Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Houwelingen over mondkapjes
Vragen van het lid Van Houwelingen (FvD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over mondkapjes (ingezonden 23 september 2021).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 20 december
2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de uitspraak van de heer Van Dissel op 30 juli 2020 waarin hij een
Noorse studie citeerde: «Om te illustreren: 200.000 personen moeten ten minste een
week een mondkapje dragen om misschien één besmetting te voorkomen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u uitleggen waarom er dan toch al ruim een jaar een mondkapjesplicht in het openbaar
vervoer en een groot deel van die tijd in algemene binnenruimtes van kracht is?
Antwoord 2
Het kabinet en uw Kamer hebben over de inzet van mondkapjes in het najaar van 2020
verschillende debatten met elkaar gevoerd. De afweging is destijds gemaakt om gebruik
van mondkapjes in bepaalde situaties te verplichten omdat dit kan bijdragen aan het
tegengaan van verspreiding van het virus. Het instellen van een mondkapjesplicht was
in lijn met de adviezen van de WHO, het Europees Centrum voor ziektepreventie en-bestrijding
(ECDC) en komt overeen met de maatregelen die zijn genomen in een groot aantal andere
landen in de wereld.
Ook het OMT heeft in verschillende adviezen gewezen op het belang van de mondkapjesplicht.
In het 126e OMT-advies heeft zij geadviseerd om de mondkapjesplicht in het openbaar
vervoer te handhaven, mede ter bescherming van kwetsbare en niet beschermde personen.
Daarnaast heeft het OMT kwetsbare personen geadviseerd om in het openbaar vervoer
medische mondneusmaskers te dragen die de drager extra bescherming bieden. Gezien
de huidige epidemiologische situatie, adviseert het OMT in haar 128e advies om de
verplichting tot het dragen van mondneusmaskers weer in te voeren in ruimtes waar
men gedurende enige tijd bijeen staat in een binnenruimte, en in het OV in stations
en op de perrons. Het kabinet heeft dit advies overgenomen en de mondkapjesplicht
uitgebreid. Momenteel geldt een mondkapjesplicht in alle publieke binnenruimten, zoals
supermarkten, in en rond het openbaar vervoer, in vliegtuigen en op luchthavens, bij
verplaatsing in scholen (met uitzondering van het primair onderwijs) en bij bezoek
aan of uitoefening van een contactberoep. Ook op plekken binnen waar het verplicht
is een coronatoegangsbewijs te laten zien, zoals in de horeca, geldt dat bij verplaatsing
het dragen van een mondkapje verplicht is.
Vraag 3
Kunt u het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vragen om opnieuw
onderzoek te doen naar het nut van mondkapjes?
Antwoord 3
Het OMT adviseert het kabinet over het gebruik van mondkapjes in de openbare ruimte.
In zijn advisering weegt het OMT de meest actuele wetenschappelijke inzichten en internationale
richtlijnen mee. Ik zie geen meerwaarde om het Rijksinstituut voor Volksgezondheid
en Milieu (RIVM) daarnaast te vragen onderzoek te doen naar het nut van mondkapjes.
Vraag 4
Is het RIVM op de hoogte van het feit dat er inmiddels al ruim 30 studies zijn die
de nutteloosheid van mondkapjes aankaarten?2,
3,
4,
5,
6,
7,
8,
9,
10,
11,
12,
13,
14,
15,
16,
17,
18,
19,
20,
21,
22,
23,
24,
25,
26,
27,
28,
29,
30,
31
Antwoord 4
Ik ga er vanuit dat het RIVM bekend is met verschillende studies over het gebruik
van mondkapjes. Zoals aangegeven in mijn vorige antwoord, is het echter het OMT dat
het kabinet adviseert over het gebruik van mondkapjes, niet het RIVM.
Vraag 5
Kunt u, gezien het grote aantal wetenschappelijke studies dat aantoont dat mondkapjes
niet werken, het RIVM vragen een lijst met studies aan te leveren die laten zien dat
ze wel zouden werken?
Antwoord 5
Het instellen van de mondkapjesplicht is in lijn met de adviezen van het OMT, het
WHO en het Europees Centrum voor ziektepreventie en-bestrijding (ECDC). Deze partijen
hebben overigens aangegeven dat de huidige kennis over de inzet van verschillende
maatregelen ter bestrijding van de coronapandemie nog beperkt is. Zij hebben dan ook
gewezen op het debat dat over het effect van het gebruik van mondkapjes bestaat. Daarom
zie ik geen meerwaarde om het RIVM te vragen een lijst met studies aan te leveren
die laten zien dat mondkapjes werken. Daarbij wil ik onderstrepen dat het gebruik
van mondkapjes een mitigerende maatregel is. Mondkapjes kunnen helpen om verspreiding
van het virus te voorkomen en kunnen in het bijzonder extra bescherming bieden in
situaties waar de 1,5 meter niet in acht genomen kan worden. Mondkapjes zijn echter
onderdeel van een breder pakket aan maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen.
Vraag 6
Wat is het afwegingskader dat is gehanteerd door het RIVM? Met andere woorden, waarom
zijn de studies die laten zien dat mondkapjes niet werken uiteindelijk niet doorslaggevend
geweest? Welke studies wegen waarom zwaarder en rechtvaardigen het verplichten van
mondkapjes?
