt een boostervaccinatie betere bescherming
te bieden tegen zowel besmetting als ziekenhuisopname als gevolg van de omikronvariant,
in vergelijking tot de bassiserie van één of twee doses.
Vraag 9
Waarom bent u akkoord gegaan met de termijn van negen maanden? U houdt toch vol dat
de vaccins helemaal niet zo snel in werking afnemen?
Antwoord 9
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 10
Zijn de vaccins toch uitgewerkt na negen maanden? Zo nee, waarom dan de termijn van
negen maanden?
Antwoord 10
Zie de antwoorden op vragen 2 en 5.
Vraag 11
Binnen welke termijn zijn de vaccins uitgewerkt? Binnen welke termijn voor mensen
boven de 80 jaar? Binnen welke termijn voor mensen tussen de 60–80 jaar? Binnen welke
termijn voor mensen tussen de 40–60 jaar?
Antwoord 11
Het RIVM en de Gezondheidsraad hebben steeds benadrukt dat onderzoek over een langere
periode nodig is om gedegen uitspraken te kunnen doen over de beschermingsduur van
de vaccins. Hoe lang de bescherming aanhoudt, hangt ook af van verschillende factoren,
waaronder de opkomst van nieuwe varianten. Dit is wat we nu zien met de omikronvariant.
De schattingen van vaccineffectiviteit tegen ziekenhuis- en IC-opname voor de periode
27 oktober t/m 21 december 2021 waren 89% en 95%, respectievelijk, waarbij deze vanaf
het begin lager waren bij oudere dan jongere leeftijdsgroepen. Schattingen van vaccineffectiviteit
tegen infectie (circa 73–85%) tijdens de gehele deltaperiode (4 juli t/m 2 december
2021) laten ook een lagere bescherming zien bij ouderen en een afnemende bescherming
naarmate de tijd sinds de laatste prik verstrijkt.
Op basis van de eerste Nederlandse data lijkt de vaccineffectiviteit tegen infectie
beduidend lager te zijn bij de omikronvariant, vergeleken met de deltavariant; verder
onderzoek moet dit preciseren. Dit is in lijn met internationale gegevens. Dit sterkt
mij in de overtuiging dat boosterprikken belangrijk zijn om te zorgen dat mensen voldoende
beschermd zijn tegen de omikronvariant.
Vraag 12
Als twee vaccinaties niet genoeg zijn, dan zijn drie vaccinaties toch ook niet genoeg?
Als u denkt van wel, heeft u daar dan een wetenschappelijke onderbouwing voor?
Antwoord 12
Op basis van eerste gegevens over de effectiviteit van boostervaccinaties lijkt een
boostervaccinatie significante verbetering te geven van vaccineffectiviteit. Verschillende
internationale wetenschappelijke studies, onder andere uit het Verenigd Koninkrijk3 en Israël4, ondersteunen dit. Eerste gegevens laten zien dat de boostervaccinatie betere bescherming
biedt tegen besmetting met de omikronvariant en ziekenhuisopname als gevolg van de
omikronvariant. Het is niet bekend hoe lang een boostervaccinatie zal beschermen.
Het RIVM houdt deze bescherming nauwlettend in de gaten. Het kabinet houdt er rekening
mee dat de bescherming van de boostvaccinatie ook afneemt in de tijd en er later dit
jaar opnieuw een vaccinatie nodig is.
Vraag 13
Bent u bekend met het besmet raken van 70 verpleegkundigen en artsen op een kerstfeest
met 173 personen die allemaal driemaal waren gevaccineerd én getest?5
Antwoord 13
Ja.
Vraag 14
Zo ja, wat is uw reactie op het feit dat drie vaccinaties en een test deze 70 mensen
(40% van de aanwezigen) niet beschermden tegen besmetting?
Antwoord 14
Zie mijn antwoord op vraag 15.
Vraag 15
Vindt u het niet onverstandig om privileges te hangen aan vaccinatie omdat u daarmee
schijnveiligheid creëert die tot meer besmettingen en ziekenhuisopnames kan leiden?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 15
Met het coronatoegangsbewijs wordt een bijdrage geleverd aan het reduceren van het
risico op besmettingen met het virus op plekken waar mensen samenkomen. Daarmee is
het een belangrijke maatregel om het risico op een toename van het aantal besmettingen
te mitigeren. Hiermee kan de kans op besmetting echter niet geheel uitgesloten worden:
ook mensen die volledig gevaccineerd, hersteld of getest zijn kunnen het virus overdragen.
Uit het 126e OMT-advies blijkt dat vaccinatie grote bescherming biedt tegen infectie met de toen
dominante deltavariant en dat dit eveneens bijdraagt aan het tegengaan van overdracht
van het virus en opname in het ziekenhuis. Er is de afgelopen periode aanvullend onderzoek
gedaan naar de effectiviteit van het coronatoegangsbewijs, mede in het licht van de
omikronvariant. Dit bestaat uit het verfijnen van de modelberekeningen door de TU
Delft in samenwerking met andere partijen en deze uitbreiden met gedragscomponenten.
