Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op de vragen van het lid van Nispen over ‘de ernstige financiële tekorten bij de politie’
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de ernstige financiële tekorten bij de politie (ingezonden 2 september 2021).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 26 oktober 2021).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 48.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat de politie dit jaar afstevent op een begrotingstekort
van 157 miljoen euro?1
Antwoord 1
Samen met de politie kijk ik naar maatregelen ter verbetering van de financiële processen.
Zoals gemeld in de verzamelbrief van 29 juni jongstleden voorzag de politie op basis
van prognoses in het voorjaar voor dit jaar een overschrijding van het budget met
157 mln. euro.2 Naar aanleiding hiervan heeft de politie een taskforce opgericht met als doel in
kaart te brengen waar reductie van kosten mogelijk is. In juli 2021 is op basis van
de halfjaarcijfers de prognose neerwaarts bijgesteld naar een verwachtte overschrijding
van 105 mln. Op basis van de 8-maandsarapportage is de verwachte overschrijding inmiddels
verder gedaald naar 80 mln. In juli heeft de taskforce haar rapport opgeleverd. Naar
aanleiding van dit rapport heeft de politie diverse maatregelen getroffen. Voor nu
is het aan de politie de overschrijding zorgvuldig terug te dringen en binnen de budgettaire
kaders te blijven met zo min mogelijk negatief effect op de taakuitvoering. Daarnaast
doet het rapport aanbevelingen om de budgetdiscipline bij de politie te verbeteren.
De politie en ik hebben bovendien gezamenlijk opdracht gegeven tot een onafhankelijk
vervolgonderzoek naar een zo objectief mogelijk en door alle betrokkenen gedeeld beeld
van hoe de politie er nu financieel voor staat,
Vraag 2
Sinds wanneer bent u bekend met deze nieuwe tekorten en het interne rapport waaruit
dit blijkt?
Antwoord 2
De toereikendheid van de financiële middelen voor politie zijn een doorlopend gespreksonderwerp
tussen het politiekorps en het departement. Het huidige beeld waarbij zonder bijsturing
over 2021 een materieel financiële overschrijding ontstaat is aan het departement
gemeld in de 4 maandsrapportage die op 31 mei 2021 ontvangen is. Hier opvolgend heb
ik in mijn verzamelbrief van 29 juni jl. ook uw Kamer geïnformeerd over deze overschrijding
en het instellen van de taskforce.
Vraag 3
Klopt het dat er inmiddels een landelijke vacature- en inkoopstop is afgekondigd?
Sinds wanneer precies? Bent u bereid dit onmiddellijk terug te draaien, gelet op de
grote personele tekorten die er nu al zijn en die nog veel groter worden de komende
jaren vanwege de grote uitstroom?
Antwoord 3
Per 1 augustus dit jaar heeft de Politie een landelijke vacaturestop afgekondigd voor
de niet-operationele sterkte (NOS). Bij de NOS is geen sprake van een personeelstekort,
maar van overbezetting. Er is dus geen vacaturestop op de operationele sterkte (OS),
daar is sprake van een onderbezetting die onder andere met nieuwe aanwas vanuit de
politieacademie wordt opgelost.
Vraag 4, 5, 6
Erkent u dat een vacaturestop de veiligheid en de slagkracht van de politie direct
raakt? Zo ja, waarom staat u dat dan toe?
Deelt u de mening dat het ondenkbaar is dat er nú in deze tijd, terwijl voor iedereen
duidelijk is hoe groot de problemen zijn met de georganiseerde criminaliteit en hoe
ernstig de problemen bij de politie zijn, nieuwe bezuinigingen op de politie dreigen?
Zo niet, waarom niet?
Bent u bereid om in ieder geval te voorkomen dat de maatregel wordt ingevoerd dat
politiemensen die instromen in het MIT niet worden vervangen?
Antwoord 4, 5, 6
Zoals in mijn brief van 29 juni ook is aangegeven wordt de essentiële taakuitvoering,
zoals de 24/7-diensten, de cao-afspraken en de ICT-security ontzien. De vacaturestop
ziet alleen op de NOS en niet op de OS. Ik vind het dan ook van belang om te benadrukken
dat het effect van de maatregelen op de taakuitvoering zo klein mogelijk wordt gehouden
en bijvoorbeeld niet ten koste gaat van de inrichting van het Multidisciplinair Interventie
Team (MIT). Zo is het mogelijk om binnen de politie een ontheffing te krijgen van
de vacaturestop als invulling van een NOS-vacature alsnog van belang wordt geacht
voor de organisatie. Dit geldt ook voor de vervanging van politiemensen die instromen
in het MIT.
