Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het Lid Lodders over het bericht ‘Mag de bank weigeren om je een bankrekening te geven? Dat gaat AFM onderzoeken’
Vragen van het lid Lodders (VVD) aan de Minister en de Staatssecretaris van Financiën over het bericht «Mag de bank weigeren om je een bankrekening te geven? Dat gaat AFM onderzoeken» (ingezonden 14 december 2020).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën), mede namens de Staatssecretaris van Financiën
(Fiscaliteit en Belastingdienst) (ontvangen 2 februari 2021), Zie Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2020-2021, nr. 1309.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «AFM onderzoekt weigeren rekening»?1 Klopt het bericht dat de Autoriteit Financiële Markten (AFM) dit gaat onderzoeken?
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit bericht. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is naar
aanleiding van signalen die zij heeft ontvangen over het blokkeren en sluiten van
bankrekeningen vorig jaar gestart met een onderzoek. De AFM heeft aangegeven dat dit
onderzoek een verkennend karakter heeft en is gericht op het verkrijgen van meer inzicht
in het FATCA-dossier en hoe banken daar mee omgaan, inclusief de wijze waarop banken
klanten benaderen, met in het bijzonder aandacht voor het terrein waar de AFM een
toezichtmandaat heeft: de naleving van de verplichting voor banken om een basisbetaalrekening
aan te bieden.
Vraag 2
Wat vindt u van dit bericht en het onderzoek dat door de AFM is gestart? Deelt u de
mening dat de Accidental Americans al lange tijd in onzekerheid zitten en er maar
mondjesmaat voortgang is op dit dossier? Deelt u de urgentie om deze grote groep mensen
zo snel mogelijk duidelijkheid te geven? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Ik deel de urgentie om duidelijkheid te creëren voor toeval-Amerikanen. Zoals ik in
eerdere beantwoording van Kamervragen heb aangegeven ben ik van mening dat het sluiten
van bankrekeningen voorbarig en onnodig is als banken zich voldoende hebben ingespannen
om ervoor te zorgen dat hun klanten een US TIN of CLN (een TIN is een Amerikaans fiscaal
nummer, met een CLN kan afstand worden gedaan van het Amerikaanse staatsburgerschap)
aanvragen. Ik heb toegezegd uw Kamer deze maand in een brief te informeren over de
stand van zaken van de acties die ik heb ondernomen naar aanleiding van de toezeggingen
die zijn gedaan tijdens het algemeen overleg over toeval-Amerikanen. In deze brief
zal ik onder andere een terugkoppeling geven van het gesprek met de Nederlandse Vereniging
van Banken (NVB). Mijn inzet blijft er verder op gericht om ervoor te zorgen dat banken
nog meer zekerheid krijgen over welke inspanningen van hen vereist zijn om gevrijwaard
te blijven van Amerikaanse sancties. Daarnaast zal ik bij de VS aandringen op uitzonderingen
voor toeval-Amerikanen in de toepasselijke verdragen, op vereenvoudiging van de procedures
voor het aanvragen van een US TIN en CLN en verlaging van de kosten van deze procedures.
De AFM houdt toezicht op de naleving van de regels over de basisbetaalrekening.2 De AFM heeft aangegeven dat er tot nu toe nog geen basisbetaalrekeningen worden opgezegd
door banken. Volgens de AFM lijkt de huidige problematiek zich te concentreren op
reguliere rekeningen.
In de beantwoording van eerdere schriftelijke vragen3 schreef ik dat kwesties kunnen worden gemeld bij de AFM. De AFM heeft geen bevoegdheid
voor de beoordeling van individuele gevallen, maar gebruikt de informatie uit meldingen
wel voor haar toezicht op de naleving van de regels over de basisbetaalrekeningen
door banken. Nederlanders met ook de Amerikaanse nationaliteit kunnen voor individuele
geschillenbeslechting een klacht indienen bij hun eigen bank en vervolgens bij het
Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) dan wel de kwestie voorleggen
aan de rechter. De AFM heeft op basis van de signalen die zij heeft ontvangen over
het blokkeren en sluiten van bankrekeningen besloten om een verkennend onderzoek te
starten.
