Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kops over stijgende energielasten door de vele windturbines, zonnepanelen, laadpalen, warmtepompen etc.
Vragen van het lid Kops (PVV) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over stijgende energielasten door de vele windturbines, zonnepanelen, laadpalen, warmtepompen etc. (ingezonden 30 juli 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Yeşilgöz-Zegerius (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen
1 september 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Netbeheerders waarschuwen: «Iedereen gaat last krijgen
van krapte op stroomnet»»1 en «Hogere energiekosten door vele Tesla’s, zonnepanelen en windmolens»?2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe reageert u op de waarschuwing van de netbeheerders dat «de samenleving in toenemende
mate last gaat krijgen van de schaarste op het stroomnet» als gevolg van de energietransitie
(de toename van windturbines, zonnepanelen, laadpalen, warmtepompen etc.)? Deelt u
de conclusie dat dit eenvoudig op te lossen is, namelijk door onmiddellijk met uw
onzinnige, geldverslindende energietransitie te stoppen?
Antwoord 2
Ik ben mij terdege bewust van de transportschaarste die speelt op het elektriciteitsnet.
De schaarste wordt voor een deel veroorzaakt door de toegenomen invoeding van hernieuwbare
elektriciteit, maar ook deels door het toenemende elektrificeren van onze economie.
Ik verwijs u hierbij ook naar brieven over dit onderwerp die mijn ambtsvoorgangers
hebben gestuurd (Kamerstukken 29 023, nrs. 260 & 268 en 30 196, nr. 669).
Vraag 3
Deelt u de mening dat energie een basisbehoefte is en voor iedereen beschikbaar én
betaalbaar dient te zijn? Zo ja, hoe valt dat te rijmen met de uitspraak van Alliander-topman
dat «toegang tot energie altijd een vanzelfsprekendheid is geweest, maar dat dat niet
langer houdbaar is»?
Antwoord 3
Ja, energie is een basisbehoefte en dient voor iedereen bereikbaar en betaalbaar te
zijn. Dat wil echter niet zeggen dat de hiervoor beschikbare transportcapaciteit voor
nieuwe aanvragers ook in ieder geval onmiddellijk gerealiseerd kan worden. Netbeheerders
moeten ondanks de krapte op het net uiteindelijk iedereen van een aansluiting en transportcapaciteit
voorzien. Dit kan gezien de toegenomen vraag naar transportcapaciteit wat langer duren
dan nu het geval is. Ik zie de uitspraak dan ook vooral als een oproep om in contact
te blijven met de netbeheerder en slim en efficiënt gebruik te maken van de bestaande
capaciteit van het elektriciteitsnet.
Vraag 4 en 5
Bent u ervan op de hoogte dat ons huidige elektriciteitsnet een hoge mate van betrouwbaarheid
kent, namelijk een beschikbaarheid van stroom van 99%? Wilt u dit werkelijk met uw
rampzalige, onbetaalbare energietransitie om zeep helpen?
Welk effect heeft de energietransitie de komende jaren – uitgesplitst per jaar – op
bovengenoemd percentage? Welke minimale beschikbaarheid van stroom vindt u acceptabel?
Antwoord 4 en 5
Het Nederlandse elektriciteitsnet kent inderdaad een hoge mate van betrouwbaarheid.
Het borgen van de betrouwbaarheid van het elektriciteitsnet is één van de kerntaken
van de Nederlandse netbeheerders. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) ziet hier
als toezichthouder op toe. Hierbij is geen sprake van een wettelijk minimale gestelde
beschikbaarheid van het elektriciteitsnet. Netbeheerders worden via zogenaamde kwaliteitsregulering
door de ACM gestimuleerd om onderbreking van de elektriciteitsvoorziening zo laag
mogelijk te houden. Het maakt voor de betrouwbaarheid van het net op zich niet uit
wat de methode van elektriciteitsopwekking is.
Vraag 6
Deelt u de conclusie dat het te bizar voor woorden is dat het elektriciteitsnet voor
maar liefst 102 miljard euro3 moet worden uitgebreid om alle windturbines, zonnepanelen, laadpalen, warmtepompen
etc. überhaupt aan te kunnen sluiten en dat de energierekening hierdoor onvermijdelijk
nog verder zal stijgen?
Antwoord 6
Nee, die conclusie deel ik niet. De investeringen van de netbeheerders, zoals berekend
door PricewaterhouseCoopers, is niet alleen voor de energietransitie. Hierbij zijn
ook de investeringen voor beheer en onderhoud van het bestaande en toekomstige net
meegenomen en daarnaast ook voor aansluitingen met betrekking tot economische groei
en voor het aansluiten van nieuwbouwwoningen.
Door de investeringen voor al deze aspecten van de elektriciteitsnetten gaan netbeheerders
naar verwachting geleidelijk meer kosten maken. Het is niet ongebruikelijk dat de
nettarieven voor huishoudens, net als de nettarieven voor bedrijven, kunnen stijgen
als gevolg van de benodigde investeringen in de elektriciteitsnetten. De ACM ziet
er op toe dat netbeheerders niet meer dan de efficiënte kosten in rekening brengen.
