Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bouchallikht over het manifest van artsen en wetenschappers dat pleit voor schonere lucht
Vragen van het lid Bouchallikh (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het manifest van artsen en wetenschappers dat pleit voor schonere lucht (ingezonden 16 april 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
(ontvangen 1 juni 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr.
2639.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Drie keer op de intensive care door luchtvervuiling:
«Dit is het moment om onze kinderen gezonde lucht te geven»»1?
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Wat is uw oordeel over het feit dat Noëlle uit Rozenburg, onderdeel van de gemeente
Rotterdam, drie keer op de intensive care belandde vanwege de slechte luchtkwaliteit
rondom de Rotterdamse haven?
Antwoord 2
Het is uiterst verdrietig als een kind zoals Noёlle zulke ernstige gezondheidsklachten
moet ondervinden. In algemene zin is bekend dat luchtvervuiling, naast vroegtijdige
sterfte, ook tot een breed scala aan negatieve gezondheidseffecten kan leiden, waaronder
een hogere kans op het ontstaan en het verergeren van longklachten. De luchtkwaliteit
is de afgelopen jaren al sterk verbeterd. Inmiddels voldoen we in Nederland vrijwel
overal aan de Europese grenswaarden voor NO2 en fijnstof. Maar ook onder de Europese grenswaarden en zelfs onder de advieswaarden
van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), leidt luchtvervuiling tot negatieve gezondheidseffecten.
Daarom zet ik mij in het Schone Lucht Akkoord, samen met decentrale overheden, in
voor een permanente verbetering van de luchtkwaliteit om gezondheidswinst voor alle
Nederlanders te realiseren. Concreet is afgesproken om de gezondheidseffecten van
luchtverontreiniging uit Nederlandse bronnen met 50% te reduceren in 2030 ten opzichte
van 2016.
Vraag 3
Hoe staat dit voorval in verhouding tot het feit dat de gemeente Rotterdam het Schone
Lucht Akkoord (SLA) heeft ondertekend? Op welke termijn kunnen we resultaten verwachten
van het SLA en op welke wijze wordt de uitvoering van het SLA gehandhaafd?
Antwoord 3
Ingrijpende gezondheidseffecten zijn niet alleen voor de rijksoverheid, maar ook voor
provincies en voor gemeenten zoals Rotterdam, een belangrijke reden om te werken aan
ambitieus luchtbeleid.
Ik heb uw Kamer in april de uitvoeringsagenda van het Schone Lucht Akkoord gestuurd.
Hierin staat welke activiteiten en resultaten op welk moment geleverd worden en hoe
de voortgang wordt gemonitord. Eind van dit jaar voert RIVM de 0-meting van het Akkoord
uit, hierin wordt met de gezondheidsindicator de gezondheidswinst van het Schone Lucht
Akkoord berekend. Vervolgens zal eens per twee jaar het doelbereik worden berekend
met de gezondheidsindicator. Zodra de rapportage van de 0-meting gereed is, zal ik
uw Kamer hierover informeren.
Vraag 4
Deelt u de mening dat elk kind recht heeft op schone lucht? Zo ja, bent u van oordeel
dat het kabinet op dit moment voldoende maatregelen neemt om dat recht te waarborgen
en waarom?
Antwoord 4
Mijn ambitie is dat niet alleen kinderen, maar dat iedereen in Nederland in een gezonde
leefomgeving kan opgroeien en leven. Schone Lucht is daarvoor een belangrijke voorwaarde.
De luchtkwaliteit is door internationaal, nationaal en lokaal luchtkwaliteitsbeleid
de afgelopen jaren sterk verbeterd. Toch behoort luchtverontreiniging nog tot één
van de belangrijkste risicofactoren voor de gezondheid. Daarom heeft het kabinet met
andere overheden in het Schone Lucht Akkoord afgesproken te werken aan gezondheidswinst
door in te zetten op een permanente verbetering van de luchtkwaliteit.
Vraag 5
Bent u bekend met de dwarsverbanden die door wetenschappers worden gelegd tussen een
slechte luchtkwaliteit en kwetsbare wijken? Wat vindt u er bijvoorbeeld van dat kinderen
op achtergestelde scholen meer risico lopen op de gevolgen van een slechte luchtkwaliteit2? Heeft dit thema uw aandacht? Zo ja, hoe uit zich dat?