Wat betreft de omvang van de problematiek is het goed te vermelden dat een groot aantal
Nederlanders met ook de Amerikaanse nationaliteit al een US TIN of CLN heeft. Deze
personen zijn in actie gekomen naar aanleiding van de informatie van de overheid en
banken. Daarnaast hebben banken gemeld geen rekeningen te sluiten van klanten die
een aanvraag voor een US TIN of CLN hebben ingediend. Zij hebben ook toegezegd dat
zij vooralsnog geen rekeningen sluiten na louter niet reageren door de klant op een
aantal brieven.4
De onzekerheid over het eventueel sluiten van een betaalrekening speelt voornamelijk
bij klanten die expliciet te kennen hebben gegeven dat zij geen US TIN of CLN aan
willen vragen. Zoals ik in de beantwoording van eerdere schriftelijke vragen reeds
noemde, kan het voorkomen dat een bank na een zorgvuldig proces uiteindelijk een bankrekening
van deze personen beëindigt. Ik heb daarom Nederlanders met ook de Amerikaanse nationaliteit
die nog geen aanvraag voor een US TIN of CLN hebben ingediend opgeroepen om in actie
te komen en een aanvraag voor een US TIN of CLN in te dienen. De acties van de vorige
Staatssecretaris van Financiën hebben onder meer geleid tot een versoepelde afstandsprocedure,
waarbij Amerikaanse belastingschulden onder voorwaarden worden kwijtgescholden.
Vraag 3
Wanneer zijn de eerste bankrekeningen opgezegd van Accidental Americans door banken
vanwege het niet aanleveren van het Tax Identification Number (TIN) en daarmee volgend
het vermoeden van belastontwijking? Wanneer heeft de AFM geconcludeerd dat het sluiten
van bankrekeningen mogelijk in strijd is met de Europese regels? En wanneer is de
AFM begonnen met het onderzoek? Indien u deze informatie niet beschikbaar heeft, bent
u bereid deze informatie op te vragen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Volgens de NVB is, zover bij hen bekend, het vermoeden van belastingontduiking enkel
aan de orde gekomen in de casus van de rechtszaak tussen een Accidental American en
de Volksbank. Volgens de NVB zijn in dat geval de «reguliere» betaalrekeningen opgezegd
op basis van het ontbreken van een US TIN/CLN en op basis van de communicatie met
de klant waarbij volgens de bank vast is komen te staan dat de klant geen US TIN/CLN
aan gaat leveren. In de brief die ik u in deze maand zal sturen, geef ik ook een verdere
toelichting op de casuïstiek achter het sluiten van de bankrekeningen.
De AFM is de toezichthouder op de naleving van de regels over de basisbetaalrekening.5 Een consument heeft pas recht op een basisbetaalrekening als deze niet (meer) beschikt
over een andere reguliere betaalrekening. De AFM heeft gemeld dat zij in het onderzoek
onder andere kijkt of er sprake is van onterecht weigeren of opzeggen van basisbetaalrekeningen
door de banken. Graag verwijs ik hiervoor ook naar de beantwoording van vraag 2.
Vraag 4
Klopt het dat een betaalrekening weigeren alleen op basis van een aantal wettelijk
vastgelegde gronden kan? Welke zijn dat volgens u?
Antwoord 4
Het is voor het beantwoorden van deze vraag van belang om een onderscheid te maken
tussen de gronden op basis waarvan een «reguliere» betaalrekening kan worden geweigerd
of opgezegd en de gronden op basis waarvan een basisbetaalrekening kan worden geweigerd
of opgezegd.
Ten aanzien van een reguliere betaalrekening geldt in beginsel dat banken niet verplicht
zijn om rekeningen van bepaalde klanten in stand te houden. Banken bepalen zelf hun
ondernemingsstrategie en het door hen gewenste risicoprofiel. Daarop stemmen banken
hun klantenbestand af. Een bank moet bij opzegging van bankrekeningen wel voldoen
aan geldende wet- en regelgeving. Als een bank een rekening wil opzeggen op basis
van een in de overeenkomst met de klant overeengekomen bevoegdheid tot beëindiging
van die overeenkomst, moeten daarbij de eisen van redelijkheid en billijkheid in acht
worden genomen6. Uit de rechtspraak blijkt dat de eisen van redelijkheid en billijkheid met name
tot uitdrukking komen bij (i) het vereiste van een gegronde reden voor de beëindiging
van de kredietrelatie door de bank (waarbij uit (thans) art. 35 ABV volgt dat de bank
desgevraagd de reden van de opzegging van de relatie aan de cliënt meedeelt) en (ii)
het bepalen van een opzegtermijn in verband met het gegeven dat de cliënt in de regel
op zoek moet gaan naar een andere bank.7
De geldende voorwaarden voor het weigeren en opzeggen van een basisbetaalrekening
komen aan de orde bij de beantwoording van de vragen 5 en 6.
