Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Haga over uitblijven resultaten onderzoek mondkapjesdeal
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over uitblijven resultaten onderzoek mondkapjesdeal (ingezonden 13 oktober 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
3 november 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Stichting Sywert van Lienden schrapt beloftes over
financiële verantwoording», «Onderzoek naar deal VWS met Van Lienden gaat langer duren»
en «Topambtenaar VWS gaf telefonisch akkoord voor 100 miljoen aan Van Lienden»?1 2 3
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u van het feit dat de stichting van Sywert van Lienden beloftes over financiële
verantwoording heeft geschrapt? Kunt u een een toelichting geven?
Antwoord 2
De stichting Hulptroepen Alliantie (HA) is verantwoordelijk voor de informatie die
zij plaatst op haar website.
Vraag 3
Deelt u de mening dat Ministers inzake integriteit de schijn niet tegen moeten hebben?
Zo ja, bent u zich bewust van het feit dat de ambtelijke staf van de Minister van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport een telefonische hotline met partijgenoot Sywert
van Lienden had?
Antwoord 3
Zoals eerder aangegeven in de beantwoording van Kamervragen op 1 juni jl. door de
toenmalig Minister voor Medische Zorg en Sport (hierna: MZS) is er op 10 april 2020
contact geweest tussen de politiek adviseur van de Minister van VWS en de heer Van
Lienden. In deze beantwoording is aangegeven dat dit contact plaatsvond vanwege het
bericht van de heer Van Lienden dat hij mondkapjes had geleverd aan een zorgorganisatie
die eerder aan de overheid waren aangeboden, maar dat die daarop niet zou zijn ingegaan.
In dezelfde beantwoording van Kamervragen is ook genoemd dat de vraag hoe en bij wie
een aanbod voor persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) kon worden aangedragen dagelijks
werk was voor vele medewerkers van het Ministerie van VWS. Zo ook voor de politiek
adviseur van de Minister van VWS (als medewerker van het ministerie). Al deze aanbiedingen
zijn onder verantwoordelijkheid van de toenmalig Minister voor MZS zorgvuldig bekeken
en waar relevant in behandeling genomen.
Vraag 4
Waarom laat het onderzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
naar de mondkapjesdeal zo lang op zich wachten?
Antwoord 4
In mijn brieven op 15 september jl.4 en 25 oktober jl.5 heb ik toegelicht waarom het onderzoek meer tijd kost dan verwacht. Het gaat hier
om elementen zoals het eigenaarschap van de data van het LCH en de overdracht van
de data van het ministerie naar het onderzoekbureau die zorgvuldig dient te geschieden
en te voldoen aan de vigerende wet- en regelgeving (waaronder de privacywetgeving).
Partijen die gevraagd worden data over te dragen, dienen deze te toetsen aan de privacywetgeving
op onder meer de proportionaliteit en de subsidiariteit voordat de data kunnen worden
gedeeld. Het gaat dus om een complex datalandschap met een omvangrijke hoeveelheid
data. Ter illustratie gaf ik in mijn brief van 25 oktober jl. aan dat bijvoorbeeld
de data die het onderzoeksbureau van het Ministerie van VWS gaat betrekken een aanzienlijk
aantal mailboxen en ook netwerkschijven, datasystemen en chatberichten betreft. Bij
het filteren van deze data gaat het om miljoenen documenten om tot een voor het onderzoek
relevante dataset te komen. Tot slot heb ik in laatstgenoemde brief gemeld dat het
Ministerie van VWS als verwerkersverantwoordelijke de data van het LCH kan delen met
het onderzoeksbureau. Hiermee wordt een deel van de eerdergenoemde complexiteit aangaande
de data van het LCH opgelost.
Vraag 5
Gaat u er wel voor zorgen dat het onderzoek, zoals vooraf is aangekondigd, blijft
bestaan uit twee onderdelen: één deel over de aankoop van mondkapjes en het tweede
deel over de aankoop van alle beschermingsmiddelen?