Deze investeringen dragen bij aan de gewenste energietransitie en stellen de afnemers
in staat om te verduurzamen.
De ontwikkeling van de nettarieven is van diverse factoren afhankelijk (waaronder
de marktrente) en is dus onzeker. Het kabinet weegt in de koopkrachtbesluitvorming
jaarlijks integraal alle plussen en minnen voor huishoudens, waaronder de energierekening.
Vraag 7 en 8
Deelt u de conclusie dat het ronduit schandalig is dat huishoudens middels een verder
stijgende energierekening moeten opdraaien voor de uitbreiding van het elektriciteitsnet,
zodat de grachtengordel-D66’ers en -GroenLinksers hun Tesla’s kunnen blijven opladen,
terwijl die huishoudens zelf zo’n peperdure elektrische auto niet kunnen betalen?
Hoe reageert u op de stellingname van netbeheerder Stedin «dat de energietransitie
gewoon geld kost en dat we dat met z’n allen gaan betalen»? Deelt u de mening dat
dit wel héél makkelijk kletsen is? Gaat u simpelweg voorkomen dat netbeheerders hun
tarieven verhogen?
Antwoord 7 en 8
Nee, deze conclusie deel ik niet en ik ben vanwege het Europese kader niet bevoegd
om tarieven van netbeheerders vast te stellen. Dit is een taak van de ACM. De ACM
ziet er op toe dat netbeheerders niet meer dan de efficiënte kosten in rekening brengen.
Het is de verwachting dat netbeheerders als gevolg van investeringen in het net geleidelijk
meer kosten maken, dit heeft ook invloed op de tarieven.
De kosten van netbeheerders (inclusief de kosten voor netverzwaring) worden verdeeld
over alle gebruikers. Dit zijn zowel huishoudens als bedrijven.
Hier gelden als uitgangspunten dat de tarieven non-discriminatoir, transparant en
kosten-reflecterend zijn. De tarieven voor huishoudelijke aansluitingen zijn momenteel
gebaseerd zijn op het netgebruik van een gemiddeld huishouden en de netbeheerders
onderzoeken op dit moment welke alternatieven er zijn voor de huidige tariefstructuur.
Zie hierover ook de beantwoording op vragen van het lid Grinwis (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2020–2021, nr. 3339).
Vraag 9
Deelt u de mening dat de onhaalbaarheid en onbetaalbaarheid van de energietransitie
haaks staan op uw herhaaldelijke – valse – belofte dat deze «haalbaar en betaalbaar»
zou zijn?
Antwoord 9
Het uitgangspunt van het kabinet is dat de energietransitie haalbaar en betaalbaar
moet zijn. Uit het rapport van Planbureau voor de Leefomgeving, «Meten met twee maten»
uit december 2018 blijkt dat Nederland in Europees perspectief relatief goed scoort
op betaalbaarheid van de energierekening voor huishoudens en relatief weinig energiearmoede
kent. Ook uit Europese rapportages, zoals het EU Energy Poverty Observatory (EPOV),
volgt dat energiearmoede in Nederland relatief beperkt is. Of een huishouden zijn
energierekening kan betalen, hangt niet alleen af van de uitgaven aan energie, maar
ook van het besteedbare inkomen en de andere noodzakelijke uitgaven van het huishouden.
Het kabinet weegt in de koopkrachtbesluitvorming jaarlijks integraal alle plussen
en minnen voor huishoudens, waaronder de energierekening.
Vraag 10
Wanneer trekt u de onvermijdelijke conclusie dat de energietransitie (1) onzinnig,
(2) onmogelijk en (3) onbetaalbaar is? Wanneer zorgt u ervoor dat de energierekening
substantieel omlaag gaat?
Antwoord 10
Het is van belang dat we als Nederland gezamenlijk met andere landen inzetten op het
beperken van klimaatverandering. Zonder klimaatbeleid zullen de kosten van klimaatverandering
in Nederland naar verwachting sterk toenemen door effecten als wateroverlast, droogte
en hittestress. Daarom werkt het kabinet samen met bedrijven, maatschappelijke organisaties
en decentrale overheden aan de uitvoering van het Klimaatakkoord.
Zoals eerder aangegeven wil het kabinet dat de energietransitie voor iedereen haalbaar
en betaalbaar is en streeft het kabinet ernaar om het klimaatbeleid kosteneffectief
vorm te geven. Volgens het beeld van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
van begin dit jaar stijgen de energiebelastingen voor een huishouden met een gemiddeld
verbruik niet in 2021 ten opzichte van 2020, conform de afspraken in het Klimaatakkoord.
Daarnaast heeft het kabinet ook oog voor de lastenverdeling. Daarom zijn, conform
de afspraken in het Klimaatakkoord, de ODE-tarieven voor grootverbruikers verhoogd
zodat huishoudens een derde in plaats van de helft van de ODE-opbrengst betalen. Door
de wijzigingen zijn de lasten voor huishoudens verlaagd, de grootverbruikerstarieven
verhoogd en is het kleine mkb zoveel mogelijk ontzien. Het kabinet monitort de ontwikkeling
van de energierekening nauwgezet. Het CBS en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)
publiceren vanaf 2020 jaarlijks een update van de energierekening van huishoudens.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.