Vraag 5 en 6
Klopt het dat de Europese regels stellen dat een basisbetaalrekening mogelijk moet
zijn voor iedere Europese burger? Klopt het dat deze basisbetaalrekening alleen geweigerd
kan worden op basis van wettelijk vastgelegde gronden, zoals wanneer iemand schuldig
is bevonden aan witwassen, oplichting of valsheid in geschrifte en daarvoor onherroepelijk
veroordeeld moet zijn? Zo ja, waarom heeft u de banken niet eerder gewezen op deze
weigeringsgronden?
Hoe verklaart u uw reactie op eerdere schriftelijke vragen van het lid Lodders (VVD)
dat‘Banken op grond van de Wwft het openen of aanhouden van een betaalrekening ook
kunnen weigeren zonder vermoeden van overtreding of hard bewijs. Een te hoog risico
op betrokkenheid bij witwassen of terrorismefinanciering is voldoende grond voor weigering.»?8 Waarom komt de AFM nu tot een ander oordeel? Kunt u de AFM om een toelichting vragen,
ook in relatie tot de geldende Europese regelgeving?
Antwoord 5 en 6
Burgers die rechtmatig in de EU verblijven hebben recht op een basisbetaalrekening
als zij aan de daarvoor geldende, wettelijk vastgelegde, voorwaarden voldoen9. De weigeringsgronden voor een basisbetaalrekening zijn opgenomen in artikel 4:71g,
eerste tot en met derde lid, Wft. De weigeringsgronden zijn:
Een bank weigert een basisbetaalrekening te openen, als de bank bij het openen daarvan niet kan voldoen
aan de bij of krachtens de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
gestelde eisen (artikel 4:71, eerste lid, Wft).
Een bank mag het openen van een basisbetaalrekening weigeren als de aanvrager:
a. niet kan aantonen een werkelijk belang te hebben bij het openen van een basisbetaalrekening
in Nederland;
b. bij een in Nederland gevestigde bank een aanvraag voor een basisbetaalrekening heeft
lopen of reeds een betaalrekening aanhoudt bij een andere in Nederland gevestigde
bank, waarmee hij gebruik kan maken van de diensten, genoemd in artikel 17, eerste
lid, van de richtlijn betaalrekeningen, tenzij de aanvrager verklaart ervan in kennis
te zijn gesteld dat die betaalrekening zal worden opgeheven;
c. minder dan acht jaar geleden onherroepelijk is veroordeeld voor een misdrijf als bedoeld
in de artikelen 225, 227a, 326, 341, 420 bis of 420 ter van het Wetboek van strafrecht.
Het gaat hier bijvoorbeeld om de misdrijven valsheid in geschrifte, benadeling van
schuldeisers bij faillissement en witwassen;
d. een basisbetaalrekening had die op grond van artikel 4:71i, eerste lid, onderdeel
f, minder dan twee jaar geleden is beëindigd; of
e. weigert om desgevraagd de in het derde lid bedoelde verklaring te ondertekenen(artikel
4:71g, tweede lid, Wft).
In het derde lid is opgenomen dat het de bank is toegestaan om, voordat een basisbetaalrekening
wordt geopend, bij andere in Nederland gevestigde banken na te gaan of de aanvrager
daar een betaalrekening aanhoudt of heeft aangevraagd. De bank mag de aanvrager verzoeken
om een verklaring te ondertekenen waaruit blijkt dat hij geen andere betaalrekening
aanhoudt of heeft aangevraagd bij een in Nederland gevestigde bank.
