Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Inge van Dijk over het bericht 'Soms lang reizen om geld te pinnen'
Vragen van het lid Inge van Dijk (CDA) aan Minister van Financiën over het bericht «Soms lang reizen om geld te pinnen» (ingezonden 19 november 2021).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 14 december 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met bovengenoemd artikel?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u het met eens met de stelling dat contant geld een wettelijk betaalmiddel is
dat altijd actueel is en zal blijven en waartoe voor iedereen ook voldoende toegang
moet bestaan?
Antwoord 2
Contant geld is een wettelijk betaalmiddel, dat voldoende toegankelijk moet zijn.
Naast het feit dat contant geld een wettelijk betaalmiddel is, dient contant geld
onder andere als terugvaloptie bij pinstoringen, functioneert het als oppotmiddel
en biedt het (bepaalde) consumenten de kans om zelfstandig hun financiën te regelen.
Het gebruik van contant geld is de afgelopen jaren afgenomen. Desalniettemin is er
nog steeds een groep mensen die de voorkeur geeft aan contante betalingen en hier
soms ook afhankelijk van is, denk bijvoorbeeld aan mensen met een beperking of mensen
die vanwege financiële problemen hun budget actief moeten beheren. Toegang tot het
betalingsverkeer is bepalend voor deelname aan de samenleving. Daarom vind ik het
belangrijk dat er voor iedereen voldoende toegang is tot zowel het chartale als girale
betalingsverkeer. Dit betekent onder meer dat er voldoende voorzieningen moeten zijn
om contant geld op te nemen en af te storten. De toegankelijkheid van het betalingsverkeer
is een van de onderwerpen die regelmatig worden besproken binnen het Maatschappelijk
Overleg Betalingsverkeer (MOB). Het MOB is een overleg waar zowel aanbieders als afnemers
van het betalingsverkeer vertegenwoordigd zijn. Het MOB heeft begin dit jaar een actieplan
Toegankelijkheid Betalingsverkeer opgesteld.2
Ik heb uw Kamer in juli geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek naar de
toekomst van de chartale infrastructuur in Nederland.3 Dit onderzoek beschrijft welke stadia contant geld de komende jaren waarschijnlijk
zal doorlopen en wat de benodigde chartale infrastructuur en acceptatie is in deze
verschillende fases. Hieruit komt naar voren dat het gebruik van contant geld verder
zal afnemen en ook de chartale dienstverlening zal krimpen. Om ervoor te zorgen dat
contant geld ook bij een afnemend gebruik goed blijft functioneren, voert De Nederlandsche
Bank momenteel gesprekken met partijen uit het betalingsverkeer over een convenant
contant geld. Ik informeer uw Kamer wanneer de gesprekken over het convenant contant
geld zijn afgerond. Naar verwachting is dit begin 2022.
Vraag 3 en 4
Onderschrijft u ook het belang dat iedereen binnen een straal van vijf kilometer moet
kunnen pinnen, zoals Geldmaat met de banken heeft afgesproken?
Is het u bekend dat dit na het verdwijnen van honderden pinautomaten de afgelopen
jaren niet meer voor iedereen het geval is?
Antwoord 3 en 4
Ik hecht belang aan een goede toegang tot geldautomaten. Het MOB, waarin de banken
ook vertegenwoordigd zijn, heeft een aantal jaar geleden afgesproken dat inwoners
in Nederland binnen een straal van vijf kilometer toegang moeten hebben tot een geldautomaat;
de zogenoemde vijfkilometernorm. Ik onderschrijf deze norm en het belang dat iedereen
in Nederland binnen een straal van vijf kilometer toegang moet hebben tot een geldautomaat.
De bereikbaarheid en toegankelijkheid van het betalingsverkeer wordt ook gemonitord
door het MOB via de Bereikbaarheidsmonitor. De meest recente monitor heb ik in juni
aan uw Kamer aangeboden.4 Uit de Bereikbaarheidsmonitor 2021 blijkt dat, hoewel het aantal geldautomaten in
absolute zin is gedaald, de bereikbaarheid van geldautomaten nog steeds goed is. Gemeten
op basis van postcodes had ultimo 2020 99,54% van de huishoudens binnen een straal
van vijf kilometer toegang tot een geldautomaat. Van Geldmaat begrijp ik dat dit percentage
inmiddels is gestegen naar 99,62% in november 2021. Hierbij geldt dat in de monitor
enkel de Geldmaat-automaten worden meegenomen en niet de geldautomaten van niet-bancaire
aanbieders of alternatieven zoals het opnemen van contant geld in winkels via cash-backs.
Het werkelijke aantal geldautomaten ligt dus hoger. Wel komt uit hetzelfde rapport
naar voren dat door de daling van het aantal geldautomaten, de afstand tot een bankkantoor
of geldautomaat verder kan worden ingeschat door de respondenten van de consumentenenquête
dan op basis van de dekkingsgraad zou kunnen worden verwacht.
Vraag 5
Vindt u het terecht dat Geldmaat zegt alleen automaten te plaatsen als er veel transacties
te verwachten zijn, zelfs als dat betekent dat in minder drukke gebieden mensen veel
verder moeten reizen om wat geld te pinnen terwijl zij daarvan voor sommige transacties
afhankelijk zijn?
Antwoord 5
Ik vind het belangrijk dat er een goede toegang is tot contant geld en dat Geldmaat
bij het plaatsen van haar geldautomaten de vijfkilometernorm aanhoudt en een evenwichtige
spreiding nastreeft. Van Geldmaat begrijp ik dat zij bij het plaatsen van nieuwe geldautomaten
altijd kijkt naar de vijfkilometernorm en naar de vraag. Wanneer er bijvoorbeeld binnen
een straal van vijfkilometer meer transacties uitgevoerd worden dan één automaat aankan,
dan wordt er een automaat bijgeplaatst zodat aan de vraag voldaan kan worden. Ik vind
het begrijpelijk dat een geldautomaat wordt geplaatst op een plek waar de meeste mensen
er profijt van hebben en waar veel te verwachte transacties zijn, als maar wordt voldaan
aan de vijfkilometernorm. Niettemin kan ik me voorstellen dat het vervelend is om
langer te moeten reizen om geld te pinnen als een geldautomaat verdwijnt, ook al wordt
de vijfkilometernorm nog steeds nageleefd.
Vraag 6
Kunt u de Kamer informeren over de strategie van Geldmaat en hoe de kaart met dekkingsgraad
van pinautomaten eruit ziet die Geldmaat zegt na te streven?
Antwoord 6
De strategie van Geldmaat rust op een viertal pijlers, namelijk dat contant geld in
Nederland bereikbaar, beschikbaar, betaalbaar en veilig is. Met name ten aanzien van
de bereikbaarheid en beschikbaarheid zijn er afspraken met de banken gemaakt die afgeleid
zijn van de afspraken die in het MOB zijn gemaakt, zoals de vijfkilometernorm.
Op 1 november 2021 waren er 3813 geldautomaten en was de dekkingsgraad 99,62%. Onderstaande
overzichtskaart laat zien hoe de geldautomaten verdeeld zijn over Nederland.5 Bij een ATM-automaat kan geld worden opgenomen, bij een CRS-automaat kan naast geld
opnemen ook geld worden gestort. Geldmaat is op dit moment nog bezig met het plaatsen
van de laatste automaten, in totaal worden er 3850 automaten geplaatst. Omdat nog
niet volledig bekend is waar deze automaten komen beschik ik nu nog niet over een
kaart die de dekkingsgraad en spreiding van het eindstadium laat zien.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.