Antwoord 6
Voor het antwoord op deze vraag, verwijs ik u naar mijn antwoord op vraag 1. Daarnaast
benadruk ik nogmaals dat het RIVM het kabinet geen advies heeft gegeven over het al
dan niet verplichten van mondkapjes. Het OMT heeft het kabinet hierover geadviseerd.
Vraag 7
Kunt u alle Outbreak Management Team (OMT)-documenten, mails, nota's et cetera aanleveren
waarin wordt gesproken over de effectiviteit van mondkapjes in het voorkomen van coronabesmettingen?
Antwoord 7
Alle OMT-adviezen, plus onderliggende relevante documenten, zijn reeds openbaar te
raadplegen. Deze adviezen en stukken zijn gepubliceerd op de website van de rijksoverheid.
Vraag 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20
Kunt u, overwegende dat het dragen van mondkapjes door zeer veel mensen als zeer onprettig
en vrijheidsbeperkend wordt ervaren, het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te
geven op deze studie met betrekking tot de effectiviteit van mondkapjes waaruit blijkt
dat er geen verschil was tussen Amerikaanse staten waar wel en geen mondkapjesplicht
van toepassing was?32
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op deze metastudie uit
mei 2020 door het Centers for Disease Control and Prevention (CDC), dat vond dat mondkapjes
geen effect hadden, zowel als beschermend middel als voor het beheersen van besmettingsbronnen?33
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op deze Deense gerandomiseerde
gecontroleerde studie met 6000 deelnemers, gepubliceerd in de Annals of Internal Medicine
in november 2020, die geen statistisch significant effect vond van hoogwaardige medische
gezichtsmaskers tegen SARS-CoV-2-infectie in een gemeenschapsomgeving?34
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op dit grote gerandomiseerde
gecontroleerde onderzoek met bijna 8000 deelnemers, gepubliceerd in oktober 2020 in
PLOS One, dat vond dat gezichtsmaskers «niet effectief bleken te zijn tegen laboratorium
bevestigde virale luchtweginfecties, noch tegen klinische luchtweginfecties»?35
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op het artikel van juli
2020 door het Oxford Centre for Evidence-Based Medicine, waaruit bleek dat er geen
bewijs is voor de effectiviteit van gezichtsmaskers tegen virusinfectie of -overdracht?36
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op de volgende Cochrane
studie uit november 2020 waaruit bleek dat het dragen van gezichtsmaskers het aantal
gevallen van influenza-achtige ziekte (ILI) niet verminderde, noch bij de algemene
bevolking, noch bij gezondheidswerkers?37
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op deze studie uit augustus
2021 gepubliceerd in de Int. Research Journal of Public Health waaruit bleek dat er
«geen verband gevonden werd tussen verplichte mondkapjes (of vrijwillig gebruik) en
verminderde verspreiding van COVID-19 in Amerikaanse staten»?38
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op het artikel van april
2020 door twee Amerikaanse professoren in luchtweg- en infectieziekten van de Universiteit
van Illinois dat concludeerde dat gezichtsmaskers geen effect hebben in het dagelijks
leven, noch als zelfbescherming, noch om derden te beschermen (zogenaamde broncontrole)?39
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op het artikel uit de
New England Journal of Medicine van mei 2020 dat tot de conclusie kwam dat gezichtsmaskers
weinig tot geen bescherming bieden in het dagelijks leven?40
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op het onderzoek uit 2015
in het British Medical Journal waaruit bleek dat stoffen mondkapjes door 97% van de
deeltjes werden gepenetreerd en het infectierisico kunnen verhogen door vocht vast
te houden of door herhaald gebruik?41
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op het onderzoek uit augustus
2020 door een Duitse professor in virologie, epidemiologie en hygiëne waaruit bleek
dat er geen bewijs is voor de effectiviteit van gezichtsmaskers en dat het foutief
dagelijks gebruik van mondkapjes in feite kan leiden tot een toename van het aantal
infecties?42
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op de toenemende hoeveelheid
aanwijzingen dat het coronavirus, althans in binnen omgevingen, niet alleen door druppeltjes
maar ook door kleinere aerosolen wordt overgedragen? Kunt u het RIVM vragen om een
inhoudelijke reactie te geven op dit artikel waaruit blijkt dat door hun grote poriegrootte
en slechte pasvorm de meeste mondkapjes geen aerosolen kunnen tegenhouden?43
44
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie te geven op het onderzoek van de
Universiteit van Minnesota waarin onderzoekers ontdekten dat de infectieuze dosis
SARS-CoV-2 slechts 300 virionen (virusdeeltjes) is, terwijl een enkele minuut normaal
spreken meer dan 750.000 virionen (bron) kan genereren, waardoor het onwaarschijnlijk
is dat gezichtsmaskers een infectie kunnen voorkomen?45
Antwoord 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20
Het RIVM kan niet alle los genoemde en geciteerde studies nader beoordelen. Bovendien
adviseert het OMT het kabinet over het gebruik van mondkapjes in de openbare ruimte.
In haar advisering neemt het OMT de meest recente inzichten mee.
Vraag 21
Kunt u de bovenstaande vragen afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 21
Vragen 8 tot en met 20 hebben dezelfde strekking. Daarom heb ik deze vragen gezamenlijk
beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.