Eén van de gronden waarop een bank een basisbetaalrekening kanweigeren is als iemand schuldig is bevonden aan witwassen, oplichting of valsheid
in geschrifte en daarvoor minder dan acht jaar geleden onherroepelijk is veroordeeld
(artikel 4:71g, tweede lid, onderdeel c, Wft). Dit is echter een andere weigeringsgrond
dan de in artikel 4:71g, eerste lid, Wft genoemde weigeringsgrond. Op deze grond moet een bank een basisbetaalrekening weigeren als niet wordt voldaan aan de eisen gesteld
bij of krachtens de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme
(Wwft). Daarbij wordt opgemerkt dat belastingontduiking een aanwijzing kan zijn voor
witwassen. Graag verwijs ik hiervoor ook naar de uitspraak van de Rechtbank Midden
Nederland van 23 december 2020, waarin zij oordeelt dat de opzegging op de rechtsgrond
belastingontduiking in deze specifieke casus terecht is. Volgens de rechter staat
vast dat de Accidental American geen TIN heeft verstrekt en ook niet wil gaan verstrekken,
omdat hij geen belastingaangifte in de VS wil doen, terwijl hij daar wel toe verplicht
is. Daarmee staat volgens de rechter ook vast dat er een risico is op belastingontduiking
en dat dat risico voldoende groot is om de daarop gebaseerde opzeggingsgrond te rechtvaardigen.10 De eisen van de Wwft gelden zowel voor reguliere betaalrekeningen als voor basisbetaalrekeningen.
Op deze laatste weigeringsgrond wordt gedoeld in het antwoord op de genoemde schriftelijke
vraag. Overigens neemt dit niet weg dat als een klant niet in aanmerking komt voor
een basisbetaalrekening, hij onder het Convenant Basisbankrekening een aanvraag voor
een betaalrekening in kan dienen.11
De AFM houdt toezicht op de toepassing door banken van de weigeringsgronden, zoals
opgenomen in artikel 4:71g Wft. De AFM heeft aangegeven dat haar uitleg12 niet is gewijzigd naar aanleiding van de Kifid-uitspraak13 of de uitspraak van de voorzieningenrechter Midden-Nederland14. Volgens de AFM moeten banken om gebruik te kunnen maken van de rechtsgrond waar
belastingontduiking onder valt, namelijk artikel 4:71, eerste lid, Wft, voor het weigeren
van een basisbetaalrekening, per individueel geval beoordelen of hiervan sprake is.
De AFM is van oordeel dat het enkel ontbreken van een US TIN of self certification
formulier onvoldoende is om een basisbetaalrekening op die grond te weigeren of te
sluiten. De AM heeft dit standpunt gepubliceerd op haar website.15
De AFM is geen toezichthouder op het Convenant Basisbankrekening.
Vraag 7
Klopt het dat weigering van een basisbetaalrekening alleen mag op basis van een individuele
afweging en daarmee een bepaalde groep mensen niet op deze manier mag worden benaderd?
Zo ja, waarom heeft u de banken hier niet eerder op gewezen?
Antwoord 7
Ja, in de beantwoording van eerdere schriftelijke vragen16 is al een oordeel van de AFM op dit punt weergegeven waarbij zij ook aangeeft dat
een bank een individuele afweging moet maken en dat een generieke aanpak, waarbij
een specifieke groep wordt uitgesloten van een basisbetaalrekening, niet is toegestaan.
Vraag 8
Wanneer heeft een klant de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
(Wwft) overtreden en wie bepaalt wanneer de Wwft is overtreden?
Antwoord 8
Een klant kan de Wwft niet overtreden. De Wwft regelt wanneer een financiële instelling
de relatie met de klant niet aan mag gaan of wanneer de financiële instelling de relatie
met de klant moet beëindigen. De Wwft wordt, onder andere, overtreden wanneer een
financiële instelling met een cliënt een zakelijke relatie aangaat terwijl daarmee:
1. een te hoog risico op witwassen ontstaat;
2. het cliëntenonderzoek niet (volledig) kan worden uitgevoerd.
Het doel van de Wwft is om te voorkomen dat crimineel geld het financiële stelsel
instroomt. De financiële instelling is verantwoordelijk voor de naleving van deze
regels. DNB houdt toezicht op, onder andere, banken als het gaat om de naleving van
hetgeen is bepaald in de Wwft.
