Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Simons over de aanvallen op betogers van KOZP in Volendam en het politieoptreden
Vragen van het lid Simons (BIJ1) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de aanvallen op betogers van KOZP in Volendam en het politieoptreden (ingezonden 6 december 2021).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 25 januari 2022). Zie ook
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1216.
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de gebeurtenissen rondom de aanvallen op een demonstratie
van Kick Out Zwarte Piet (KOZP) in Volendam?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe kwalificeert u aanvallen op vreedzame betogers door burgers die tot doel hebben
met die aanvallen betogers angst aan te jagen en het vrije demonstratierecht van betogers
te bedreigen?
Antwoord 2
Het kabinet keurt dit geweld af, alsmede het feit dat daarmee werd geprobeerd de uitoefening
van het grondwettelijk beschermde demonstatierecht te voorkomen.
Vraag 3
Wat is er vanuit de Veiligheidsdriehoek gebeurd om de KOZP-demonstranten te beschermen
tegen het gooien van eieren, oliebollen, sigaretten, pionnen, visafval, eieren, stenen
en vuurwerk? Kunt u een tijdlijn geven vanaf eerste kennisname van de demonstratie
door lokale autoriteiten tot aan heden?
Antwoord 3
De burgemeester van Edam-Volendam heeft mij het volgende laten weten. De KOZP-demonstratie
te Volendam op zaterdag 4 december 2021 is niet van te voren door de organisatie aangemeld.
Door het achterwege blijven van een kennisgeving was de lokale driehoek niet in de
gelegenheid de plannen voor de betoging vooraf te kennen, de risico’s ervan in te
schatten en overleg te voeren met de organisator over noodzakelijke maatregelen om
een ordelijk en veilig verloop te bevorderen, aldus de burgemeester.
De demonstratie van KOZP vond plaats op het Europaplein op zaterdag 4 december 2021,
tijdens de weekmarkt. De demonstranten zijn met megafoons over de markt gegaan, waarbij
vermenging optrad met ander publiek. Daarna is door omstanders met verschillende goederen
gegooid naar de demonstranten.
Vanaf het moment dat de politie, ondanks dat de demonstratie niet was aangemeld, kennis
kreeg van de demonstratie, is de-escalerend opgetreden door de inwoners aan te spreken
op hun gedrag en de aanwezigen kalm te houden. Hierbij is de politie tussen de betogers
en de inwoners van Edam-Volendam gaan staan om confrontatie te voorkomen. In twee
gevallen is geweld toegepast door middel van de wapenstok, om de veiligheid van de
demonstranten te waarborgen. Bij het politieoptreden stond het waarborgen van de veiligheid
van zowel de demonstranten als de politiemedewerkers centraal, alsmede het voorkomen
van verdere escalatie. Omstreeks 12.30 is de burgemeester geïnformeerd.
Ik heb begrepen dat de burgemeester vervolgens de opdracht heeft gegeven om de demonstratie
te beëindigen en de demonstranten heeft verzocht om terug te gaan naar de bussen.
De politie heeft het publiek op afstand van de bussen gehouden en heeft de bussen
op hun terugweg begeleid.
Vraag 4
Hoe kon het zover komen dat vreedzame betogers werden geconfronteerd met zulk geweld?
Wat heeft de politie gedaan om het geweld te voorkomen dan wel te stoppen? Wat was
de motivatie voor de politie om in te grijpen zoals er is ingegrepen?
Antwoord 4
Zie het antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Hoeveel geweldplegers zijn er gearresteerd? Worden er nog geweldplegers gezocht vanwege
betrokkenheid bij deze aanval?
Antwoord 5
Er zijn geen personen gearresteerd. Het OM heeft mij laten weten dat uit verder onderzoek
zal moeten blijken of en wie zich mogelijk schuldig hebben gemaakt aan strafbare feiten.
Vraag 6
Bent u van mening dat de politie juist heeft opgetreden om betogers te beschermen
tegen geweldplegers? Waarom wel of waarom niet? Wat had de politie anders kunnen of
moeten doen om de betogers te beschermen?
Antwoord 6
Bij het faciliteren en in goede banen leiden van demonstraties treedt de politie op
onder gezag van de burgemeester, die daarover verantwoording aflegt aan de gemeenteraad.
Het is niet aan mij als Minister om daar in te treden.
