Schriftelijke vragen : Het Rapport “de evacuatie uit Afghanistan” d.d. 12 december 2021 door Crisisplan
Vragen van het lid Koekkoek (Volt) aan de Ministers van Defensie en van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het Rapport «de evacuatie uit Afghanistan» d.d. 12 december 2021 door Crisisplan (ingezonden 17 december 2021).
Vraag 1
In overweging nemende dat u in uw Kamerbrief toezegt de Kamer te informeren over hoe
de aanbevelingen uit het rapport geïmplementeerd zullen worden, wat wordt er in de
tussentijd gedaan met de aanbevelingen?
Vraag 2
Bent u voornemens de Kamer over deze tussenstappen te informeren? Hoe en op welke
termijn?
Vraag 3
Welke formele status had het Bewindsliedenoverleg (hierna: BWO) en hoe verhoudt zich
dit tot de ministerraad?
Vraag 4
Kunt u een overzicht geven van de besluiten die genomen zijn in het BWO en welke gevolgen
die besluiten hebben gehad?
Vraag 5
Klopt het dat er op momenten onduidelijkheid was over het beslismandaat, bijvoorbeeld
in het geval van het terugbrengen van de lijst van zestig evacuees naar drie? Hoe
kan deze onduidelijkheid verklaard en in de toekomst voorkomen worden?
Vraag 6
Hoe verklaart u de discrepantie tussen de ontkenning van de Minister-President en
de ambtelijke leiding van Buitenlandse Zaken over het besluit van het terugbrengen
van zestig evacuees naar drie en de indruk van het ambassadeteam dat zij een dergelijke
instructie wel hebben ontvangen?
Vraag 7
Klopt het dat de juridische en beleidsmatige nauwkeurigheid de snelheid van het proces
beteugelden?
Vraag 8
Klopt het dat de gevoelde urgentie rond het tolkendossier navenant laag was? Wanneer
werd de urgentie wel gevoeld?
Vraag 9
Welke evacuatieopties zijn besproken in het overleg op 11 maart 2021? In hoeverre
heeft staand asiel- en migratiebeleid invloed gehad op de mogelijke opties en het
uitsluiten van opties?
Vraag 10
Hoe verklaart u dat het voor het ambassadepersoneel niet duidelijk was hoe de informatie-
en werkstructuren in Den Haag verliepen? Kunt u een overzicht geven van de informatie-
en werkstructuren op het terrein van evacuatie uit oorlogsgebied en deze specifieke
evacuatie uit Afghanistan in Den Haag over de periode van 11 maart tot en met 15 augustus
2021?
Vraag 11
In hoeverre heeft het niet langer deelnemen van de IND aan het Afghanistan-beraad
de informatietoevoer naar de uitvoeringsorganisaties (IND en COA) negatief beïnvloed
en wat waren daarvoor de gevolgen voor de (mogelijke) evacuees?
Vraag 12
In hoeverre heeft het feit dat slechts twee IND-medewerkers verantwoordelijk waren
voor het beoordelen of de aanmeldingen van zowel de tolken als de lokale staf (en
de aangemelde familieleden) aan de wettelijke eisen voldeden en het feit dat het proces
(daardoor) langzaam verliep negatieve gevolgen gehad voor het aantal mensen dat geëvacueerd
kon worden?
Vraag 13
Zijn door onduidelijkheid over de definitie van «hoogprofiel werkzaamheden», die op
30 juli 2021 nog gedefinieerd moest worden en de onduidelijkheid over het wel of niet
hoeven mee te nemen van tolken in de evacuatieplanning en de aanname van Buitenlandse
Zaken dat dit niet het geval was, minder mensen dan mogelijk geëvacueerd?
Vraag 14
Wat zijn de gevolgen geweest van «de vlucht naar voren» nemen in het beantwoorden
van Kamervragen? Op welke manier heeft dat de beantwoording van Kamervragen beïnvloed
en heeft dit (achteraf gezien) geleid tot het onjuist informeren van de Kamer? Zo
ja, op welke momenten?