Vraag 9
In hoeverre kunt u de AFM – onafhankelijk toezichthouder – verzoeken tot nader onderzoek
in specifieke casussen? Heeft u in het geval van het onderzoek dat wordt aangekondigd
door de AFM naar het weigeren van bankrekeningen van Accidental Americans door banken,
zoals genoemd in het artikel onder vraag 1, aan de AFM gevraagd nader onderzoek te
verrichten? Zo ja, wanneer en waarom heeft u dit de AFM gevraagd? Zo nee, kunt u dit
toelichten?
Antwoord 9
De AFM is onafhankelijk toezichthouder en is een onderzoek gestart op basis van signalen
die zij heeft ontvangen. De AFM heeft aangegeven de naleving van de regels over de
basisbetaalrekening in relatie tot FATCA te onderzoeken. Het is aan de toezichthouder
om binnen het toezichtsmandaat de richting van dit onderzoek te bepalen.
Vraag 10
Kunt u een toelichting geven op het lopende onderzoek van de AFM? Waar ziet het onderzoek
specifiek op? Wanneer verwacht de AFM het onderzoek af te ronden? Kunt u de AFM verzoeken
de bevindingen van het onderzoek te openbaren na afronden van het onderzoek? Kunt
u de AFM vragen de brief die zij aan de banken heeft gestuurd met de aankondiging
tot onderzoek, al dan niet anoniem, te openbaren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
De AFM heeft aangegeven dat zij naar aanleiding van een toenemend aantal signalen
over het blokkeren en sluiten van betaalrekeningen een onderzoek is gestart gericht
op het verkrijgen van meer inzicht in het FATCA-dossier en hoe banken daar mee omgaan
inclusief de wijze waarop banken klanten benaderen, met in het bijzonder aandacht
voor het terrein waar de AFM een toezichtmandaat heeft: de naleving van de verplichting
voor banken om een basisbetaalrekening aan te bieden.
De AFM heeft aangegeven dat zij naar aanleiding van het onderzoek haar standpunt over
het aanbieden en beschikbaar houden van basisbetaalrekeningen heeft gecommuniceerd
richting de banken en heeft gepubliceerd op haar website.17
Volgens de AFM blijkt dat het vooralsnog gaat om reguliere rekeningen en niet om basisbetaalrekeningen
die worden opgezegd. De AFM heeft aangegeven het FATCA-beleid en de uitvoering door
de banken de komende tijd te blijven volgen.
Vraag 11
Bent u bereid lopende het onderzoek van de AFM de banken te verzoeken geen bankrekeningen
meer op te zeggen tot de uitkomst van het onderzoek bekend is? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11
Zoals ik hierboven en in de beantwoording van eerdere schriftelijke vragen heb aangegeven18 ben ik met de NVB en de banken in gesprek over het sluiten van bankrekeningen van
Nederlanders met ook de Amerikaanse nationaliteit. Ik heb toegezegd in januari uw
Kamer in een brief te informeren over de stand van zaken van de acties die ik heb
ondernomen naar aanleiding van de toezeggingen die zijn gedaan tijdens het algemeen
overleg over toeval-Amerikanen. In deze brief geef ik ook een terugkoppeling van het
gesprek met de NVB.
Vraag 12
Herinnert u zich de schriftelijke vraag van de leden Omtzigt, Van Weyenberg en Lodders:Wilt
u de AFM vragen een oordeel te geven over het sluiten of blokkeren van bankrekeningen
van Nederlanders met de Amerikaanse nationaliteit?19
Antwoord 12
Ja.
