Schriftelijke vragen : (deels) opgeven Nederlands veto met betrekking tot het buitenlandbeleid van de EU
Vragen van het lid Van Houwelingen (FvD) aan Minister van Buitenlandse Zaken over (deels) opgeven Nederlands veto met betrekking tot het buitenlandbeleid van de EU (ingezonden 9 april 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de «Spain-Netherlands non-paper on strategic autonomy while preserving an open economy»?1
Vraag 2
Wat is de status van dit non-paper? Is het een discussiestuk? Zienswijze? Formeel
standpunt van het demissionaire kabinet? Deelt u de mening dat aard en toon van deze
beschreven samenkomst serieus zijn en het daarom vreemd is dat niet helder wordt weergegeven
welke afvaardiging welke positie innam? Zo nee, waarom niet? Is dit non-paper door
alle deelnemende lidstaten geaccordeerd? Zo nee, bestaan er andere gespreksverslagen,
opgesteld door andere lidstaten, van dit treffen? Zo ja, waar vind ik deze?
Vraag 3
Is de inhoud van dit «non-paper» voordat het aan de leden van de Raad Algemene Zaken
is voorgelegd namens Nederland op 23 maart 2021 eerst (in het Nederlands) voorgelegd
aan en besproken met de Tweede Kamer? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Dit non-paper eindigt met deze conclusie: «Strengthening the ability of the EU to defend its public interests and increasing
its open strategic autonomy calls for effective decision-making mechanisms. It could
therefore be useful to explore in which areas the extension of qualified majority
voting is possible, limiting – where possible and desirable – the instances where
unanimity hampers the EU’s capability to act.»; wat wordt bedoeld met «open strategic
autonomy»? Wat is het verschil tussen «open strategic autonomy», «strategic autonomy»
en «autonomy»? In het non-paper wordt genoemd: «More than ever, it is necessary to
reach a consensus on how to strengthen Europe’s open strategic autonomy in order to
make Europe a global player that is resilient and in charge of its own future. Strategic
autonomy does not mean isolation or retreat, but, rather, a reformulation of how to
understand sovereignty, advancing towards operational sovereignty, i.e. the capacity
to promote an agenda of its own.»; wat wordt hier bedoeld met «strategic autonomy» en met «operational sovereignty»? Kunt u aangeven hoe de «operational sovereignty» van de Europese Unie er in de praktijk uit zou zien?2
Vraag 5
Op welke terreinen zou het volgens u «useful» kunnen zijn om over te stappen op «qualified majority voting»? Kunt u aangeven of en hoe u denkt dat het mogelijk is om de soevereiniteit van lidstaten
te waarborgen terwijl er wordt afgestapt van een model van unanimiteit?
Vraag 6
Bent u, in het algemeen, van mening dat het ongewenst en onrechtvaardig is iets weg
te geven dat het eigendom is van iemand anders zonder dat deze persoon hiervoor expliciet
zijn of haar toestemming heeft gegeven? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Bent u van mening dat de Nederlandse soevereiniteit ligt bij (en dus eigendom is van)
de Nederlandse bevolking? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Bent u van mening dat volksvertegenwoordigers deze soevereiniteit slechts «vertegenwoordigen»
in de Staten-Generaal en dus de soevereiniteit niet zelf (kunnen) «bezitten»? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 9
Bent u van mening, indien de vorige drie vragen met «ja» (zouden) zijn beantwoord,
dat hier logischerwijs uit volgt dat alleen de Nederlandse bevolking zélf de bevoegdheid
heeft de Nederlandse soevereiniteit over te hevelen naar een supranationale organisatie?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Bent u van mening dat met het opzeggen van het Nederlands vetorecht met betrekking
tot (terreinen van) het EU-buitenlandbeleid de facto sprake is van overdracht van (een deel van) de Nederlandse soevereiniteit naar de
Europese Unie? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Bent u van mening, indien de vorige twee vragen met «ja» (zouden) zijn beantwoord,
dat hier logischerwijs uit volgt dat bij het de facto overdragen van soevereiniteit naar supranationale organisaties, zoals de Europese
Unie, eerst de Nederlandse bevolking zélf hier zeggenschap over moet hebben? Zo ja,
zou dit volgens u een reden kunnen zijn om de optie te onderzoeken of een referendum
hier de juiste vorm in zou kunnen bieden?
Vraag 12
Bent u bereid het voorstel, standpunt of de zienswijze in het bovengenoemde non-paper
voor het opgeven van het Nederlands vetorecht op (bepaalde terreinen) van het EU-buitenland
beleid voor te leggen in een referendum aan de Nederlandse bevolking? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 13
Bent u bereid, indien het antwoord op de vorige vraag ontkennend is, op zijn minst
te laten onderzoeken of er steun is onder de Nederlandse bevolking voor het (deels)
opgeven van het Nederlands vetorecht? Zo nee, waarom niet?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Pepijn van Houwelingen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.