Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Belhaj, Jasper van Dijk, Piri, Bromet, Ceder en Kuzu over het beschermen van Afghanen die werkzaam waren voor Nederland tijdens de Afghanistanmissies
Vragen van de leden Belhaj (D66), Jasper van Dijk (SP), Piri (PvdA), Bromet (GroenLinks), Ceder (ChristenUnie) en Kuzu (DENK) aan de Ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het beschermen van Afghanen die werkzaam waren voor Nederland tijdens de Afghanistanmissies (ingezonden 13 augustus 2021).
Antwoord van Minister Bijleveld-Schouten (Defensie), Minister Kaag (Buitenlandse Zaken)
en Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 18 augustus
2021).
Vraag 1
Hoe oordeelt u over de uiterst bedreigende situatie waar de Afghaanse tolken en hun
families die voor Nederland hebben gediend zich in bevinden?1
Antwoord 1
Het kabinet deelt de zorg van uw Kamer over de zeer slechte veiligheidssituatie in
Afghanistan. Het kabinet onderneemt daarom alle stappen die binnen het eigen vermogen
liggen om de tolken en hun gezinnen op een zo kort mogelijke termijn naar Nederland
over te brengen.
Vraag 2 en 3
Wat heeft u de afgelopen weken (sinds het laatste debat) aanvullend gedaan om de aanvraag
van een verblijfstatus voor tolken en hun families in Nederland te versnellen? Zijn
er belemmeringen op het gebied van de asielprocedure? Zo ja welke?
Is het mogelijk om in Nederland de asielprocedure te starten en hun procedure in Nederland
verder af te handelen, zodat de Afghaanse tolken de komende weken geen last hebben
van bureaucratische belemmeringen en daarmee hun levens? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2 en 3
In de brieven 2021D21304 d.d. 2 juni 2021 en 2021Z12242 d.d. 8 juli 2021, bent u geïnformeerd over de acties die de Ministeries van Buitenlandse
Zaken, Defensie en Justitie en Veiligheid / IND reeds genomen hebben om het proces
te versnellen. Sinds 8 juli jl. is er zowel bij de IND als bij de ambassade in Kabul
en Defensie extra personele capaciteit toegevoegd ten behoeve van het proces om tolken
met hun gezin over te brengen naar Nederland. Er is door de betrokken medewerkers
alles op alles gezet om de tolken en hun gezin zo snel mogelijk in het bezit te stellen
een visum en de overkomst naar Nederland te organiseren. Voor tolken is besloten de
overige vereisten in de procedure te laten vervallen nadat door Defensie is bevestigd
dat betrokkene inderdaad als tolk voor Nederland heeft gewerkt.
Na instemming om naar Nederland te mogen komen werden de aanvrager en het gezin meteen
uitgenodigd op de ambassade om de reis naar Nederland te regelen. Een aanvrager en
zijn gezin dienden echter wel te beschikken over een paspoort om te kunnen reizen:
de Afghaanse autoriteiten eisten tot afgelopen vrijdag nog dat de tolk en zijn gezin
beschikken over een paspoort om Afghanistan te mogen verlaten. Ook luchtvaartmaatschappijen
lieten geen personen reizen zonder paspoort. Het kabinet zet zich maximaal in om te
doen wat mogelijk is indien een aanvrager niet over een paspoort beschikt. Om veiligheidsredenen
kunnen ook nu alleen mensen toegang krijgen tot het vliegveld – en dus worden meegenomen
op evacuatievluchten – van wie de identiteit kan worden geverifieerd. Ook in deze
onzekere situatie zet Nederland zich ervoor in om daar een oplossing voor te vinden.
Er is geen sprake (geweest) van een asielaanvraag of een aanvraag voor een verblijfsstatus
die de tolken en hun families deden op de ambassade in Kaboel. De asielaanvraag wordt
pas in Nederland gedaan en de asielprocedure wordt dan ook in zijn geheel hier doorlopen.
De asielaanvraag is dus niet voorwaardelijk om naar Nederland te komen en levert dan
ook geen belemmering op in het proces.
Vraag 4
Wat is de huidige stand van zaken aangaande aanvragen? Hoeveel zijn er nog die op
dit moment een aanvraag voor asiel hebben lopen? Hoe lang duurt het voordat alle aanvragen
zijn afgehandeld? Zijn er problemen met documenten om aanvraag te kunnen afronden
en om hoeveel mensen gaat het? Wat zijn de specifieke problemen?
Antwoord 4
Om inzicht te geven in de stand van zaken met betrekking tot het proces van aanmelding
tot aankomst in Nederland, treft u onderstaand de aantallen per 15 augustus 2021.
Dit overzicht is een momentopname. Het kabinet onderneemt alle stappen die binnen
het eigen vermogen liggen om de tolken en hun gezinnen op een zo kort mogelijke termijn
naar Nederland over te brengen.
Totaal aantal ingediende aanvragen.
549
(a. Aanvragen binnen dit totaal die recent (na 1 juli jl.) zijn ingediend)
a. 216
Totaal aantal aanvragers aangekomen in Nederland.