Antwoord 5
In mijn Kamerbrief van 15 september jl. gaf ik aan dat de prioriteiten van het onderzoek
onveranderd zijn. Zoals de toenmalig Minister voor MZS in haar brief van 18 juni jl.6 heeft aangekondigd, bestaat het aanvullende onderzoek uit drie onderdelen. Allereerst
wordt de overeenkomst met HA en/of Relief Goods Alliance B.V. (RGA) onderzocht. Vervolgens
de andere twee overeenkomsten met een totaalwaarde van meer dan 100 miljoen euro en
tot slot wordt gekeken naar mogelijke onregelmatigheden bij de overige overeenkomsten.
Vraag 6
Gaat u er tevens voor zorgen dat beide onderzoeksresultaten separaat worden gepresenteerd,
zodat zaken niet onder het tapijt worden geschoven en de Kamer antwoord krijgt op
zowel de vraag waarom het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in zee
ging met het bedrijfje van Van Lienden en zijn compagnons, terwijl er ook andere aanbieders
waren, als op de vraag wat hierbij de rol van de top van het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport in het algemeen – en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport in het bijzonder was? Kunt u een toelichting geven?
Antwoord 6
Zoals ik ook op 14 oktober jl.7 in mijn beantwoording van Kamervragen aangaf, hecht ik er waarde aan te benadrukken
dat het van belang is dat er door het uitvoeren van dit onderzoek volledige openheid
komt over de gang van zaken. Daarom richt het onderzoek zich niet alleen op het onderzoeken
van de overeenkomst met HA en/of RGA, maar op alle overeenkomsten. De tweede fase
van het onderzoek zal zich hierbij -zoals in de brief van 18 juni jl. toegelicht-
richten op de overeenkomsten met een totaalwaarde van meer dan 100 miljoen euro en
ook op de bredere kwestie van de inkoop van PBM tijdens de coronacrisis en ieders
rol en verantwoordelijkheid daarin. Om ervoor te zorgen dat het beeld van de gang
van zaken over de inkopen van PBM zo compleet mogelijk wordt, heeft de toenmalig Minister
in dezelfde brief genoemd dat het onderzoeksbureau de ruimte krijgt om de reikwijdte
van het onderzoek uit te breiden om waar mogelijk alle signalen te kunnen onderzoeken.
Hiermee kan ook gedurende het onderzoek nieuwe informatie in het onderzoek worden
betrokken.
De onderzoeksresultaten van de verschillende fases worden separaat opgeleverd. Tot
slot verwijs ik hierbij ook naar de Kamerbrief van 25 oktober jl. waarin ik aangeef
dat het streven is om de resultaten van dit eerste deelonderzoek in het eerste kwartaal
2022 gereed te hebben en met uw Kamer te delen.
Vraag 7
Bent u bekend met de uitzending van Eva Jinek, waar advocaat Plasman en cabaretier
Van ‘t Hek aangeven dat ze de jacht hebben geopend op de mondkapjesmiljoenen van Sywert
van Lienden & co en daarbij gerechtelijke stappen niet schuwen?8
Antwoord 7
Ja.
Vraag 8
Deelt u de mening dat de door Van Lienden & co opgestreken winst van 28 miljoen euro
(betaald met belastinggeld) moet terugvloeien in de staatskas? Zo ja, wat kunt / wilt
u doen om advocaat Plasman en cabaretier Van ‘t Hek bij te staan in hun jacht op het
terughalen van de mondkapjesmiljoenen? Kunt u een toelichting geven?
Antwoord 8
De Nederlandse Staat is niet van plan om zich bij de door de heer Plasman voorgenomen
aangifte aan te sluiten. Om de onderste steen boven te krijgen, voert het onderzoeksbureau
namelijk een onafhankelijk onderzoek uit naar de overeenkomst met RGA. Ik wacht de
uitkomsten van dit onderzoek vooralsnog af.
Vraag 9
Deelt u de mening dat de eindverantwoordelijke op het ministerie, die deze zwendel
mogelijk heeft gemaakt, ook gestraft moet worden? Zo ja, hoe gaat u dat bewerkstelligen?
Antwoord 9
Ik verwijs nogmaals naar mijn antwoord op vraag 6 waarin ik benoem dat het van belang
is dat er door het uitvoeren van dit onderzoek volledige openheid komt over de gang
van zaken. Naast de overeenkomst met HA / RGA richt het onderzoek zich op de bredere
kwestie van de inkoop van PBM tijdens de coronacrisis en ieders rol en verantwoordelijkheid
daarin.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.