Vraag 7
Heeft u het feit dat de politie vaak allerlei taken er bij krijgt zonder dat daar
financiële middelen tegenover staan aanhangig gemaakt in het kabinet en extra middelen
voor de politie geeist? Zo niet, waarom niet, en bent u bereid dat alsnog te doen?
Antwoord 7
Bij het maken van nieuwe wet- en of regelgeving wordt altijd gevraagd aan de uitvoeringsorganisaties
wat de financiële impact is van het wetsvoorstel. Indien er sprake is van financiële
gevolgen, dan dient daar conform de begrotingsregels ook dekking voor te zijn. In
2016 is er onderzoek gedaan naar het inzicht in de omvang van het personele en materiële
budget van de nationale politie. Naar aanleiding van dit onderzoek is de politie financieel
volledig gecompenseerd. Hierna is elke nieuwe taak voor de politie ook gefinancierd.
Daarnaast zijn er deze kabinetsperiode forse aanvullende investeringen gedaan in de
politie.
Vraag 8
Hoe is het mogelijk dat juist de staf van de korpsleiding enorm overbezet is en veel
meer fte heeft dan was voorzien en afgesproken?
Antwoord 8
De korpschef geeft aan dat dit komt doordat bij de inrichting van het korps nog niet
in alle taken was voorzien, zoals een afdeling Nationale Veiligheid en een Ombudsfunctionaris.
Daarnaast wordt vanuit de staf korpsleiding (projectmatig) ondersteund bij de implementatie
van nieuwe ontwikkelingen zoals het invoeren van het nieuwe stelsel beroepsziekten
en dienstongevallen in de eenheden. De ontwikkeling van de formatie en de bezetting
van de NOS wordt meegenomen in het eerdergenoemde onafhankelijke vervolgonderzoek.
Vraag 9, 10
Bent u bereid zo snel mogelijk het rapport over de financiële problemen en de besparingsmogelijkheden
naar de Kamer te sturen? Zo niet, waarom niet?
Wanneer zouden definitief besluiten moeten worden genomen over het invullen van de
bezuinigingen, volgens het artikel 40–50 miljoen? Bent u bereid de Kamer nauwgezet
op de hoogte te houden over de plannen en zeker geen onomkeerbare stappen te zetten?
Antwoord 9, 10
De verwachte overschrijding van het budget heeft betrekking op het uitvoeringsjaar
2021. Dat betekent dat maatregelen ook dit jaar genomen moeten worden om de overschrijding
terug te dringen. Zoals ook is aangegeven in de verzamelbrief in juni zal de politie
in het jaarverslag 2021 over de resultaten rapporteren. Het rapport, dat overigens
ook gepubliceerd is op de website van de politie3 4, treft uw Kamer bijgevoegd aan. Ook zal uw Kamer in het eerstvolgende Halfjaarbericht
Politie nader worden geïnformeerd over het onafhankelijke vervolgonderzoek waartoe
de politie en ik gezamenlijk opdracht hebben gegeven. Bij dit onderzoek worden ook
het eindrapport van het «Onderzoek personele en materiële lasten 2021–2025» en het
position paper betrokken.5 Hieruit blijkt overigens dat met het oog op de toekomst de fundamenten van de Nederlandse
politie verder verstevigd kunnen worden.
Vraag 11
Welke maatregelen gaat u nú nemen om er voor te zorgen dat financiële tekorten bij
de politieorganisatie niet raken aan de veiligheid, en u nu reeds uit te spreken dat
bezuinigingen op de politie onbespreekbaar en ondenkbaar zijn?
Antwoord 11
Zoals in de brief van 29 juni ook is aangegeven wordt bij de maatregelen die door
de politie zijn aangekondigd de essentiële taakuitvoering, zoals de 24/7-diensten,
de cao-afspraken en de ICT-security ontzien. In het Halfjaarbericht Politie zal nader
worden ingegaan op bovengenoemd vervolgonderzoek.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.