111
Aanvragers die niet in aanmerking komen.
259
Aanvragers die niet reageren op herhaalde oproepen.
37
Aanvragers waarvan nog niet vaststaat of zij aan de vereisten voldoen. Deze aanvragers
dienen nog (aanvullend) bewijs aan te leveren zodat beoordeling door Defensie mogelijk
is, of bewijs dient nog beoordeeld te worden.
75
Aanvragers waarvan bevestigd is dat zij in aanmerking komen, maar nog geen of onvoldoende
(identiteits)documenten hebben overlegd.
30
Aanvragers waarvan vaststaat dat zij aan de eisen voldoen: zij mogen naar Nederland
komen.
37
(a. aanvragers binnen deze groep die zich buiten Afghanistan bevinden)
4
Sinds 1 juni jl. zijn 43 tolken en hun gezinnen naar Nederland gekomen.
Zoals aangegeven in het antwoord op vragen 2 en 3 is er geen sprake van een asielaanvraag
die in Afghanistan wordt gedaan. Het doorlopen van de gehele asielprocedure vindt
plaats in Nederland, waarin de IND zorgvuldig kijkt naar alle aspecten inclusief naar
aspecten in het kader van nationale veiligheid. Na aankomst in Nederland worden de
tolken en hun gezin met voorrang in de verkorte asielprocedure opgenomen. Het duurt
het in de regel enkele weken voordat de procedure kan worden doorlopen en worden afgerond.
Vraag 5
Deelt u het pleidooi van oud EUPOL medewerkers: «Stel mensenlevens boven interne procedures
en evacueer deze dappere mensen nu»? Zo nee, waarom niet?2
Antwoord 5
Het kabinet heeft begrip voor de oud EUPOL medewerkers die zich zorgen maken over
de situatie in Afghanistan en oproepen tot meer urgentie. Die urgentie wordt door
het kabinet ook gevoeld. De medewerkers van het Ministerie van Defensie, Justitie
en Veiligheid en Buitenlandse Zaken zetten zich dagelijks enorm in om tolken die voor
Nederlanders in de EUPOL missie hebben gewerkt ook zo snel mogelijk naar Nederland
te halen.
Vraag 6, 8, 9 en 10
Bent u het ermee eens dat niet alleen tolken, maar ook andere medewerkers (beveiligers,
beheerders, juristen etc.) die voor de Nederlandse missie hebben gewerkt, recht zouden
moeten hebben op bescherming? Zo nee, wat is het verschil?
Klopt het dat «het kabinet terughoudend is in het honoreren van verzoeken van niet-tolken»
teneinde «een niet-beheersbare toename in het aantal aanvragen» te voorkomen?3
Erkent u dat Afghaanse oud-medewerkers van onze Krijgsmacht met deze insteek aanzienlijk
meer risico lopen om in handen van de Taliban te vallen?
Deelt u de mening dat het uw plicht is om de Afghanen die Nederland terzijde hebben
gestaan zo goed mogelijk te beschermen? Zo ja, waarom kiest u dan voor deze aanpak?
Waarom zet u niet alles op alles om deze mensen in veiligheid te brengen, waarna u
later nog altijd middels een zorgvuldige procedure kunt toetsen of de aanvraag juist
is?
Antwoord 6, 8, 9, 10
Het kabinet heeft altijd een onderscheid gemaakt tussen Afghaanse tolken en andere
Afghaanse lokale medewerkers die voor Nederland (of een Nederlandse functionaris)
hebben gewerkt. Tolken werkten vaak persoonlijk voor Nederlandse militairen of Nederlandse
politiefunctionarissen en werden door militairen of politiefunctionarissen meegenomen
bij ontmoetingen of patrouilles, waar zij door toedoen van militairen of politiefunctionarissen
extra zichtbaar werden en vereenzelvigd met de missie. Een tolk was vaak persoonlijk
«gekoppeld» aan Nederlandse functionarissen tijdens deze werkzaamheden. Daarnaast
kreeg een tolk, door de gesprekken tussen Nederlandse militairen of politiefunctionarissen
en lokale vertegenwoordigers, vaak kennis van gevoelige informatie, hetgeen een extra
risico voor de tolk met zich mee kan brengen. De combinatie van deze factoren leidt
tot de speciale positie die tolken innemen. Bij een aanvraag van een tolk om naar
Nederland overgebracht te worden, volstaat het aantonen dat de aanvrager als tolk
voor Nederland of een Nederlandse functionaris heeft gewerkt. Het kabinet onderneemt
alle stappen die binnen het eigen vermogen liggen om de tolken en hun gezinnen op
een zo kort mogelijke termijn naar Nederland over te brengen.
