Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Koerhuis over het bericht 'Radar Checkt! Woonstichting De Key gooit studenten op straat'
Vragen van het lid Koerhuis (VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Radar Checkt! Woonstichting De Key gooit studenten op straat» (ingezonden 8 september 2021).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
3 november 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 185.
Vraag 1
Kent u de uitzending van «Radar Checkt! Woonstichting De Key gooit studenten op straat»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Herkent u de signalen dat Woonstichting De Key aan de studenten uit het complex aan
de Bergwijkdreef in Diemen niet de wettelijke verhuiskostenvergoeding heeft gegeven?
Antwoord 2
Om in aanmerking te komen voor de minimumverhuiskostenvergoeding voor zelfstandige
woningen moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden:
– Er moet sprake zijn van renovatiewerkzaamheden of sloop. Renovatie is het aanbrengen
van voorheen niet aanwezige voorzieningen, waardoor het wooncomfort geacht wordt te
zijn gestegen.
– De verhuizing moet noodzakelijk zijn. Dus als de renovatiewerkzaamheden niet uitgevoerd
kunnen worden als de huurder niet (tijdelijk) de woning verlaat. Eén of enkele werkdagen
geen gebruik kunnen maken van toilet, keuken of douche, geeft nog geen noodzaak tot
verhuizing. Vaak stelt de verhuurder dan extern sanitair voor die periode beschikbaar.
Bij sloop is een verhuizing per definitie noodzakelijk.
– De huurder moet daadwerkelijk verhuizen. Dat wil zeggen: zijn inboedel (tijdelijk)
naar een andere woning verplaatsen. Een kort verblijf in een volledig ingerichte logeerwoning
ziet de rechter niet als een verhuizing.
Indien aan alle drie hierboven genoemde vereisten is voldaan bij renovatie- of sloop
van zelfstandige woningen, dan heeft de huurder van een zelfstandige woning in principe
recht op de minimumbijdrage van € 6.334 (prijspeil 2021). Dat is een forfaitair bedrag
waarvan de rechter niet kan afwijken, tenzij die minimumbijdrage naar maatstaven van
redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Daarvan kan volgens rechtspraak
sprake zijn als de huurder een gemeubileerde woning huurt of als de huurder slechts
aanmerkelijk lagere kosten heeft hoeven maken dan dat forfaitaire bedrag.
Huurders van onzelfstandige woningen (kamers) kunnen in principe geen aanspraak maken
op de minimum verhuiskostenvergoeding van € 6.334,- (prijspeil 2021). Die minimumvergoeding
geldt niet voor huurders van kamers, omdat de wetgever onderkent dat zij gemiddeld
veel lagere verhuiskosten hebben. De minimumverhuiskostenvergoeding van € 6.334,-
is bedoeld om de gemiddelde huurder (een gezin) van een zelfstandige woonruimte tegemoet
te komen als hij (tijdelijk) moet verhuizen door een renovatie of door huurbeëindiging
wegens sloop.
Ik heb contact gehad met Woonstichting De Key en zij heeft mij desgevraagd nader geïnformeerd
over de woningen op de Bergwijkdreef. De Key geeft aan dat de containerwoningen op
de Bergwijkdreef studentenwoningen zijn op een tijdelijke locatie in Diemen. Ze zijn
daar naar zeggen van De Key in 2008, in eerste instantie voor 10 jaar, geplaatst in
afwachting van permanente nieuwbouw. De Key stelt dat de oorspronkelijke datum voor
het einde van hun tijdelijke huurcontract in het najaar van 2022 was bepaald. De Key
heeft naar eigen zeggen de studenten gevraagd om iets eerder dan gepland uit hun tijdelijke
studentenwoning te verhuizen en daarom de studenten voorrang geboden bij het vinden
van een vervangende studentenwoning en een financiële tegemoetkoming van € 2.000.
De Key geeft aan dat zij bij het vaststellen van de hoogte van deze tegemoetkoming
rekening heeft gehouden met de reële verhuiskosten bij verhuizing uit/naar een studentenwoning
en compensatie voor het ongemak van de vervroegde verhuizing. De studentenwoningen
in Diemen zijn volgens De Key een vorm van flexwonen en studenten houden daarom volgens
De Key vanaf het begin af aan rekening met het vertrek, zowel door hun campuscontract
als wel door de tijdelijke locatie. De containerwoningen zijn zelfstandige woningen
(woningen met de wezenlijke voorzieningen van keuken, toilet en badruimte achter de
eigen voordeur), maar laten zich volgens De Key wat betreft aard en inrichting veel
beter vergelijken met onzelfstandige woningen (kamers).
De Key voert aan dat de rechtspraak inmiddels meerdere malen heeft beslist dat huurders
van zelfstandige woningen in vergelijkbare situaties als op de Bergwijkdreef in Diemen
géén aanspraak kunnen maken op een tegemoetkoming in de verhuiskosten, of een tegemoetkoming
kunnen krijgen die aanmerkelijk lager is dan de minimumvergoeding maar wel tegemoetkomt
aan de gemaakte verhuiskosten van de huurder.