Vraag 7
Bent u bereid een onafhankelijk onderzoek in te stellen, dan wel bij de lokale autoriteiten
op onafhankelijk onderzoek aan te dringen, naar hoe de aanval van geweldsplegers tegen
vreedzame betogers in Volendam voorkomen en bestreden had kunnen worden en daarbij
specifiek in te gaan op de rol van de lokale autoriteiten hierin? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Zoals aangegeven is dit aan lokaal gezag en niet aan mij om over te oordelen. Ook
de beoordeling of een onderzoek moet worden ingesteld is aan het lokaal gezag.
Vraag 8
Ziet u ook een patroon van geweld tegen antiracismedemonstranten in de afgelopen jaren?
Waaruit blijkt dat patroon volgens u wel of niet?
Antwoord 8
De maatschappelijke discussie rondom het uiterlijk van de figuur van Piet, zorgt al
een aantal jaren voor spanningen tussen pro- en anti-Zwarte Piet bewegingen.
Op 20 december 2019 heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mede namens
de Ministers van BZK en JenV een brief naar de Kamer gestuurd over de Kabinetsbrede
inzet de-escalatie rondom spanningen Sinterklaasviering.1
Vraag 9
Is er oog voor specifiek het geweld tegen antiracismedemonstranten vanuit het ministerie?
Is er bijvoorbeeld een specifieke aanpak van zulk geweld, die zich richt op het voorkomen,
opsporen en vervolgen van geweld tegen antiracismedemonstranten? Zo ja, kunt daarover
uitweiden? Hoe wordt bovendien gemeten of deze aanpak effectief is?
Antwoord 9
Zoals aangegeven in de brief waarnaar bij beantwoording van vraag 8 is verwezen, is
er vanuit het Ministerie van BZK en JenV voortdurend aandacht voor de vrijheid van
demonstreren, onder meer door hierover het gesprek te blijven aangaan met alle betrokkenen,
voor het onderwerp (extra) aandacht te vragen en door het delen van kennis en goede
praktijkvoorbeelden.
Uitgangspunt is dat vreedzame demonstraties zoveel als redelijkerwijs mogelijk worden
gefaciliteerd en beschermd, ook als sprake is van soms heftige tegen(re)acties. Het
is aan de lokale driehoek (burgemeester, politie en OM) om daarbij binnen de geldende
wettelijke kaders keuzes te maken.
Vraag 10
Indien zo’n aanpak er niet is, bent u bereid om een dergelijke aanpak op te stellen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Zie het antwoord op vraag 9.
Vraag 11
En breder, is er een aanpak tegen geweld tegen demonstranten en journalisten die aanwezig
zijn bij demonstraties? Kunt u daarover uitweiden? Hoe wordt bovendien gemeten of
deze aanpak effectief is?
Antwoord 11
De politie heeft een handelingskader veilig werken door journalisten bij demonstraties
evenementen en in wijken opgesteld. Uiteraard kan dit protocol alleen worden uitgevoerd
wanneer de politie op de hoogte is van een demonstratie en van de aanwezigheid van
een journalist.
Verder is er een aanpak om agressie en geweld tegen journalisten tegen te gaan. Deze
aanpak heeft een preventieve en een repressieve kant. In de preventieve aanpak verzorgt
PersVeilig, met ondersteuning van het Ministerie van OCW, weerbaarheidstrainingen
voor journalisten. Ook zijn er middelen beschikbaar gesteld door OCW en JenV om veiligheidsmaatregelen
te nemen, zoals de aanschaf van een noodknop. Dit geldt zowel voor journalistieke
organisaties die dat voor hun werknemers doen als voor freelance journalisten.
De repressieve kant van de aanpak is beschreven in het protocol PersVeilig, waar politie
en het Openbaar Ministerie opsporings- en vervolgingsafspraken gemaakt hebben. Het
zwaarder straffen van daders en het prioritair opvolgen van zaken van agressie of
geweld tegen journalisten zijn daar onderdeel van.
Over het functioneren van het protocol PersVeilig heb ik uw Kamer in maart van dit
jaar geïnformeerd.2 Kort voor de begrotingsbehandeling heb ik uw Kamer geïnformeerd over een aantal aanverwante
punten, onder meer de structurele financiering van PersVeilig.3
Ten aanzien van geweld tegen demonstranten wijs ik u op het antwoord op vraag 8.
Vraag 12
Indien zo’n aanpak er niet is, bent u bereid om een dergelijke aanpak op te stellen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
Zie het antwoord op vraag 11.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.