Het kabinet heeft oog voor het feit dat er ook andere Afghanen zijn die vanwege hun
band met Nederland groot gevaar lopen in de huidige veiligheidssituatie, in het bijzonder
Afghaanse medewerkers die in door Nederland gefinancierde OS-projecten hebben gewerkt,
andere Afghaanse medewerkers van Nederlandse missies, mensenrechten- en vrouwenrechtenactivisten
en journalisten en hun fixers die werkten voor Nederlandse media. Het gaat om mensen
die in zichtbare posities voor Nederland (of een Nederlandse functionaris) hebben
gewerkt en daardoor een verhoogd risico lopen. Het kabinet zal binnen de grenzen van
het mogelijke trachten de meest kwetsbaren uit deze groepen, waarvoor de situatie
acuut en schrijnend is, een plek te geven op evacuatievluchten.
Bij Afghaanse lokale medewerkers uit deze groepen die een verzoek indienen om naar
Nederland overgebracht te worden vindt een individuele beoordeling plaats door Buitenlandse
Zaken en Defensie. Daarbij wordt de aard van de werkzaamheden beoordeeld. Voor de
oud-Defensiemedewerkers geldt als richtlijn dat zij tenminste voor een periode van
3 maanden voor de missie hebben gewerkt en regelmatig actief door Nederlandse militairen
of Nederlandse politiefunctionarissen in posities is gebracht, waar zij extra zichtbaar
werden en vereenzelvigd met de missie. De beoordeling van niet-tolken, waaronder beveiligers,
is complex: deze mensen werden veelal ingehuurd door de tussenkomst van een lokale
aanbieder. Nederland hield daarvan geen eigen registratie bij. Tevens is de achtergrond
van niet-tolken vaak onbekend: het overbrengen van personen naar Nederland van wie
de achtergrond niet bekend of verifieerbaar is, kan een veiligheidsrisico voor de
Nederlandse maatschappij opleveren. Het kabinet heeft echter aangegeven deze aanvragen
vanwege de huidige veiligheidssituatie in Afghanistan ruimhartig te zullen bezien.
Vraag 7
Hoeveel niet-tolken zijn er de afgelopen maanden toegelaten of zitten in procedure?
Om welke functies gaat het? Wat waren de overwegingen om hen toe te laten?
Antwoord 7
Een aanvraag van een Afghaanse medewerker wordt individueel beoordeeld. Bij de beoordeling
wordt onderscheid gemaakt tussen tolken en andere medewerkers, zoals uitgelegd in
het antwoord op vraag 6, 8, 9 en 10. Er is tot nu toe een klein aantal aanvragen van
niet-tolken gehonoreerd. Het kabinet heeft vanwege de veiligheidssituatie in Afghanistan
aangegeven deze aanvragen ruimhartig te bezien.
Vraag 11
Waarom kiest u niet net als andere landen voor een ruimhartiger aanpak, zoals de Verenigde
Staten, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland?4
Antwoord 11
Elke aanvraag wordt individueel beoordeeld. Elk coalitieland hanteert hierbij eigen
richtlijnen en maakt eigen afwegingen. Dit geldt ook voor Nederland, zoals hierboven
beschreven.
Vraag 12
Vergroot u niet de risico’s voor «onze mensen» bij toekomstige missies als Nederland
een veel minder ruimhartiger beleid voert dan andere landen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
De situatie in Afghanistan is uniek en daardoor niet te vergelijken met toekomstige
missies. Elke missie is maatwerk: voorafgaand aan iedere inzet worden de veiligheidsrisico’s
voor de operatie als geheel en voor het Nederlandse personeel in het bijzonder zo
goed mogelijk in kaart worden gebracht en geanalyseerd. Het uitvoeren van deze analyse
is een proces dat zeer zorgvuldig wordt doorlopen. De in kaart gebrachte veiligheidsrisico’s
en mitigerende maatregelen daarop vormen een standaard aandachtspunt in de artikel-100
brieven aan de Tweede Kamer. Als er ten tijde van de operatie veranderingen in de
veiligheidssituatie in het operatiegebied optreden dan wordt de Kamer daarover geïnformeerd.
Vraag 13
Welke criteria verbindt u aan het vertrekmoratorium voor Afghaanse asielzoekers? Wordt
het huidige moratorium (van een half jaar) verlengd indien de macht van de Taliban
verder toeneemt?5
Antwoord 13
Het vertrekmoratorium houdt in dat reeds afgewezen asielzoekers voorlopig niet worden
teruggestuurd naar Afghanistan. Gelet op de huidige snelle veranderende situatie kan
ik nu geen uitspraak doen over een eventuele verlenging van het moratorium. De Staatssecretaris
van JenV zal dat op dat moment bezien en uw Kamer daar dan over berichten. Zoals aangegeven
in de brief van 11 augustus jl. aan uw Kamer inzake het instellen van het besluit-
en vertrekmoratorium zal de Staatssecretaris van JenV uw Kamer ook berichten over
de eventuele beleidsconsequenties van het nieuwe algemeen ambtsbericht over Afghanistan.
Overigens heeft er in 2020 en 2021 geen gedwongen vertrek naar Afghanistan plaatsgevonden.
Vraag 14
Bent u bereid deze vragen (samen met eerdere gestelde vragen hieromtrent) tijdig te
beantwoorden en de Kamer fatsoenlijk te informeren in plaats van standpunten via de
media kenbaar te maken?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie -
Mede ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.