Vraag 3
Herkent u de signalen dat Woonstichting De Key aan de studenten uit het complex aan
de Wenkebachweg in Amsterdam, aan de Heemstedestraat in Amsterdam en in de Columbusbuurt
in Amsterdam niet of te laat de wettelijke verhuiskostenvergoeding heeft gegeven?
Antwoord 3
Het oordeel of huurders ten onrechte niet de wettelijke verhuiskostenvergoeding hebben
ontvangen is aan de rechter. Wel kan ik u informeren over wat De Key mij desgevraagd
over deze wooncomplexen heeft toegelicht.
De Key geeft aan dat de containerwoningen aan de Wenckebachweg eind 2019 zijn verwijderd.
De woonunits stonden daar volgens De Key ruim 14 jaar en zouden eigenlijk al na 10
jaar worden verwijderd (in 2015) in verband met nieuwbouw. De Key stelt dat in het
voorjaar van 2019 aan de huurders van dit complex gemeld is dat de tijdelijke containers
aan de Wenckebachweg dat jaar nu echt verplaatst moesten worden na een melding van
de gemeente Amsterdam dat de grondhuur voor dit tijdelijke complex per 31 oktober
2019 zou stoppen. De Key had de grond naar eigen zeggen niet in bezit en mocht de
grond slechts tijdelijk huren van de gemeente.
Voor de tijdelijke containerwoningen aan de Wenckebachweg waren er volgens De Key
campuscontracten en contracten op grond van de Leegstandswet gesloten. Wanneer de
student nog voldeed aan de voorwaarden van het campuscontract (een geldig bewijs van
inschrijving van een erkende onderwijsinstelling), dan bood De Key een vervangende
woonruimte aan. Huurders die huren op grond van de Leegstandswet hebben geen recht
op een verhuiskostenvergoeding. Bij opzegging van een campuscontract wegens sloop
(of in dit geval verwijdering van de woning) kan de rechter eventueel een verhuiskostenvergoeding
toewijzen. De Key is echter van mening dat die vergoeding hier niet op zijn plaats
zou zijn. Huurders wisten naar zeggen van De Key immers dat ze gingen wonen in een
tijdelijk project (dat stond volgens De Key ook in hun huurcontracten vermeld) dat
op termijn verplaatst zou worden. Bovendien stelt De Key dat niet aan de wettelijke
vereisten voor een verhuiskostenvergoeding is voldaan omdat de tijdelijke woningen
niet gesloopt werden; wel zijn de woningen van de locatie verwijderd.
Aan de Heemstedestraat heeft De Key naar eigen zeggen een onderhoudsproject gedaan
in bewoonde staat. Bewoners hoefden hiervoor volgens De Key niet (tijdelijk) te verhuizen
en er was dus geen sprake van een verhuiskostenvergoeding. In de Columbusbuurt heeft
De Key naar eigen zeggen eveneens een onderhoudsproject gedaan in bewoonde staat.
Ook hier hoefden de bewoners hiervoor volgens De Key niet (tijdelijk) te verhuizen
en er was dus geen sprake van een verhuiskostenvergoeding.
Vraag 4
Deelt u de mening dat een corporatie zich aan de wettelijke verhuiskostenvergoeding
van 6.334 euro moet houden?2
Antwoord 4
Ja, voor huurders van zelfstandige woningen, woonwagens of standplaatsen, indien renovatiewerkzaamheden
of sloop een (tijdelijke) verhuizing noodzakelijk maken. In sommige gevallen kan die
minimumbijdrage in de verhuis- en herinrichtingskosten naar de maatstaven van redelijkheid
en billijkheid onaanvaardbaar zijn; dat oordeel is aan de rechter.
Vraag 5
Bent u bereid om met Woonstichting De Key in gesprek te gaan om ervoor te zorgen dat
de corporatie aan de betreffende studenten wel de wettelijke verhuisvergoeding gaat
geven en zich in de toekomst aan de wettelijke verhuiskostenvergoeding gaat houden?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid om hier de Kamer over te informeren?
Antwoord 5
Ik heb contact gehad met Woonstichting De Key en bij dezen informeer ik ook uw Kamer
hierover. Zie ook de beantwoording van de vragen 2 en 3. Het is echter niet aan mij
maar aan de rechter om te beoordelen of er in individuele gevallen sprake is van voldoende
verhuiskostenvergoeding.
Vraag 6, 7
Heeft u signalen gekregen dat andere corporaties zich ook niet aan de wettelijke verhuiskostenvergoeding
houden? Zo ja, wilt u hiervan een overzicht geven?
Bent u bereid om met Aedes in gesprek te gaan om ervoor te zorgen dat andere corporaties
zich in de toekomst ook aan de wettelijke verhuiskostenvergoeding gaan houden? Zo
nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid om hier de Kamer over te informeren?
Antwoord 6, 7
Ik heb op dit moment geen signalen gekregen over andere corporaties dat zij zich niet
aan de wettelijke minimumverhuiskostenvergoeding houden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.