Vraag 13
Herinnert u zich uw antwoord: Ja. Er kan echter niet ingegaan worden op individuele
zaken waarin sprake is van het sluiten of blokkeren van bankrekeningen of dreiging
daarmee. Ik heb daarom gevraagd aan DNB, als toezichthouder op de naleving van de
Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (Wwft), en aan de
AFM, als toezichthouder op de naleving van de regels over de basisbetaalrekening,
om een reactie over het sluiten dan wel bevriezen van bankrekeningen. (...) De AFM
heeft specifiek ten aanzien van basisbetaalrekeningen aangegeven dat in beginsel iedereen
die rechtmatig in de EU verblijft recht heeft op toegang tot een basisbetaalrekening,
zodat kan worden voorzien in een basislevensbehoefte. Dit komt voort uit de Europese
Payment Accounts Directive (PAD) die is geïmplementeerd in de Wft. Hierbij geldt echter
een aantal uitzonderingen. Zo moet een bank een basisbetaalrekening weigeren als de
bank bij het openen van een dergelijke rekening niet kan voldoen aan de eisen gesteld
in de Wwft. Dit moet volgens de AFM per individueel geval worden getoetst; een generieke
aanpak, waarbij een specifieke groep wordt uitgesloten van een basisbetaalrekening,
is niet toegestaan.»?
Antwoord 13
Ja.
Vraag 14
Kunt u verklaren of er een verband is tussen het gegeven antwoord in vraag 13, waarin
de AFM u een oordeel heeft gegeven over het sluiten van bankrekeningen van Accidental
Americans, en het onderzoek dat de AFM gaat uitvoeren (zie artikel vraag20 naar het weigeren van bankrekeningen van Accidental Americans door banken?
Antwoord 14
De AFM houdt toezicht op de naleving van de verplichting voor banken om iedere consument
die rechtmatig in de EU verblijft op aanvraag toegang te geven tot een basisbetaalrekening.
De AFM heeft aangegeven dat zij naar aanleiding van signalen over het blokkeren en
sluiten van betaalrekeningen van Nederlanders met ook de Amerikaanse nationaliteit,
onderzoek doet naar de naleving van de richtlijn betaalrekeningen. Volgens de AFM
kunnen banken niet weigeren om een basisbetaalrekening te openen, vanwege het enkele
feit dat een Nederlander met ook de Amerikaanse nationaliteit geen US TIN/SSN nummer
heeft verstrekt.21
Vraag 15
Is in het geval van de Accidental Americans overgegaan tot het sluiten van bankrekeningen
op basis van «een specifieke groep» of is hier sprake van toetsing «per individueel geval»? Kunt u uw mening onderbouwen?
Antwoord 15
De NVB heeft aangegeven dat bij de rekeningen die grootbanken hebben gesloten sprake
is van toetsing per individueel geval op basis van de communicatie met en de reactie
van de rekeninghouder. Daarnaast zijn er volgens de NVB, zoals in de beantwoording
van eerdere schriftelijke vragen is aangeven22, een aantal kleinere banken die al vanaf de implementatie van FATCA-regelgeving hebben
besloten, vanwege onder andere non-compliance risico’s, om geen US persons meer te
bedienen. Het is mogelijk dat deze banken rekeningen sluiten van Nederlanders met
ook de Amerikaanse nationaliteit.
Vraag 16
Kunt u reflecteren op de antwoorden op schriftelijke vragen van onder meer het lid
Lodders (VVD)23, waarin u meerdere keren heeft aangegeven dat banken op basis van alleen het ontbreken
van een TIN-nummer niet mogen overgaan tot het opzeggen van bankrekeningen? Hoe verklaart
u, gezien de overwegingen van de AFM, de klaarblijkelijke discrepantie in uw uitleg
van de Wwft en de interpretatie van de banken? Hoe verklaart u het niet mogen opzeggen
van een bankrekening op basis van alleen het ontbreken van een TIN in relatie tot
het onder vraag 6 genoemde citaat? Bent u bereid om in overleg met banken deze discrepantie
weg te nemen om tot een oplossing te komen in de casus van de Accidental Americans
en vergelijkbare gevallen in de toekomst te voorkomen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 16
Het in vraag 6 genoemde citaat ging over de vraag of financiële instellingen alleen
op basis van vermoedens van overtreding van de Wwft al bevoegd zijn rekeningen te
sluiten/blokkeren of dat banken hier ook daadwerkelijk hard bewijs voor aan moeten
leveren.
In de beantwoording van eerdere schriftelijke vragen24 schreef ik dat ik het voorbarig vind als er rekeningen worden gesloten vanwege het
enkel ontbreken van een US TIN/CLN en als banken voldoende inspanningen hebben geleverd
om ervoor te zorgen dat hun klanten een US TIN of CLN aanvragen. Ook heb ik aangegeven
dat het mogelijk is dat er na een zorgvuldig proces uiteindelijk een «reguliere» bankrekening
wordt beëindigd van klanten die expliciet te kennen hebben gegeven dat zij geen US
TIN of CLN aan gaan vragen.