Daarnaast wordt een internationale vergelijking uitgevoerd. Over de uitkomsten is
de Tweede Kamer separaat geïnformeerd.
Vraag 16
Vindt u het niet wat vreemd als u spreekt over «vrij reizen» met de Europese coronareispas
voor mensen die drie coronavaccinaties hebben gehad? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 16
Zie het antwoord op vraag 17.
Vraag 17
Konden we niet allemaal ooit vrij reizen? Was de mensen die zich volledig (dus tweemaal)
lieten vaccineren niet beloofd dat ze vrij konden reizen?
Antwoord 17
Ten tijde van de adoptie van de Europese Verordening Digitaal Corona Certificaat en
Raadsaanbeveling 2020/1475 waren nog geen Europese afspraken over de geldigheidsduur
van vaccinatiecertificaten. Diverse landen hebben zelf het initiatief genomen tot
het vaststellen van een geldigheidsduur voor vaccinatiecertificaten. Om een lappendeken
aan maatregelen rondom reizen binnen de EU te voorkomen en naar aanleiding van advies
van het ECDC heeft de Europese Commissie een voorstel gedaan voor de Europese vaststelling
van een geldigheidsduur van het vaccinatiebewijs van 9 maanden. Het kabinet is van
mening dat de voorgestelde 9 maanden voldoende onderbouwd is. Het maakt vrij en veilig
reizen binnen de Europese Unie mogelijk. Daarom steunt het kabinet dit voorstel. Daarbij
blijft vrij reizen met een DCC op basis van een testbewijs mogelijk.
Vraag 18
Wat is de juridische onderbouwing van dit onderscheid tussen driemaal gevaccineerden
en ongevaccineerden als driemaal vaccineren verspreiding van het virus niet voorkomt?
Antwoord 18
Zoals ook in het antwoord op vraag 15 is aangegeven blijkt uit het 126e OMT-advies dat vaccinatie bescherming biedt tegen infectie met het virus en dat dit
eveneens bijdraagt aan het tegengaan van overdracht van het virus en opname in het
ziekenhuis.
Uit verschillende wetenschappelijke onderzoeken komt naar voren dat een boostervaccinatie
significante verbetering geeft van vaccineffectiviteit. Daarmee levert het opnemen
van de boostervaccinatie in het Digitaal Corona Certificaat (DCC) een belangrijke
bijdrage aan het reduceren van het risico op besmettingen met het virus op plekken
waar mensen samenkomen. Hierbij moet worden opgemerkt dat vrij reizen ook voor mensen
die niet zijn gevaccineerd mogelijk blijft met een testbewijs.
Vraag 19
Over het Janssen-vaccin zei u toch: «Een ideaal vaccin voor als je met één prik klaar
wilt zijn»? Wat vindt u ervan dat mensen die u geloofden zich vanaf 15 december 2021
toch alsnog moeten laten testen om naar Frankrijk te mogen reizen?6
Antwoord 19
Het Janssen-vaccin, dat bestaat uit 1 dosis, is beoordeeld op werkzaamheid, veiligheid
en kwaliteit door het Europees Geneesmiddelen Agentschap (EMA) en na toelating ook
in Nederland ingezet. Nederland vindt het belangrijk dat de regels met betrekking
tot de inzet van het Digitaal Corona Certificaat (DCC) door lidstaten zo veel mogelijk
gelijk worden gehanteerd. Deze afspraken zijn vastgelegd in Raadsaanbeveling 2020/1475
over een gecoördineerde aanpak van de beperking van het vrije personenverkeer, in
reactie op de COVID-19-pandemie. In deze afspraken is vastgelegd dat, waar dat verantwoord
kan, vrij reizen binnen de Unie mogelijk moet zijn met een DCC, dat kan bestaan uit
een vaccinatiebewijs, een herstelbewijs of een testbewijs. In het licht van de omikronvariant
hebben verschillende lidstaten additionele reismaatregelen genomen, ook voor reizen
binnen de Unie. Nederland is hier geen voorstander van omdat dit het vrij verkeer
van personen binnen de Unie schaadt en dringt, zoals eerder toegelicht in vragen 2
en 6, aan op het gelijkmatig toepassen van de regels rondom het DCC.
Vraag 20
Wat vindt u er zelf van als u als vertolker van de betrouwbare overheid allemaal beloftes
doet die u niet nakomt?
Antwoord 20
In deze coronapandemie is het helaas zo dat op basis van voortschrijdende inzichten
en nieuwe ontwikkelingen, zoals de intrede van nieuwe virusvarianten, steeds opnieuw
afwegingen moeten worden gemaakt en beslissingen genomen. Dit kan soms betekenen dat
beleid moet worden heroverwogen. Dit wordt in samenspraak met de Tweede Kamer gedaan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.