Antwoord 5
In de beantwoording op de Kamervragen van lid Kuzu (DENK) de leden Kwint en Laçin
(beiden SP) op 27 januari 2020 ben ik, samen met de Ministers van VWS en OCW, ingegaan
op de samenhang tussen luchtkwaliteit en kwetsbare wijken en scholen. Ik ben van mening
dat de luchtkwaliteit overal in Nederland moet verbeteren, ook in kwetsbare wijken.
Daarnaast werk ik conform het advies van de Gezondheidsraad, samen met RIVM, gemeenten
en provincies een aanvullende aanpak uit voor gebieden waar de blootstelling aan luchtverontreiniging
hoog is. Mijn streven is om uw Kamer nog dit jaar te informeren over deze aanpak.
De aanpak van gezondheidsachterstanden en de gezondheid van de fysieke en sociale
leefomgeving zijn ook prioriteiten voor het lokale gezondheidsbeleid die de Staatssecretaris
van VWS heeft opgenomen in de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid (Kamerstuk 32 793, nr. 481).
Vraag 6
Klopt het dat er tienduizenden mensen met een longziekte overwegen om te verhuizen
vanwege een slechte luchtkwaliteit? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke stappen moeten
er ondernomen worden om de luchtkwaliteit in ieder deel van Nederland op peil te houden?
Antwoord 6
Uit onderzoek door Nivel3 in opdracht van het Longfonds blijkt dat één op de acht longpatiënten (12 procent)
vanwege slechte luchtkwaliteit weleens overweegt te verhuizen. Het op peil houden
van de huidige luchtkwaliteit is niet voldoende om ervoor te zorgen dat ook kwetsbare
groepen zoals longpatiënten overal in Nederland kunnen wonen zonder gezondheidsklachten
te ervaren. Daarom werk ik samen met medeoverheden aan verdergaande gezondheidswinst
door een permanente verbetering van de luchtkwaliteit.
Vraag 7
Bent u bekend met het manifest van longartsen, kinderartsen, huisartsen en wetenschappers
voor schone lucht4? Zo ja, kunt u reflecteren op de inhoud van dit manifest?
Antwoord 7
Ja, ik ben bekend met het manifest. Ik zie het manifest als een belangrijke aansporing
om het Schone Lucht Akkoord ambitieus en effectief uit te voeren.
Vraag 8 en 9
Deelt u de mening van zorgprofessionals en wetenschappers dat er meer ambitie en snelheid
nodig is voor preventie van ziekte en dat er een extra impuls moet worden gegeven
aan schone lucht? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de mening van de ondertekenaars van het manifest dat het doel uit het SLA
– 50% gezondheidswinst in 2030 – naar voren moet worden gehaald? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8 en 9
Hoe beter de luchtkwaliteit, hoe groter de gezondheidswinst. Bij het opstellen van
het Schone Lucht Akkoord is het doel afgesproken om 50% gezondheidswinst te realiseren
in 2030 ten opzichte van 2016 voor luchtvervuiling afkomstig uit binnenlandse bronnen.
Voor dit doel is gekozen omdat het naar verwachting ambitieus én haalbaar is.
Naast de concrete maatregelen uit het Akkoord, werk ik aan pilots en een kennisagenda
om aanvullende innovatieve aanpakken te ontwikkelen. Ook voer ik een verkenning uit
naar aanvullende maatregelen voor het terugdringen van luchtvervuiling door houtstook.
Daarnaast zijn deelnemende gemeenten en provincies volop bezig met het uitwerken van
hun eigen aanvullende maatregelen om de luchtkwaliteit verder te verbeteren. Mocht
blijken dat het mogelijk is om meer gezondheidswinst te realiseren, door de luchtvervuiling
sneller of meer te verbeteren, dan zal ik mij daar zeker voor inzetten.
Belangrijke notie die ik niet onvermeld wil laten, is dat voor de verbetering van
de luchtkwaliteit ook het effectief uitvoeren van bestaand beleid, inclusief het monitoren
en toezicht, het verankeren van luchtkwaliteit in ander beleid en inzet op ambitieus
internationaal beleid van groot belang zijn. Ook daar zet ik mij, samen met gemeenten
en provincies en stakeholders, voor in.