Daarnaast kan – zoals ook in eerdere beantwoording van schriftelijke vragen25 is aangegeven – het enkel ontbreken van een US TIN op zichzelf niet leiden tot het
oordeel dat een rekeninghouder een onacceptabel risico vormt in de zin van de Wwft,
op grond waarvan een (basis)betaalrekening moet worden geweigerd of beëindigd vanwege
het niet voldoen aan de eisen van de Wwft.
Wel kunnen er andere feiten en omstandigheden zijn die samen aanleiding kunnen zijn
om een (basis)betaalrekening te weigeren.26 Of in een individueel geval al dan niet wordt voldaan aan de eisen van de Wft of
de Wwft, op grond waarvan een (basis)betaalrekening moet worden beëindigd, is in de
eerste plaats ter beoordeling van de bank.
Ik ben in gesprek met de banken over de toezeggingen die ik heb gedaan in het algemeen
overleg over toeval-Amerikanen. Ik kom hier later deze maand in een brief aan uw Kamer
op terug.
Vraag 17
Heeft het gesprek met de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) over de Accidental
Americans, dat u in het algemeen overleg over de «Toeval-Amerikanen» van 24 november
2020 hebt toegezegd, reeds plaatsgevonden? Zo nee, waarom niet en wanneer staat dit
gesprek ingepland? Zo ja, kunt u een toelichting geven op het gesprek en datgene wat
er is afgesproken?
Antwoord 17
Ja, er hebben meerdere gesprekken plaatsgevonden met de NVB. Ik geef een toelichting
op deze gesprekken in mijn brief met de stand van zaken die ik later deze maand aan
uw Kamer verstuur.
Vraag 18
Bent u bekend met het inwerkingtreden van de wijziging van het Besluit internationale
verplichtingen extraterritoriale rechtsmacht op 1 december jl?27 Klopt het dat door die wijziging de Nederlandse strafwet van toepassing is op de
Nederlander die zich buiten Nederland schuldig maakt aan witwassen, óók wanneer er
geen sprake is van dubbele strafbaarheid? Is bij het aannemen van deze wijzigingen,
die zijn gebaseerd op EU-richtlijn 2018/1673 van 23 oktober 2018 inzake de strafrechtelijke
bestrijding van het witwassen van geld, gekeken naar de consequenties voor de Accidental
Americans? Zo ja, wat is hiervan de uitkomst? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 18
Ja, daarmee ben ik bekend. De wijzigingen in het besluit geven uitvoering aan de genoemde
richtlijn die betrekking heeft op de strafbaarstelling van het delict witwassen. Artikel
10, eerste lid, onderdeel b, van die richtlijn verplicht de lidstaten ertoe rechtsmacht
te vestigen ten aanzien van de ingevolge de richtlijn strafbaar te stellen feiten,
ook wanneer deze buiten Nederland zijn gepleegd door een eigen onderdaan. Consequenties
voor de Accidental Americans zijn bij de implementatie van de richtlijnverplichtingen
niet afzonderlijk beoordeeld. Deze consequenties zijn ook niet anders dan voor andere
Nederlanders die zich buiten Nederland schuldig zouden maken aan witwassen.
Vraag 19
Kunt u de nog openstaande schriftelijke vragen van het lid Lodders (VVD) over het
bericht «Volksbank houdt vol: we moeten rekening «onbedoelde Amerikaan» afsluiten»,
zo snel als mogelijk beantwoorden (Kamerstuk 2020D48694)?
Antwoord 19
Ja. Deze schriftelijke vragen zijn beantwoord en naar uw Kamer gestuurd.
Vraag 20
Kunt u de vragen, gezien de grote zorgen onder Accidental Americans en de tientallen
bankrekeningen die inmiddels al zijn opgezegd, zo snel als mogelijk, en één voor één,
beantwoorden?
Antwoord 20
Ja, ik heb de vragen zo veel mogelijk één voor één beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.