Vraag 15
Welke actie(s) zijn genomen naar aanleiding van het bericht van de ambassade op 8 augustus
2021, waarin verzocht werd aan de IND om het proces te versnellen, en is hierdoor
het proces versneld? Als het verzoek van de ambassade niet tot actie(s) heeft geleid,
waarom niet?
Vraag 16
Klopt het dat op 11 maart 2021 overleg is geweest tussen de vertegenwoordigers van
Buitenlandse Zaken, Defensie en IND over de verschillende evacuatieopties en dat hierbij
bewust is gekozen voor een «inspanningsverplichting» in plaats van een «resultaatverplichting»
ten aanzien van het evacueren van de lokale staf omdat een resultaatverplichting politiek
en maatschappelijk «veel stof» zou doen opwaaien en omdat gevreesd werd voor precedentwerking?
Vraag 17
Als dit klopt, waarom is dan in eerdere vragen over de invloed van bestaand asiel-
en migratiebeleid gesteld in debatten en als antwoord op schriftelijke vragen van
de Kamer consequent geantwoord dat dit geen invloed had?
Vraag 18
Wat is het gevolg geweest van het tijdens dit overleg op 11 maart 2021 ontstane idee
om verschillende categorieën te formuleren en voor elke categorie het risico in kaart
te brengen? Heeft dit ertoe geleid dat de ambassade het verzoek om het aantal van
60 mogelijk te evacueren mensen terug te brengen naar drie als dwingend heeft ervaren?
Vraag 19
Waarom is ervoor gekozen om ten aanzien van het evacueren van inwonende gezinsleden
van lokale staf zoveel mogelijk de internationale lijn, met name die van Duitsland
en het Verenigd Koninkrijk, te volgen?
Vraag 20
Wat is het gevolg geweest van de beslissing om de internationale lijn ten aanzien
van het evacueren van inwonende gezinsleden vast te houden? Zijn hierdoor minder mensen
dan mogelijk geëvacueerd?
Vraag 21
Gezien het feit dat de ambassade vroeg om een ruimere interpretatie van het begrip
kerngezin, klopt het dat de door de IND gehanteerde definitie te eng was? Wat was
de invloed van de door de IND gehanteerde definitie op het aantal geëvacueerde mensen?
Hadden er bij een ruimere definitie van het begrip kerngezin meer mensen geëvacueerd
kunnen worden?
Vraag 22
Welke bewindspersoon nam het voortouw in de beslissing over de «lijst van 60»? Is
het correct om aan te nemen dat het hier gaat om de Staatssecretaris van Justitie
en Veiligheid, gezien het feit dat de Staatssecretaris politiek verantwoordelijk is
voor de IND? Welke bewindspersoon was doorslaggevend in de beslissing om de keuze
over het uitbreiden van de definitie over te laten aan de IND?
Vraag 23
Waarom is hierin niet het voorbeeld van Noorwegen gevolgd, zeker toen bleek vanuit
de ambassade dat het hanteren van de nauwe definitie van kerngezin mogelijk tot negatieve
gevolgen kon leiden?
Vraag 24
Zijn er negatieve gevolgen geweest voor de personen die uiteindelijk niet tot deze
definitie behoorden, in zoverre dit opgevolgd kan worden? Is hier al opvolging over
geweest? Heeft u zicht op het welzijn van de achtergebleven familieleden?
Vraag 25
Waarom wordt op 14 augustus 2021 de definitie alsnog verruimd? Welke bewindspersoon
heeft daarin een voortrekkersrol genomen? Had, achteraf gezien, deze stap niet eerder
kunnen worden gezet?
Vraag 26
Waarom werd op 15 augustus 2021 alsnog besloten tot het evacueren «papieren of niet»
en het meenemen van de volledige «B-lijst»? Is dit besluit genomen onder de politiek
maatschappelijke druk die op dat moment in Nederland toenam?
Vraag 27
Kunt u toezeggen de beantwoording op deze vragen een week voor het volgende Afghanistan
debat aan de Kamer te doen toekomen?
Indieners
-
Gericht aan
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Gericht aan
H.G.J. Kamp, minister van Defensie -
Gericht aan
H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
Marieke Koekkoek, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.