Vraag 10
Hoeveel gemeenten doen er inmiddels mee aan het SLA en welke stappen neemt u om meer
gemeenten te stimuleren om mee te doen?
Antwoord 10
Op dit moment telt het Schone Lucht Akkoord 91 deelnemers waaronder alle twaalf provincies
en 78 gemeenten. Een actueel overzicht van de deelnemers staat op de website www.schoneluchtakkoord.nl. Daarmee heeft het Schone Lucht Akkoord al een landsdekkende werking. Wel helpt het
als meer gemeenten deelnemen en met lokale maatregelen de luchtvervuiling in hun gemeente
aanpakken. Daarom zet ik mij in om meer gemeenten bij het akkoord te betrekken. Ik
heb gemeenten en provincies per brief uitgenodigd om aan het Schone Lucht Akkoord
deel te nemen. Daarnaast informeer ik gemeenten regelmatig over het Schone Lucht Akkoord
via nieuwsbrieven, artikelen in tijdschriften en social media. Ook heb ik dit voorjaar
informatiebijeenkomsten georganiseerd voor geïnteresseerde gemeenten. Veel van de
deelnemende gemeenten en provincies benaderen ook zelf gemeenten in hun omgeving om
het belang van deelname aan het Schone Lucht Akkoord te benadrukken. Ten slotte ondersteun
ik gemeenten financieel bij de uitvoering van het Schone Lucht Akkoord met een Specifieke
Uitkering die in april is opengesteld.
Vraag 11
Wat vindt u van de oproep om de noodzaak van het realiseren van gezonde lucht beter
te verbinden aan bestaande opgaven rondom klimaat, de energietransitie en de stikstofproblematiek?
Worden de effecten op luchtkwaliteit en gezondheid in dergelijke dossiers op dit moment
voldoende meegenomen?
Antwoord 11
Het kabinet onderschrijft het belang van het verbinden van verschillende beleidsopgaven.
Veel maatregelen uit het klimaatbeleid, de stikstofaanpak en het Schone Lucht Akkoord
hangen nauw met elkaar samen en versterken elkaar. Zo dragen maatregelen voor het
versnellen van de transitie naar elektrisch vervoer, het stimuleren van de fiets en
schoon OV, het verlagen van de maximumsnelheid, investeringen in walstroom en het
verduurzamen van de landbouw ook bij aan gezondere lucht. Een mooi voorbeeld is de
integrale routekaart Schoon en Emissieloos Bouwen die wordt uitgewerkt vanuit zowel
klimaat, stikstof als Luchtkwaliteit en Gezondheid. Een ander voorbeeld is het duurzaamheidskader
voor biogrondstoffen, luchtkwaliteit is hier als een van de pijlers in uitgewerkt.
Op 16 april heeft u een brief ontvangen over het nieuwe programma Gezonde Groene Leefomgeving
dat onder de Nationale Omgevingsvisie wordt opgezet (Kamerstuk 32 793, nr. 549). In dat programma worden ook dwarsverbanden gelegd met het Schone Lucht Akkoord
en het Nationaal Milieukader, naast vele andere (beleids)activiteiten om de gezondheid
van de leefomgeving van mensen in Nederland te verbeteren.
Om deze voortgang meer structureel vorm te geven, verken ik, conform de aanbevelingen
uit het IBO luchtkwaliteit, op welke wijze gezondheidseffecten van luchtvervuiling
nu al zijn verankerd in ander beleid en waar aanvullende afspraken effectief kunnen
zijn.
Vraag 12
Wat is uw oordeel over het pleidooi in het manifest om een speciaal gezant voor schone
lucht te benoemen? Ziet u dat als een effectieve manier om de luchtkwaliteit in Nederland
sneller te verbeteren? Kunt u toelichten waarom wel of niet?
Antwoord 12
Ik vind het pleidooi voor een speciaal gezant een sympathiek idee. Tegelijk ben ik
van mening dat dit op dit moment geen versnelling voor de aanpak van het Schone Lucht
Akkoord op zal leveren. Met de uitvoeringsagenda is dit voorjaar een belangrijke mijlpaal
gerealiseerd voor een effectieve uitvoering van het akkoord. Naar mijn overtuiging
zou de prioriteit de komende tijd moeten liggen op het snel en voortvarend uitvoeren
van de afspraken uit het akkoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.